Ondergrondse dialoog

Ondergrondse dialoog Eind januari werd bekend dat het Londense metrobedrijf duizend banen gaat lozen. Ruim twee weken geleden werd het een puinhoop in het Londense openbaar vervoer, omdat metrowerknemers de boel plat legden. Met de staking onderstreepten ze hun eisen voor hoger loon en geen gedwongen ontslagen door de sanering.

Deze week werden ze met een extra werkopdracht opgezadeld. Het
omroepen van oneliners van, onder andere, Goethe, Einstein, Sartre, Shakespeare. Waarschijnlijk luistert er geen mens naar, omdat The Independent waarschuwde voor helse temperaturen in de ondergrondse. Als gevolg van de hete zomers die de klimaatverandering in Londen veroorzaakt. Grote kans dus dat de reizigers liever uitwaaien in een open dubbeldekker, dan zich gaar laten stomen in de metro.

De wijsgerige citaten die de metrobestuurders declameren, halen ze uit een boekje die de kunstenaar Jeremy Deller heeft samengesteld. Hij raadt de bestuurders wel aan de citaten op gepaste momenten te gebruiken. Dus niet bij de eerste de beste vertraging omroepen: “Too swift arrives as tardy as too slow.” (Shakespeare, uit Romeo and Juliet).
Ondertussen probeert de metrodirectie der arbeidsonrust te beteugelen.

Metrobestuurder: “I am as poor as Job, my lord, but not so patient.” (Shakespeare, uit Henry IV)
Directeur: “How poor are they that have no patience.” (Shakespeare, uit Othello)

Metrobestuurder: “Quand les riches se font la guerre, ce sont les pauvres qui meurent.” (Wanneer de rijken oorlog voeren, sneuvelen de armen. Jean-Paul Sartre , uit Le diable et le bon Dieu)
Directeur: “Je hoeft geen geld te bezitten om waardig te zijn”(Gandhi)

Metrobestuurder: “He that wants money, means and content is without three good friends.” (Shakespeare, uit As you like it)
Directeur: “Werk, en de vreugde komt vanzelf.” (Goethe)

Metrobestuurder: “Je kunt een probleem niet oplossen met de denkwijze die het heeft veroorzaakt.” (Albert Einstein)
Directeur: “”De ziel des mensen groeit niet van het loon, maar van de arbeid die het loon verdiende.” (Thomas Carlyle)

Metrobestuurder: “Van filosofie kan ik niet eten, dus die bezuinigingen kun je wel vergeten.” (van mijzelf en mijn collega's)
Directeur: “Ga aan je werk, vlerk, zolang het nog kan.” (uit show van Neerlands Hoop).

Afijn, de onderhandelingen kunnen nog wel even duren, bij gebrek aan een citaat die het arbeidsconflict kan oplossen. Is er een filosoof in de zaal die de strijdende partijen een handje kan helpen?

Openbaring uit de ministerraad

Openbaring uit de ministerraad

Nu ook de overheid voor het weekend is gesloten, even een moment om stil te staan bij de vraag hoe open de overheid moet zijn.

Het kabinet beantwoordt de vraag met een experimentje. Een selectie uit wetsvoorstellen kunnen op een nieuwe website bekeken worden en je kan er op reageren. Niet op alles. Per wetsvoorstel bepaalt het kabinet welke doelgroepen mogen reageren. Internetconsultatie noemt men dat en vooral bedoeld voor doelgroepen die direct met een bepaald wetsvoorstel te maken krijgen.

Je moet wel door heel wat ambtelijk en juridisch jargon heen, dus of een winkelier meteen begrijpt wat een wetsvoorstel betreffende de duurzaamheid van koopzondagen inhoudt?
Op de website wordt wel moeite gedaan het wetsvoorstel enigszins begrijpelijk toe te lichten. Je kan lezen waarom het wetsvoorstel er ligt, wat het beoogde doel is en welke delen der bevolking er mee te maken zullen krijgen. Soms staat er ook een stukje achterliggende geschiedenis bij.

Nu is de overheid steeds meer virtueel te volgen. Je kan meestal niet reageren. Je kan wel, op de wesbites van ministeries bijvoorbeeld, een vraagje mailen naar de persvoorlichters. Maar zo'n reactie wordt niet op de website gepubliceerd.
Dat kan op weblogs als deze dus wel. Daarom maar een in de berichten van
de ministerraad gevist.

