Tag archieven: politiek

Collaboratie of ontslag?

OntslagDe bezuinigingen zetten de arbeidsmarkt wel in beweging. Helaas niet op een manier, passend bij de ambitieuze doelstellingen van het kabinet: meer banen. Personeel van organisaties waar de bezuinigingen er flink in zullen hakken, kijkt uit naar ander werk en sommigen stappen op, zodra  ze die kans ook krijgen. Mensen nemen ontslag omdat ze de bui niet af willen wachten. Het valt ze niet kwalijk te nemen. Waarom wachten tot de organisatie je ontslaat, als je nu een andere baan kan krijgen? Misschien zijn er binnenkort cijfers bekend over het aantal mensen dat zelf ontslag neemt, omdat ze willen ontsnappen aan de gevolgen van de bezuinigingen.

Van een heel klein aantal mensen is bekend dat ze zijn opgestapt, omdat ze niet willen meewerken aan de bezuinigingen.
In mei vond de Rotterdamse wethouder Dominic Schrijer het wel genoeg en accepteerde geen extra bezuinigingen. Hij nam ontslag. In deze kwestie werd hij door zijn PvdA-collega’s tot die stap gedwongen, omdat zij vinden dat hij zijn mening niet zomaar publiek had moeten maken.
CDA-coryfee Hannie van Leeuwen stapte uit het CDA-bestuur omdat ze kwaad is over bezuinigingen in de zorg en de sociale paragraaf uit het Bestuursakkoord.
De voorzitter van de Raad voor Cultuur en de commissie Podiumkunsten van de Raad stapten in juli op, uit protest tegen de bezuinigingsplannen op de kunsten. In augustus diende de directeur van de sociale werkvoorziening in Ede zijn ontslag in, omdat hij niet wil meewerken aan de bezuinigingen in zijn sector.

Een paar mensen voor wie maat vol was en hun loyaliteit aan de politiek of aan hun functie opgaven. Roependen in de woestijn? Don Quichottes?
Jawel, want de commitment met de bezuinigingen bij hun collega’s is groot.  Er zijn wel andere opstappers, maar zij motiveren hun vertrek net even iets anders. Neem de Nijmeegse GroenLinks-wethouder, die zichzelf niet de geschikte persoon vindt om de bezuinigingen uit te voeren en uit loyaliteit met het bestuur zijn functie beschikbaar stelt aan iemand die dat wel meent aan te kunnen. Of een wethouder in Ede, die verklaart dat de bezuinigingen slechts zijdelings te maken hebben met het besluit op te stappen en het politiek krachtenveld te turbulent vindt.
Verder blijven de meesten zitten en ja, “niemand vindt het leuk om nu raadslid te zijn, maar we moeten wel”, verzucht een PvdA-raadslid in Almelo.

We moeten wel? De argumenten waarmee de bezuinigingen worden verdedigd, zijn twijfelachtig, schreef ik hier en het kabinet kan de geplande 18 miljard aan bezuinigingen ook op een ander manier binnenhalen. Een paar meevallers en terugvloeiende staatssteun leveren zelfs 1,4 miljard meer op, schreef ik elders.
Je kunt ook vraagtekens zetten bij de methode van bezuinigen. De kaasschaafmethode (iedereen moet er aan geloven) lijkt rechtvaardig, maar gaat voorbij aan het feit dat delen in de samenleving harder worden geraakt dan anderen. Als iedereen even hard geraakt zou worden, valt het idee van rechtvaardigheid nog vol  te houden. Nu is dat dus niet het geval.
En de vraag is of deze bezuinigingen effectief zijn. Het banenverlies in diverse sectoren en de koopkrachtdaling, zijn bepaald geen stimulerende impuls voor de economie. Bovendien blijkt dat geschuif met wetten, tot nu toe nooit heeft geholpen om de kosten te drukken. Zo is dat bij de AWBZ gegaan, zo is dat ook bij de bijstand gegaan.

Een paar mensen zijn opgestapt, omdat ze niet wensen te collaboreren aan een beleid dat qua motief, methode en effectiviteit, zeer bedenkelijke kanten heeft, Wie volgt?

