De publieksprijs van de Blogparel 2010 bestaat uit het eenmaal per maand plaatsen van een blog, geschreven door de winnaar. In dit geval een winnares. Tot en met december plaatsen we hier elke maand een blogje dat eerder verscheen op Trudy Schrijft. Ze snijdt een heikel thema aan, waarvoor vorig jaar, in België, nog celstraf werd geëist. Het lijkt wat vroeg er al over te bloggen, maar in maart werden al de eerste tekenen gespot.
Ze liggen alweer ruim een maand in de schappen, de pepernoten. Doorgaans te vinden in een sfeervolle Sinterklaaspresentatie pal naast de barbecuekooltjes. Jong grut wat plots weer de tandjes gaat poetsen, de slaapkamer opruimt, of spontaan begint te bedplassen. Want zijn er pepernoten, dan zullen er elders ook wel een aantal zwarte pieten verdekt opgesteld staan.
Wat een kinderleed…
Wat het pepernotenbeleid betreft, is het volk verdeeld in twee gelijke kampen. Tegenstanders kunnen natuurlijk wel met een beschuldigende wijsvinger naar de grootgrutters wijzen, maar ik vrees dat we eerder de schuld bij onszelf moeten zoeken, oftewel het tweede kamp: De voorstanders van de pepernoot. De schappen worden tenslotte niet gevuld met producten die uiteindelijk afgestoft zullen moeten worden. Het is een kwestie van vraag en aanbod. Ondertussen razen de zakken pepernoten momenteel in grote getale langs de scanners van de kassa’s, terwijl de marshmallows een tijdelijke nederlaag zullen moeten erkennen.
Willen wij dus de pepernoten jaarrond kunnen verkrijgen, net als sla en zuurkool? Het antwoord is; nee. Al zullen voorstanders van de pepernoten nu anders beweren, zij eten doorgaans pepernoten vanwege de sentimentele waarde wat er aan het kleine koekje kleeft. Al knabbelend aan een pepernoot proberen zij de feestmaand naar zich toe te eten. En niet omdat het receptuur zo goddelijk is. Want in de maanden januari tot en met augustus raak je de pepernootjes aan de straatstenen niet meer kwijt. Genoeg bewijs lijkt mij.
Desalniettemin maakt het mij niets uit, en zie ik geen reden tot kamervragen, ik loop zonder morren langs de Sinterklaasdisplays. Tegen de tijd dat de goedheiligman ons land met een bezoek zal verblijden, klap ik een zakje in mijn winkelwagen. Niet omdat ik de pepernoten zo lekker vind.
Maar uit pure jeugdsentiment…