De reguliere media doen ook elke vrijdag verslag van de wekelijkse ministerraad, maar je moet naar de website om oorzaken te lezen die de kranten laten liggen.
Natuurlijk willen de kranten graag de aanpak van de kredietcrisis volgen en dus berichten ze vandaag massaal over de 25 miljard euro die het kabinet extra gaat uitgeven aan Fortis en ABN Amro. Groot bedrag, dus belangrijk genoeg om te vermelden.
Twee andere berichten maken duidelijk hoe het met de prioriteitenstelling van dit kabinet zit.

Het besluit om die 25 miljard te investeren is redelijk snel genomen. Dus je zal waarschijnlijk geen klachten horen uit de hoek van de bankmedewerkers en hun klanten. Maar vaak is de overheid nogal traag met besluiten en dat kan voor sommige partijen soms akelig vervelend zijn.
Daarom heeft het kabinet de Wet “dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen” (een initiatief van twee Kamerleden) door de parlementaire procedures gejaagd en zal die wet op 1 oktober 2009
in werking treden. De overheid zal dan verplicht zijn eendwangsom te betalen, als binnen een wettelijk vastgestelde termijn een besluit uitblijft.

Saillant detail: Ook per 1 oktober zal een wet in werking treden die de overheid wat meer tijd geeft tot besluiten te komen. Respons op bezwaarschriften en op aanvragen op grond van de WOB (wet openbaarheid van bestuur) kan dus wat langer gaan duren.

Het pappen en nathouden van Fortis en ABN Amro heeft dus hogere prioriteiten, dan veel andere zaken waar een kabinet mee te maken heeft.
Prioriteit heeft ook de overheidsbalans. De steun aan de banken mag dan veel geld kosten, het kabinet waakt er wel voor dat rijks's uitgaven niet de pan uit rijzen. Zo is de ministerraad akkoord gegaan met versobering van de huurtoeslag. Een maatregel als gevolg van de verslechterde economische vooruitzichten. De eigen bijdrage zal per januari 2010 worden verhoogd voor alle huishoudens die zo'n toeslag krijgen. In 20011 en 2012 zal die eigen bijdrage verder worden verhoogd.

Je ziet het. Het kabinet heeft veel aan het hoofd. En nu kan alle openheid wel worden vergroot door de schedel van het kabinet te lichten, maar of je dan veel wijzer wordt van de brei aan besluiten die je daar aantreft?

Bent u gehecht aan uw lichamelijk restafval?

Bent u gehecht aan uw lichamelijk restafval? Eerder schreef ik hier en daar al het ethische vraagstuk van gebruik van menselijk materiaal in musea. Nu stelt het Rathenau Instituut het gebruik van menselijk materiaal voor behandeling, diagnose, wetenschappelijk onderzoek, onderwijs, transplantatie of de ontwikkeling van producten aan de orde.

We raken heel wat lichaamsmateriaal kwijt. Je zal er geen moment bij stil staan wat je al niet weggeeft als je je oude matras bij het grofvuil zet. Verder zal niemand zich zorgen maken over losgeraakte huidcellen, haren, nagels, fluimen en neuspulken die worden afgestaan aan de openbare ruimte. Wat dat betreft zijn veel mensen nogal slordig.

Het Rathenau Instituut wijst er op dat we net zo makkelijk tienduizenden stukjes lichaamsresten laten slingeren bij de huisartsen en in ziekenhuizen. Wat er mee gebeurt weten veel mensen niet, maar als je ze er naar vraagt stellen ze ineens voorwaarden aan mogelijk gebruik van afgesneden delen, afgetapt bloed of tal van uitstrijkjes.

In het gisteren uitgegeven rapport (pdf!) schetst het Rathenau Instituut dat jarenlang menselijke resten geen probleem waren, omdat ze na operaties of onderzoek als afval werden gedumpt.
Inmiddels is dat anders. Er is steeds meer mogelijk. Niet alleen in het voortschrijdende wetenschappelijk onderzoek. Weefsels en celen zijn ook basisstoffen geworden voor het maken van medicijnen en cosmetische toepassingen. Als voorbeelden worden onder andere genoemd de stamceltherapie en behandeling van brandwonden met resten huid, afkomstig van besnijdenissen.
De mogelijkheden worden groter voor zowel puur medisch gebruik als voor commerciële toepassingen.

