De automatisering schrijdt voort en de robots rukken op. In het crisisakkoord van kabinet Balkenende is ook opgenomen dat er geld naar innovatie moet. Vreemd dat er niet meteen een paar miljard wordt uitgetrokken, bovenop de bijna 400 miljoen die het ministerie van Economische Zaken al heeft ingezet. Vooral om ideeën te ontwikkelen en uit te zoeken hoe nieuwe technologie en robotica meer en beter kan worden toegepast.
In de nota Innovatieverkenningen (pdf!) van Economische Zaken wordt gesteld dat in de Nederlandse maakindustrie de toepassing van robotica op het Europees gemiddelde ligt. Een formulering die verhult dat we behoorlijk achter liggen op Japan, Korea en Duitsland. Gek genoeg lopen we weer wel voor op de V.S.
In Japan zijn op elke 10.000 werknemers 275 robots werkzaam. In de Benelux zijn er 50 robottoepassingen op elke 10.000 werknemers. Om wat meer vaart in de opmars der robots te krijgen besteedt Economische Zaken dus die 400 miljoen euro om de relevante kennisinstellingen meer te laten samenwerken en vooral het MKB (Midden- en Kleinbedrijf) warm te krijgen voor robots.
Dat is niet genoeg. Maar niet getreurd. De robots zijn niet tegen te houden. Er is eigenlijk geen gebied meer waar geen robots werkzaam zijn.
Vervelend werk.
Robotica is vooral bekend als verlosser van saai of vervelend werk. Eigenlijk is de hedendaagse wasmachine een robot. Maar de was ophangen moeten we nog zelf. Duurt gelukkig niet zo lang, in tegenstelling tot fabriekswerk dat volcontinu gedaan wordt. Erg vervelend, maar de ontwikkelingen staan niet stil. In Hoogezand Sappermeer komt een volcontinu bedrijf voor precisieonderdelen. Van de aanvoer van het ruwe materiaal uit het magazijn, tot de assemblage van het product, zelfs de kwaliteitscontrole en het inpakken wordt geheel door robots gedaan.
Lastig werk.
Sommige klussen zijn niet alleen langdurig, ze kunnen ook aardig complex zijn. De robot helpt ook hier. In Duitsland wordt onderzocht hoe robots kunnen samenwerken met bijen om over grote oppervlakten het milieu te controleren. Inmiddels kunnen robots ook wetenschappelijke experimenten uitvoeren. In Groot-Brittannië hebben ze er een die al op eigen houtje een gen ontdekte, dat verantwoordelijk is voor de groei van organismen.
Duur werk.
Natuurlijk worden robots ook ingezet om de kosten te drukken. Omdat de zorg peperduur wordt, ziet minister Klink wel wat in robotica. De mogelijkheden lijken welhaast oneindig. Van kijkoperaties die door robots worden gedaan, revalidatierobots die de fysiotherapeut overbodig maken, tot zorg die wordt verleend door bijvoorbeeld een robot-zeehondje. De volautomatische zeehond schijnt heel goed depressieve bejaarden op te kunnen beuren.
Er is sinds kort ook een speciale hoogleraar die tot taak heeft de automatisering van de zorg tot in details te onderzoeken. Nee, de professor is zelf geen robot, maar dat zal in de toekomst wellicht ook mogelijk worden gemaakt, als we vinden dat ook de wetenschap veel te duur is.
Gevaarlijk werk.
Een wat vreemde denkwijze is dat gevaarlijk werk niet wordt afgeschaft, maar door robots wordt overgenomen. Je zou denken dat het logischer is werk dat zoveel slachtoffers kost helemaal uit te bannen. Helaas, dankzij robots zullen we voorlopig nog wel menig oorlogje kunnen voeren. Alleen zal treuren om “onze jongens” die sneuvelen bij zo'n klus ooit tot het verleden behoren. Het Amerikaanse leger is al aardig op weg. In Afghanistan zetten ze BigDog in. Een robot die 150 kilo aan wapens kan vervoeren en zelf in de gaten heft wanneer hij dekking moet zoeken bij naderend gevaar.
Denkwerk.
In voornoemde voorbeelden zie je al robots die het nodige denkwerk overnemen van wetenschappers of soldaten. Maar hoe zit het met het verfijnde denkwerk? Daar waar emoties of moraliteit een rol spelen bij te maken keuzes?
Het is nog wat science fiction maar er zijn wetenschappers die menen dat ook robots dat denkwerk prima kunnen doen. Op de TU in Delft wordt al onderzocht of robots een moreel besef kan worden bijgebracht. Daarbij kun je denken aan robots die reddingswerk kunnen doen in moeilijk te betreden gebied. Ze kunnen dan wel in situaties terecht komen waar besloten moet worden welke slachtoffers water krijgen en welke niet.
Robots uitgerust met kunstmatige intelligentie zouden misschien zelfs een religieus geloof kunnen hebben, meent een hoogleraar Informatica van de Universiteit van Tilburg.
Het hoogste ideaal.
Sinds mensenheugenis zijn we bezig het leven zo makkelijk mogelijk te maken. We ontdoen ons steeds meer van alles wat we lastig of vervelend vinden. Zwaar tillen, vuil werk, zorg voor demente bejaarden, zelfs het nemen van lastige beslissingen kunnen we overlaten aan robots.
Waarom doen we dat of staan we dat toe? Omdat onze diepste wens is, terug te keren tot het paradijs, waar we ooit zo onbarmhartig uit zijn verdreven? Lui en ledig, van lasten verlost?
Als dat de essentie is van het menselijk bestaan, dan wordt het tijd dat politici en beleidsmakers de crisis de wereld uit helpen door alles in te zetten op robots.
De moraal.
De opmars der robots is niet te stuiten. Het wordt tijd de morele consequenties er van te overzien en maatregelen te treffen, om te voorkomen dat robots alles bepalen. In 2007 begon Zuid-Korea een Robot Ethics Charter op te stellen. Om de rechtspositie van robots te regelen. Maar ethische regels voor het gebruik van robotica moeten er ook komen, vind de Britse robotexpert Noel Sharkey. Hij ziet het al gebeuren dat in de toekomst kinderen en bejaarde dagenlang alleen een robot te zien krijgen. Wat dat voor psychologische impact zal hebben, weten we nu niet, maar er kunnen maar wel beter richtlijnen voor worden opgesteld.
Mij lijkt het ook zinnig nu duidelijk te krijgen in hoeverre robots ons denkwerk over moeten nemen. Of zou het juist goed zijn als een robot een filosofie bedenkt die de wereld eens flink op zijn kop zet en onze existentie een nieuwe impuls geeft?