Tag archieven: economie

De barmhartige samaritaan op vakantie

De barmhartige samaritaan op vakantie De barmhartige samaritaan gaat op vakantie en neemt mee….
Daar moest ik aan denken na het lezen van een artikeltje op Noorderlicht. Amerikaanse onderzoekers hebben ontdekt dat een ondernemer de winst kan verhogen door de helft van die winst aan een goed doel te schenken.

Als voorbeeld noemt Noorderlicht de fotograaf op een pretpark. Die ziet omzet èn winst aanzienlijk stijgen als hij belooft de helft van de winst weg te geven. Zijn omzet stijgt ook als hij de klant de prijs laat bepalen. Bij een ‘vrije prijs’ stijgt de omzet zelfs veel hoger, dan bij het ‘goede doelen’- concept. Alleen blijft de cash dan weer zo laag, dat er weinig winst overblijft (lees Rijk worden door weg te geven).

Op Noorderlicht kan de redacteur zich goed voorstellen dat mensen tijdens een uitje naar een pretpark, best bereid aan dat ‘goede doelen’-concept mee te werken en sneller de portemonnee trekken. Maar of het ook werkt bij de verkoop van duurdere zaken als koelkasten en auto’s?

Dit weekend staan de potentële samaritanen gepakt en gezakt in
de vele files naar vakantiebestemmingen. Sommigen zullen arriveren op lokaties waar ze ondernemers tegen komen die goedkope prullaria aanbieden, om de kas van hun eigen goede doel te spekken. De outcasts, vaak van oost-europese komaf, die smoezelige sieraden aanbieden. Of Afrikaanse immigranten, die op kruispunten niet alleen de voorruit schoonmaken, maar ook papieren zakdoekjes en flesjes water te koop hebben.
Zullen die goede zaken doen omdat de vakantieganger nu meer in de stemming is aan de armen te schenken?

En hoe zit dat als de barmhartige toerist naar exotische, maar arme oorden trekt? Geeft de vrije tijds samaritaan gul aan bedelaars en straatverkopers? Of blijft het bij het fotograferen van de inlandse pauperexoot?
Misschien dat de straatverkopers wat hebben aan de ontdekking van de Amerikaanse wetenschappers. Zet een bord naast de handel waarop staat dat de helft van de winst naar een goed doel gaat (help armoe de wereld uit en koop hier uw zonnebril).

De wetenschappers maken wel duidelijk dat ze beter geen vrije prijs kunnen hanteren. In veel van die landen is het gebruikelijk te onderhandelen over de prijs. De toeristen doen daar vrolijk aan mee. De lokale ondernemers maken dan wel meer omzet als er weer een bus vakantiegangers langs is gekomen, maar maken amper winst en blijven dus arm.

Twee vragen:
1. Ben jij op vakantie ook guller dan op normale werkdagen?
2. Zou het goede doelen-concept ook werken bij dure producten?

Van der Hoeven belt MSD

Van der Hoeven belt MSD Minister van Economische Zaken, mevrouw van der Hoeven, gaat bellen met MSD, het Amerikaanse concern dat Organon ontmantelt.

MSD: Hello?
De minister: Oh, hello there. Your are speaking with the Dutch minister of economic affairs.

MSD: That’s nice. And how are you’re economics?
De minister: Well, not so best.

MSD: Oh, we’re sorry for you. Can we help?
De minister: You bet you can help!

MSD: We never bet, minister.
De minister: Okay, but you don’t help also. You’re closing down one of the Dutch pilmills.

MSD: No, we’re not!
De minister: Well, I’ve just met some very sad people who say they get the sack from you.

MSD: Let me think… eh.. you mean the factory in Oss?
De minister: Yes, and so many people are send away! Now I friendly want to ask, can you please keep some of them at work?

MSD: We’re not firing so many people.
De minister: Not? I think 2175 people are many people.

MSD: No, you’re wrong about that. That’s less than 50% of all the employees. We’re keeping more than 50% on our payroll.
De minister: Oh, that falls me with. But can you keep, let’s say, a 25% more in your service? I understand you’re company is doing fine, so you have the money to hold a few more people.

MSD: Well, we’re still doing nice. But as a minister of economics you surely know all about the impact and riks of the worldwide crises. We are forced to take some precautionary measures.

De minister: Ah, do not do so saltless. I want to break a lance especially for the high schooled employees.

MSD: Sorry, minister. Why don’t you give them some work?
De minister: Where then?