In de wet is geregeld dat alles wat afkomstig is van het menselijk lichaam, als eigendom geien moet worden van de mens van wie het is afgescheiden. Toch meent het Rathenau Instituut dat er ruime interpretatie mogelijk is en het dus kan voorkomen dat menselijk materiaal gebruikt wordt voor doeleinden waar de eigenaar het niet mee eens is.
Voor orgaandonatie en kunstmatige bevruchting is het veel beter geregeld dan voor uitstrijkjes, verwijderde huid of lichaamsdelen die niet voor donatie in aanmerking komen.
Het Instituut vindt dat het tijd wordt dat eens beter te regelen. Mensen moeten beter worden geïnformeerd door hun artsen en behandelaars en het eigendomsrecht moet nader worden bekeken en bijgesteld.

Ineens moet ik denken aan wat ik zo al in de loop der jaren in ziekenhuizen heb achter gelaten. Behalve de liters bloed, zijn er voor onderzoek naar de klachten een lymfkliertje, beenmerg, leverweefsel en een paar bekertjes urine ingeleverd. Zou ik nu alsnog mijn eigendomsrechten kunnen doen gelden en een vergoeding opeisen? Want wie weet wat er, behalve het noodzakelijke onderzoek, nog meer mee is uitgehaald.

Heeft het Rathenau Instituut wat jou betreft gelijk? Of maak er niet om wat er met de rommel die je achterlaat gebeurt?

Schadevrije overheid?

Schadevrije overheid? Balkenende heeft dan wel toegegeven dat er fouten zijn gemaakt bij de Catshuisbrand, excuses horen er niet bij vanwege de juridische implicaties. Wat dat betekent, begrijp je pas goed als je het rapport “Behoorlijk omgaan met schadeclaims“, leest dat de Nationale Ombudsman, Alex Brenninkmeijer, vandaag naar buiten bracht.

De rijksoverheid moet schadeclaims niet alleen juridisch correct afhandelen, maar ook behoorlijk. Dat wil zeggen begrip tonen en zoeken naar een oplossing. Vaak net zo belangrijk voor de schade-eisers als financiële compensatie, zo stelt de Nationale Ombudsman.

Uit een onderzoek over de jaren 2006 en 2007 blijkt dat een foutje van de overheid aardig in de papieren kan lopen. De ombudsman vond op de 13 ministeries ruim 55 duizend claims en een totaal van dik 45 miljoen euro aan uitgekeerde vergoedingen. Dat is zonder de drie ministeries die een slag sloegen naar de aantallen claims en ook zonder de vijf ministeries die geen opgave wensten te doen van de uitgekeerde bedragen (de bevindingen van de Nationale Ombudsman zijn hier samengevat in deze excelsheet).

Eén van de ministeries die niet aan de Ombudsman opbiechtte hoeveel schade er is uitbetaald, is het ministerie van de premier zelf. Slechts 10 claims meldde Algemene Zaken. Net even wat meer dan het ministerie van Onderwijs (OCW) opgaf. Balkenende is dus een uitstekend schademanager. Of zijn ambtenaren.

Daar kunnen ze op Justitie, Defensie en VROM nog wat van leren. Bij VROM (Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordering) waren enkele tientallen claims goed voor 25 miljoen euro schadecompensatie. Bij Defensie ging het om duizenden claims, goed voor ruim 8 miljoen euro.
Justitie hoort tot de top-3 met ruim 52000 claims en bijna 12 miljoen euro. Die overigens geheel voor rekening komt van de IND (Immigratie- en Naturalisatiedienst). Maakt die dienst zoveel erkende fouten?

In twee jaar tijd ruim 45 miljoen euro aan schadecompensaties. Een bedrag dat vele malen hoger ligt, gezien het ontbreken van gegevens van vijf ministeries. Hebben we met een brokkenkabinet te maken?

Er zijn fouten gemaakt na de Catshuisbrand. Balkenende maakt geen excuses wegens de juridische implicaties. Ik denk niet dat de premier de aanbevelingen van de Ombudsman voor behoorlijk claimbestuur gaat overnemen.

Verkiezingen op komst?

Verkiezingen op komst?

