In haar speech in de Tweede Kamer, deelde de president van de Algemene Rekenkamer mee dat het kabinet onvoldoende weet te verantwoorden of met het uitgegeven geld de gestelde doelen wel worden gehaald. Ze waarschuwde het parlement dan ook en zei: “Wij wijzen er op, dat de kwaliteit van het leggen van die relatie ons zorgen baart en daarmee de kans voor u om uw budgetrecht ten volle uit te oefenen“. (zie hier de hele speech, pdf!)
Nou, de oppositie vond de verantwoording inderdaad geen toonbeeld van transparantie. GroenLinks en D66 vonden het maar gegoochel met cijfers, de SP zegt met die brij aan cijfers en papier niets te kunnen en de VVD vond het wel lef hebben dat het kabinet zich een dikke voldoende gaf voor haar verantwoording.
En dat is het dan voorlopig, want om nu dat budgetrecht uit te oefenen heeft de Kamer dus concretere informatie nodig.
Nu hoort de 2e Kamer het hele jaar door het kabinet te controleren en daar waar zij dat nodig acht wijzigingen in de begroting of uitgaven voor te stellen. Moet het parlement wachten op gehaktdag om tot daden over te gaan? Of is Prinsjesdag een beter moment? En zou ook het parlement niet elk jaar verantwoording moeten afleggen over haar controlerende taak?
Dat doet de burger natuurlijk bij de verkiezingen. Helaas is dat slechts eens in de vier jaar, mits een kabinet overeind blijft. Het kabinet en het parlement worden alleen gescreend via opiniepolls, die nauwelijks van betekenis zijn om beleid en volksvertegenwoordiging tussentijds bij te sturen.
Dat moet beter kunnen. Niet alleen de Kamer ook de burger zou een soort budgetrecht kunnen krijgen.
Hoogleraar Paul de Beer stelde al eens voor iedere burger op zijn jaarlijkse belastingaangifte de mogelijkheid te geven ook in te vullen aan welke zaken de overheid meer geld zou moeten besteden. Een bepaald percentage van rijk's uitgaven zou dan ook volgens die wensen moeten worden verdeeld (zie hier dat voorstel op Sargasso).
Wie dat wat te ver gaat, kan misschien wel akkoord gaan met een jaarlijks burgertussenrapport. Een Tussentijdse Evaluatie met behulp van de Digid. Men kan op een speciale website van de overheid aangeven of het kabinet goed, voldoende, matig of slecht op koers ligt.
Op dat tussenrapport kan de burger ook aangeven met welke beleidsonderdelen het kabinet op de ingeslagen weg verder moet gaan, welke veranderd moeten worden en met welk beleid het kabinet maar beter kan stoppen. (zie hier dat voorstel op dit weblog).
Met zo'n tussenrapport krijgt het parlement vanzelf een goede vingerwijzing of men haar taak, naar oordeel van de burger, goed uitvoert. Immers een “ja, ga zo maar door” van de burger, zou voor de volksvertegenwoordiging aanleiding kunnen zijn over een eventuele afwijzing van kabinetsplannen nog eens goed na te denken.
Een andere mogelijkheid is de Algemene Rekenkamer er een extra taak bij te geven. De Rekenkamer kan ook de burger betrekken bij een oordeel over de resultaten van het beleid. De Rekenkamer stelde dat de 2e Kamer amper kan nagaan wat er van het armoedebeleid terecht komt. Het Rijk delegeert dat naar de gemeenten. De verantwoordelijke minister Donner vindt dat de lokale overheden dus verantwoording moeten afleggen en meent dat niet hij in details te hoeft treden over dat armoedebeleid.
Als de Rekenkamer dat nou eens bij de burgers checkt? Tenslotte ervaren die dagelijks wat er van dat beleid wordt waar gemaakt.
Drie voorstellen om de burger ook jaarlijks de gelegenheid te geven de overheid ter verantwoording te roepen. In onderstaande poll kun je aangeven welk voorstel je wel ziet zitten. Mocht je een ander idee hebben, vink dan “ander, namelijk” aan en leg in een reactie je idee uit.
Wie helemaal geen betrokkenheid van de burger bij gehaktdag wil, kan voor de optie “Nee, want” kiezen. Met uiteraard ook een toelichting in de reacties.