MSD: Well, you do need highly qualified people to help the Netherlands develop to an important and meaningfull position on the worldwide innovation market?
De minister: Yes, but we believe that the industry must play a big roll in that. Now you have the money to play that roll. So come up, and do your social-economic duty.

MSD: May I remind you that in a free and democratic economy, the government has nothing to say about our finances?
De minister: Oh, that’s true also. I was forgotten that fot a little while.

MSD: Never mind. May we give you some advice?
De minister: Please do!

MSD: As a government, taking innovation seriously, invest more in your future.
De minister: Ah, thank you. We don’t have the money right now, but I’ll give this advice to the next government.

MSD: Good strategy! Anything else we can help you with?
De minister: Thank you. And yes, you can help. Do you also have pills for my terrible headache?

MSD: Sure. How many do you want? I think we have a interesting deal here for you.

Zelfzorghulpmiddelen

Zelfzorghulpmiddelen In een poging de zorgkosten te drukken, wordt meer zorg aan de mensen zelf overgelaten. Terecht natuurlijk. Een beetje volwassen patiënt kan beter voor zichzelf zorgen dan een net op het mbo afgestudeerde puber, die dan weer wel protocollair verantwoord de pleisters weet te vinden.
Met zelfzorg stimuleer je de zelfredzaamheid en daarmee blijft nog aardig wat eigenwaarde van de lijdende mens overeind.

Dan zijn er ook nog mensen die zoveel eigenwaarde kennen, dat ze het niet nodig vinden de dokter te visiteren als er een kuchje opsteekt. Die mensen gaan zelf dokteren.
De zelfzorg gaat het helemaal worden. De maatschappelijk verantwoord ondernemende patiënt zal er alles aan doen de samenleving zo min mogelijk op kosten te jagen en gaat zelf aan het klussen. Of huurt een Roemeense verpleegster in, maar die moet wel goed geïnstrueerd worden.

De ondersteuning van de zelfzorgende patiënt wordt op het internet verzorgd. Al jaren kennen we de digitale medische encyclopedietjes, waar een leek kan opzoeken wat hij of zij allemaal onder de leden heeft als er een onverwachte pukkel de kop op steekt. Da’s mooi, want wie leest dat de pukkel gewoon acne is, rent naar de drogist voor een zalfje. Wie er uit opmaakt kanker te hebben gaat niet naar de dokter want dat heeft dan geen zin meer. In allebei de gevallen kostenbesparend.

De mensen die zo verstandig zijn wel de dokter te raadplegen, drukken zwaar op ’s lands begroting. Zeker als de arts besluit de pukkel met medicatie te bestrijden. Zijn de pilletjes afgehaald bij de apotheek, leest de zelfbewuste patiënt natuurlijk eerst de bijsluiter. Waarna alweer de dokter geraadpleegd moet worden, want er staan bijverschijnselen op die verdacht veel lijken op de onrust die de patiënt voelt.
Het ergste van alles is dat er mogelijke complicaties staan vermeld, in een taaltje waar de patiënt niets van snapt. Bijna een kwart van de Nederlanders vind de bijsluiter ingewikkeld leesvoer, heeft TNS Nipo uitgevogeld.

Daar is nu snelle en goedkope hulp voor bedacht. Het
bijsluiterwoordenboek. Er staan nu 604 woorden in waar mensen moeite mee blijken te hebben. Worden als coeliakie, loperamide en nervus opticus. Maar ook complexe termen als plas, wond en zweet.
Een korte test toont aan dat lang niet alle bijlsluiterlatijn in het on-line woordenboekje staan. Ik tikte ‘sedativa’ in en kreeg de mededeling dat het woord er niet in stond en of ik soms ‘hematoom’ bedoelde. Het hematoom aangeklikt en dat blijkt een blauwe plek te zijn.
Mooi. Via sedativa op hematoom gekomen, maar mijn medische
bewustzijn is er niet veel groter door geworden.

Dat is geen ramp want de bedoeling is wel dat het woordenboek compleet gemakt wordt door de zelfinbreng van de gebruikers. Ontbreekt er een woord dan stuur jet op naar de redactie, die je vervolgens bedankt en laat weten het woord
te beoordelen en mogelijk in het woordenboek op te nemen.
Prachtig. Maar wat als je de bijsluiter kwijt bent? Geen nood. Gezondheidsnet.nl heeft een database waar je jouw medicatie kunt opzoeken en gebruiksaanwijzing of bijverschijnselen kun opzoeken. Daarna moet je wel terug naar het bijsluiterwoordenboek, wil je er iets van begrijpen.

