Wat de laatste week weinig aandacht kreeg, is het rapport over de stapelingseffecten van de bezuinigingen in het sociale domein dat NICIS en Ecorys op 23 november presenteerden, in opdracht van de G32 (32 grootste gemeenten). Rutte heeft immers belooft dat het kabinet zeker aandacht voor deze effecten zal hebben bij het uitwerken van de bezuinigingsplannen? Dat rapport kan duidelijkheid verschaffen over de hoeveelheid gezinnen die door stapeleffecten in problemen kunnen komen.
Waarschijnlijk hebben de media er weinig over gemeld, omdat de onderzoekers aangaven dat exacte omvang van het aantal kwetsbare huishoudens nog niet goed is vast te stellen. Het rapport (hier in pdf) somt keurig alle maatregelen op, vermeld hoeveel mensen bij die maatregelen betrokken zijn, maar kan niet meer dan een paar cases als voorbeeld geven, die uit berekeningen van een drietal gemeenten komen. Uit die cases (in dit pdf-document) blijkt dat sommige mensen er 280, anderen tot meer dan 5000 euro per jaar op achteruit kunnen gaan.
NICIS en Ecorys vatten hun bevindingen in algemene termen samen: Bij bepaalde huishoudens dreigen inkomensdalingen van tientallen procenten, vooral bij huishoudens met lage inkomens en/of meerdere problemen.
Noch de onderzoekers, noch de oppositie, noch Rutte zelf hebben tot nu toe aangegeven om hoeveel mensen het gaat. Het document van NICIS en Ecorys geeft wel inzicht in hoeveel mensen er per bezuinigingsmaatregel geraakt kunnen worden. Maar valt wel het een en ander over te zeggen.
In het rapport staat dat 5,25 procent van de bevolking gebruik maakt van de AWBZ. Bij het PGB zijn 131.000 mensen betrokken, zo’n 0,79% van de bevolking. De bijstand? Niet meer dan 1,88% van gans het volk. Je kunt deze cijfers inzien in dit exceldocument, waar ook gegevens in staan die bij de rest van dit betoog horen.
Het gaat dus om een heel beperkt deel van de bevolking, waar toch stevig over wordt bezuinigd. Nu zullen de rijksten de klappen van sommige regelingen nog wel op kunnen vangen. Dat kan gelden bij het PGB, de jeugdzorg of kinderopvang. Maar niet bij de bijstand of de AWBZ en WMO. De vraag kan wel worden gesteld waarom een relatief kleine groep niet gespaard kan blijven van de bezuinigingen.
Rutte zei in september bij RTL, dat er zo;n 10,000 gezinnen met een laag inkomen er volgend jaar meer dan 5 procent op achteruit zullen gaan. In de statistieken telt een gezin gemiddeld 2,2 personen. Het gaat dus om 22.000 personen. volgens Rutte.
Rutte zei niet wat hij onder laag inkomen verstaat. Ongeveer 15,4% van de bevolking heeft een inkomen tot 10.000 euro. Dat mag je gerust een laag inkomen noemen. Omgerekend naar het gezinsgemiddelde gaat het om 983 duizend gezinnen.
Gelukkig redden veel van die gezinnen het aardig, Echter een derde deel van de laagste inkomens leefde in 2009 onder de armoedegrens. Daarvan hadden er 370 duizend een baan. We hebben het dus over (gemiddeld) 318 duizend gezinnen totaal, waarvan ruim 168 duizend werken.
Nogmaals: welke 10 duizend gezinnen bedoelt Rutte? Of verrekent hij zich alweer, zoals voor zijn verkiezing met de bijstandsmoeders en als premier bij de donatie aan Griekenland?
Nu maar hopen dat hij niemand over het hoofd ziet, als hij de belofte waar gaat maken dat niemand onnodig de dupe zal worden van stapelende bezuinigingen.