Spreektijd

Toespraken

Veel van het politieke werk gaat op aan spreektijd. Een deel daarvan hoort tot het reguliere werk: debatten, interviews, vergaderingen, overleg met de ambtenaren, enzovoorts. Een ander deel valt onder representatieve verantwoordelijkheden. Nou hebben we voor dat decorum een functionaris in dienst: Hare Majesteit. Die functie berust op een historische blunder, die de overheid heeft gerepareerd door de majesteit vooral de zwaai- en kniphandelingen te laten verrichten. Het spreekrecht is de majesteit zo goed als ontnomen.

Dat spreken moet het kabinet zelf dan maar doen. En het moet gezegd: de ministers en staatssecretarissen beoefenen het spreken in het openbaar alsof het dagelijkse kost is. In de 318 dagen dat het kabinet nu regeert, hebben de leden 307 toespraken gehouden. Bijna 1 per dag dus. Tellen we daar de talloze interviews bij op en de dagen dat er niet wordt gesproken (de recessen), dan begrijpt u wel waarom het feitelijke regeren soms zo traag gaat.

In het plaatje linksboven zie je het aantal toespraken verdeeld per ministerie en per minister en staatssecretaris. Algemene Zaken (AZ) heeft geen staatssecretaris. Rutte houdt de boel alleen draaiende. Hij heeft maar 13 toespraken gehouden, maar dat wordt goedgemaakt door zijn joviale toespraakjes die hij na elke ministerraad houdt. Opvallende koploper is het ministerie van Infrastructuur en Milieu (I&M). Minister Schultz-van Haegen wordt blijkbaar vaak gevraagd een symposium of een nieuwe snelweg te openen met een toespraak. Haar staatssecretaris mocht de verbale honneurs 20 keer waarnemen en daarmee lijkt dit ministerie het vaakst aan het woord te zijn.

Melanie Schultz-van Haegen houdt een wedstrijdje met Maxime Verhagen van Economie, Landbouw en Innovatie (ELI). Beiden hebben op 11 procent van hun werkdagen tijd besteed aan toespraken.
Joop Atsma van I&M wedijvert op zijn (spreek)beurt
met staatssecretaris Fred Teeven van Veiligheid en Justitie (VenJ). De heren hebben 20 keer de kansel beklommen.

Wie je erg weinig hoort op conferenties, openingen, feestelijke bijeenkomsten of herdenkingen, zijn de dames Schippers en en Veldhuijzen- van Zanten van VWS. Ook heer Hillen van Defensie houdt niet zo van toespraken. Of nemen zij hun werk zo serieus dat ze er geen tijd voor hebben?
Even de ranglijsten op een rij:

ToesprakenSommige bewindslieden zijn eigenlijk wel vaak buiten de deur aan het spreken. Het is gissen naar de reden hiervoor. Ongetwijfeld worden ze vaak uitgenodigd, maar waarom slaat de ene minister zo goed als alles af, en lijkt een ander bijna alles aan te nemen?
Het zou kunnen dat enkele bewindslieden hun spreekvaardigheid op peil wensen te houden. Minister of staatssecretaris is immers een ambt van niet al te lange duur. Behalve lucratieve commissariaten, zijn ook de spreekbeurten een leuke inkomstenbron, als de regeerperiode er op zit. 
Balkenende doet het voor 8500 euro. Hij wordt gemanaged door een bureau, dat ook Gerrit Zalm, Wim Kok en Gerd Leers in de aanbieding heeft.

Het kabinet zit 318 dagen in het zadel. Op 97 procent daarvan sprak het kabinet voor een of ander publiek. Ministers hielden op 62 procent van die dagen een toespraak, staatssecretarissen waren voor 35 procent aan het woord.
Waarover spraken zij? Dat kun je op de website van de Rijkspoverheid vinden, door op een van de bewindslieden te klikken en dan in de linkerkolom de link naar hun toespraken te openen.

Buitenhuisje en schuld

BoomhutDe vakantie zit er op. Het is een gewoonte geworden bij thuiskomst even snel het nieuws van de afgelopen weken door te nemen. Waarna een even gewoonlijke reactie opborrelt: een teleurstelling dat er in die weken niets is veranderd in de wereld. Wat kunnen gewoontes toch hardnekkig standhouden in de eigen omgeving.

Twee weken lang geen boodschap gehad aan gewoontes en dan, met enig schuldgevoel, jezelf betrappen op het zo gemakkelijk terugvallen op gewoontes, zodra het eigen huis weer is betreden. Is de eigen omgeving zo dwingend dat slapjanussen als ik, zich laten strikken door de draad van vaste patronen op te pakken?