Leuker is zelfzorg.nl, die hulp belooft bij het maken van een verantwoorde keuze uit de vele zelfzorgproducten. Je kunt er bijvoorbeeld een iPhone applicatie downloaden, waarmee je in de winkel de streepjescode op een medicijnverpakking kunt scannen. Zo kun je de bijsluiter al lezen voor de aankoop, tettert de website.
De website biedt ook de charmante assistente Anouk. Ze praat je aan wanneer je wel of niet naar de dokter moet. Na wat doorklikken kom je ook bij zelfzorgmedicatie. Waar wel weer wat taal in staat die om het bijsluiterwoordenboekje vraagt.

De website zelfzorg.nl en het woordenboekje blijken produkten te zijn van Neprofram, de brancheorganisatie voor zelfzorggeneesmiddelen. Neprofarm’s iPhone applicatie werd in mei van harte gepromoot door minister Ab Klink. De man die ruzie heeft met de medische specialisten. Klink wil hun salaris beperken.

De minister heeft nog even wat demissionaire tijd om de medici werkloos te maken. Want reken maar dat hij even enthousiast een digitaal initiatief zal steunen, waarop je instructies krijgt hoe je zelf je blindedarm kan verwijderen als je wat buikpijn hebt.

Huldig Rietveld met een krentenbol

Rietveld gehuldigd met een krentenbol Naarmate de aardbol ouder wordt, groeit het aantal personen waar een heel jaar aan gewijd kan worden. Zelfs in een klein land als Nederland, zijn de 365 dagen lang niet genoeg om betekenisvolle burgers te eren met een “Jaar Van…”. De oplossing is dan mooie ronde getallen te kiezen voor een jubileum van de geboorte of het overlijden van een markante Hollander.

Dan kun je nog een druk jaar krijgen. Als we dit jaar voor alle mensen die 100 of 150 jaar geleden geboren of overleden zijn, hun “Jaar van…” geven, zouden we nog 28 keer de hoed af moeten nemen. Zo is
Pieter Jelle Troelstra 150 jaar geleden geboren. Iemand iets van gemerkt? Nee, hè? In plaats van een feestelijk jaar van de Revolutie, hebben we net de treurnis van 9 juni achter de rug.

Ronde getallen, het zal wat, moeten ongeduldige festivalorganisatoren hebben gedacht. Want Multatuli’s geboorte kan pas over 10 jaar herdacht worden. Geen nood. De man heeft een opstandig boekje geschreven over Neerlands koloniale tijd in Indonesië. Laat dat boekje. De Max Havelaar, nou precies 150 jaar geleden zijn uitgekomen. Reden dus voor
een Multatuli-jaar.

Wie ook een hekel aan mooie, strakke perioden hebben, zijn de mensen achter
het Rietveld-jaar. Dat is merkwaardig. Rietveld, de ontwerper van strakke meubels en gebouwen, kwam 122 jaar geleden ter wereld, om die 46 jaar gelden weer te verlaten. Een echt Rietveld-jaar zou je dus op zijn vroegst over 4 jaar verwachten, als de man 50 jaar dood ligt te zijn.

In Utrecht hebben ze dat geduld niet en nemen ze zijn geboorte- en sterfdag als ophangpunt voor een Rietveld-jaar. Te beginnen op 24 juni. Je zou dan verwachten dat het eindigt op 26 juni 2011. Mis! Al op 30 januari 2011 is het gedaan.
Dat is niet het enige, dat afwijkt van Rietveld’s rechtlijnigheid. De opening van het jaar wordt gevierd met krentenbollen. Die worden uitgedeeld aan het Utrechtse publiek.

Nou zijn die bollen wel speciaal voor de gelegenheid gemaakt door chef-kok Jon Sistermans. Dus misschien komt het nog helemaal goed als blijkt dat Sistermans de Rietveld-krentenbol in het strakke vierkant van de tompouce heeft gegoten. Gaat u aanstaande donderdag maar naar Utrecht en laat hier dan weten met wat voor bol men in Utrecht vierkant achter Rietveld is gaan staan.

Dat klinkt weer vreselijk sarcastisch. Zo is dat niet helemaal bedoeld. Van mij mag het elke dag feest zijn. Graag zelfs. Maar dit heeft niets te maken met het eren van bekende Nederlanders. De manier waarop men zich in Utrecht in alle bochten heeft gewrongen om er een Rietveld-jaar uit te persen, is exemplarisch voor de festival-economie.

