Nu uit de gemeentelijke begrotingen duidelijk wordt dat niet alleen welzijn en cultuur gesnoeid gaat worden, maar ook sport moet inleveren, komen de sportieve penningmeesters in een akelige spagaat terecht. Want waar halen ze geld vandaan om het komende kersttoernooi nog enig allure te geven?
Sponsors natuurlijk. Ook lokale sportverenigingen draaien voor een gedeelte op sponsorgelden. Van de plaatselijke Rabobank tot de bakker om de hoek. Maar niet elk enthousiast clublid is blij met de sponsor die het bestuur heeft gevonden.
In het dagblad Trouw staat het verhaal van een vader, wiens kinderen sporten bij de Utrechtse sportvereniging Kampong. De man wil dat de vereniging de reclameborden van bierbrouwer Heineken weghaalt. Hij vindt dat de reclame niet past bij de regels die de dranksector zelf heeft vastgesteld in de Reclamecode voor Alcoholhoudende dranken. In die code is een reclamepromillage vastgesteld. Op plaatsen waar het publiek voor meer dan 25 procent uit minderjarigen bestaat, is geen alcoholreclame toegestaan.
De man heeft nu een klacht ingediend bij de Reclame Code Commissie. Een unieke zaak, schrijft Trouw, want het is nog niet eerder voorgekomen dat er een klacht is ingediend over alcoholreclame rond sportvelden.
Dat zal best. Reclameborden rond de sport zijn een ingeburgerd verschijnsel en dat daar ook bekende biermerken tussen zitten, kijkt niemand van op. Behalve de alerte vader uit Utrecht. En het immer waakzame STAP, het Nederlands instituut voor alcoholbeleid. STAP liet vorig jaar de communicatiewetenschappers van de universiteit van Twente een onderzoek doen naar de impact van drankreclame bij het EK voetbal. Ruim driekwart van jongeren tussen 12 en 15 jaar was de reclame opgevallen en het kijken naar het EK leverde bij de jongens een positieve verwachting van bier drinken op.
De Utrechtse vader wil natuurlijk niet dat zijn kinderen ook zo positief over de combinatie sport en alcohol gaan denken. Voor je het weet, stappen ze na een gewonnen toernooitje met een biertje teveel op in de auto. Waar dat toe kan leiden, heeft een profvoetballer van FC Twente vorig jaar ondervonden. Hij reed niet alleen zichzelf, maar ook de keeper van de club aan gort.
De penningmeesters van de sportverenigingen gaan een moeilijk jaar tegemoet. Het ligt voor de hand de bezuinigingen op te vangen met meer sponsoring. Dat is op zich al een hele taak, maar na de klacht van de Utrechtse vader, is het verstandig als de sportbesturen ook even uitzoeken hoe verantwoord de sponsorbedrijven met allerlei gedragscodes omgaan.
Als de lokale sportwinkel het in 2008 onder jongeren de zo favoriete Nikes beschikbaar stelt, is het wel goed even na te gaan of Nikes zich al wat meer aantrekt van ontbossing en kinderarbeid. Volgens dat bedrijf zelf wel. Of is dat ook reclame?
Voor zover reclame al misleidend is, de titel van dit stukje is het zeker. Het moet eigenlijk zijn: bezuiniging maakt meer kapot dan je lief is.
Sport maakt meer kapot dan je lief is
Geef een reactie