Als ik het nieuws zo lees, ben ik niet de enige. Hetgeen me op het thema ‘buitenhuisje’ brengt. Het buitenhuisje wordt vooral bezocht om te ontsnappen aan de alledaagse sleur. Dat noemen we dan vakantie. Maar buitenhuizen worden ook wel eens opgezocht om naar oplossingen te zoeken. Het is niet voor niets dat een andere omgeving wordt gezocht om impasses te doorbreken. Impasses in besluitvorming of impasses in denkpatronen.

In ‘Buitenhuisje en politiek’ (2008) werd als voorbeeld de voorbereidingen voor het laatste kabinet Balkenende genoemd. De informateur ging met de kemphanen naar pittoreske oorden en jawel hoor, men werd het met elkaar eens. Het kabinet was goed en wel geïnstalleerd en men verviel in het gewoonlijke gedrag, dat uiteindelijk wel tot de val van dat kabinet moest leiden.

Nu breken wereldleiders zich het hoofd over de schuldencrisis en men lijkt er maar niet uit te kunnen komen. Zou dat kunnen komen omdat men de verkeerde vergaderlocaties kiest?
Als criticus kan ik wel zeggen: ‘de boom in met je schuldencrisis’, maar bij nader inzien is dat misschien wel het beste advies. Zou een avontuurlijk onderkomen als een boomhut, niet alleen een grappige vakantiebestemming zijn, maar ook de wereldleiders er toe kunnen brengen platgetreden paden te verlaten en tot creatievere oplossingen te komen?

Noot: op eerdere vakanties kwam het themaBuitenhuisjehier aan de orde in relatie tot politiek, filosofie en herindeling.

Investeren bezuinigt meer dan snoeien?

SchuldenInvesteren levert meer op dan bezuinigingen, wordt hier en daar beweerd.  Het lijkt logisch. Als er duizenden ambtenaren ontslagen worden en een deel daarvan vindt op korte termijn geen baan, dan kunnen die mensen geen bijdrage aan de economie leveren.
Je kan ook stellen dat ambtenaren helemaal geen bijdrage leveren aan de economie, omdat ze geld kosten dat geen winsten genereren. Dat geldt niet alleen voor ambtenaren, dat geldt ook voor alle medewerkers in de non-profit sector. Dus is het ook niet erg daar flink te snoeien.

Nu bestaat een deel van de bezuinigingen uit het schuiven van kostenpotjes. Zorg en welzijn is daar misschien wel het meest beruchte voorbeeld van. Kijk naar voorzieningen die van de AWBZ naar de Wmo verhuizen en omgekeerd. Of van de AWBZ naar de Ziektewet geschoven worden. Op het ene potje werd bezuinigd, met stijgende kosten voor het andere potje. Elke verschuiving leverde op korte termijn een kostenverlaging op binnen het gekozen onderwerp. Op de lange termijn blijkt dat de zorg in totaal alsmaar duurder is geworden.

Er moet dus goede gekeken worden welke effecten een bezuiniging kan hebben op andere deelgebieden. De Hogeschool Utrecht (HU) en onderzoeksbureau Regioplan hebben dat onderzocht voor de schuldhulpverlening.
Schuldhulpverlening is in korte tijd ‘booming business’ geworden. Vooral voor de gemeentelijke kredietbanken. Veel werk voor ambtenaren, dus kostenverhogend. De groei aan schuldhulpverlening wordt nu aangepakt door te bezuinigen. Is dat wel verstandig vragen de onderzoekers zich af.

Nee, want “elke euro die gemeenten besteden aan schuldhulpverlening, leidt tot gemiddeld twee euro aan kostenbesparing op andere plekken”, stellen zij.
D
ankzij schuldhulpverlening hebben mensen minder lang een uitkering nodig. Een besparing van 1,4 miljoen euro op WWB-uitkeringen en re-integratietrajecten. Ook hoeft er 1,1 miljoen euro minder worden uitgegeven aan huisuitzettingen. Tevens levert het besparingen op in de verslavingszorg en de ggz, omdat het weghelpen van de schulden er toe leidt dat “schuldenaren op andere terreinen weer sneller de draad kunnen oppakken”.