Leeuwarden had vorige week, op 17 juni, evengoed het Jaar van Escher kunnen starten. De graficus werd op die dag,
122 jaar geleden aldaar geboren. Hij kwam in maart 1960 met het beroemde werk Klimmen en dalen. Vijftig jaar geleden dus. Ook een mooi getal voor een “Jaar van…”.
En dan natuurlijk de lokale bakker vragen een paar Friese suikerbroden een beetje Escheriaans in elkaar te vlechten, om die bij de opening in plakjes te snijden voor het toegestroomde publiek.

De maakbaarheid van Neerlands hulde aan Multatuli en Rietveld, grenst aan het ongelofelijke van Escher.

Waar blijven de werklozen?

Waar blijven de werklozen? Als de werkloosheid had mogen stemmen, dan zou de werkloosheid niet op Mark Rutte en zijn VVD hebben gestemd. Nu is heer Rutte wel de grootste geworden, hetgeen te danken is aan het moord en brand schreeuwen over de economie en de belofte iedereen aan het werk te krijgen.

Maar de werkloosheid krimpt. Nu zijn er
7000 minder dan in april en zijn er nog maar 431 duizend werklozen. In plaats van de voorspelde 675 duizend. We zouden zomaar het 80’er jaren record breken, toen er bijna 640 duizend mensen achter de geraniums hun werkloze handen zaten op te houden. Mark Rutte zou ons wel van dat schrikbeeld verlossen, velen geloven hem en nu maakt hij kans crisispremier te worden.

De
werkloosheid wil maar niet stijgen tot de afschrikwekkende hoogtes die in de jaren 60 en 90 zijn gehaald. Dat kan toch niet? We hebben toch een heuse crisis? Waar zijn die werklozen, die niet in de statistieken terecht zijn gekomen?
Op de financieel en economische nieuwssite Z24, gaat Mathijs Bouman op zoek naar het wonder van de lage werkloosheid. Uit CPB-bronnen haalt hij nog 40 duizend zzp’ers naar boven, die wel de omzet zien dalen, maar zich nog niet aanmelden bij het CWI. De deeltijd-WW, crisismaatregel van het vorige kabinet, zou 33 duizend ontslagen hebben voorkomen en de werkgevers zelf hebben zo’n 45 duizend werknemers niet ontslagen, maar houden ze vast, hopend op snel herstel.

Zouden die mensen wel werkloos geworden zijn, dan hebben we nog altijd 130 tot 255 duizend minder werklozen dan het CPB vorig jaar voorspelde.
Het haalt ook bij lange na niet de ongelooflijk lage werkloosheid van de 60’er jaren, toen er geruime tijd minder dan 100 duizend werklozen waren. Dat moeten we ook niet nastreven, want dan wordt de PVV niet langer serieus genomen met hun strijd tegen de immigratie. Sterker nog, wil de PVV blijven regeren dan zou de partij om economische redenen zich gedwongen zien de grenzen weer wijd open te stellen voor ‘gastarbeiders’.

Het fraaiste van alles is wel dat we straks misschien met een werkeloos kabinet zitten. Te weinig werklozen om zich druk om te maken. Natuurlijk, er blijven genoeg andere zaken over waar een nieuw kabinet mee aan de slag kan. Maar daar moeten dan partijen in zitten, die zich veel drukker om andere zaken hebben gemaakt, dan VVD en PVV in hun campagnes deden.

Verkiezingen en geluk

Verkiezingen en geluk In de verkiezingsdebatten verwijten de lijsttrekkers elkaar soms om het hardst dat hele delen van de bevolking er op achteruit zullen gaan, als hun opponent aan het roer komt. Dat is niet helemaal eerlijk, want bezuinigen willen ze allemaal. Ieder op verschillende terreinen, dat wel. Maar er zullen hoe dan ook mensen op achteruit gaan.

Nu lijken veel Nederlanders dat helemaal niet erg te vinden, gezien de massale steun aan de VVD en PvdA, de koplopers in de peilingen. Het heeft dus geen zin te debatteren over wie er een paar eurootjes op achteruit gaat. Waarom wordt de vraag niet gesteld welke partij de mensen het gelukkigst maakt?

