Categoriearchief: Maakbaarheid

Het echte nieuwe werken.

Nieuwe werken Vandaag de laatste bijeenkomsten van de Week van het Nieuwe Werken. Een promotiecampagne om het nieuwe werken op te stoten in de vaart der volkeren. Voor wie het nog niet weet: het nieuwe werken betekent werken wanneer je wil en waar je wil.

Het heeft allerlei voordelen. Mensen kunnen files ontlopen, kunnen werk en zorg voor de kinderen combineren, minder werkplekken in kantoren, meer arbeidsvreugde. Goed voor milieu, kostenbesparing voor de werkgever en meer tevreden werknemers.
De nadelen maken veel mensen nog zo huiverig dat dit nieuwe ideaal niet op grote schaal al is ingevoerd. Hoe weet een werkgever dat iemand thuis niet uit zijn neus zit te peuteren? De ict-voorzieningen moeten worden aangepast. En sommige werknemers denken de gezelligheid van de collega’s te missen.

Voorlopig komt men niet veel verder dan flexwerken en neo-kantoortuinen. Flexwerken wordt in mijn organisatie verkocht als een manier om collega’s die van diversiteit houden, de kans te bieden wisselende werkzaamheden aan te bieden. Het is echter een middel geworden om de gaten te vullen, die zijn ontstaan nadat door bezuinigingen collega’s zijn ontslagen en invalkrachten niet meer mogen worden ingezet. Ook de collega’s die niet zo’n behoefte aan diversiteit, hebben worden gedwongen te flexwerken. Verkeerde toepassing van een ideaal.
En ja, niet elk kantoor, niet elke stoel is 24 uur per dag bezet. Maar om dan maar alle werkplekken te verzamelen in een grote hal, opgeleukt met planten, een aquarium en een koffiebar? Je moet dan elke keer onthouden de foto van je gezin mee te nemen, waarmee je jouw plek een eigen tintje gaf.

Het nieuwe werken is vooralsnog een middel om besparingen door te voeren. Besparingen op kosten, op milieu en energie. Het moet ook goedkoop worden ingevoerd, dus komen alleen die baantjes in aanmerking die het minste kosten aan veranderingen in infrastructuur en werkroosters.
Lopende bandwerk past niet in de huidige opvattingen van het nieuwe werken. Leuk als de werknemers een deel van de tijd thuis werken, maar het is niet te doen om de lopende band van de fabriek naar ieders huis te leiden. En we zitten ook niet te wachten op een vuilnisman, die de troep pas ophaalt als hij klaar is met het verzorgen en naar school brengen van zijn kinderen.
Het nieuwe werken is dus alleen voor dat deel der werkenden, dat toch al een comfortabele bureaustoel onder de kont heeft. Creëren we zo niet een nieuwe elite onder de werknemers?

Werken wanneer en waar je wil. Waarom wordt dat principe gekoppeld aan kostenbesparingen en reorganisaties? Waarom kan dat principe niet op zichzelf staan en voor iedereen gelden? Het lijkt mij tenslotte een ideaal dat iedereen wel wil naleven. Eigenlijk zou het echte nieuwe werken niet alleen over wanneer en waar moeten gaan, maar ook over wat. Het werk doen dat je wil.

Dat wordt een rommel, natuurlijk. Ik verwacht niet dat iedereen brood gaat bakken. Bovendien ontstaat er dan een tekort aan kaasmakers. Wat wel kan, is het nieuwe werken in handen van de werkenden leggen. Laat het de mensen op de werkvloer zelf bepalen. Er zijn experimenten bekend waar het uitstekend ging, als mensen zelf de dienstroosters samenstelden.
In de positieve psychologie (zie mijn gastlog op GeenCommentaar) kent men één factor, die mensen tot bevlogen, dus productieve werknemers maakt. Autonomie. Zelfbeschikking over je eigen werk. De term werknemers zou veranderd moeten worden in werkhebbers. Mensen hebben werk aan te bieden. Dat waar ze goed in zijn en dat wat ze graag doen. Bovendien hebben ze zelf prima ideeën over de inrichting van de werkplek, over milieubesparende oplossingen, over kostenbesparingen.