Die laatste conclusie klopt met mijn ervaringen in het baantje dat mij aan het werk houdt: de opvang voor dak- en thuislozen. Een groep met bar weinig rendement voor de economie. Maar sinds er een actievere en doelgerichter schuldhulpverlening bestaat, zijn er meer mensen uitgestroomd dan voorheen.
Kan een logica die wel is toegepast op de noodlijdende banken (staatssteun is ook een vorm van schuldhulpverlening), ook hier gelden? Anders gezegd: er hoeft geen geld bij, maar niet bezuinigen kan een investering kan zijn.

Visie Rutte I: niet bij geld alleen.

MarkGelukkig, het kabinet heeft een visie: niet bij geld alleen. De minister-president onderstreepte dat nog eens na de laatste ministerraad voor de vakantie. Op de vraag van een journalist wat het financiële voordeel nou is om het parlement te verkleinen, antwoordde Rutte dat geld niet het belangrijkste argument is. Maar: “het hoofdargument is dat je laat zien dat de politiek niet het geluk van iedereen kan bevorderen en dat de politiek zich moet beperken, dat de overheid, het openbaar bestuur zich in zijn opdracht moet beperken tot die zaken waar je waarde kunt toevoegen. En dat is de randvoorwaarderegel waardoor u en ik ons leven goed kunnen leven. Goed onderwijs, goede gezondheidszorg, een fatsoenlijke sociale zekerheid, veiligheid heel belangrijk, en niet in de weg te gaan zitten waar we niet in de weg moeten zitten”.

“Dus geen financiële motivering, maar een ideologische?”, vroeg de journalist nog voor de zekerheid. Ja, zei Rutte en legde uit dat het heel logisch is dat als er minder ambtenaren moeten zijn, de hele politieke organisatie ook moet krimpen. Let wel: niet om het geld, Natuurlijk, het is mooi meegenomen als de staatschuld wordt verkleind en dat de overheidstekorten worden teruggedrongen. Maar nogmaals: daar gaat het niet om. Op 1 april ging het kabinet na de ministerraad naar het Catshuis voor een bezinningsmiddagje. Op de vraag waar dat dan over moest gaan zei Rutte: “We gaan vanmiddag niet praten over een miljard meer of minder op allerlei posten”. Nee, de kernvisie zou nog een ter tafel komen: “de overheid die zich wat terugtrekt uit het publieke domein”.

Voor Rutte is het allerbelangrijkste dat de overheid niet de “geluksmachine” moet willen zijn, die sociaal- of christendemocraten voor ogen hebben, zoals hij in 2009 betoogde bij een optreden voor Hogeschool Zuyd, in het kader van de verkiezingscampagne. “De overheid sluipt overal in ons leven en bemoeit zich overal mee” en daar geeft Rutte een gruwelijk hekel aan. Niet om het geld, maar om het principe.
De ironie is dat Rutte I nu behoorlijk in ons leven sluipt en zich wel degelijk overal mee bemoeit. Vooral om het geld. Voor grote idealen mag je wel wat over hebben, toch?

Daarvoor mag best de afspraak van tafel dat we in Nederland een solidariteitsbeginsel hebben en dat de overheid dat organiseert en bewaakt. Alleen: hoe leg je dat uit aan de militair die straks zijn baan kwijt is, bij de UWV in een praatgroep mag leren solliciteren en na een half jaar in opdracht van de Sociale Dienst de stoep van het ministerie van Defensie mag vegen?
Hoe leg je dat uit aan de mantelzorger, die niet meer uit een pgb bekostigd mag worden om zijn of haar dementerende ouders rustig ten grave te verzorgen? Wat begrijpt een ondernemer ervan, als hij naast de verplicht aangenomen werkloze ambtenaren nog wat handen tekort komt en geen hardwerkende Oost-Europeanen aan mag nemen?

Ze hebben allemaal hun “geluk” ingeleverd, niet om het geld natuurlijk, maar omdat een heel kleine overheid het over zoveel mensen te zeggen wil hebben.

Regering voor de rechter

KabinetRechters krijgen het druk. Niet dat er ineens veel meer criminelen de rechtszaal worden in gesleept. Het debat over de bezuinigingen lijkt zich naar de rechtbank te verplaatsen. Twintig gemeenten en Cedris (brancheorganisatie voor sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie) hebben de Staat in een kort geding voor de rechter gedaagd. Ze hopen langs deze weg een extra bezuiniging van 150 miljoen te voorkomen.

