De bezuinigingen zetten de arbeidsmarkt wel in beweging. Helaas niet op een manier, passend bij de ambitieuze doelstellingen van het kabinet: meer banen. Personeel van organisaties waar de bezuinigingen er flink in zullen hakken, kijkt uit naar ander werk en sommigen stappen op, zodra ze die kans ook krijgen. Mensen nemen ontslag omdat ze de bui niet af willen wachten. Het valt ze niet kwalijk te nemen. Waarom wachten tot de organisatie je ontslaat, als je nu een andere baan kan krijgen? Misschien zijn er binnenkort cijfers bekend over het aantal mensen dat zelf ontslag neemt, omdat ze willen ontsnappen aan de gevolgen van de bezuinigingen.
Van een heel klein aantal mensen is bekend dat ze zijn opgestapt, omdat ze niet willen meewerken aan de bezuinigingen.
In mei vond de Rotterdamse wethouder Dominic Schrijer het wel genoeg en accepteerde geen extra bezuinigingen. Hij nam ontslag. In deze kwestie werd hij door zijn PvdA-collega’s tot die stap gedwongen, omdat zij vinden dat hij zijn mening niet zomaar publiek had moeten maken.
CDA-coryfee Hannie van Leeuwen stapte uit het CDA-bestuur omdat ze kwaad is over bezuinigingen in de zorg en de sociale paragraaf uit het Bestuursakkoord.
De voorzitter van de Raad voor Cultuur en de commissie Podiumkunsten van de Raad stapten in juli op, uit protest tegen de bezuinigingsplannen op de kunsten. In augustus diende de directeur van de sociale werkvoorziening in Ede zijn ontslag in, omdat hij niet wil meewerken aan de bezuinigingen in zijn sector.
Een paar mensen voor wie maat vol was en hun loyaliteit aan de politiek of aan hun functie opgaven. Roependen in de woestijn? Don Quichottes?
Jawel, want de commitment met de bezuinigingen bij hun collega’s is groot. Er zijn wel andere opstappers, maar zij motiveren hun vertrek net even iets anders. Neem de Nijmeegse GroenLinks-wethouder, die zichzelf niet de geschikte persoon vindt om de bezuinigingen uit te voeren en uit loyaliteit met het bestuur zijn functie beschikbaar stelt aan iemand die dat wel meent aan te kunnen. Of een wethouder in Ede, die verklaart dat de bezuinigingen slechts zijdelings te maken hebben met het besluit op te stappen en het politiek krachtenveld te turbulent vindt.
Verder blijven de meesten zitten en ja, “niemand vindt het leuk om nu raadslid te zijn, maar we moeten wel”, verzucht een PvdA-raadslid in Almelo.
We moeten wel? De argumenten waarmee de bezuinigingen worden verdedigd, zijn twijfelachtig, schreef ik hier en het kabinet kan de geplande 18 miljard aan bezuinigingen ook op een ander manier binnenhalen. Een paar meevallers en terugvloeiende staatssteun leveren zelfs 1,4 miljard meer op, schreef ik elders.
Je kunt ook vraagtekens zetten bij de methode van bezuinigen. De kaasschaafmethode (iedereen moet er aan geloven) lijkt rechtvaardig, maar gaat voorbij aan het feit dat delen in de samenleving harder worden geraakt dan anderen. Als iedereen even hard geraakt zou worden, valt het idee van rechtvaardigheid nog vol te houden. Nu is dat dus niet het geval.
En de vraag is of deze bezuinigingen effectief zijn. Het banenverlies in diverse sectoren en de koopkrachtdaling, zijn bepaald geen stimulerende impuls voor de economie. Bovendien blijkt dat geschuif met wetten, tot nu toe nooit heeft geholpen om de kosten te drukken. Zo is dat bij de AWBZ gegaan, zo is dat ook bij de bijstand gegaan.
Een paar mensen zijn opgestapt, omdat ze niet wensen te collaboreren aan een beleid dat qua motief, methode en effectiviteit, zeer bedenkelijke kanten heeft, Wie volgt?