Mevrouw de Voorzitter,
Ik sta hier met een leeg koffertje. Op merkwaardige wijze zijn de stukken twee weken geleden verdwenen. We hebben weliswaar een aantal vingerafdrukken gevonden, maar deze kwamen niet overeen met de vingerafdrukken die wij op dit moment in de databases van justitie op voorraad hebben.
Het onderstreept nog maar eens de noodzaak de vingerafdrukken van alle nederlanders op te slaan, want laten we wel zijn: het is toch te gek voor woorden dat wij de Miljoenennota niet fatsoenlijk onder de pet kunnen houden en pas bekend kunnen maken wanneer wij dat goeddunken.
De houding van een zich kwaliteitsblad noemende NRC heeft de zaak er niet beter op gemaakt. De boodschap van het kabinet, samen werken, samen leven, is niet aangekomen bij de NRC-redactie en daar weigerde men een handtekening te zetten en voor slechts enkele dagen samen te werken met het kabinet.
Mevrouw de Voorzitter,
Wij zijn echter niet somber gestemd. Op het eerste gezicht lijkt het ons dus wat tegen te zitten, maar laten we de voordelen niet vergeten. Daar de inhoud van dit koffertje nu dus wijd en zijd bekend is, kan ik het vandaag kort kan houden.
U kent de cijfers, u kent onze motivatie, u kent ons streven. U kunt over tot de orde van de dag.
Mevrouw de Voorzitter,
Om een roemrucht sociaal-democraat te citeren, die ooit dit land mocht leiden: twee dingen.
Ten eerste wil ik aankondigen dat dit de laatste keer is dat ik met dit koffertje voor u verschijn. Nee, de geachte afgevaardigden ter rechterzijde hoeven nu niet zo verheugd te kijken. Ik zal hier weer staan, maar het koffertje niet.
Dat koffertje stelt eigenlijk niet zoveel voor en is een relikwie dat niet meer van deze tijd is.
Volgend jaar zullen wij, zodra de cijfers op een rijtje staan, de inhoud meteen op het internet publiceren.
Iedereen kan er dan mee doen wat men maar wil. De pers heeft haar vrijheid terug en het kabinet hoeft zich geen zorgen te maken over de reacties op de inhoud. Ik herhaal nog maar eens mijn woorden bij de presentatie van het regeerakkoord in februari 2002: het is natuurlijk niet zo dat wij onze oren naar de samenleving laten hangen, zo van, u vraagt, wij draaien.
Ten tweede: de naam Miljoenennota kan de prullenbak in. Het gaat inmiddels om miljarden. De samenleving, burgers en bedrijfsleven, moet tussen de oren krijgen dat regeren een uiterst kostbare zaak is. Wie dat moeilijk te verteren vindt, daag ik uit de duizenden miljarden eens op een rij te zetten die met name in de commerciƫle sectoren op de begroting staan en eens goed te kijken wat men daarvoor krijgt.
Mevrouw de Voorzitter,
Wij moesten maar weer eens aan het werk.
(De echte toespraak is hier te lezen).