Gebruik je hersens toch eens, riepen mijn ouders menigmaal, als ik weer een stommiteit had uitgehaald of faalde op school. We hebben het er eigenlijk nooit over gehad, of zij dachten dat ik dan wel iets anders dan mijn hersens gebruikte. De vertwijfelde uitroep betekende in ieder geval, dat mijn ouders er van overtuigd waren dat je met je hersens iets kon doen. De gereedschapskist, die je op je levenspad altijd bij de hand moet hebben.
Nu, jaren later, moet ik zeggen: ik heb veel aan mijn hersens gehad. Kopzorgen, hoofdpijn, kronkels, om maar wat te noemen. Ik heb er mee leren lezen en schrijven en kan nu redelijk vlot een sudoku oplossen. En dat is het dan wel zo’n beetje. Meer kunnen mijn hersens niet aan. Ach, ik formuleer af en toe een antwoord op de grote vragen ‘waarom’ en ’waartoe’, maar ik ben er al aan gewend dat er steevast wordt gereageerd met een ‘jij hebt er niets van begrepen’.
Er verandert dus wel iets. Nooit meer hoor ik dat vermanende ‘gebruik je hersens toch eens’. Een hele vooruitgang, maar van zeer beperkte aard. Ik gebruik ze en toch begrijp ik er blijkbaar niets van.
Dat gaat dit jaar veranderen. Op Edge, the world question centre, buigen wetenschappers, filosofen, kunstenaars, schrijvers, zich elk jaar over een grote vraag. Het bedoeling is dat grote geesten in korte essays antwoord geven op allerlei vragen, in de verwachting dat het tot inzichten leidt, waar we mee vooruit kunnen.
Dit jaar is die vraag: welk wetenschappelijk concept zal ieders cognitieve gereedschapskist verbeteren?
Het grappige is, vind ik, dat de meeste antwoorden neer komen op: we moeten anders denken. Anders naar de wereld kijken, andere (voor)oordelen als uitgangspunt nemen, anders definiëren, anders formuleren. Er komt heel wat ‘anders’ voorbij, maar weinig gereedschap om tot dat ‘anders’ te komen.
Niet dat het daardoor oninteressant wordt op de Edge. Eentje die mij wel aanspreekt is het essay van Douglas Rushkoff. Hij sluit aan bij mijn idee van ‘het menselijk tekort’. Wat we ook denken en doen, het levert veel goeds op en er gaat altijd iets fout. Daar houden we veel te weinig rekening mee. Met als gevolg dat we de onverwachte fout willen repareren en zo vermogens kwijt zijn onze maakbaarheid te perfectioneren. We zouden altijd er vanuit moeten gaan dat we onbedoelde fouten maken.
Douglas Rushkoff zegt iets dergelijks over technologie. Elke technologie heeft een afwijking. Het veroorzaakt ook zaken die we eigenlijk niet willen. Fraai hedendaags voorbeeld: de iPad. Bedoeld om allerlei media bij te kopen, in plaats van ze zelf te produceren. Als we met de iPad vooral bezig zijn het ding op te tuigen met wat de fabriek er aan toevoegingen bij biedt, zijn we minder bezig met onze eigen creativiteit.
Als we ons niet bewust zijn van de afwijkingen die ons de verkeerde kant opsturen, is technologie eerder een last dan een lust, stelt Rushkoff.
Nu is bewustzijn een stukje gereedschap in de hersenen, die verre van volmaakt is. Dus niet alleen bij technologie, ook bij ons bewustzijn moeten we er vanuit gaan dat het ons vies in de luren kan leggen.
Tag archieven: bewustzijn
Mening is sneller dan bewustzijn
Wie vreselijk zijn best doet niet al te snel klaar te staan met een oordeel, wordt gefopt door zijn hersens. Of door zijn vooroordelen?
Dat laatste lijkt het geval. Levens beschouwelijke en politieke overtuigingen kleuren de mening van mensen ruim voordat ze een bewust antwoord klaar hebben op een opinievraag. Hersenmetingen wezen dat uit, bij een onderzoek uitgevoerd door het Max Planck Instituut voor Psycholinguïstiek, de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit Utrecht (zie dit persbericht).
Twee groepen mannen moesten allerlei meningsvragen beantwoorden. De ene groep bestond uit strenggelovigen van het SGP-type. De andere groep had veel vrijere, minder rigide opvattingen. Bij een vraag als “ik vind euthanasie aanvaardbaar….” gaven de hersens van de SGP-groep al binnen 200 tot 250 milliseconden een signaal af, dat duidde op afkeuring. Het zelfde gebeurde bij de andere groep als een vraag begon met “ik vind euthanasie niet aanvaardbaar…” De hersenrespons werd getriggerd door het woord euthanasie.
Het volledige onderzoek is hier te lezen (engelstalig – pfd!)
De onderzoekers concluderen dat in onze hersens er een razendsnelle interactie plaatsvindt tussen de delen die actief zijn bij taal en de delen die verantwoordelijk zijn voor onze meningsvorming. Blijkbaar in die zin, dat reeds bestaande meningen de wijze waarop we iets lezen snel beïnvloeden. Je zou dus ook kunnen concluderen dat objectief lezen zo goed als onmogelijk is.
Misschien kun je met een cursus snellezen je hersens om de tuin leiden? Op de website van de Universiteit Twente lezen we dat een gemiddelde lezer zo'n 250 woorden per minuut verslindt. We zouden echter met gemak 1000 tot 1400 woorden per minuut kunnen verwerken.
Maar ja, wie weet reageert ons opinie deel daar dan ook even vlot op en maakt het niet uit of je nou snel of langzaam leest.
Het roept twee vragen op. Is objectiviteit onmogelijk? Of zijn er ook delen in de hersens die verantwoordelijk zijn voor objectiviteit en kun je dat dan misschien ook trainen?
Het is misschien onmogelijk of er moet een pilletje te ontwikkelen zijn die de neurontransmissie tussen het lezend deel en het oordelend deel der hersenen lam legt. Lijkt me niet de oplossing, want het risico bestaat dat er meer stil wordt gelegd dan nodig en voor je het weet reageer je als een zombie.
Het enige dat rest, is bewust zijn van de ontdekkingen die hierboven zijn genoemd. Weten dat je oordelen maar al te vaak als vooroordelen werken. De reactie valt niet te voorkomen. Wel kun je besluiten een vraag nog eens opnieuw te bekijken, in het besef dat je deze tweede keer je vooroordeel zou kunnen negeren.