Morgen, 8 juni, houdt de NWO (Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek) de eerste Geestesdag. De term doet vermoeden dat het hier gaat om een symposium over “wie ziet ze vliegen?” Een vraag die evengoed aan de lijsttrekkers gesteld zou kunnen worden.
Nee, het gaat over de kwaliteit van leven. De afdeling Geesteswetenschappen van het NWO ontwikkelt een onderzoeksprogramma over kwaliteit van Leven.

Onder kwaliteit van leven worden veel verschillende dingen verstaan,
stelt de NWO. Op de website legt men uit: “Bij het bepalen van de effectiviteit van medische handelingen is de kwaliteit van de te verwachten levensjaren een belangrijke factor. In discussies over milieuvraagstukken gaat het over de kwaliteit van leven van toekomstige generaties. Daarnaast wordt steeds vaker gesproken over de mogelijkheid van een index Bruto Nationaal Geluk”.
De NWO wil “het begrip ‘kwaliteit van leven’ zodanig te ontwikkelen dat het toegepast kan worden in specifieke beleidscontexten alsmede bij de beoordeling van overheidsbeleid in het algemeen”.

Het begrotingstekort, de staatsschuld, de bezuinigingen, het komt allemaal aan de orde in de verkiezingsdebatten, maar het Bruto Nationaal Geluk heb ik nog niet langs horen komen. GroenLinks is de enige partij die er een paar woorden aan besteedt in
het verkiezingsprogramma: “Het is tijd voor een andere kijk op welvaart. (…) een bredere definitie van welvaart, die welzijn, gezonde levensjaren en milieubehoud meeweegt: het Bruto Nationaal Geluk in plaats van het Bruto Nationaal Product. Geluk is een betere maatstaf voor geslaagde politiek”.
GroenLinks verbindt het vooral met “de klimaatcrisis en de dreigende schaarste aan voedsel, energie en grondstoffen”.

Maar het idee van het Bruto Nationaal Product nou toch juist uit een landje dat de nodige schaarste kent? Bhutan, een klein staatje hoog in de bergen. De president van Bhutan meent dat zijn land niet door de crisis wordt geplaagd, omdat zij zich niet bekommeren om aandelenkoersen en vallende banken. Nee, de welvaart van Bhutan wordt gemeten in het Bruto nationaal Geluk (lees meer in
dit Volkskrantartikel).

Is de VVD nu ineens zo populair omdat kiezers denken er gelukkiger mee te worden? In een artikel
in De Pers van juni vorig jaar, zegt professor Veenhoven (Erasmus Universiteit): “Geluk lijkt een links thema, maar je ziet dat rechtse standpunten vaak leiden tot het meeste geluk”.
Inkomensongelijkheid blijkt geen invloed op geluk te hebben. Meer sociale voorzieningen maakt ook niet altijd meer gelukkig. Rijkdom heeft wel invloed op geluk, maar dat geldt in de armere landen sterker dan in de rijkere landen. Economische vrijheid, bijvoorbeeld een eigen winkeltje beginnen, maakt wel gelukkiger.
Niet alle rechtse standpunten leiden volgens de professor tot geluk. Mensen in tolerante landen zijn gelukkiger. Dus tegenstellingen tussen bevolkingsgroepen opblazen leidt niet to geluk.

Mogen we a.u.b. nog een slotdebat over geluk? Welke partij maakt ons het gelukkigst?

Ledigheid te huur

Ledigheid te huur Op de demissionaire valreep gaat het kabinet toch nog tot harde actie over en verklaart de oorlog aan de ledigheid.

Bij monde van minister Huizinga
klonk gisteren: “We onderkennen de ernst van het probleem. We gaan nu samen aan de slag om dit probleem op te lossen”.
Dat “samen” moet nog even nader worden uitgelegd. Volgens de minister is het “bijzonder dat overheid en bedrijfsleven elkaar zo snel gevonden hebben”.

Het gaat om de leegstand van kantoren. Een hardnekkig probleem en niet langer te tolereren, want “dat is onverantwoorde verspilling van de schaarse ruimte in ons land”, aldus Huizinga. En “het is slecht voor ondernemers die de waarde van hun vastgoed zien kelderen”.

De bedrijvige ledigheid neemt al jaren rond de 14% van alle werkruimte in beslag, maar dat kan de komende jaren nog flink toenemen. Het adviesbureau voor commercieel vastgoed, DTZ Zadelhoff, noemt die ledigheid “structureel aanbod”.
In een recent rapport (pdf!) waarschuwt DTZ Zadelhoff voor veroudering van dat aanbod: “Een potentieel gevaar dreigt aan het einde van 2010. Dan zal aanbod dat nu tussen de 2-3 jaar op de markt is, tot het structurele aanbod gaan behoren. Het structurele aanbod zal dan stijgen naar maar liefst 44%”.