Net twee weken bekomen van de Europese verkiezingen, nog 8 maanden te gaan voor de gemeenteraadsverkiezingen en een ruime 20 maanden tot de volgende Tweede Kamerverkiezingen. Als Balkenende IV dat volhoudt.
Want zou de recent de kop op stekende verkiezingsrethoriek nu een opwarmertje voor de gemeenteraadsverkiezingen zijn, of weten de grootste twee coalitiepartijen nu al dat het eerdaags gedaan is en geven ze de eerste schoten voor de boeg?

De PvdA, grote verliezer bij de EU-verkiezingen en in de peilingen, is wakker geschud en gaat de strijd aan met de grootste concurrent. Nam eerst de kersverse staatssecretaris Van der Laan de handschoen al op, nu kreeg de PVV ook een veeg uit de pan van zijn collega Timmermans.

Het CDA, de kleinste verliezer bij de EU-verkiezingen en de peilingen, nooit vies om met wie dan ook een coalitie aan te gaan, heeft geen behoefte zich te profileren door al te heftig de PVV te attaqueren. Het CDA komt ineens met een publiekslokkertje: verlaging van de belastingen. Het stelde, bij monde van hun Wetenschappelijk Instituut, al een voordelige vlaktaks voor. En nu ziet staatssecretaris De Jager wel wat in verlaging van de inkomstenbelastingen.

De VVD wil graag terug in de regering, maar is even stil wegens herbezinning op een volgende thema voor de verkiezingscampagne, nadat een uitglijder over de vrijheid van meningsuiting niet zo naar de zin was van de achterban.
Hun dissident doet ondertussen goede zaken met zijn islamfobie. Hij hoeft niet meer te doen dan zichzelf herhalen om de aandacht vast te houden tot de volgende verkiezingen.

De volgende verkiezingen dus. Zouden de oprispingen van CDA en PvdA louter bedoeld zijn om de schade van de EU-verkiezingen in te lopen of de peilingen gunstig te stemmen? Of is er meer aan de hand?
Dat lijkt onwaarschijnlijk, omdat verkiezingen op korte termijn voor de PvdA desastreus zouden zijn. Voor het CDA maakt het niet zoveel uit, want die gaat desnoods
met de PVV in zee.
Maar waarom dan toch de publiciteit zoeken met zaken die je gewoonlijk alleen tijdens verkiezingscampagnes tegenkomt?

Geef je mening en maak een keuze in onderstaande poll. Je toelichting kan je uiteraard in de reacties kwijt.

Veilige overheid?

Veilige overheid? Woensdag 24 juni opent minister Ter Horst het Innovatiecongres Veiligheid. Leuk te weten dat de laatste kennis en de nieuwste technische snufjes en methoden ter beschikking komt van al die professionals die met onze veiligheid bezig zijn.

Op het innovatiecongres wordt onder andere de SDR-methodiek gepresenteerd. SDR staat voor Search-detect-react. In april won deze methode een van de Safety & Security Amsterdam Awards 2009.
Het wordt op Schiphol gebruikt om de bezoekers te checkten op afwijkend gedrag. De innovatie zit 'm in een andere aanpak. Politie en beveiliging komen niet meer in actie bij verdacht gedrag, maar gaan er al op af bij afwijkend gedrag (
lees meer op de website van het Centrum Criminaliteitspreventie en Veiligheid).

Afwijkend gedrag? Bedoelt men soms het gedraai met een rapport van één van die veiligheid-professionals? De overheid wuift een TNO-rapport over de brand in het Catshuis weg als onvolkomen. Eén van de onderzoekers, die ongetwijfeld met de beste technische middelen het zaakje heeft onderzocht, voelt zich nu in zijn professionele kuif gepikt en schreef een open brief. Zijn onderzoek deugde wel, zo stelt hij.
Nu zal Balkenende morgen in de Kamer vast verklaren dat de techneut maar beter naar dat innovatiecongres kan gaan.

Of is afwijkend gedrag een ander rapport voldoende noemen, terwijl dat maar de halve waarheid is?
Volgens het ministerie van Ter Horst bestempelt het rapport de hulpverlening bij de Turkish Airlines-crash in februari als voldoende. Maar naast een aantal andere fouten, staat er ook in dat het communicatiesysteem C2000
het liet afweten, als gevolg van overbelasting. Dat systeem is dus wel aan innovatie toe.

