Auteursarchief: Klokwerk

Nieuwe politiek: beter naamloos?

BlancoDe veertig nieuwe partijen willen een beter Nederland dan de gevestigde partijen bieden. Twee van die nieuwkomers drukken dat ook uit in hun naam. De een heet Beter Nederland, de ander Nederland Beter (NLB). De Raad van State heeft de voorkeur voor een Beter Nederland, want de NLB mag geen naam hebben, maar wel met een blanco lijst meedoen.  Een politieke uitspraak, want ergens gelooft de Raad niet dat Nederland beter wordt?

Bij de registratie van partijen kijkt de Kiesraad wel of de naam door de beugel kan. In de voorwaarden staat dat de Kiesraad een registratie kan afwijzen als “de aanduiding is verwarrend omdat hij geheel of in hoofdzaak overeenstemt met een reeds geregistreerde aanduiding van een andere politieke groepering, of met een aanduiding waarvoor reeds eerder een registratieverzoek is ingediend”, of “Op dezelfde dag wordt bij het centraal stembureau een verzoek ingediend tot registratie van dezelfde of nagenoeg dezelfde aanduiding”.

In juni weigerde de Kiesraad de naam “Occupy Politiek”. Te misleidend, vond de Kiesraad omdat het teveel aan de Occupybeweging doet denken. De indieners hebben geen bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing.
De lokale partij “Vereniging Keerpunt 2010” in Grave diende bij de Raad van State een bezwaar in tegen de naam Democratisch Politiek Keerpunt, de fusie van Trots en OBP (Onafhankelijke Burger Partij). De Raad wees het bezwaar af.

De Kiesraad gaat ruimhartig om met de spelregels. Het is vaker voorgekomen dat partijen onder bijna gelijkluidende namen zijn geregistreerd. In 1956 deden de “Nationale Unie” en de “Nationale Oppositie Unie” mee aan de verkiezingen. In 1971 vond de Kiesraad de term “bejaarden” niet verwarrend genoeg om  de  Algemene Bejaarden Partij Nederland”, de “Bejaarden en Arbeidspartij”, de”Bejaardenpartij 65+”, de “Bejaarden Partij Algemeen Belang” en de “Landelijke Partij van Bejaarden” toe te staan. In 1989 mochten de “Vooruitstrevende Minderheden Partij” en de “Socialistische Minderheden Partij” meedoen.

In 2006 weigerde de Kiesraad de aanduiding “Ons Fortuyn”, evenals alle ander initiatieven waar de naam van wijlen Pim in voorkwam.  Alleen de LPF mocht de naam wijzigen in “Fortuyn”. Marten Fortuyn en zijn adviseur Jos Hendriks en indiener van de naam , maakten bezwaar tegen die beslissing. Ze vonden dat alleen zij recht hadden op de merknaam ‘Fortuyn’.  maar kregen van de Raad van State nul op het rekest.

Nu staan de “Anti Euro Partij” en de “Anti Europa Partij” geregistreerd. Nog geen bezwaar gehoord van een van deze partijen.
David Pott uit Hilversum, de oprichter van “Beter Nederland”, maakte dus wel bezwaar en kreeg van de Raad van State gelijk. “Beter Nederland” stond voor 15 juni al ingeschreven, “NederlandBeter” werd op 19 juni aan het register toegevoegd. De Kiesraad volgt de uitspraak van de Raad van State en heeft de aanduiding “NederlandBeter” nu geschrapt.

Van “Beter Nederland” weten we erg weinig. De website blijkt zo dood als een pier en van David Pott weten we dat deze medewerker van een sociale werkvoorziening in Hilversum, in maart op een SP-bijeenkomst op de agenda stond en door de NOS en RTV Utrecht is geïnterviewd. Verder niets bekend. Wie is de lijsttrekker, wie zijn de overige kandidaten en wat is het verkiezingsprogramma?
NederlandBeter doet het publicitair ook beter. Dat wil zeggen: wel een toegankelijke website en om op internet in beeld te zijn lanceerde men nog een tweede website, schrijft er over op het platform Plazilla (bedoeld om met schrijven geld te verdienen bloggers!) en loopt zelfs braderieën af om de waarborgsom bijeen te sprokkelen.

De Raad van State had de heer Pott beter kunnen adviseren zich “blanco” te noemen. De andere partij maakt zeer waarschijnlijk geen kans nog een andere pakkende de naam op te voeren, omdat de inschrijftermijn is verlopen. De reactie van NLB zal voorspelbaar zijn: van zulke regelgeving wordt Nederland niet beter?

Dit artikel verscheen eerder op Sargasso.

Eerste hulp drukker door gebruik apps.

GevaarIn alle ziekenhuizen is op de afdeling spoedeisende hulp de drukte toegenomen tengevolge van het gebruik van zogenaamde apps op mobiele telefoontoestellen. Voorzitter R. Kruis van de VSHV (Vereniging van Spoedhulp Verpleegkundigen) dringt er bij de ziekenhuizen op aan,  bij te dragen aan de kosten voor de ontwikkeling van een app die juist ongelukken moet voorkomen.

Als in de maatschappij zaken veranderen, verandert de aard van het werk op de spoedeisende hulp ook. Letsel gerelateerd aan telefoongebruik waren zeldzaam, totdat de mobiele telefoon op de markt kwam. Met name in het verkeer leidt het nog regelmatig tot ongelukken onder automobilisten en fietsers.

De spoedhulpverpleegkundigen en artsen zijn daar inmiddels wel aan gewend en ziekenhuizen hebben hun technologie en roosters al jaren geleden hierop aangepast. Het aantal letsels tengevolge van het mobiele telefoongebruik bleef redelijk stabiel, maar sinds kort wordt de spoedeisende hulp verrast door een golf van been- en armbreuken, hoofdwonden en nekletsels, die te wijten waren aan het gebruik van bepaalde apps op de iPhones en androidtelefoons.

De slachtoffers vallen met name tijdens vakantiedagen en evenementen als de museumdagen, molendagen en open huis- en kijkdagen in diverse sectoren. Er zijn steeds meer apps die informatie doorgeven als de camera op de mobiele telefoon wordt gericht op de plek waar iemand is. Zo is er een museum-app die beelden laat zien van kunst die gerelateerd is aan diverse gebouwen, straten en pleinen in een stad. Er is en app die na het fotograferen van een straatnaambordje, de snelste en goedkoopste weg naar huis toont.

In het straatbeeld is de ontwikkeling van de apps goed te zien. Het bekende beeld van mensen die in de openbare ruimte hun mobiele telefoon aan hun oor houden wordt langzaam maar zeker verdrongen door het beeld van mensen die hun mobiele telefoon voor zich uit in de lucht houden.

“De ontwikkelingen in dit soort technologie hou je niet tegen”, zegt voorzitter R. Kruis, “maar je kunt er wel gebruik van maken”. De VSHV heeft een bureau in de arm genomen die nu onderzoekt of het mogelijk is alle apps die in de openbare ruimte gebruikt kunnen worden, te voorzien van een signaalwerking die de gebruiker waarschuwt voor verkeerspaaltjes, lantaarnpalen, stoepranden en trappen.

“Het is mogelijk, heeft men mij laten weten”, zegt mevrouw Kruis, “maar de kosten zijn aan de hoge kant. We zijn nu aan het berekenen of deze investering uiteindelijk de toenemende kosten van de spoedeisende hulp zullen terugdringen”.
Een woordvoerder van het ministerie van Volksgezondheid zet op de hoogte te zijn van de problematiek. Het kabinet had een wet in voorbereiding om het gebruik van apps in de openbare ruimte te verbieden. Door de val van het kabinet zal het hier echter niet van komen. De woordvoerder laat weten dat de minister het toejuicht als bedrijfsleven en ziekenhuizen inzetten op preventieve technologie en hoopt op een spoedige realisatie van de waarschuwingsapp.

Spookbeleid.

SpookjagerHet kabinet Rutte maakt vaart om op de demissionaire valreep nog wat hobby’s veilig te stellen en jaagt nog wat spoken na.

De spookburger, om concreet te zijn. Op voorstel van minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft het kabinet ingestemd met een wijziging van het Besluit SUWI waardoor gegevensuitwisseling met het UWV mogelijk wordt. De wijziging treedt in werking op 1 juli 2012, meldt de ministerraad. Lokale overheden krijgen zo een extra instrument om zogeheten 'spookburgers' aan te pakken.

Hoewel het jaarlijks om krap 0,4% van de bevolking gaat, moeten we eens van die spokende burgers af. De meeste spoken duiken binnen een half jaar na uitschrijving uit een gemeente weer op. (Bron: CBS november 2011). En ook al blijkt dat maar een zeer beperkt deel der burgers spookt om duistere motieven (bron: Rijksoverheid november 2011). spoken zijn eng en ambtenaren raken gestresst als hun administratie niet op orde is.

De wetswijziging is ingegeven door de hobby’s van VVD en CDA: fraude en uitkeringen. Hoog op hun agenda en speerpunten van Rutte I. Natuurlijk is elk fraudegeval met uitkeringen er één teveel. De vraag is echter of de wetswijziging het gewenste effect zal sorteren. Gemeenten mogen dan een paar burgers per jaar kwijt zijn, maar vinden ze die wel bij het UWV?

Het UWV zegt er nog jaren over te doen voor ze hun chaotische administratie op orde hebben. In reactie op een rapport van de Nationale Ombudsman zegt het UWV dat in augustus 2011 nieuwe beleidsregels zijn opgesteld voor de adrescontrole. Uitgangspunt is: “uitgaan van het GBA-adres, tenzij…”. Lees het eens na in hoofdstuk 4 van het rapport van de Nationale Ombudsman (pdf).

Pardon? Uitgaan van de gemeentelijke basisadministratie? Maar de reden voor de wetswijziging was toch dat het in de GBA spookt?

Per 1 juli kunnen gemeenten dus individuele gevallen natrekken bij het UWV, maar vanaf 1 januari 2013 kunnen gemeenten ook de bij het UWV aanwezige adressen van al hun inwoners opvragen om hun totale administratie te controleren.
Het is te hopen dat de lokale overheden tegen die tijd een perfect werkende basisadministratie heeft, maar daar is men nog allerminst zeker over. De huidige GBA’s worden vervangen door een landelijke database. De overgang gaat gepaard met veel onzekerheden en de kans op fouten is nog groot, volgens een rapport dat minister Spies naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

De erfenis van van Rutte I: hobby's die nog jaren zullen rondspoken.

Niet te gek om los te lopen.

Ambulante hulpMinister Schippers van Volksgezondheid heeft een demissionair succesje behaald. Met veel tromgeroffel is het bestuurlijk akkoord voor de toekomst van de GGZ gepresenteerd.

De minister is er trots op dat deze keer GGZ-instellingen. beroepsgroepen, patiëntenvertegenwoordigers en zorgverzekeraars op één lijn naast haar staan. Maar zoals dat met bestuurlijke akkoorden wel vaker het geval is: de ondertekening vond plaats “onder voorbehoud van goedkeuring van hun achterban”.

Die achterban zal tevreden zijn met het inhoudelijke deel van het akkoord (pdf). Minder klinische opnamen, minder dwangmaatregelen en meer ambulante zorg. Dat is overigens geen noviteit, of zoals  de voorzitter van GGZ Nederland tegenover de NOS zei: “veel ontwikkelingen die in het akkoord zijn afgesproken in de praktijk al aan de gang”.

Of de achterban ook zo tevreden zal zijn over de bekostiging, is de vraag, want die wordt teruggeschroefd naar het niveau van vijf tot zeven jaar geleden. In 2007 werd er ruim 4,6 miljoen euro aan GGZ-zorg uitgegeven. Het akkoord stelt dat deze zorg in 2012 nog 4 miljoen mag kosten (het niveau van 2005), oplopend tot 4,4 miljoen in 2014. In 2010 bedroegen de kosten ruim 5,4 miljoen euro.

Uitbreiding van de ambulante zorg moet uitkomst bieden. Wie de GGZ-tabellen van het Trimbos Instituut er op na slaat, samengevat in dit exceldocument, ziet dat de ambulante zorg al jaren stevig groeit. Met een gemiddelde groei van 15,36% over 10 jaren steekt de ambulante zorg met kop en schouders uit boven de klinische opnames en verblijf in beschermd wonen.

Toch zat er ook nog groei in de beddencapaciteit  van de GGZ-instellingen. Het aantal instellingen nam af (van 106 in 2005 tot 98 in 2010), het aantal bedden nam toe van ruim 30 duizend in 2005 tot iets meer dan 37 duizend in 2009. De sterke toename van ambulante zorg heeft dus niet geleid tot een afname van het aantal bedden. Die hoeveelheid moet met een derde worden verminderd, is afgesproken in het GGZ-akkoord.

En wel omdat bijna iedereen het er over eens is dat de patiënt het beste af is, als hij of zij in eigen omgeving kan worden geholpen. Ook de zwaarst zieke psychiatrische patiënten. Niemand is te gek om los te lopen. Projecten met intensieve ambulante zorg lijken deze stelling te bevestigen en, mooi meegenomen, op termijn is deze vorm van zorg goedkoper dan klinische zorg.

Het succes is te danken aan multidisciplinaire teams, die met intensieve bemoeizorg kunnen voorkomen dat iemand moet worden opgenomen. Een methode die bij de GGZ Noord-Holland al tot beddenreductie heeft geleid. Vanaf 2000 begin men voorzichtig met deze nieuwe aanpak en de positieve ervaringen leiden ertoe dat nu steeds meer intensieve ambulante zorg wordt toegepast.

Voor Zorgvisie.nl  schreef voorzitter Remmers van Veldhuizen van CCAF, het certificeringscentrum voor intensieve ambulante zorg, in 2011 dat er veel minder mensen uit de zorg vallen en dat er ook minder dwangopnames nodig zijn. Die laatste constatering bleek niet uit een rapport (2007) van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. In Noord-Holland, waar men in 2000 begon met de nieuwe aanpak en deze in 2004 uitbreidde, steeg tot in 2006 het aantal dwangopnames en was deze regio samen met Zuid-Holland koploper op dit gebied.

Dat kan gelegen hebben aan de beginperikelen en de nog kleine schaal waarop intensieve ambulante zorg werd toegepast. Het zou mooi zijn als niet alleen het aantal bedden, maar ook het aantal dwangopnames kan worden gereduceerd. Tot nu te groeit landelijk ook dat aantal, van gemiddeld 36 per dag in 2002, tot 51 per dag in 2009.

Remmers van Veldhuizen waarschuwde wel voor bezuinigingen op ambulante zorg. In Australië leidde afbouw van ambulante zorg leidde tot marginale maatschappelijke situaties en overlast en meer patiënten verdwenen in de forensische kanalen.
En dat is iets waar de achterban van de ondertekenaars van het GGZ-akkoord wel even stil bij mogen blijven staan. Intensieve ambulante zorg is duur en pas op langere termijn zal de beddenreductie die kosten enigszins kunnen compenseren. Dus niet de komende twee, drie jaren.

Ook dit akkoord is, net als het Bestuursakkoord voor de decentralisatie, een mooi verpakte bezuinigingsmaatregel. De gemeenten, de achterban van de VNG, floot destijds de ondertekenaars terug. Hoe zal de GGZ-achterban reageren?

Kunst, voetbal en crisis.

VoetbalEerst weer een doorverwijzing. Wil je voetbalplaatjes ruilen, neem dan een kijkje bij Sargasso’s Kunst op Zondag. Het is verrassend te zien hoe kunst en voetbal samengaan.

En dan nog wat losse notities.
Zat ik afgelopen week net te denken dat de PvdA en de SP samen op zouden moeten trekken, blijkt dat ook een serieuze overweging bij SP en PvdA te zijn. Mooi zo. Ik zou zelfs zeggen: vraag GroenLinks, D66 en de CU erbij en als de laatste voorspelling van Maurice de Hond de verkiezingsuitslag zou zijn, dan mag die combinatie op 76 zetels rekenen. Op naar de 80. Waar wachten deze partijen eigenlijk nog op?

Onder het motto ‘als niets helpt, die dan niets’ lijkt wachten wel het enige dat ‘De Politiek’ doet. Plannen van Rutte I zijn door de Kunduz-coalitie voor een deel in de prullenbak gekieperd. Na de presentatie van het Kunduz-akkoord trekt men de een na de andere aangekondigde maatregel weer in. Dat mag allemaal met recht een crisisbeleid worden genoemd, maar niet in de echte zin van het woord.

Maatregelen worden afgelast, verzacht of uitgesteld, maar andere oplossingen zijn nog niet te zien. Waar wachten alle partijen eigenlijk op?
Tot de crisis zich vanzelf oplost, natuurlijk. En dat gaat gedeeltelijk ook gebeuren. De financiële instellingen die er zo’n puinhoop van hebben gemaakt, zijn hardleers. Maar zonder betalende klanten kunnen ze niet, dus verzinnen ze wel wat om ons niet geheel blut en berooid achter te laten.

Ook in de politiek is men hardleers, maar met de verkiezingen voor de boeg zullen de partijen het uiterste aan creativiteit verwachten van de campagneteams. Tip: kom met de slogan ‘Wij gaan over ons eigen geld’. Vertaald in een aantal krasse maatregelen. Bijvoorbeeld een verbod op beurshandel naar aanleiding van politiek beleid. Of het verbieden van voor de burger ongezonde speculaties. Het is tenslotte van de gekke dat de beurs reageert als een regering voor speculanten onwelgevallig beleid afkondigt. Of dat er met voedsel wordt gespeculeerd.

Het moet eens afgelopen zijn met handel in geld. Geld is een smeermiddel, geen productiemiddel. We werken er voor, we consumeren er mee, dus het zou volstrekt onmogelijk moeten zijn dat speculanten uit die ruilhandel een slaatje kunnen slaan. Geef die handel een Second Life, zou ik zeggen. Stort die markt dan in elkaar, dan hebben we er in het echte leven geen last van.

Tenslotte: uit de Kunst op Zondag-aflevering over voetbalplaatjes deze fraaie wedstrijd: Duitsland – Griekenland, met een voor deze tijden bijzondere uitslag.

Grijs en rijk.

BankjeAls de AOW-leeftijd van 65 jaar zelfs voor de SP geen breekpunt meer is, dan gaan we een toekomst met lege park- en pleinbankjes tegemoet. Want als we tot op hoge leeftijd moeten doorwerken, is luierend genieten van je oude dag er niet meer bij.

De vergrijzing is een probleem, zo wordt beweerd. Dat geldt niet overal in het land. In de top-10 van rijkste gemeenten staan vijf gemeenten die ook tot de top-10 van meeste vergrijsde gemeenten behoren. Hoe grijzer, hoe rijker?

Dat is betrekkelijk. De overige vijf die in de top-10 meeste van rijkste gemeenten staan, komen op de ranglijst van vergrijsde gemeenten op plaats 19, 52, 53, 148 en 209. Maar het gemiddelde inkomen van de top-10 vergrijsde gemeenten is wel bijna tienduizend euro hoger, dan die van de 10 minst vergrijsde gemeenten.
Een overzicht met deze cijfertjes vind je in dit exceldocument.

Natuurlijk is het niet zo dat hoe grijzer de bevolking is, hoe rijker de gemeente is waar ze wonen. Gemeenten als Bloemendaal, Wassenaar, Laren en Blaricum waren ook voor de vergrijzing aardig welvarend. En wie al werkend rijk is, zal vast een fortuinlijke oude dag hebben.

Toch is het niet helemaal toeval dat de rijkste gemeenten ook een grotere grijze druk kennen, dan armere gemeenten. De levensverwachting van mensen die onder de lage-inkomensgrens leven, is ongeveer 5 jaar lager dan bij mensen die boven die grens leven.
Dan is er ook nog een verband tussen opleiding en levensverwachting. Hoogopgeleide mensen leven 6 tot 7 jaar langer dan laagopgeleiden. U begrijpt dat het gemiddelde opleidingsniveau in Bloemendaal wel wat boven ongeschooldheid of vmbo-niveau ligt.

Als de oorzaak van een lage grijze druk dan toch moet worden gezocht in de relatie tussen inkomen en opleiding, dan is ‘de politiek’ op de goede weg. Doorgaan met bezuinigen, vooral op lonen en onderwijs. De crisis los je er niet mee op, maar het is wel een begin om de vergrijzing te vertragen. Nog even en een verhoogde AOW-leeftijd is helemaal niet nodig.

De omgekeerde weg, de AOW-leeftijd omlaag, durft niemand te gaan. Omdat we onvermijdelijk grijs worden, maar dat willen we wel zo rijk mogelijk. Maar langer doorwerken druist tegen de menselijke natuur in. Sinds mensenheugenis wordt alles in het werkgesteld om juist minder en korter te ploeteren voor het dagelijks brood. Het vuur, het wiel, de lopende band, de automatisering zijn juist bedacht om werk zo licht en zo kort mogelijk te houden.

De conclusie is tweeledig. Zorg ervoor dat iedereen rijker wordt en investeer ruimschoots in innovatie. Die innovatie moet ons meer en betere middelen verschaffen om werk nog lichter en korter van duur te maken. En rijker kan iedereen worden als meer geïnvesteerd wordt in onderwijs en de welvaart beter wordt verdeeld.

Dan rest nog één probleempje. Als iedereen grijs en rijk is, wie doet dan het resterende vuile werk?

Bij de buren

PijlIn mijn dagelijks werk (daklozenopvang, dagelijks ‘booming business’) is doorverwijzen een van de belangrijkste werkzaamheden. Dat pas ik hier ook maar eens toe.

Voor wie het nog niet weet: onder het pseudoniem P.J. Cokema (waar denkt u dat het voor staat?) blog ik ook op het roemruchte Sargasso. Ik verwijs u door naar twee recente artikelen.

Op 2 juni verscheen ‘En nu iets heel anders’, een artikel voor radeloze kiezers die niet weten waar ze in september op zullen stemmen. Als ze niet op de gevestigde partijen willen stemmen, hebben ze dan een goed alternatief?

Gisteren, 3 juni, verscheen weer een aflevering van de wekelijkse rubriek Kunst op Zondag. Met deze keer tips voor de zomermaanden. Kunst op zomerfestivals en in tuinen en parken. Mocht u meer mooie kunst op bijzondere buitenplaatsen weten, gooi uw tips dan in de reacties.

Een Lente te mooi om waar te zijn.

LenteGezonde overheidsfinanciën en versterking van de economie. Dat is het doel van het Lente-akkoord. Beide doelen zullen niet worden gehaald. De reden is vrij simpel. Ook het schaap met vijf poten, de Kunduz-coalitie, heeft een doodgeboren lammetje geworpen.

Na de ministerraad van afgelopen vrijdag was meteen te lezen waarom het mis zal lopen. In een toelichting staat: “De grootste tegenvallers zijn de werkloosheidsuitkeringen (€ 1,5 miljard door economische krimp) en de gezondheidszorg (€ 0,7 miljard, met name door tegenvallers in de AWBZ en de Zorgverzekeringswet)”.

Juist. De werkloosheid neemt toe. Meer mensen die een uitkering behoeven. Een deel van die werkloosheid is, vanaf 2010, veroorzaakt door bezuinigingen. Het kabinet geeft eenzijdig de crisis de schuld, maar haar bijdrage aan de werkloosheid doet zeker een duit in het schuldenpotje.

En dan de AWBZ en de gezondheidszorg. Welke maatregelen aan kostenbeheersing ook zijn genomen, door dit kabinet en alle voorgaande, het werd alleen maar duurder. Hier moeten dus andere keuzes worden gemaakt dan alleen bezuinigen en schuiven met potjes.  Keuze 1 is dat we accepteren dat dit een duur grapje is en het geld dus ergens anders gehaald moet worden. Keuze 2 is: we vinden het duur genoeg, het moet goedkoper, dus we doen niets meer aan een kwalitatief goede zorg. Zegt u het maar.

Verder lezen we: “De totale inkomsten kwamen door lagere economische groei € 7,6 miljard lager uit dan geraamd. De belangrijkste tegenvallers hierbij zijn de Vennootschapsbelasting (-€ 2,3 miljard) en de inkomstenbelasting (-€ 3,0 miljard)”.
Weer wordt de oorzaak bij De Economie gelegd. En weer kunnen we stellen dat het kabinet hier zelf aan mee heeft gewerkt. Meer mensen werkloos, meer mensen die minder inkomen hebben waar dus ook minder belasting van valt te innen.

De koopkrachteffecten zijn stevig, maar evenwichtig over huishoudens verdeeld”, stelt het Lente-akkoord. Jawel, gemiddeld genomen over grote groepen van de bevolking kan dat redelijk kloppen. Maar per individu kan het gierend uit de hand lopen. Iemand met een modaal inkomen die door alle maatregelen getroffen wordt, zal meer dan de gemiddelde 0,75% aan koopkrachtverlies oplopen.

Met mijn netto-salaris van 1700 euro krijg ik als alleenstaande zonder kinderen te maken met zeker vijf van alle kostenverhogende maatregelen. Over een jaar zit ik niet op de beloofde 0,75% koopkrachtverlies, maar zeker op 1,15% verlies. Maar hopen dat het niet meer wordt, want baanzekerheid heb ook ik niet meer. Nu hoeft het niet, maar wordt ik genoodzaakt een baan ver van huis te zoeken, dan moet ik forensen en ben nog duurder uit.

Het jaar 2013 is geen verloren jaar, juichte Rutte op de persconferentie na de ministerraad. Een jaar kun je niet verliezen. Het Lente-akkoord veroorzaakt wel banen-, inkomens- en koopkrachtverlies. Het volgende kabinet zal weer met tegenvallers te maken krijgen. Dat bedoelt Rutte natuurlijk met “de lasten worden hiermee niet doorgeschoven naar toekomstige generaties”.

De schuld van alles.

SchuldHet lijkt wel of Nederland gebukt gaat onder een tsunami aan misbruik, Corruptie tiert welig. Wat jammer dat dit kabinet is gevallen. Zo krijgen we fraude het land niet uit.

Volgens kabinet Rutte wordt Nederland wordt te gronde gericht door misbruik van wetten en regelingen. Misbruik van de bijstand, het pgb, de studiefinanciering, de kinderopvangtoeslag en, als altijd, de belastingen zijn of worden aangepakt met hogere straffen. Het kabinet spaart niemand. Bedrijven die de mazen in de wet exploiteren en onterecht allerlei overheidssubsidies binnenslepen, moeten zwaarder bestraft worden en slachtoffers van mensenhandel moeten zelf met keiharde bewijzen komen. Zo niet, dan heet een aangifte misbruik.

De aantallen ritselaars en regelaars, sjoemelaars, zwendelaars, subsidiedieven en fraudeurs zijn niet zo groot of volslagen onbekend, maar het gaat om miljoenen euro’s waarvan, zoals bekend, we miljarden tekort komen. Een tekort dat door een systeemfoutje is ontstaan en een systeem kun je natuurlijk nergens de schuld van geven. Het systeem laten we dan ook ongemoeid.

Mensen kun je wel de schuld geven of de schuld laten betalen. Logisch, want al iemand de schuld heeft aan alles, is dat wel de mens. Een erfelijke kwestie sinds de zondeval van Adam en Eva. Christelijke politici weten daar alles van en het is niet zo vreemd dat zij de mens een gebrek aan goed gedrag verwijten. Maar hoe ze de mens ook op het goede pad willen brengen, van Van Agts “Ethisch Reveil” tot Balkenendes “normen en waarden”-offensief, de mens wil niet deugen.

De schuld van de mens is geen louter christelijke hobby. Ook onder Ruttes liberaal reveil is de mens schuldig. De zondaars zijn vooral mensen die “hun hand ophouden” en asielzoekers. Wie werkloos is, wil blijkbaar niet werken, dus straf. Wie asiel aanvraagt moet wel een oplichter zijn, want waarom anders maakt zo iemand gebruik van een fraudegevoelige procedure?

Ik beken schuld: dat is allemaal veel te kort door de bocht geformuleerd. Maar mogen we alstublieft verlost worden van een mentaliteit die alle schapen over een kam scheert? Het land bestaat niet uit miljoenen fraudeurs. Daar past geen beleid van nog meer regelingen bij. Regelingen die door hen die dat willen, opnieuw misbruikt zullen worden. Als er geen regelingen zijn, kunnen ze ook niet misbruikt worden.

Er zijn geen miljoenen vraatzuchtigen en rokers die de gezondheidszorg zo duur maken. Dat kan dus niet de reden zijn waarom iedereen er voor moet boeten met verhoogde tarieven en eigen bijdragen. Er zijn geen miljoenen asielzoekers die verhaaltjes verzinnen en procedures oprekken. Ook dat is dus niet de reden waarom het voordeel van de twijfel uit de wet geschrapt moet worden.

Ik ben bereid mee te betalen aan oplossingen voor de crisis, ook al is die mijn schuld niet. Maar ik pas er voor bij voorbaat en zonder enig bewijs verdacht te zijn. Met zulk beleid zaait het kabinet slechts angst en wantrouwen. Op die fundamenten zijn heel vervelende staten gebouwd.

Het derde wiel aan de wagen?

SchaakIn de aanloop naar de verkiezingen in september, kun je bij de collega’s van Sargasso weer op zoek naar jouw favoriete coalitie. Met de CoalitieChecker kun je zien hoeveel zetels de door jouw gewenste coalitie in de peilingen heeft.

Tot nu toe is er geen enkele combinatie van drie partijen, die een Kamermeerderheid zal halen. Het is begrijpelijk dat er naar een coalitie van drie partijen wordt uitgekeken, want sinds de vorming van het CDA hebben er nooit meer partijen in een kabinet gezeten.
Voor die tijd is het acht keer voorgekomen dat er 4 of 5 partijen in een kabinet zaten. De zogenaamde Kunduz-coalitie bestaat wel uit vijf partijen. Die combinatie staat in de Sargasso CoalitieChecker momenteel op net 75 zetels. Geen meerderheid dus.

Wie een coalitie van 4 partijen zoekt die een meerderheid van 88 zetels scoort en waarbij de PVV wegens wangedrag is uitgesloten, heeft de keuze over  “links” of over “rechts” te gaan. Een combinatie met de PvdA levert vier mogelijkheden op, waar in alle gevallen VVD en SP nodig zijn.
Wie de VVD als uitgangspunt neemt, krijgt vijf opties te zien, waar slechts 1x de PvdA niet in voorkomt, maar SP wel in alle vijf gevallen nodig is.
De SP is in 2006 vakkundig buitenboord gehouden door CDA en PvdA. De SP was toen de derde grootste partij (25 zetels). CDA en PvdA kozen echter voor de CU, toen de zevende grootste partij met 6 zetels. Maar ach, in Nederland worden sinds 1977 alleen nog derde partijen met meer dan 20 zetels een coalitie binnengesleept als ze van rechts-liberale snit zijn (LPF in 2002 en PVV in 2010).

Sinds 1946 hebben we 20 verkiezingen gehad en slechts acht keer kwam het tot een coalitie van 4 of 5 partijen. Tot 1977 kwam dat natuurlijk omdat de CDA-bloedgroepen nog zelfstandig opereerden. Het is wel een beetje vreemd dat tot 1977 coalitiepartijen altijd meer dan 33 procent vormden van het aantal partijen in de Kamer. Alleen kabinet Beel I (1946) telde 29 procent van de gekozen partijen.
Na 1977 is het nog maar twee keer voorgekomen dat een kabinet uit 33 procent van de Kamerpartijen bestond (Kok II en Balkenende II). Alle andere negen kabinetten werden door minder partijen vertegenwoordigd. Met als dieptepunten Van Agt (18%) en Lubbers I (17%).

Het is maar goed dat de feitelijke zetels gewicht in de schaal leggen. Wel is het zo dat 15 van de 20 keer de twee grootste partijen in de coalitie (is niet hetzelfde als in de Kamer!) een derde partij nodig hadden om aan een Kamermeerderheid te komen. Tot de vorming van het CDA koos men er acht keer voor om met een derde en vierde, of zelfs een vijfde partij een coalitie te vormen. Dat is na 1977 niet meer voorgekomen. Een overzicht van deze bevindingen in dit exceldocument.

Wie een drie-partijencoalitie wil, zal altijd op VVD of SP moeten stemmen en dan maar hopen dat ze met PvdA, CDA, D66 of PVV tot een akkoord kunnen komen. Het wordt dus niet alleen zoeken naar het derde wiel aan de wagen, maar ook naar een vierde en/of vijfde.

VVD, CDA, D66, GL en CU proberen momenteel te bewijzen dat het kan. Enthousiast, eendrachtig en betrouwbaar voor elkaar, zetten ze Ruttes afbraakpolitiek voort. Heel vrolijk worden hun plannen het Lente-akkoord genoemd. Terecht, gezien het feit dat de lente op dit moment tamelijk kil en buiïg is.
Het valt te loven dat men bereid is partijpolitieke verschillen te overbruggen om het landbelang te dienen. Het is een zeer beperkte bereidheid. Twee grote partijen worden buiten de “nationale eenheid” gesloten.

Dat kan een probleem zijn als de Kunduz-coalitie ook een electoraal succes wordt en niet meer dan 76 zetels weet te halen. Op gedoogsteun van de SP hoeft men niet te rekenen, want die zal wel chagrijnig zijn dat de partij weer niet serieus is genomen. Men wordt dan volledig afhankelijk van steun van CDA’ers en de PvdA.
Verder is het de vraag of GL bereid is zich te gronde te richten door al te veel mee te werken met CDA en VVD. Maar het ziet er naar uit dat GL tot alles is bereid nu regeringsdeelname een serieuze optie lijkt te worden. De tijd dat een van de voormalige GL-bloedgroepen stelselmatig buiten coalities werden gehouden, De CPN had in 1948 (Drees I) evenveel zetels als de VVD en in 1972 (en Uyl) evenveel als de PPR. Maar de CPN maakte natuurlijk geen schijn van kans.

Hoe dan ook, als er aan de peilingen niets substantieels veranderd, kunnen we het zoeken naar een drie-partijencoalitie wel vergeten. Coalities van 4 of meer partijen kunnen niet zonder VVD en/of CDA en/of PvdA, de traditionele “grote drie”.
Als er geen coalitie met een ruim voldoende grote Kamer meerderheid mogelijk is door 4, of 5,  misschien zelfs 7 partijen bij elkaar te brengen, waarom dan geen kabinet van nationale eenheid gevormd? Alle 10 partijen in een kabinet?

Welke meerpartijencombinatie, die goed is voor minstens 80 zetels, heeft jouw voorkeur?