Hebben overheid en bedrijfsleven elkaar nu snel gevonden, als het om oplossingen gaat? In een
heldhaftige slotverklaring (pdf!) wordt het zwaartepunt bij de overheid gelegd.
Het Rijk moet wettelijke maatregelen nemen om de structurele leegstand weg te werken. De provincies moeten de gemeenten aansturen op afspraken over de omvang en kwaliteit van kantorenprogramma’s per regio. De gemeenten moeten, gezamenlijk met andere overheden, een lange termijn (her)ontwikkelingsbeleid voor kantorenlocaties ontwikkelen.

Het bedrijfsleven heeft afgesproken elkaar vooral onderling te stimuleren. Beleggers moeten in eigen kring stimuleren dat men terughoudend is in de aankoop van panden op locaties die snel zullen verouderen. Ontwikkelaars moeten elkaar opjutten om te investeren in de duurzame (her)ontwikkeling van verouderde kantorenlocaties en gebouwen.
De gebruikers, het bedrijfsleven zelf, moeten elkaar motvieren om een zorgvuldige afwegingte maken tussen het betrekken van duurzame nieuwbouwkantoren en het benutten van verduurzaamde bestaande kantoren.

Veel concreter is men niet geworden. Terwijl hier in 2007 toch al suggesties werden gedaan, om de ledigheid aan bedrijfsruimten om te bouwen tot nuttigheid in het algemeen belang (zie
artikel op dit weblog).
Om te beginnen een deel toe te voegen aan de woningvoorraad. Of mensen nu werken of niet, er moet wel gewoond worden en op dat gebied valt er ook wat achterstand in te halen. Natuurlijk kan al die leegheid ook tegen de vlakte worden gewerkt om ruimte voor uitbreiding van volkstuintjes te creëren. Twee vliegen in één klap: er is meer groen en we kunnen er van eten.
En met de vergrijzing voor de boeg zal er een stijgende behoefte aan rust- en verpleeghuizen zijn. De gebouwen hebben we dus al.

Wat wilt u doen met dat leegstaande kantorencomplex in uw buurt?

Liberaal en gesmeerd

Liberaal en gesmeerd Een berichtje vorige week, riep de vraag op waarom er met enige regelmaat VVD’ers in verband worden gebracht met smeergeld. De FIOD-ECD overviel VVD’er Ton Hooijmaijers, ex-wethouder in Amsterdam en ex-gedeputeerde bij de provincie Noord-Holland. Hij wordt verdacht van corruptie en omkoping bij vastgoedprojecten (meer bij de NOS).

We zullen zien of de FIOD harde bewijzen heeft gevonden. Maar het bericht doet wel denken aan de relatie die de VVD met ondernemend Nederland onderhoudt. Ondertussen zou de VVD, door schade en schande, moeten weten beter uit de buurt te blijven van alles wat met bouw en vastgoed heeft te maken.

Dat geldt trouwens niet alleen voor de VVD. Maar te blijven bij de liberale pogingen de economie gesmeerd te laten lopen: het doet denken aan een andere FIOD-actie. In 2008 was ex-VVD senator Cees van den Oosten de pineut. Hij werd zelfs gearresteerd op verdenking van het aannemen van smeergelden ten behoeve van een nieuwbouwproject in zijn woonplaats (
bron: Volkskrant).
In 2006 haalde Neelie Kroes het nieuws wegens haar al te intieme banden met vastgoedondernemer Jan Paarlberg, die lid zou zijn van Holleeder’s criminele organisatie.

In 1999 werd bekend dat
Stork smeergeld had betaald om een gaszuiveringsinstallatie te mogen bouwen voor de NAM. Projectmanager bij de NAM was de VVD’er Joop Vos, toen ook fractievoorzitter van de VVD in de Wassenaarse gemeenteraad. Hij werd veroordeeld tot het betalen van belasting over de ontvangen steekpenningen.
In 1999 begin ook de grote bouwfraudezaak te rollen, waarbij de betrokkenheid van VVD-minister Annemarie Jorritsma naar voren kwam. Ze had iets te nauwe banden met het bedrijf Koop Tjuchem, de ondernemer bij wie klokkenluider Ad Bos in dienst was.