Zou er nou ook een congres komen, waar ministers en staatssecretarissen kunnen leren hoe ze rapporten moeten lezen en naar waarheid naar buiten brengen? Hoewel, dat zou dan weer afwijkend gedrag zijn.

Komt allen tezamen

Komt allen tezamen

Wie niets heeft met een ander, zoekt iets om bij een ander samen te komen. Meestal zoekt men dan de kleinste gemene deler: één geloof, één politieke overtuiging, één filosofie of welke hobby dan ook, waar een idee van gemeenschappelijkheid uit kan worden gepeuterd.
Als dan de gemeenschappelijkheid tegenvalt, zoekt men verder. Verzuiling, afsplitsingen en scheidingen zijn het gevolg. Het gekke is altijd geweest, dat er wel behoefte is die hoogst individuele gemeenschappelijke overeenkomst zo massaal mogelijk te delen. Herhaaldelijk worden pogingen gedaan uit elkaar gedreven kuddes weer bij elkaar te drijven.

Zo is daar nu weer iemand die een kerk voor alle geloven opricht. Eén kerk waar katholieken, gereformeerden, joden. islamieten, hindoes, boeddhisten en ook humanisme en atheïsme tezamen kunnen komen. Komt allen tezamen onder de noemer van de grootste gemene deler, het ietsisme.

Die deler bevat twee componenten: individuen herkennen zichzelf niet langer in de dogmatische noemers van de gevestigde kerken en bewegingen, en allemaal geloven ze in iets. Iets dat ze heil brengt, iets van waarde voor het leven, iets dat ten grondslag ligt aan de waan van de dag.
Anders gezegd: onvrede en geloof. Het is natuurlijk ook godsonmogelijk te denken dat er niets is. Geen god, geen mystieke kracht, geen leven voor de geboorte of na de dood. Er zal en moet iets zijn, van waaruit het menselijk tekort verklaard kan worden.

Het menselijk tekort moet niet als een denigrerende kwalificatie worden gezien. Het is de drijfveer tot alles. We begrijpen niet alles, maar willen dat wel. We kunnen niet alles, maar willen dat ook. Dat houdt ons lekker bezig.
In dat bezig zijn is sinds mensenheugenis één factor constant gebleven: groepsvorming. In je eentje krijg je niet zoveel voor elkaar. Maar breng je veel mensen bij elkaar, dan krijg je wel een opeenhoping van het menselijk tekort. Dat leidt dan weer tot mislukkingen, onvolkomenheden en teleurstelling. En dan toch uit onvrede weer een groep vormen! Degenen die een ietsisme-kerk of een politieke beweging is nog veel te benauwd vinden, zoeken het in digitale netwerken of in een V.O.F. (Vereniging van Ongebonden Figuren).

Wat kunnen we leren we uit een geschiedenis van verzamelende verenigingen, scheidende schisma's, collectieve coöperaties en botsende bewegingen?
Het lijkt mij duidelijk: zonder een ander zijn we niets. Maar nu de prangende vraag, waar ik maar geen goed antwoord op kan vinden: waarom hebben we de ander ook nodig om ons van die ander te onderscheiden? Waarom hebben we in de kudde zondebokken nodig om ons bestaan te legitimeren?

Is de GGZ gek geworden?

Is de GGZ gek geworden? Kan minister Klink niet rekenen of kan hij niet begroten? Dat vraagt GGZ Nederland zich af, nu de minister de tarieven in de ggz met 3,5 procent wil verlagen.
De geestelijke gezondheidszorg is volgens minister Klink in 2008 maar liefst 185 miljoen euro duurder uitgevallen. Dat moet dus worden terug verdiend met lagere tarieven. GGZ Nederland stelt dat harde cijfers ontbreken. En als zal blijken dat de berekening van de minister wel klopt, dan zal hij het wel verkeerd begroot hebben. omdat hij geen rekening heeft gehouden met de groei van de ggz.
GGZ Nederland daagt minister Klink nu
voor de rechter, om de tarievenverlaging ongedaan te krijgen.