Het echte nieuwe werken is de volledig autonomie van hen die werken.

Helden op sukkels

Helden Werken is niet zomaar wat doen. Je moet het ook goed doen. Gaat het fout dan kom je akelig in het nieuws. Dat wil zeggen: de sector of bedrijf of organisatie waar je werkt. De crisis danken we aan “de banken”. Jaarlijks overlijden er nog teveel mensen omdat iets niet goed gaat in “de zorg”. In het nieuws is de menselijke fout geïnstitutionaliseerd.

Begrijpelijk dus, dat de “individuele verantwoordelijkheid” zo vaak ter sprake komt? In welk zorgzaam, efficiënt, foutloos paradijs zullen we leven, als iedereen die verantwoordelijkheid neemt?
Wie geen verantwoordelijkheid neemt, draagt schuld. En schuld leidt tot boete. Dat vindt niemand leuk, dus zie je dat mensen geneigd zijn de schuld overal te leggen, behalve bij zichzelf.

Voor alle duidelijkheid: mea culpa! Ik meen een hoog verantwoordelijkheidsgevoel te hebben, ik vind dat ik mijn stinkende best doe op mijn werk, toch maak ik wel eens een fout. En ja, dan zijn de rapen gaar. Als de gemeente niet bezuinigt, werk ik niet onder stress en maak ik geen fout. Als de managers wat meer op de werkvloer rondlopen, zouden ze besluiten nemen waadoor ik geen fouten kan maken. Enzovoorts. Met andere woorden: ik ben best bereid een fout toe te geven, maar de oorzaak van die fout ligt noooooit bij mijzelf.

Hulde dus aan de individuele verantwoordelijkheid? Maar natuurlijk! Als niemand een fout maakt, heeft ook niemand er last van. Van de klaagcultuur blijft dan alleen cultuur over. Wie in een foutloze maatschappij nog klaagt, kan dan terecht verweten worden een mauwende misantroop te zijn.
Geen Youp van ’t Heks meer, die foute helpdesks aan de schandpaal nagelen. Geen rapportenlijstjes meer van beste en slechtste ziekenhuizen. Nooit meer een crisis en iedereen altijd een flinke bonus, omdat iedereen het altijd goed doet.

Zover is het nog niet. Elke dag gaat er ergens wat mis. En dat wordt aangepakt ook. Klagen beschuldigen en straffen is de meest voorkomende methode. Daarnaast de positivistische tegenhanger: beloon de goede voorbeelden. Prijs degenen die met eigen initiatief en verantwoordelijkheid een bijdrage leveren aan de verwezenlijking van het aardse paradijs.
Het ministerie van VWS stimuleert de eigen verantwoordelijkheid en laat het publiek stemmen op de Zorgheld van het jaar. Zorghelden zijn medewerkers in de zorg, die ideeën verzinnen om ondanks de administratieve rompslomp, toch meer tijd te creëren aan het directe patiëntencontact. Tot 22 november kun je op een van de drie genomineerden stemmen.
Belangenvereniging Ypsolon, beloonde het Utrechts Medisch Centrum, voor hun verbeterde begeleiding van familie van patiënten.

Op de hier linksboven afgebeelde sokkel staat een vraagteken. Moet daar nou een schandpaal staan voor de foutenmakers of een standbeeld voor alle helden die het goed doen?
De een zal zeggen: goed voorbeeld, doet goed volgen. Een standbeeld dus. Een ander beweert dat je van je fouten kan leren. Zet de schandpaal dus in het zonnetje. De relativisten op christelijke grondslag zullen wijzen op de balk en de splinter. De nihilisten zullen zeggen: als niets helpt, doe niets.

