Nederland bereidt zich voor op het rookverbod. Terwijl we hier aardig achterlopen op een aantal andere europese landen, is het rookverbod in de horeca en bepaalde zorginstellingen nog geen voldongen feit. Wat wel erg aardig is van minister Klink is dat hij eventuele maatschappelijke onrust in de kiem wil smoren.
Die onrust komt wellicht van rokers die met zichzelf geen raad weten als ze helemaal nergens mogen roken. Nou, dan stoppen die toch met roken? Jawel, maar de hardcore nicotineverslaafden onder ons weten met wat voor problemen dat gepaard kan gaan. Ze weten heus wel dat het niet goed voor de gezondheid is en ook een heel smerige gewoonte. Stoppen, ja, dat wilen ze (bijna) allemaal wel. Maar van afkicken kan je aardig doordraaien.
Minister Klink wil de stumpers een handje helpen. De nicotinepleister en kursussen waar je kunt leren stoppen met roken komen in het basispakket van de ziektekostenverzekering. Zo hoeft er niemand gek te worden en niemand heeft nog een reden zijn/haar eigen menselijk tekort aan te voeren als reden waarom het maar niet wil lukken.
Klink's pleister op de wonde moet dus voorkomen dat straks de uitgaansgelegenheden vol zitten met chagrijnige, depressieve en onrustige ex-rokers. Nu wordt er wel wat gesputterd tegen dat rookverbod, maar er zijn volgens mij echt geen tekenen dat het tot een rokersoproer zal komen. Het komt misschien pas tot een opstand als de nicotinepleister over een paar jaar om wat voor reden dan ook, weer uit het basispakket wordt geschrapt. Want zo fantastisch helpen die dingen nou ook weer niet. Veel rokers hebben wel wat baat bij die pleister maar vallen na enige tijd weer terug in het oude, vertrouwde gedrag. Die hebben jarenlang nicotinepleisters nodig.
Hartpatiënten en zangere vrouwen moeten so-wie-so oppassen voor nare bijverschijnselen. Het middel is dus omstreden en de vraag blijft dan ook waarom de overheid het vertikt om de tabaksindustrie zelf definitief goed aan te pakken. Okee, de tabaksfabrikant mag geen verslavende stoffen meer toevoegen aan de sigaret. En de reclame is verregaand beperkt. En de tabaksfabrikant is verplicht op de verpakkingen te vermelden wat roken al zo kan doen met je gezondheid. Da's al heel wat.
Nog leuker zou zijn als de fabrikanten verplicht worden mee te betalen aan de toekomstige gedoogzones in horeca, op stations en coffeeshops. De discussie over of een roker wel of niet medische hulp mag krijgen kan afgerond worden door de tabaksindustrie te verplichten de zorg voor hun cliënten te betalen. En, hoewel niemand in dit vrijheidslievende, enigzins liberaal-anarchistsiche land voor zulke drastische overheidsingrepen is, een totaal verbod op de productie zou pas echt zoden aan de dijk zetten. Mocht de straffe roker daarmee de illegaliteit in gedreven worden, zal dat zeker wat problemen geven. Maar zelfs het het vrije, blije hippietijdperk en de latere drugsgedoogcultuur heeft er niet toe geleid dat alle 16 miljoen inwoners hier aan de genotsmiddelen verslaafd zijn en elkaars zakken rollen om aan het spul te komen.
Ab Klink weet dat een tevreden roker geen onruststoker is. Het lapmiddeltje – ceci n'est pas une pipe – zachte pleisters maken stinkende wonden (sorry, maar mijn frans is nooit zo geweldig geweest) dat hij nu wil inzetten moet de gemoederen ook bij het stopppen met roken rustig houden, zodat het rookverbod een succes mag worden.
Ik moet eerlijk zijn: na wat schampere pogingen tot stoppen, rook ik nog steeds. Dus als de walmende dampen van dit stukje u tot meeroken heeft gedwongen: excuses. Ik streef naar een rookvrij blog. De planning is om, na alle veranderingen die dit weblog reeds heeft ondergaan, deze wijziging eind augustus in te voeren.
Een tevreden roker is geen onruststoker
Geef een reactie