Eerder deze week kondigden studenten- en GGZorganisaties ook al naar de rechter te zullen stappen. De studenten willen een wijziging in de langstudeerboete. De GGZ wil dat de eigen bijdragen voor psychiatrische patiënten geschrapt worden.
De Nationale Reisopera kondigde half juni aan naar de rechter te zullen stappen, als de aangekondigde bezuiniging niet omlaag gebracht zou worden. Het gezelschap kan op zoek naar een advocaat, want de 60 procent korting blijft gehandhaafd.

Niet alleen bezuinigingen blijken juridisch voer te worden. De gemeente Bergen roept haar burgers op bij de Raad van State in beroep te gaan tegen de gasopslag, die Verhagen zo graag in hun prachtige natuurgebied wil. De Partij voor de Dieren roept de provincie Noord-Holland op hetzelfde te doen en Natuurmomenten gaat zelf in beroep tegen de plannen.

In het verleden is het vaker voorgekomen dat de Staat voor de rechter werd gedaagd om bezuinigingen af te wentelen. En soms met succes. In 2005 verbood het gerechtshof in Amsterdam een aantal bezuinigingen in de jeugdinrichtingen. Donner, toen minister van Justitie, moest een aantal maatregelen terugdraaien.
In 2009 kreeg ActiZ (koepelorganisatie voor de thuiszorg) een bezuiniging van 70 miljoen euro van de baan en in 2010 lukte het woningbouwcorporaties de Vogelaarheffing terug te vorderen.

Zo gaat het niet altijd. In 2010 had de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen aanvankelijk succes bij de kortgedingrechter en leek een korting van 549 miljoen euro ongedaan gemaakt. Toenmalig minister van Volksgezondheid, Ab Klink, ging echter in beroep en haalde daar zijn gelijk.

De politieke debatten in de Tweede Kamer hebben we op televisie kunnen volgen. Een Haagse rechter deed het onzalige voorstel rechtszittingen op televisie uit te zenden, maar voor de zaken die de gemeenten, studenten, GGZ en Reisopera aanspannen mag misschien een uitzondering worden gemaakt. Want er zijn natuurlijk nog veel meer organisaties, die willen weten of een rechtszaak zin heeft. Als de eisers gelijk krijgen, dan kan het niet anders betekenen dat het kabinet haar bezuinigingen in ieder geval juridisch niet goed heeft onderbouwd.

Donner naar de Raad van State

DonnerMinister Donner maakt misschien het einde van Rutte I niet mee. Dat wil zeggen: als het kabinet de rit helemaal uitzit en na Prinsjesdag valt wegens een paar cruciale rekenfouten.  Donner gaat wellicht Tjeenk Willink opvolgen en wordt  hare majesteits rechterhand worden in de Raad van State.

Dat moet zeer naar genoegen zijn van de vicepremier, die geen vicepremier is. Wilders vond dat Tjeenk Willink al veel eerder de laan uit moest. Willink was maar een partijdig mannetje, dat de PVV uit wilde sluiten van de kabinetsformatie. Wilders eiste zijn ontslag. Het heeft even geduurd, maar Willink gaat vertrekken en met Donner lijkt de PVV een ideale bondgenoot in de Raad van State te krijgen. Donner was immers niet te beroerd bepaalde ideeën van de PVV over te nemen en kom daarom ook zeer gemotiveerd de nieuwe integratienota presenteren.

De PvdA en de SP vrezen een te vooringenomen, partijdige vicevoorzitter in de Raad te krijgen. Dat is nog maar de vraag. Sommige ministers veranderen hun bekende opstelling als ze van functie veranderen. Loyaliteit is ook een principe. Zal Donner loyaliteit aan de principes van de Raad van State boven de principes kunnen stellen, waarop het kabinet haar plannen baseert?

Het zal niet veel uitmaken. Donner weet ook wel dat adviezen van de Raad even makkelijk weggewuifd kunnen worden als ze aangevraagd zijn. In 2009 verwees de Raad de plannen de AOW-leeftijd pas in 2020 te verhogen, naar de prullenbak. Donner bedankte de Raad vriendelijk voor het werk en deponeerde niet zijn wetsvoorstel, maar het advies in de prullenbak.
De Raad van State geeft niet vaak een negatief advies af. Als een wetsvoorstel goed is voorbereid hoeft dat ook niet. Maar het komt voor en meestal wordt een wetsvoorstel dan aangepast, tenzij een minister eigenwijs genoeg is en het advies negeert.