Wie is er gek geworden? De GGZ of de minister? Geen van beide, dames en heren. Wijzelf zijn gek geworden.
Het CBS meldde een jaarlijkse groei van gemiddeld 14 procent. Tussen 2000 en 2007 waren de kosten gestegen van gestegen van 162 naar 275 euro, per hoofd van de bevolking. Daarmee nam de ggz in 2007 zo'n 11 procent van de totale kosten voor gezondheidszorg voor haar rekening.
In een eigen rapport (
Zorg op waarde geschat -pdf!) meldde GGZ Nederland dat in 2007 ruim 900 duizend behandelingen hadden plaats gevonden. Dat aantal zal, naar verwachting, in 2009 de miljoen overschrijden.

Logisch dat die handel duurder uitvalt. Dat valt nog wel mee, zegt GGZ Nederland zelf. Er is dan wel wat personeel bijgekomen, maar lang niet zoveel als nodig zou zijn. Ofwel: minder mensen doen meer werk. Bovendien: “zijn met verbeterde behandelingsmethoden en nieuwe medicatie zijn de kosten van het behandelen van psychische problemen afgenomen, terwijl de effectiviteit juist is toegenomen”.

Volgens GGZ Nederland zou minister Klink de groeiende vraag moeten aanpakken. Met meer preventie of door het verhogen van het eigen risico.
Nu lijkt GGZ Nederland wel gek geworden. Lang niet alle preventie werkt. Twee voorbeeldjes. Eén: Meer sporten leidt tot grotere gezondheid. Ondertussen is het aantal sportblessures toegenomen. Twee: om de verkeersveiligheid te bevorderen (= minder slachtoffers) werd de voorrangsregels voor langzaam verkeer verandert. Het leidde tot een stijging van 5 procent ongevallen tussen gemotoriseerd en langzaam verkeer.
Goed bedoelde maatregelen leiden niet altijd tot daling van de kosten.

En dan de suggestie het eigen risico te verhogen. Dat riekt naar ontmoedigingsbeleid. Het is ook een maatregel die binnen het huidige kabinetbeleid past: de verantwoordelijke betaalt. Jouw ziekte is jouw verantwoordelijkheid, dus krijg je de rekening gepresenteerd.

Ondertussen kan GGZ Nederland vast nadenken over de groeiende wachtlijsten en het bevriezen van de lonen. Er wordt in de ggz, naar mijn menig, redelijk verdiend. Dat moet echter wel zo blijven. Er moet ook voorkomen worden dat de salarissen te onaantrekkelijk worden, om in een tamelijke zware sector je brood te willen verdienen.

Preventie

Preventie

Preventie is de oplossing voor alles. Het komt nog te vaak voor dat er pas wordt ingegrepen als het verdronken kalf een voldongen feit is. Uit liefde voor het leven in het algemeen, kalverliefde in het bijzonder of gewoon omdat genezen veel te duur is, wordt er veel geïnvesteerd in preventie. Preventie is de maakbaarheid van een gezonde, veilige, goedkope en dus gelukkige wereld.

Er zijn grofweg twee soorten preventie. De een is gebaseerd op hoop en ambitie, de ander op kennis en berusting. Een paar voorbeelden.

Deze week werd het eerste zonkrachtalarm afgegeven. Een middel om preventief huidkanker te beperken en je hoopt dan dat mensen een hoofdparasolletje gaan dragen, ook een preventief middel tegen genoemde kwaal.
Loop je op de Dam dan weet je dat de kans groot is dat je nette kapsel geruïneerd kan worden door duivenpoep. Zet ook dan zo'n parasolletje op en je weet zeker dat de drek je niet zal treffen.

Preventief fouilleren wordt ingezet om misdadige acties in te perken. De misdaad is in Nederland inderdaad terug gelopen. Er zijn echter geen keiharde cijfers dat dit door preventief fouilleren tot stand is gekomen. Door af en toe grootschalige fouilleeracties te houden, hoopt men dat er voldoende signaalwerking van uitgaat en mensen hun wapens thuis laten. Huiselijk geweld schijnt wel vaker voor te komen, dus dit middel verdient nadere evaluatie (lees ook dit artikel op GeenCommentaar).

