Met 1,7 miljoen euro gaat minister Verburg op zoek naar duurzaam eiwit en wil daarmee het ecosysteem redden en toch de groeiende wereldbevolking van de nodige eiwitjes voorzien.
Zo kras staat het niet in het persbericht van het LNV, maar Verburg ziet wel een actieve rol voor ons ondernemende land weggelegd. Dus de jackpot maar uitgeloofd, voor die ondernemer die met goede ideeën komt voor duurzame productie van algen, insecten of kweekvlees.
Ook al dragen wijzelf voor eenvijfde bij aan ons lot (20 procent van ons lichaamsgewicht is eiwit), we produceren zelf niet al het benodigde materiaal voor de aanmaak van eiwitten. Ze zijn opgebouwd uit 24 aminozuren. Elf aminozuren kunnen we zelf aanmaken, de overige dertien halen we uit voedsel.
Dierlijk eiwit bevat de meeste belangrijke aminozuren, tevens in de juiste verhouding. Toch kan je met plantaardige eiwitten een heel eind komen, mits juist gecombineerd. Pasta en tofu bijvoorbeeld, of het bekende Surinaamse bb&r (bruine bonen met rijst).
Een tekort aan eiwitten kan tot verschrikkelijke zaken leiden. Een teveel is amper schadelijk, hoewel bekend is dat teveel vleeseiwit leidt tot onnodig kalkverlies.
(Meer te lezen op medicalfacts.nl)
Als de natuur ons niet of weinig kan leveren aan wat we broodnodig hebben (en dat krijg je als er meer bevolking dan voedzame natuur is), kun je de natuur een handje helpen door er wat aan te knutselen. Biochemici zijn in staat zelf eiwitten te bouwen of te verbeteren. De Amerikaan John Chaput wist veel stabielere eiwitten te fabriceren, dan de natuur dat doet.
Als de aminozuren op de juiste manier interacties aangaan, kan er een goed functionerend eiwit ontstaan. In de natuur gebeurt dat niet altijd perfect. Als de constructie van een eiwit niet naar wens verloopt, zijn er nog altijd zogenaamde chaperonne-eiwtitten, die het alsnog fiksen, maar die redden slechts 20 procent van de mislukkelingen.
De ondernemers die de 1,7 miljoen van Verburg willen cashen, zijn er dus misschien bij gebaat hun licht bij de biochemici op te teken. Wie weet kunnen die behulpzaam zijn bij het kweken van zeewier met hoogwaardig eiwit.
Nederland is natuurlijk veel te klein om de wereld van eiwitrijk voedsel te voorzien. Maar met een proefveldje hier en een laboratorium daar, kun je wel onderzoeken of je een regenworm een eco- en diervriendelijk make-over tot omelet kan laten ondergaan. Of hoe je zeewier met verbeterd eiwit kan kweken, zonder dat we hele recreatieplassen moeten opgeven. En die uitvindingen dan wereldwijd exporteren.
Of 1,7 miljoen euro voldoende is om ons eenvijfde deel aan eiwitten op peil te houden? Waarom geen 27,5 miljoen? Zelf 5,5 miljoen zou al een veel grotere bijdrage zijn. Maar ja, Verburg mag natuurlijk zelf niet aan de Staatloterij meedoen. Belangenverstrengeling. Reken maar dat er een storm aan klachten zou komen als Verburg dat winnende eenvijfde lot blijkt te bezitten.
Voor verbetering van ons eiwitrijk voedsel zullen we dus een beroep op andere financiers moeten doen.