Hoe hou je de samenleving bij elkaar? Door met nota's te komen die de gemeenschap uit elkaar drijft.
De gisteren op het PvdA-congres aangenomen integratienota is één van de vele stukken waarin bepaalde problemen op het bordje van een select deel der bevolking worden gelegd.
Het riekt daarbij stevig naar discriminatie. Dat mag natuurlijk niet worden gezegd. Maar werkloosheid, klederdracht, taalproblemen en vervelende jeugd zijn geen issues die uitsluitend behoren tot de kenmerken van groepen mensen, wiens stamboom buiten onze grenzen ligt.
Dat politici immigranten als probleem op hun agenda zetten is niet nieuw.
Begin 50'er jaren stelde PvdA'er Schilthuis al vragen over de 'velen Indo's of Euro-Aziaten'. Hij meende dat zij ' geknipt zijn voor emigratie naar tropische gebieden'. Die 'velen' waren zo'n 250.000 Nederlanders met één Nederlands paspoort, afkomstig uit Indonesië.
Niet alleen de PvdA, ook de christelijke partijen vonden dat we die medelanders beter kwijt dan rijk konden zijn (met dank aan Martin Roos, die in een discussie hier deze informatie gaf).
In een analyse van politieke debatten na 1945, over nationaliteit, toelating en integratie/inburgering, stelde onderzoeker G. Jones de vraag of het formele Nederlanderschap van Indische, Surinaamse, Molukse en Antilliaanse Nederlanders voor politici voldoende was om die mensen ook als lid van het Nederlandse volk te beschouwen.
Terugkijkend op de debatten over ex-koloniale medelanders, concludeert Jones dat de discussies zich herhalen, nu gefocused op burgers met Marokkaanse wortels (zie ook deze samenvatting).
Natuurlijk duurt het even voor immigranten en reeds aanwezige burgers aan elkaar gewend raken. Maar dat proces kunnen burgers heel goed zelf aan. Zodra een politicus het tot onderwerp maakt, wordt een menselijk proces ineens een maatschappelijk probleem, met het risico dat burgers het problematischer gaan zien dan nodig is.
En waarom, als de gewenning soms wat stroef gaat, de verantwoordelijkheid alleen bij de immigranten leggen? Waarom nu nieuwkomers proberen te persen in de normen en waarden van de met spruitjeslucht doordesemde benauwdheid van de 50'er jaren?
Zeker, er zijn jongeren die zich uitermate vervelend gedragen. Ook dat is van alle dag. Van nozems, wiens subcultuur als irritant werd gezien, tot hippies die door matrozen van de Dam werden geranseld, om van overwegend jonge voetbalvandalen en skinheads maar te zwijgen.
Hele studies naar jeugd en generatiekloven hebben niet kunnen voorkomen dat jongeren aan comazuipen doen of met oud en nieuw de beest uithangen.
En jawel, de werkloosheid is onder bepaalde groepen mensen groter dan onder andere groepen. Maar waarom mag een autochtone burger schoffelwerk weigeren en een allochtone burger de werkzaamheden accepteren waar velen de neus voor ophalen?
Dat er problemen zijn die blijkbaar moeilijk de wereld uit te helpen zijn, is heel vervelend. Maar onderzoek dan eerst eens waarom het probleemoplossend vermogen tekort schiet. Met nota's die de problemen uitsluitend in de schoot van een deel van de bevolking leggen, creëert men een probleem erbij.