Nu leven sommigen in de berustende veronderstelling dat misdaad nooit geheel is terug te dringen. Behalve fouilleren kan vergaande controle preventief werken. Daartoe is inmiddels veel van onze privacy onder curatele gesteld (neem een kijkje in Sargasso's privacy-dossier).
Ook dat is preventie gebaseerd op hoop en ambitie. Heeft men ieder gegevens bij de hand, dan hoopt men eventuele daders snel te kunnen vinden.
Dat is natuurlijk allemaal van een halfslachtig soort maakbaarheid. Dat moet beter kunnen. Mag ik de overheid een suggestie doen?

Iedereen die de deur uit wil, moet eerst zijn/haar gezocht voor de thuis geplaatste webcam houden. De centrale controlepost meldt zich via het speakertje dat er naast hangt. Je doet je verzoek er uit te mogen voor de boodschappen of de reis naar werk. Als de centrale je op het eerste gezicht vertrouwt, krijg je toestemming en de centrale activeert het elektronische sleutelgat van de deur.

Daar dien je je vinger in te steken en als men in de centrale ziet dat je vingerafdruk in hun database te boek staat als niet crimineel of verdacht, ontgrendelt de deur zich. Je mag luchten.

Is dat preventief, of niet?

Stadsmensen en de fiets

De stad en de fiets Het fietsbeleid van middelgrote gemeenten moet beter worden afgestemd op de wensen en behoeften van de inwoners. Wat dan kan helpen, is een idee te krijgen hoe de stadsmens tegen de fiets aankijkt. Dat is nu uitgezocht door het ministerie van Verkeer en Waterstaat, samen met het kenniscentrum Fietsberaad.

Een meerderheid heeft associeert de fiets in positieve zin met de stad. Je bent sneller in het centrum met de fiets dan met de auto, het is leuk, relaxed en geeft een gevoel van vrijheid. De wat meer avontuurlijk en sportief ingestelde stadsmensen vonden de fiets gevaarlijker en inspannender dan autorijden.

Voor winkeliers zijn fietser een interessante doelgroep, wordt beweerd. Driekwart van de stadfietsers gaat zeker 1x per week de stad in. Overigens geen bijzondere constatering want “de trouwste klanten wonen het dichtst bij de winkel en “kennelijk is voor mensen die gewend zijn te fietsen de drempel om even de stad in te gaan lager. De fiets staat voor de deur en men weet de weg en de stallingen”.

Nou, met deze bevindingen kunnen de middelgrote steden aan de slag. De grote steden ook, lijkt mij. Amsterdam begon in 2008 al met een campagne om fietsen de stad te promoten. Een activiteit die ik in Den Haag van gemeenteweg nog niet heb gezien.
In België lopen ze al jaren voor met zulk beleid. In 2005 was er in Brussel zelfs een cursus Fietsen in de stad, met onder andere tips voor veilig fietsen. Opvallende adviezen: “gedraag u zelfverzekerd” en “als het bewolkt of regenachtig weer is, kunt u het best regenkleding meenemen”.

Nou, aan zelfverzekerdheid mankeert het heel wat Nederlandse stadfietsers niet. Alsof men zich onkwetsbaar waant worden er heel wat capriolen uitgehaald bij rood licht, verplichte rijrichtingen en inhalen op overvolle fietspaden. En de regenkleding bestaat doorgaans uit niet meer dan een paraplu, die al slingerend uit alle macht in bedwang wordt gehouden.

Dat fietsers een leuke doegroep vormen voor de stedelijke winkeliers, verdient andere beschouwing. Natuurlijk kan het fietspadennet in de stad nog flink worden verbeterd en mag er hier en daar nog wel een fietsenstallinkje bij. Maar de toegankelijkheid tot de winkels kan aanzienlijk worden vergroot, als je met de fiets naar binnen kan.

Om te beginnen zouden er fiets-drive-inns kunnen komen. Het is je reinste discriminatie dat je alleen met de auto afhaalhamburgers kan scoren. Maar met de fiets de supermarkt in, zou ook tot de mogelijkheden moeten behoren.
Dat recht hebben nu alleen gehandicapten die met een kolossale scootmobiel door de super mogen. In Den Haag is nu op bijna elke hoek een supermarkt te vinden van de grootste grutter. Als die nu eens wat minder winkels heeft, maar wel meer die groot genoeg zijn om fietsers binnen te laten?

En verder natuurlijk een fietsbioscoop, een fietsbibliotheek, met de fiets tot aan de loketten van het gemeentehuis en postkantoren. Iemand verder nog ideeën om het stadsfietsen te promoten?