Onder Kok I kwam dat tweemaal voor (afschaffing WAO-boetes en beperkingen in de nabestaandenwet), onder de kabinetten Balkenende werd vier keer een afwijzend advies genegeerd (afschaffing VUTregeling, Verdonks plannen criminele Antilliaanse en Arubaanse jongeren uit te zetten, aanpassing arbeidsrecht om bijzonder onderwijs te verbieden homosexueel personeel te weigeren en het al genoemde WAO-plan van Donner).
Onder het huidige kabinet heeft Fred Teeven de eer al gehad  een Raadsadvies te negeren. Tegen de zin van de Raad van State wil hij toch de wet op de kansspelen verruimen.

D66 en de PvdA zien de Raad van State het liefst afgeschaft. Dat werk kan ook heel goed door de Eerste Kamer worden gedaan, vinden zij. Waarschijnlijk is dat de reden dat de PVV het juist andersom wil. In het verkiezingsprogramma stelde de PVV voor de Eerste Kamer af te schaffen en juist de Raad van State al het controlerend werk te laten doen.
Zal de oppositie met de benoeming van Donner meer reden krijgen kritisch te zijn over de Raad van State?

Ruttes Rust.

protestHet zomerreces staat voor de deur. Kabinet en parlement gaan met vakantie. Een groot deel van de burgers hopelijk ook. Rust kan tot bezinning leiden en dat is hard nodig ook, na alle onrust die de kabinetsplannen hebben veroorzaakt.
Tot nu toe lijkt Rutte er niet in te slagen als premier de beste crisismanager ooit te worden. Sinds oktober 2010, na de installatie van zijn kabinet, is de maatschappelijke onrust alleen maar toegenomen.

In de OnrustMonitor houden we alle maatschappelijke reuring bij. Verdeeld in drie categorieën: acties tegen de bezuinigingen, arbeidsonrust en overige acties. De actiebereidheid blijkt flink toegenomen. Van zeven acties in oktober, tot 49 in de afgelopen maand, waarmee juni de heetste maand mag heten. In totaal waren er dit jaar 134 acties tegen de bezuinigingen, 30 arbeidsconflicten en 24 overige acties. Sommigen lopen nog, met name de petities. Sommige acties kunnen op vervolg rekenen, zoals de acties in het openbaar vervoer.

De meest gebruikte actievorm is die van de petitie of handtekeningenactie. Opvallend is dat het aantal demonstraties is toegenomen. Niet alleen in aantal, ook in omvang.
Er zijn veel meer acties geweest dan in de OnrustMonitor zijn vermeld. Maar acties die door politieke partijen zijn geïnitieerd rekenen we niet mee. Alleen de acties die door burgers zelf of hun vertegenwoordigen organisaties zijn in de OnrustMonitor opgenomen.

Acties tegen bezuinigingen op lokale voorzieningen als bibliotheken, zwembaden, amateurkunsten en welzijnswerk kwamen veruit het meeste voor. In de categorie arbeidsonrust zijn het vooral de cao-onderhandelingen die tot oproer leiden.  En onder de overige acties zijn de acties tegen de privatisering van het openbaar vervoer en tegen de plannen voor een nieuwe kerncentrale de koplopers (samengevat in dit overzicht – exceldocument).

Na de grote onrust van afgelopen maand, kan iedereen zich nu eens in alle rust bezinnen. Burgers, organisaties en actievoerders zullen ongetwijfeld nadenken over hoe het nu verder moet. Het kabinet kan zich eens bezinnen of al die onrust niet eens tot wat wijzigingen in de plannen moet leiden. Want laten we niet vergeten dat de 18 miljard aan bezuinigingen wellicht helemaal niet nodig zijn. De economie trekt weer wat aan, de staatssteun is bijna helemaal terugbetaald en er zijn wat meevallers, waaronder de 1,6 miljard hogere gasopbrengsten. Lees een artikel hierover op GeenCommentaar. waarin wordt betoogd dat er helemaal geen redenen zijn voor de bezuinigingen.

