Praatjes vullen geen gaatjes.

Wie zegt dat de mensheid niets leert van de geschiedenis, heeft het mis. Het kan soms even duren, maar er komt altijd een moment waarop men het licht ziet en met een briljante oplossing komt voor grote problemen. De geniale vondst van deze eeuw gaat het ''gaten vullen'' worden.
Toen kernafval een probleem werd ontdekte men lege ruimtes waar het spul prima bewaard kon worden: de zoutkoepels. Dat zijn lege gaten ontstan door zoutwinning. Die gaten lagen ondergronds maar een beetje te niksen. Eigenlijk een schande in het soort economie die wij kennen. Lege gaten zijn niets en leveren dus ook niks op. Daar moet toch wat mee gedaan kunnen worden.
En nu breekt dan het inzicht door dat je behalve kernafval wel meer zaken ondergronds kunt opslaan. Nu de nood hoog is en er snel wat aan die miserable CO2-uitstoot gedaan moet worden, ontdekt men ineens opnieuw de lege gaten. De industrie in het Rijnmondgebied kan per jaar zo''n 20 miljoen ton CO2 afvangen en opslaan in gaten die zijn ontstaan door gas- en oliewinning.
Dat inzicht geeft de mensheid hoop. Je haalt eerst wat leeg en later vul je het weer. Deze strategie hoeft natuurlijk niet beperkt te worden voor het opbergen van schadelijk afval. Je kan er ook armoede en honger mee bestrijden.
Armoede is tenslotte op aardig wat plaatsen ontstaan omdat in het verleden landen behoorlijk zijn leeg gehaald. Dat heeft onze maatschappij veel rijkdom opgeleverd en nu zitten we dan met zoveel produkten dat, om maar eens een voorbeeld te noemen, er niet eens genoeg chauffeurs zijn om de schappen van de superkruideniers te vullen. Gaan we het dan binnenkort nog meemaken dat het teveel aan rijkdom afgevoerd zal worden naar de economische gaten die we in onze voormalige koloniën hebben achter gelaten?
Het menselijk vernuft is wonderbaarlijk. Praatjes kunnen dus wel gaathjes vullen. Blijven denken, blijven praten en de oplossingen komen dan vanzelf wel.
Welke gaten kunnen volgens u nog meer gevuld worden en waarmee?

Religie en democratie.

Het dagblad Trouw meldt dat Gordon Brown, de opvolger van Tony Blair, eindelijk de scheiding tussen kerk en staat wil voltrekken. De volgelingen van de Anglicaanse kerk mogen zelf hun aartsbisschop kiezen. Tot nu toe werd die door de premier gekozen. Brown wil hiemee de kerk meer onafhankelijkheid geven.
Goed idee van Brown om de religieuzen in Engeland wat meer democratie te geven. Of de kerk vervolgens ook democratisch te werk zal gaan met die nieuwe verworvenheden, is nog maar de vraag. Kijk maar naar die andere katholieken: de paus wordt door een select clubje bisschoppen gekozen en niet door het gelovig gepeupel.
Zou het niet aardig zijn als religieën aller landen zich gaan aanpassen aan de eisen van de moderne tijd en de kerk even democratisch maken als de staat? Laat de gelovigen zelf hun pastoors, dominees, imams, rabbijnen, sai baba''s en goeroe''s kiezen. En als men het lef heeft de devote kiezers ook hun stem uit te laten brengen voor ayatollahs, bisschoppen en daila lama''s dan zouden de religies ineens veel democratischer zijn dan menig staatsbestel. Het zou teveel gevraagd zijn ook de paus door het volk te laten kiezen, maar da''s geen ramp. Die functionaris blijkt ook onder het huidige roomse kiesstelsel al popie jopie genoeg.
Tot op heden is het slecht gesteld met het democratisch gehalte van de religieuze gemeenten. Alleen als een door hogerhand aangestelde pastoor slecht blijkt te vallen bij de kerkgangers, mogen ze op hun knieën bij de bisschop en hun beklag doen. En dan maar afwachten wat die biscchop gaat doen.
Ik begrijp de grote terughoudendheid van geestelijke leiders wel om hun toko te democratiseren. Teveel vrijheid brengt ook de nodige risico''s met zich mee. Voor je het weet, gaan de mensen ook hun eigen god kiezen en zo staat dat niet geschreven in de heilige oergeschriften. Maar is het eigenlijk niet zo dat vanaf den beginnen de mensen altijd hun eigen god hebben gekozen? Men heeft tenslotte Wodan, Donar, Zeus en Mars een keertje ingewisseld voor God en Allah. En ook onder deze goden bestaan er net zoveel kerkelijke richtingen als politieke partijen. De recht-door-zee varianten, de liberalere stromingen en tal van kleinere, sectarische groepjes die niet verder zullen komen dan 1 zetel in het religieuze parlement. Velen hebben de spirituele stembusgang opgegeven omdat de religie hen niet tevreden stemde. Er zijn er zelfs die menen dat er niks te kiezen valt omdat er geen goden bestaan.
Dus als mensen al eeuwenlang zelf hun goden kiezen, waarom zouden ze dan hun religieuze leiders niet mogen kiezen?

Beroemd in België

Morgen gaan de Belgen naar de stembus. In de aanloop naar de verkiezingen kent men daar hetzelfde circus als we hier gewend zijn. Polls, politici die zich in allerlei bochten wringen om op te vallen en het nodige entertainment er rond heen.
Zo deed radio Donna aan alternatieve verkiezingen. Men vroeg de luisteraar een keus te maken uit een rijtje bekende Belgen en te kiezen wei men graag als premier zag. De kandidaten moesten wel aan wat voorwaarden voldoen: 1. Hij of zij moet een vlotte prater zijn. Debatteren moet hem of haar in het bloed zitten. 2. Hij of zij moet een stevige thuisbasis hebben, met kinderen én huisdieren. 3. Hij of zij moet beschikken over humor. Een grapje ontwricht vaak soms moeilijke gesprekken. 4. Hij of zij moet volks zijn. Een premier moet voelen wat er leeft bij de mensen. Markten afschuimen werkt nog altijd. 5. Hij of zij moet zijn talen spreken. Correct Nederlands, maar ook Engels, