Iedereen lijkt er inmiddels van overtuigd dat er bezuinigd moet worden. Er is nog nauwelijks enig verzet tegen de kaasschaaf. Er wordt wel gemopperd. Waarom treft het ons (het culturele en welzijnsveld), moet het zo snel? Er zijn mensen die met alternatieve plannen komen, tot aan een heuse tegenbegroting toe. Maar de consensus is: snoeien.
Iedereen lijkt te vergeten, waarom de overheid een tekort heeft. Iedereen? Nee, Jan Peter Balkenende weet het nog precies. Hij toog naar New York om een clubje creatieve leiders toe te spreken. “Het recessieverhaal is immers bekend. De start: de val Lehman Brothers op 15 september 2008”, wist Balkende nog.
En zo is het maar net. Wat volgde, lijkt ook iedereen vergeten. Overheden deden hun best de financiƫle avonturiers te redden. Het netto-resultaat: oplopende begrotingstekorten en staatsschulden.
Dat moet niet te gek worden, dus gaan we bezuinigen. Balkenende komt in zijn toespraak met een oplossing aanzetten, die we nu in de voorwoorden en toelichtingen van de gemeentelijke bezuinigingsplannen terug vinden. Het beroep op de burger. Niet alleen de banken, ook de burger moet zich moreler gedragen en laten leiden door de waarde van spaarzin, de waarde van maatschappelijke betrokkenheid en de waarde van omzien naar een ander, aldus de demissionaris.
Je vraagt je af waar de realiteitszin van ’s lands leider zit. Want maatschappelijke betrokkenheid, daar staat dit land bol van. Het begint er aardig op te lijken dat iedereen die werkt, er een vrijwilligersbaan naast heeft en iedereen die niet werkt plantsoenen schoffelt of mantelzorger is.
Zo gingen medewerkers van het gerenommeerde adviesbureau Berenschot, vandaag de deur uit om bij diverse projecten een handje te helpen. Onder andere bij het Rode Kruis en bij Haagse welzijnsinstellingen.
Het levert in ieder geval werk op voor bureaus die in maatschappelijke betrokkenheid handelen.
MVO Nederland helpt ondernemers hun maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen. Een cateraar die jongeren gezond eten leert, een adviesbureau die een verpleegtehuis helpt een businessplan op te stellen, zijn voorbeelden van medewerkersvrijwilligerswerk, zoals MVO dat noemt.
Movisie stimuleert het werknemersvrijwilligerswerk ook om de “kwaliteit van de (lokale) leefomgeving te verbeteren”. Dat kan een middagje speeltuin opknappen zijn, maar ook wat langere tijd gespecialiseerd advies of praktische hulp verlenen. Zoals de “young professionals” van stichting Laluz doen. Voor 43% van het jonge talent is maatschappelijke betrokkenheid van een bedrijf zelfs van invloed op de keus om wel of niet voor deze organisatie te gaan werken, zegt Laluz.
Dat hebben ze natuurlijk al op de middelbare school geleerd, waar maatschappelijke stages de publieke sector aan extra handjes helpt.
En dan hebben we het nog niet eens over de 24 vrijwilligers die op Prinsjesdag, als eerbetoon aan alle vrijwilligers, de troonrede mochten bijwonen. Of al die mensen die 1x per jaar meedoen aan Nederland Doet, de nationale vrijwilligersdag waar onze hare majesteit zo enthousiast aan meedoet, omdat ze dan een keertje echt de lakens mag uitdelen. In een bejaardentehuis.
Nee, meneer Balkenende, nee colleges van B&W, nee dames en heren bezuinigers, het ontbreekt absoluut niet aan maatschappelijke betrokkenheid. Nu daar een beroep opdoen, kan niet anders betekenen dat mensen het ook als vrijwilliger nog drukker gaan krijgen. Als beloning zal hun koopkracht dalen, moeten er verhoogde zorgpremies en lokale heffingen worden betaald.
Tegelijkertijd vrezen mensen voor hun baan. Ambtenaren die er uit moeten, culturele organisaties en zorg- en welzijnsinstellingen die personeel moeten laten gaan.
En dat allemaal omdat op 15 september 2008 in Amerika de Lehman Brothers bank omkukelde? Wij krijgen de rekening gepresenteerd voor het falen van anderen?
De discussie die daarop volgde is wat mij betreft nog niet voldoende afgehandeld. Even pas op de plaats en met een ‘nee tegen de crisis’, gaan we de rekening eerst maar eens terugsturen. En dan nog eens opnieuw bepalen of en bij wie de kaasschaaf, het snoeimes of het nagelschaartje er aan te pas moet komen.