Gezien de toenemende actiebereidheid lijken steeds meer burgers dat ook te beseffen. Afijn, hier de onrust waar de arme Rutte mee te maken heeft gehad. Klik op het plaatje voor de details.
onrustmonitor

Geen reden tot bezuinigen?

colijnrutteJoepie! We krijgen 218 miljoen euro terug van de Europese Unie. Rutte ziet ineens hoe hij van al die protesten tegen zijn beleid kan afkomen en vraagt een half uurtje zendtijd aan. Met die bekende joviale lach, spreekt hij het volk toe: “Ik verzoek de luisteraars dan ook om wanneer ze straks hun bedjes opzoeken, even rustig te gaan slapen als ze dat ook andere nachten doen. Er is voorshands nog geen enkele reden om werkelijk te bezuinigen”.
Het volk zegt alle geplande manifestaties en marsen af en gaat opgelucht op vakantie.

Tsja, een meevaller van 218 miljoen. Is daarmee de bezuiniging van 200 miljoen op de kunsten van de baan? Mwah, dat zou niet eerlijk zijn ten opzichte van de overige getroffen gebieden. Maar hoe zou Rutte dan de 18 miljard aan geplande bezuinigingen ongedaan kunnen maken?
Er zijn meer meevallers. Dit jaar betaalt Aegon de laatste aflossing terug van de genoten staatssteun. SNS Reaal en de ING denken volgend jaar de laatste steun terug te betalen. Dat gaat om ruim 7,6 miljard euro.

Het CPB stelde vorige week dat de Nederlandse economie dit jaar met 2% zal groeien en het EMU-tekort af zal nemen van 5,4% bbp in 2010 tot 2,2% bbp in 2012. Laten we eens heel voorzichtig aannemen dat er daardoor 1 miljard minder bezuinigd hoeft te worden.
Even rekenen: 218 miljoen terug van de EU, 7,665 miljard terug van de banken en de verzekeraar. Dan die 1 miljard bezuinigingen schrappen en hoppa, er moet nog maar 9,117 miljard gesnoeid te worden. Rutte zegt immers in totaal18 miljard te moeten snijden, vooraleer hij dit prachtige land aan de burgers kan teruggeven?

Ook al zijn veel mensen het niet eens met de manier waarop Rutte wil,bezuinigen, velen zijn het er wel over eens dat er toch iets bezuinigd moet worden. Welnu, dan maar eens een maf ideetje van stal gehaald. Bij wijze van 1 aprilgrap rekende ik hier voor dat een eenmalige “eigen bijdrage naar vermogen” ook 18 miljard euro kon opbrengen. Het idee was: mensen met een inkomen tot 16 duizend euro hoeven niets bij te dragen. Mensen die tussen de 16 en 18 duizend euro aan persoonlijk inkomen hebben, betalen een eigen bijdrage van 50 euro. Dan gaat het oplopen. De miljonairs betalen een eenmalige bijdrage van 25.700 euro.

Hoe groot zou ieders eenmalige “eigen bijdrage naar vermogen” zijn als er maar ruim 9 miljard moet worden ingezameld? Hier nog even de meevallers op een rij, plus de omvang van die eigen bijdrage (exceldocument).
Met een persoonlijk inkomen van 16 tot 18 duizend euro, is de bijdrage nog maar 15 euro. Ofwel bijna 30 cent per week. Zit je een stuk hoger, zeg tussen de 30 en 35 duizend euro, dan kan de bijdrage misschien wel 400 euro zijn. Zo’n 33 euro per maand of wekelijks ruim 7,6 euro. Miljonairs mogen 13.400 euro bijdragen.
Het is maar een voorbeeld, dus een andere verdeling is natuurlijk ook mogelijk. Mijn maf idee van de eigen bijdrage naar vermogen, kun je inzien in dit exceldocument. Ik neem aan dat degenen die er van overtuigd zijn dat er reden is om te bezuinigen, zich hier wel in kunnen vinden en graag hun bijdrage leveren.

Want echt nodig is het niet, als je het CPB mag geloven. Met de huidige economische groei zit Nederland in 20912 ruim onder de 3% die een land aan staatsschulden mag hebben.