In een wereld waar zo vaak zaken misgaan, lijkt het percentage helden op sukkels, erg klein. De mensen die het wel goed doen, zijn dus al gauw een held. Dat heldendom vervlakt natuurlijk, als niemand meer fouten maakt. Voorlopig zullen we het met die helden moeten doen. Ook met de helden die hun dagelijks werk gewoon goed doen, ondanks bezuinigingen, ondanks de fouten van anderen.
Ik zet een vraagteken op de sokkel. Waarom hebben zoveel mensen gestemd op politici die nu die “eigen verantwoordelijkheid” prediken om een boekhoudkundig tekort weg te werken? Foute vraag natuurlijk.

Collegiaal adviesnetwerk.

netwerken Een fraai stukje netwerk. Het nieuwsmedium Nu.nl meldt dat een ander nieuwsmedium, Express.be, over een onderzoek van het Nyenrode Instituut bericht. In het artikel van Nu.nl is het woordje “resultaten” gelinkt. Je verwacht dan via die link bij de onderzoeksresultaten te komen. Natuurlijk op de website van Nyenrode. De link komt uit op het artikel van Express.be. Rechtsonder dat artikel staat: gebaseerd op Nu.nl. Dat netwerkje is dus rond.

Op Express.be geen link naar het onderzoek. Terwijl dat instituut er wel een bericht over heeft, maar ook geen links naar het onderzoek zelf. Daarvoor moeten we bij bureau Zuidema zijn, die het onderzoek heeft uitgevoerd in opdracht van Nyenrode.
Het bureau geeft keurig links naar een samenvatting van de resultaten en naar een eerdere publicatie op Managers Online.nl, die er ruim een week eerder mee was dan NU.nl en Express.be.

Het worldwide web is natuurlijk een wirwar van verbindingen, maar hoe je dat naar je hand kan zetten, dat is de kunst van netwerken. Links in artikeltjes zijn de verbindingslijntjes naar meer informatie. Maar doorlinken naar collega’s is natuurlijk het echte netwerken.
Dus Nu.nl verbindt je met de Belgische tak, die precies hetzelfde meldt en ook nog een terugverwijst naar Nu.nl. Voor de lezers is dat een doodlopend netwerkje.
Nyenrode vergeet te linken naar het onderzoeksbureau, zonder welk het instituut het schokkende nieuws nooit ter wereld had kunnen brengen.

Het schokkende nieuws is: voor collegiaal advies maken mensen nauwelijks gebruik van virtuele netwerken als Linkedin en Twitter. “Een netwerk van sociale structuren is een netwerk van mensen die het prettig vinden om in de persoonlijke sfeer met elkaar om te gaan”,
zegt het onderzoeksbureau. Dat nog wel meer ontdekkingen in petto heeft.

Off-line netwerken worden door professionals dus belangrijker geacht dan on-line gemeenschappen. Als het gaat om adviezen over het werk, zoekt men het vooral op de eigen werkvloer. Men raadpleegt eerder en vaker collega’s of leidinggevenden, dan vrienden of familie.
Vriendennetwerken worden dan weer eerder buiten het werkveld opgebouwd. De meeste ondervaagden hebben maar weinig vrienden onder collega’s.

Ik ben niet zo’n sterke netwerker. Veel te slordig voor. Maar ik heb wel al menig voordeel gehad aan het virtuele bloggersnetwerk. Zonder de publicitaire steun van collega-weblogs zou het met de
Blogparel van het Jaar en de Donkey Shocking Award nooit wat geworden zijn. Maar verder helpt slordig netwerken niet om snel een andere baan te vinden. Mijn Linkedin heb ik amper ingevuld en een oproep op Twitter gaf nul respons. Voor werk heb je echt meer aan een off-line netwerk.
Voor een aardig blognetwerkje ook. Marco Raaphorst en Karin Ramakers, een intiem netwerkje uit Den Haag, organiseerden vorig jaar Blog Art. Omdat ze menen dat het leuker is als bloggers elkaar off-line ontmoeten. Ze zagen zelfs een trendverschuiving van on- naar off-line.

Geen idee of dat ook echt waar is. Ze hebben, wat mij betreft, wel gelijk dat het erg leuk is bloggers af en toe real life te zien. Daarom zal de prijsuitreiking van de tweede editie van de Blogparel van het Jaar 2010, in tegenstelling
tot de eerste, wel off-line plaatsvinden. Daarover later meer.
Maar goed, in virtuele netwerken moet je volgens mij, niet teveel verstrikt raken. Het kan zijn dat veel mensen er te weinig op een goede manier gebruik van maken. Maar als ik ergens advies over wil, zie ik de raadgever liever recht in de ogen. Zou dat iets te maken kunnen hebben met een onrealistisch gevoel, de betrouwbaarheid van de adviseur beter in levende lijve te kunnen inschatten?

Ik noem het onrealistisch, omdat ik virtueel wel een paar bruikbare adviezen heb gekregen van collega-webloggers, die ik nog nooit in het echt heb gezien. Misschien ben ik wel niet van deze tijd.

Opm: de foto in het plaatje linksboven, komt van de website van orkater.nl en is afkomstig uit de voorstelling Zie de mannen vallen, uit 1980.

Hoge keuken tegen vetzucht

Haute cuisine Wat slecht is, hoeft niet vies te zijn. De wetenschap dat de vette hap slecht is voor de gezondheid, weerhoudt mensen er niet van smakkend van genot hun hart- en vaatstelsel te teisteren. Is er iets te bedenken dat beter werkt dan publiciteitscampagnes die vooral op de nadelen wijzen?

Misleiding werkt beter. Aandacht voor de ongezonde produkten kunnen achterwege blijven. Ook er op blijven hameren hoe goed de gezondere produkten zijn, kan ook de afvalemmer in. Het gaat erom dat mensen zichzelf misleiden met het idee dat duur en/of onbereikbaar ook wel goed zal zijn.
VPRO’s Noorderlicht wijst op een experimentje waaruit zou blijken dat muizen net zo om de tuin zijn te leiden, als mensen.

Mensen zullen een duur wijntje of een duur gerecht sneller als goed beoordelen, dan eten of drinken dat nog geen euro kost. Goedkoop zal wel duurkoop zijn.
Nu is haute cuisine voor veel mensen onbereikbaar. De hoge keuken is bij sceptici vooral bekend van de erg grote borden, met zeer weinig eten. En dat voor een bovenmodaal prijsje. Maar wie zich er eens aan te buiten gaat, zal zeker beweren dat het voortreffelijk voer is.
Muizen lijken ook een voorkeur voor onbereikbaar voedsel te hebben. Die ontdekking leidt tot de gedachte dat je eten op een bepaalde manier onbereikbaar moet maken, zodat mensen in ieder geval gaan denken dat het dan wel het beste voedsel zal zijn.

Moet je dus gezond eten goed verstoppen of duurder maken, vraagt Noorderlicht zich af.
Verstoppen zal niet veel helpen. Mensen zijn geen muizen. Mensen hebben wel wat meer te doen dan de hele dag op zoek gaan naar voedsel. Duurder maken lijkt dus wel een aardige optie. Maar dat is riskant. Wie een krap budget heeft, zal nog wel denken dat duur eten goed eten is, maar omdat het geld ontbreekt zal men niet tot aankoop over gaan.

Dat kan anders. Maak gezond eten betaalbaar en ongezond eten vreselijk goedkoop. Een driegangen diner in een vijfsterren toko zou evenveel moeten kosten als patat met een frikandel en een softijsje. Een patatje oorlog bij de Febo zou net zo duur moeten zijn als één stuks vijfcent drop bij de sigarenboer. De hoge keuken blijft duurder, maar wordt bereikbaar.

De overheid is niet te beroerd de tarieven voor te schrijven van medisch specialisten. Zo’n grote stap is het dan ook niet de tarieven van voedsel vast te leggen.

Emotionele kenniseconomie.

Het emo-lab Donderdag 4 november wordt de derde Verwey-Jonkerlezing gehouden. Deze keer gaat het over de kenniseconomie en de emotiecultuur. Het verband tussen die twee zaken?
Een van de sprekers zal het hebben over alle aandacht voor de kenniseconomie, waardoor de burger die zich door emoties laat leiden, misschien verwaarloosd wordt. Moeten we naar “psychologie + economie = kennis”?
De andere uitgenodigde spreker stelt dat in de economische wetenschappen het besef groeit, dat mensen eerder emotionele, dan rationele beslissers zijn. Wordt het tijd voor een andere visie op emoties in onze kenniscultuur?

Kennis is macht. Dat is absoluut niet waar. Bepaalde kennis, in een bepaalde context kan macht zijn. Het ontbreken of achterhouden van kennis kan ook tot macht leiden.
Emotie is macht. Ook niet absoluut waar, hoewel in deze tijden emoties van feelgood-beleving tot onderbuikgevoelens belangrijker lijken te zijn dan rationele kennis.

Kennis over emoties is macht. Dat lijkt me helemaal waar. Bekend van reclame- en marketingtechnieken. De verkoop van allerhande waar, mag gerust de sentimenten-economie worden genoemd. Als het aan sentimenten ontbreekt, dan worden ze wel gecreëerd. Dat kennen we van ‘de politiek’. Nederland is veilig, maar incidenten worden aangegrepen om een gevoel van onveiligheid levend te houden.
Wie de emoties kent, heeft de macht. Met als klinkend resultaat goed verkopende produkten, hoge kijkcijfers of het doorvoeren van wetten, die de macht consolideren.

Kennis of emotie . Wat is uiteindelijk van doorslaggevende betekenis? Kennis dus. Niet alleen kennis waardoor we met betere technologie problemen als een dure zorg kunnen tackelen of een nog mooier beeldscherm op de i-phone krijgen. Ook kennis over “wat-de-mens-beweegt”.
We weten dat we in tranen kunnen schieten als we een ui snijden. We weten ook dat mensen in de lach schieten als ze iemand bezig zien de ui weer in elkaar te zetten, om het huilen te stoppen. We weten nog lang niet waarom iemand tot zo’n idiote handeling overgaat.

We weten ook waarom een grote groep mensen het op een lopen zet als er een idioot staat te schreeuwen bij een dodenherdenking. We weten ook dat er, om biologische en of sociologische redenen, altijd idioten zullen zijn. We weten nog niet idioten zo’n plaats in de samenleving te geven, zonder bang voor ze te zijn.
Er valt nog heel wat kennis te vergaren over emoties.

Zwaar weer management

Zwaar weer Ambities, uitdagingen, creativiteit. Bezuinigingen zullen heel wat teweeg brengen, maar we moeten het vooral zien als een kans voor mooie veranderingen.

Alle gemeenten bezuinigen. Voor 2011 zijn in totaal een dikke 4 miljard maatregelen verzonnen Vooral cultuur, welzijn en sport zullen het met gemiddeld 7 procent minder moeten doen. Daarnaast wordt de ambtenarij uitgekleed. Dat is het begin, want de gemeenten vrezen ook het snoeimes van Rutte.
Organisatie- en adviesbureau Berenschot inventariseerde de gemeentelijke bezuinigingen en ontmoetten toch veel ambitieuze gemeentesecretarissen, die hier een prachtige kans op “meer creativiteit, innovatie en samenwerking”.
Dat zijn nog eens andere woorden dan ‘roeien met de riemen die je hebt’. Wie blijven binnen boord, wie valt uit de boot en wie gaan de boot missen? De stuurlui van al die organisaties die nu in zwaar weer terecht komen, moeten heftige keuzes maken.
Dat bestuurders en managers alles uit de kast halen om hun medewerkers op sleeptouw te nemen en gemotiveerd te houden, is begrijpelijk. Het zal zeker veel creativiteit vragen door deze woelige tijden te navigeren. Dat betekent niet dat er geen vragen gesteld mogen worden over de aard van die creativiteit.
Tot nu toe heb ik alleen maatregelen volgens de kaasschaafmethode langs zien komen. Zo zijn er gemeenten die op alle culturele voorzieningen en organisaties bezuinigen. Zo zijn er organisaties die op alle afdelingen snoeien.

Ik vind dat niet de creatiefste methode. Het is eerder gebrek aan een doortimmerde visie en lef, waarmee ook heftige, maar wellicht veel slimmere keuzes gemaakt kunnen worden. Het is nobel om te stellen dat alles en iedereen geraakt zal moeten worden. Of je dan ook de solidariteit overeind houdt, die nodig is om elkaar te steunen? Het zal zuur zijn in te moeten leveren, als je op een plek zit waar al jaren met weinig middelen wel goede prestaties worden geleverd. Voor mensen die in zo’n situatie zitten, zal het een hele uitdaging zijn de teleurstelling over de bezuinigingen niet te projecteren op minder goed presterende collega’s of slecht draaiende concurrenten.

Nieuwsgierig naar de resultaten van de gevraagde creativiteit, ben ik benieuwd of er ergens in het land briljante oplossingen worden gevonden. Heb jij zulke oplossingen gezien in je gemeente of in jouw organisatie? Meld ze hier in de reacties. Heb je ze niet gezien, maar zelf heb je wel een goed idee? Meld ze hier in de reacties. De komende tijd zal ik er dn zeker op terugkomen.

(Ver)berg uw schatten in het Noorden.

Kleigrond Wat kun je doen met gebieden die maar niet tot economische bloei komen? Gebieden waar de industrie maar niet van de grond wil komen, waar dienstverleners het vertikken hun bedrijven te vestigen. Waar zelfs dwangmaatregelen van de overheid, het verhuizen van ministeries, niet leiden tot de gewenste dynamiek van een welvaartsbolwerk als de Randstad.

Geen nood, er zijn nog meer oplossingen. Als de welvaart niet vanzelf uit de bodem schiet, dan breng je de welvaart er naar toe. Beter gezegd: je dumpt er de welvaartsresten onder de grond. Een schitterend stukje werkgelegenheid creëer je bijvoorbeeld door kernafval in de Friese klei of in de zoutlagen van het noorden op te bergen. De COVRA (Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval) zoekt zich rot naar geschikte opslagplaatsen. Bijna overal stuit het op verzet. De Friezen gaan bij voorbaat
al dwarsliggen, omdat de klei- en zoutlagen niet stabiel genoeg zouden zijn.

Eerder was op dit weblog al te lezen dat het vorige kabinet voorbereidingen trof om CO2
in het noorden op te slaan. Ook dat zien veel Friezen, Groningers en Drenthe niet zitten. Behalve de gezamenlijke noordelijke werkgevers. Zij schreven een brief aan de kakelverse premier, want ze zijn het niet eens met een stukje uit het regeerakkoord. VVD en CDA hebben de CO2-opslag voor zich uit geschoven en willen pas verder met de plannen als er een nieuwe kerncentrale komt.
Slim bedacht van het kabinetje, want dan kun je het verzet tegen zowel de kerncentrale, als de opslagplaatsen voor kernafval en CO2 in een klap aanpakken.

Nou moet u niet denken dat de regering alleen maar allerlei welvaarstresten in het noorden wil dumpen, omdat die gebieden gemiddeld wat armer zijn dan de Randstad. Een praktijk die we kennen van nog veel armere gebieden waar afgekeurde medicijnen in de bevolking worden gestort of waar we onze opgebruikte computers dumpen. Nee, onze overheid is serieus bezorgd over ieders veiligheid.
De vorige regering kwam met een ondergrondse nota, waarin ze verklaarde dat dichtbebouwde gebieden hooguit geschikt zijn om een wirwar aan kabels voor ons pc-gebruik onder de grond te stoppen, maar meer riskanter materiaal moet je niet onder een flatgebouw willen.

De wijde Friese velden zijn natuurlijk wel geschikt. Het enige risico is, dat de commissaris van de koningin een radioactief eerste kievitseitje krijgt aangeboden. In Drenthe en Groningen
rommelt het ondergronds, dus daar alstublieft geen CO2- en kernafval wegmoffelen.

Overstap gemist

Overstap Maar weinig mensen stappen over naar een andere zorgverzekering. Zie hier de maakbaarheid van de marktwerking in een notendop.

De bedoeling was dat mensen prijs- en kwaliteitsbewust zouden shoppen. De verzekeraars zouden de lucratiefste pakketten aanbieden. De klanten zouden hun oude verzekering zeker opzeggen, als ze bij een ander een veel aantrekkelijker aanbod zagen.
Dat heeft nooit zo gewerkt. Het hoogste aantal overstappers telde men in 2006, vlak nadat de marktwerking in de zorg was ingezet. Ongeveer 19 procent stapte over. Geen indrukwekkend percentage, maar daarna was de hype wel over. Elk jaar bleef het aantal overstappers rond de 4 procent hangen.
Naar de oorzaken voor de geringe motivatie om van verzekeraar te wisselen, tast men in het duister.

Merktrouw zou een oorzaak kunnen zijn. In crisistijden zou je verwachten dat consumenten op zoek gaan naar de goedkoopste zaken, maar ze blijken toch aardig trouw aan de hun bekende produkten. Een
onderzoekje in 2008 wees uit dat mensen wel gevoeliger werden voor speciale aanbiedingen, maar nog weinig zin hadden over te stappen van merk of aankoopplaats.

Dat de marktwerking soms zo slecht werkt, valt de consument te verwijten? Het luie, gemakzuchtige koopvolk?
De grondgedachte achter het begrip marktwerking is dat alleen zo het beste komt bovendrijven. Bedrijven moeten met elkaar concurreren om het prijs- en kwaliteitsbewuste volkje als klant binnen te halen. Zo krijgen we de beste zorg, voor de beste prijs, verzekerd door de beste verzekering.
Maar de klant haakt natuurlijk af, als hij zich afvraagt hoeveel zin het heeft de bewuste consument uit te hangen. Als premies blijven stijgen en het nieuws bol staat van veranderingen in de pakketten en bezuinigingen leiden tot inkrimping van die pakketten, dan kan ik me voorstellen dat ‘de consument’ eerder het gevoel krijgt dat zijn gedrag niet uitmaakt.

Juist nu de crisis nog rondspookt, zie je de mankementen van de marktwerking. Het zou het ideale instrument voor de maakbaarheid van de samenleving zijn. Nu de consument ook wel door heeft dat juist die marktwerking tot deze crisis heeft geleid en overal overheidsingrijpen nodig is om de boel overeind te houden, weet de consument het ook niet meer.

Marktwerking of een sterk geleide economie, hebben beide voor- en nadelen. Maar geen van beide werken perfect. We zouden dus geen van beide moeten willen? Is er een andere weg?

Meedenken over de zure appel

Meedenken In elke gemeente is het nu wel duidelijk dat de inwoners even door de zure appel heen moeten bijten. De boodschap wordt echter op verschillende manieren door de strot gedouwd. In veel gevallen nemen de burgemeesters en wethouder hun ‘moedige’ beslissingen en mag de gemeenteraad er nog even op schieten. De inwoners krijgen te horen dat er een groter beroep op hun inbreng zal worden gedaan. Als de bezuinigingen een feit zijn. Niet tijdens het opstellen van de plannen.

Het is de wettelijke weg naar de bezuinigingen. De gemeentebesturen zijn tenslotte de enig eindverantwoordelijken voor het beleid. De
gemeente Bernisse neemt dus haar eigen verantwoordelijkheid en “wil een groter beroep doen op de inwoners om hun directe leefomgeving aantrekkelijk te houden en te maken en zich daarnaast ook in te zetten voor het behoud van collectieve openbare voorzieningen”. De inwoners moeten voortaan hun eigen straatje schoonvegen?

Toch zijn er gemeenten waar de inwoners nog mogen meedenken over de zure appel, voordat de plannen hun definitieve beslag krijgen. Meestal via het gebruikelijke spreekrecht tijdens gemeenteraadsvergaderingen. Soms op speciale bijeenkomsten, zoals de ‘politieke markten’, die de gemeente Apeldoorn organiseert. Die gemeente biedt ook nog een
digitaal discussieforum, waar inwoners hun meningen over de gemeentelijke kerntaken kunnen ventileren.

Apeldoorn luistert dus nog wel naar de inwoners. Ook Brummen volgt een
soortelijke werkwijze. Daar is al een live-forum gehouden en wie alsnog meningen en ideeën wil leveren, kan tot 4 november naar de gemeentelijke griffier mailen. Zullen de meningen ook terug te vinden zijn in de uiteindelijke plannen?
De gemeente Eindhoven lijkt een stapje verder te gaan. Op een speciale website worden de inwoners naar hun ideetjes gevraagd en de wethouder van financiën, Staf Depla, belooft alle bruikbare ideeën mee te nemen in de voorstellen naar de raad.

De Eindhovenaren zijn er serieus mee aan de slag,
meldt de gemeente. “Gemiddeld blijven mensen 5 ½ minuut op de website. Dat is betekent dat een groot deel van de bezoekers daadwerkelijk geïnteresseerd is in de ideeën en zelf heeft meegedaan in de discussie”.
En er worden al uitstekende ideeën geleverd. Zo zeggen sommige inwoners wel een stukje groen van de gemeente te willen kopen. Dat betekent inkomsten voor de gemeente èn een besparing op de kosten voor het onderhoud.
Iets dergelijks had de gemeente Breda ook al bedacht. Voor zo’n kleine 40 duizend euro kan men sponsor worden van rotondes, parken of pleinen willen adopteren. De gemeente hoopt zo twee miljoen te bezuinigen op het onderhoud van de parken en pleinen.

Kijk, dat zijn nog eens baanbrekende ideeën. De vermarkting van de gemeenten. Burgers en bedrijven kopen gewoon wat gemeentelijk bezit op. Men wordt eigenaar van de eigen woonplaats. Hulde voor de gemeentebesturen van Eindhoven en Breda, die inzien dat die woonplaatsen van de mensen zelf zijn en niet van een college van burgemeester en wethouders.
Ik mag aannemen dat als de inwoners massaal geld bijeen leggen om de hele stad in bezit te krijgen, ze dan ook zelf mogen beslissen of er wordt bezuinigd en waar. Zelfbestuur kun je kopen. Zou de gemeentelijke marktwerking de lokale democratie op zijn kop zetten?

Rutte I wil extra inkomsten uit gokverslaving

Gokverslaving De nieuwe minister van financiën mag enkele honderden miljoenen inkomsten verwachten, omdat het nieuwe kabinet het online gokken wil legaliseren.

De inkomsten zullen wisselen, maar je mag verwachten dat er wel een groep vaste gebruikers zal ontstaan. Ook online gokken kan verslavend zijn. Tactus, een organisatie voor verslavingszorg ziet dan ook wat nieuwe klanten tegemoet. Een andere club denkt dat het wel meevalt, als het online gokken maar goed wordt geregeld, door allerlei beperkende voorwaarden in te bouwen.

Overigens is de opstelling van Tactus wat vreemd. Het verslaafde online gokkers mag je toch tot de groep internetverslaafden rekenen. En juist dat internet zet de organisatie in
als hulpmiddel voor gokverslaving. Men helpt dus mensen van de ene verslaving af door ze bloot te stellen aan een andere.

Nu is gokken, real life of online, natuurlijk niet verslavend. Voor veel verslavingen moet je wel wat aanleg hebben. Heb je die aanleg niet, dan moet je behoorlijk zwak in je schoenen staan, om een kans te maken er verslingerd aan te raken. Rond de
40 duizend mensen zijn aan gokken verslaafd. Dat is slechts een kleine 0,25 procent van de bevolking.
Maar als die allemaal hulp gaan zoeken, is dat weer een aardige bijdrage aan de zorgkosten. Zeker als de slachtoffers geen eigen bijdrage voor die hulp hoeven te betalen. En laat Klink nou net de plannen voor die eigen bijdrage ingetrokken hebben. Een CDA-dissident die het nieuwe kabinet geen strobreed meer in de weg wil leggen?

Fijn kabinetje krijgen we. De kans op gokverslaving vergroten, miljoenen binnenhalen, waarvan een flink deel weer naar de ggz moet.
Laten we eens gokken: hoe groot zal de staatsschuld zijn na vier jaar Rutte I?