Datzelfde bedrijf was niet te beroerd om in Groningen mee te werken aan de realisering van de Blauwe Stad. Nu moesten daarvoor wat boerenbedrijven het veld ruimen, maar Henk Koop had daarvoor de betaalde steun van Johan Remkes, toen VVD-gedeputeerde bij de provincie Groningen.
De bron voor dat nieuwtje kan ik u niet melden. Het ging in ieder geval om een iemand die er met zijn neus bovenop stond, toen Henk Koop wat flappen aan Remkes overhandigde om hem zover te krijgen wat oppositie tegen de Blauwe Stadplannen te smeren.
Remkes is een van de Kamerleden die heeft aangekondigd, na de verkiezingen, niet meer in de politiek terug te keren. Zou Henk Koop hem een baantje hebben aangeboden?

De bouwfraude sidderde door heel het land. Ook in Limburg, waar een voormalig VVD-wethouder uit Echt in 1992 werd veroordeeld voor het aannemen van steekpenningen van wegenbouwer Baars.
Het maakt allemaal wel heel begrijpelijk waarom de VVD zich zo sterk maakt voor ondernemend Nederland. Het maakt natuurlijk niet begrijpelijk waarom er VVD’ers zijn die daar een graantje van mee willen pikken.

Marktwerking en het ei van Columbus

Marktwerking en het ei van Columbus Beter een half ei dan een lege dop. Met die boodschap werden we vroeger opgevoed als krappe tijden tot zuinigheid leidden. Of, als er geklaagd werd over een schaars gedekte tafel, dienden we toch eens te denken aan al die mensen die het zoveel minder hadden dan wij.

En omdat in elk klein burgertje de kiem zit van een verwende kapitalist, reageerden we vaak verongelijkt met een: “Nou, dan gaan die mensen toch naar de markt?!”. We hadden ergens iets over marktwerking opgepikt. Dat marktwerking de oplossing voor alles was. Maar wat weet een zesjarige snotneus daar nou van?

Ruim 50 jaar later snap ik er nog steeds weinig van, maar we hebben nu veel meer informatie en begrijp ik het CBS-bericht van vandaag veel beter:
Eieren alsmaar duurder.
Bij het boodschappen doen was ik al een keer geconfronteerd met een leeg schap, dat normaal gesproken tjokvol eieren stond. Eieren zijn ineens schaars. En dus zijn ze duurder. Logisch. De mantra ‘schaarste = duurder’ zit er goed ingeheid.

Maar waarom heeft een welvarend land ineens een schaarste aan eieren? Dat is de schuld van mislukte EU-samenwerking en het gegeven dat we een betere wereld voor legkippen willen.
Binnen de EU moet elk land de vreselijke legbatterijen sluiten. Duitsland was daar snel mee, maar had daardoor wel ineens te weinig eieren om iedereen van omeletten te voorzien. Dat heet een gat in de markt. De Nederlandse eierproducenten vulden dat gat en exporteerden massaal onze eitjes naar de buren. Gevolg: nu hebben wij te weinig eieren om alle monden mee te voeden. Dus niet alleen lege schappen. Als er wel een eitje is, dan kosten ze nu 11 procent meer dan vorig jaar.

Duitsland had gewoon tot 2012 moeten wachten met het sluiten van de legbatterijen. In 2012 moet elk Europees land de legbatterijen moeten sluiten. Of onze regering had moeten ingrijpen. Leuk dat de Duitsers zo snel zijn met het nakomen van afspraken, maar de consequenties moeten ze zelf maar nemen. Onze eitjes, blijven onze eitjes. Dan hoeven de prijzen ook niet omhoog, wat weer belangrijk is om de burger tevreden te houden. Er moet namelijk nog flink worden bezuinigd en dat gaat de burger wel betalen.
Maar de regering legt de eierexport niet aan banden, want dan help je de hele marktwerking om zeep. We zijn geen communisten!

Nu kunnen we in ons gelukzalig leventje wel een paar dagen zonder een eitje. De andere schappen in de supermarkt zijn afgeladen met veel en nog steeds betaalbaar spul. Rijst uit Azië bijvoorbeeld. Voor de mensen die het daar voor ons maken veel te duur. Omdat wij hier van de een op de andere dag rijst op biologische verantwoorde wijze zijn gaan telen, er dus schaarste optrad en we daarom die rijst importeren?

