Krachtprovincies

Krachtprovincies Geld heeft niets te maken met geluk of ideeën over welzijn en vertrouwen. Maar vind daar maar eens bewijzen voor. De stelling geldt in ieder geval als je niet kijkt naar individuele burgers, maar naar provinciale burgers.

Het CBS heeft uitgevonden hoe het zit met de sociale kracht van provincies. Onder de kop “Limburg blijft in sociaal kapitaal achter bij de rest van Nederland” volgt een overzicht van de kracht van de provincies gemeten naar contacten met familie, vrienden of buren, gemeten naar deelname aan vrijwilligerswerk. En ook gemeten naar het vertouwen dat de inwoners van de diverse provincies hebben in bestuur en rechtsstaat (zie
dit CBS-rapport, pdf!).
Statistieken zijn gelukkig interpretabel. Alle parameters die het CBS in het stuk publiceert, heb ik eens op een rij gezet en bij elkaar opgeteld. Alle statistische cijfers krijgen een score. Wie statistisch het hoogste resultaat heeft, krijgt een 1, wie vervolgens lager is vermeld krijgt een 2, enzovoorts.

Worden de scores bij elkaar opgeteld, dan blijft Limburg net iets minder achter dan Groningen. De krachtpovincies op gebied van sociaal kapitaal blijken dan Friesland en Utrecht te zijn.
Om de stelling te bewijzen, moeten we het gemiddelde inkomen van de provinciale ingezeten erbij halen. Als je dat er naast zet, dan zie je dat de sociaal sterkste provincie, het armst is (Friesland). Maar de sociaal zwakste provincie blijkt ook tot de armsten te horen (Groningen).
De rijkste provincie (Utrecht) blaakt ook van sociale kracht. En Drenthe, niet echt stinkend rijk, blijkt weer bijna zo sociaal zwak als Groningen. (zie dit exceldocument).

Kortom, het sociale kapitaal is niet in geld uit te drukken. Hoewel? Friesland kent gemiddeld de armste inwoners, Utrecht de rijkste. In beide provincies hebben de inwoners een hoog vertrouwen in politiek en rechtsstaat. Maar de sociale contacten en deelname aan vrijwilligerswerk liggen in Friesland een stuk hoger dan in Utrecht. Wie arm is moet het blijkbaar van familie, buren en vrijwilligers hebben.

In deze tijden is het ook interessant eens te kijken wat de burgers in de provincie te verwachten hebben van de
provinciale bezuinigingen. Er is geen statistisch verband tussen de omvang van de bezuinigingen per provincie een de sociale kracht.
Zowel Friesland als Utrecht bezuinigen niet erg veel, vergeleken met bijvoorbeeld Noord-Holland en Brabant. Overijssel, sociaal gezien redelijk sterk en met niet eens het allerlaagste gemiddelde inkomen, bezuinigt vooralsnog helemaal niet.

Tellen we de scores bij elkaar op van grootste sociale kracht, hoogst gemiddelde inkomen en minste bezuinigingen, dan blijken nog steeds Utrecht en Friesland echte krachtprovincies. In Groningen en Limburg is het in alle opzichten armoe troef. Maar ja, je hebt altijd buitenbeentjes die een wandtegeltjeswijsheid (geld maakt niet gelukkig) onderuit halen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *