Het CDA wil aan het belastingsstelsel knutselen. Het haalt daarbij de veelbesproken vlaktaks van stal. Iedereen die inkomen uit arbeid heeft, zou een vast tarief van 33,25 procent moeten betalen. Op het eerste gezicht een mooi idee, want dan zou iedereen er netto op vooruit gaan.
Ook mooi is dat zo een hoeveelheid aan administratieve rompslomp overboord kan. Goed voor het bedrijfsleven en de belastingdienst, die kunnen besparen op de administratieve lasten.
Eén nadeel: de staatskas gaat zo'n 16 miljard euro tekort komen. Dus moet het eenvoudige vlaktaksstelsel opgetuigd worden met toch weer wat complexere maatregelen. Bijvoorbeeld het verhogen van de btw-tarieven. En, opzienbarend, een extra heffing op topinkomens.
Dat op de een of andere manier de staatskas gevuld dient te blijven, staat buiten kijf. Tenzij we van alle collectieve voorzieningen af willen en het asfalt voor de deur rechtstreeks uit eigen zak gaan betalen. Maar voor een aantal collectieve voorzieningen betalen we ook premies en het als we gebruik willen maken van dat asfalt worden we geconfronteerd met een aantal andere belastingen en heffingen. Ze bekeken is het op zich een goed idee de financiering van de samenleving te vereenvoudigen.
In dat kader presenteer ik hier de veeltaks. Is hier al eens eerder aan de orde geweest, maar nu kan er een vergelijk met de vlaktaks van het CDA worden gemaakt.
Het principe: één tarief per inkomensschaal, elke schaal een eigen tarief. Met de veeltaks voor inkomstenbelasting kan de staatskas ruim gevuld worden. Bij deze veeltaks zouden ruim 700 duizend mensen er op achteruit gaan, maar voor ruim 3 miljoen mensen verandert er niets en bijna 3 miljoen mensen gaan er netto op vooruit.
De veeltaks is de enige belasting die wordt betaald. Geen BTW, vennootschapsbelastingen, ook geen kortingen of vrijstellingen.
Waar de CDA-taks een nadeel voor de staatskas betekent, heeft de veeltaks het nadeel dat er geen belastingen meer zijn, die als sturingsinstrument kunnen werken. Er is bijvoorbeeld geen kilometerheffing meer, om rijgedrag te beïnvloeden. Je zou dat soort maatregelen naast de inkomstenbelasting kunnen handhaven, maar het idee was alles erg simpel te houden.
In dit overzicht (excelsheet!) zijn het aantal mensen met inkomen uit arbeid verdeeld naar inkomenshoogte. Ook hier zit een mogelijk knelpunt. Bijvoorbeeld: de inkomenscategorie van 20 tot 30 duizend euro is keurig verdeeld in 10 gelijke groepen. Dat kan in werkelijkheid anders liggen. Als er veel meer mensen een inkomen van 21 duizend euro hebben en maar heel weinig 30 duizend euro verdienen, dan wordt er uit die groep natuurlijk minder belasting ontvangen, dan nu in het overzicht staat vermeld.
In het overzicht kun je aan de rechterkant zien wat er bij de veeltaks en bij het huidige stelsel aan belasting wordt betaald, per individueel inkomen. Onderaan het overzicht staan de bronnen vermeld, die ten grondslag liggen aan de gebruikte factoren (aantal mensen met inkomen uit arbeid, rijksuitgaven).
Met deze veeltaks zou dus louter met inkomstenbelasting de staatuitgaven kunnen worden bekostigd. Zodanig dat er een overschot is, die mogelijke tegenvallers kunnen opvangen. De inkomsten die de overheid nu uit andere bronnen heeft (bijvoorbeeld de accijnzen) komen te vervallen of (bijvoorbeeld de gasbaten) kunnen volledig aan andere doelen worden besteed, zoals innovatie van energiebronnen.
En dan gaan er toch bijna 3 miljoen mensen op vooruit? Dat lijkt te mooi zijn, om waar te zijn. Dus doe ik weer een beroep op de lezers. Wat zie ik over het hoofd of denk je dat de veeltaks de moeite waard is nader uit te werken?
Het meest eenvoudige zou natuurlijk zijn als er helemaal geen belasting wordt betaald. Maar waar moet de overheid dan het nodige geld vandaan halen? Ook ideeën voor een nul-belastingstelssel zijn hier van harte welkom. Of zou het 30-taksstelsel de belastingen rechtvaardig vereenvoudigen?