Nee. Dit is weer een ander marktmechanisme. In Azië werken ze hard op de rijstvelden. Hard werken was ook zo’n redenering waar wij mee grootgebracht werden. Wie hard werkt, zal het goed gaan. Nou, dat klopt. Ik werk hard en verdien genoeg om rijst en zelfs een wat duurder eitje te betalen. Ik begrijp steeds meer van marktwerking en hard werken, de pijlers van onze welvaart.
Ik begrijp alleen nog steeds niet goed waarom het niet opgaat voor de werknemers op de rijstvelden. Oh, wacht even. De rijst wordt vanuit Azië hierheen geëxporteerd. Dus daar schaarste, dus daar duurder, dus daar een probleem.

Nou, het dubbeltje is gevallen en ik kan weer over tot de orde van de dag. Dat wil zeggen: nog harder werken, zodat ik nog meer verdien en nog meer rijst kan eten. Kunnen ze in Azië meer rijst telen, zodat ze meer verdienen en hun eigen dure rijst kunnen betalen. Zo helpen we allemaal de marktwerking een handje.

Toch knaagt er iets. Bij de Aziaten is dat de honger, hier is dat het geweten. Dat knaagt des te harder, omdat het ei van Columbus me niet te binnen schiet. Behalve dan, dat ik wel begrip kan oopbrengen als er wel wordt ingegerepen. Bijvoorbeeld door de export alleen toe te staan voor alles wat een land nog over heeft, ná voeding van de eigen monden. Maar dat is dan weer protectionisme. Het eerste de beste Aziatische land dat daartoe overgaat, kan rekenen op wereldwijde tegenmaatregelen, waar ze ook niet beter van worden.

Buitenhuisje en herindeling

Buitenhuisje en herindeling In de broodnodige rustperiodes zoek ik vaak een buitenhuisje op. Liefst ver weg en in ruime, rustige gebieden. Het thema “buitenhuisje” blijkt dan ineens blogwaardig. Want in en rond zo’n buitenhuisje is het onrustiger dan op het eerste gezicht doet vermoeden.
(Zie ook de mini-serie van vorig jaar, over de het buitenhuisje in het algemeen, de relatie met politiek en tot welke filosofieën het kan leiden).

Deze keer iets over buitenhuisje en herindeling. Wie een buitenhuisje betrekt gaat vaak eerst de inrichting herschikken. Maar ik wil het nu niet over de binnenhuisarchitectuur van het buitenhuisje hebben. Nee, het gaat over de dreiging die als een donderbui boven het gebied hangt, waar ik deze keer een buitenhuisje heb betrokken: Friesland.

Starend uit het raam zie ik een land dat keurig is ingedeeld. Het lijkt ruim en wijds, maar dat geldt slechts de blik. Ga je buiten wandelen, dan blijkt Friesland veel minutieuzer verdeeld. Talloze sloten, watergangen en soms hele plassen versperren je de weg.
Het Friese land is verdeeld in eindeloos veel weilandjes. Nog een wonder dat de het bestuur daarover tot een paar luttele gemeenten weten te beperken. Maar op dat gebied dreigt dus nu onweer.

Met dank aan een zijdelinkje van GC, stuitte ik op snode plannen van de VNO. De verenigde werkgevers willen een nieuwe Friesland. Door de drie noordelijke provincies te laten fuseren, zou er heel wat op ambtenarij bespaard kunnen worden. Dat zien de werkgevers wel vaker als oplossing
voor economische groei en bloei.
De werkgevers vinden het logisch dat de nieuwe fusieprovincie Friesland gaat heten. Wat de Groningers en Drenthe natuurlijk niet zien zitten. De Friezen ook niet, tenzij de buren gewoon Fries gaan praten, lezen en schrijven.

Kijk, een leuk proefballonnetje, die de werkgevers daar oplaten. Regelgeving, ambtenarij verdeeld over zoveel eigenwijze, zelfstandige gemeenten en provincies is niet goed voor “het land”. Voor “land” lezen we natuurlijk “economie”.
En herindeling tot grotere gehelen leidt niet alleen tot bezuinigingen op de ambtenarij, het plaveit ook de weg naar uniformere regels. Om er mee in het Noorden te beginnen, is uiterst tactisch. Het Noorden is toch al jarenlang stiefkindje van Randstedelijke politiek. Het noordelijke verzet of lobbyisme heeft zelden resultaat, dus deze koloniën kunnen gerust een volgende pesterij over zich heen hebben.

Het nieuwe Friesland een testgebied voor de uiteindelijke herindeling van gans het land, volgens de eisen en wensen van de gezamenlijke werkgevers?