Het debat is dood, leve het debat!

debat“Maar als een proces boven je eigen hoofd heeft gekletterd, dan bieden een harnas en een zwaard in een slaglinie geen betere bescherming dan de welsprekendheid aan de aangeklaagde die in gevaar verkeert”. Een zinnetje uit de Dialogus de oratoribus van Tacitus, een zeer oude Griek, maar gereanimeerd door Roderik van Grieken (die naam!), directeur van het Nederlands Debat Instituut. Oude Grieken als Tacitus, Aristoteles, Socrates en Plato worden gezien als de oerbronnen van de dialoog, het debat en de retorica.

In De Volkskrant betoogt Van Grieken dat de slotrede van heer Wilders, tijdens het proces dat boven zijn hoof hing, een prachtig geconstrueerd voorbeeld van retorica was. Een fraai staaltje doordacht taalgebruik, een parel “voor  ieder mens met enig taalgevoel en kennis van retorica”.
Van Grieken ziet maar weinig goede sprekers in de politieke arena en zou willen dat er meer begenadigde sprekers als Wilders,. Rutte en Pechtold het woord voeren. Hij legt de schuld bij het onderwijs: “Generaties hebben in Nederland school verlaten zonder ooit echt kennis te hebben gemaakt met de kunst van het overtuigen. Laat staan dat men er mee geoefend heeft”.

Dat is ook maar retoriek. Meneer van Grieken moet ook aan zijn broodwinning denken. Zijn organisatie levert allerlei ‘producten’, waarmee je een fantastische spreker kan worden. Wie gelooft dat het onderwijs niets doet aan de kunst van het spreken, zal opgelucht ademhalen dat er nog zoiets is als het Nederlands Debat Instituut.
Aan het onderwijs kan het toch niet liggen? Of is de ouderwetse spreekbeurt verdwenen? Natuurlijk niet. Nu is een spreekbeurt nog geen debat, meer een lesje in spreken in het openbaar. Het kan het begin van een debat zijn en daar doen scholieren lustig aan mee.

Vorig jaar haalde Nederland voor het eerst een tiende plaats op het WK debatteren voor scholieren. Een grote stap voorwaarts. In 2008 werden voor het eerst de achtste finales gehaald met een zestiende plaats en in 2009 haalde Nederland een vijftiende plaats. In 2010 eindigde Nederland bovendien als beste team in de categorie ‘English as a Foreign Language’. Teamleden waren onder andere Elisabeth van Lieshout en Thom Wetzer, die in 2010 het Nederlands Kampioenschap Debatteren wonnen.
Nu zijn zij natuurlijk briljante leerlingen van een lyceum of gymnasium. Mark Rutte en Uri Rosenthal zaten op zo’n school, het Haagse Maerlantlyceum, dat overigens nog nooit een landelijke debatwedstrijd heeft kunnen winnen.
De Vara organiseert elk jaar de debatwedstrijd ‘Op weg naar Het Lagerhuis’, voor scholieren van 12 tot en met 18 jaar van VMBO, HAVO, VWO en de laagste klassen van het MBO, want debatteren moet van alle rangen en standen zijn.

Het Nederlands Debat Instituut, van de hierboven genoemde heer Van Grieken, organiseert ook debatcompetities voor alle typen scholen. De landelijke debatwedstrijd voor MBO-scholen, wordt al drie jaar op een rij door het ROC Tilburg gewonnen. In de categorie VMBO won dit jaar een Mavo uit Dordrecht. Je ziet het: er wordt oeverloos gedebatteerd in het onderwijs. Waarom zegt Van Grieken dan toch dat hele generaties de school hebben verlaten “zonder ooit echt kennis te hebben gemaakt met de kunst van het overtuigen. Laat staan dat men er mee geoefend heeft?”

 

Omdat hij de kunst van het debat belangrijker vindt, dan de inhoud. Zijn stelling is dat de inhoud nog zo verwerpelijk kan zijn, als het de boodschap in de juiste vorm wordt gegoten, zit daar de kracht mensen te overtuigen. Van Grieken constateert een gebrek aan retorisch begaafden en vindt dat een gevaar voor een gezonde democratie. Waren alle politici even bedreven in de retoriek, dan zou er veel gelijkwaardiger strijd zijn.
Een retorisch vraagje. Zegt hij nou uiteindelijk toch dat het zo jammer is dat de grootste onzin de meeste stemmen trekt?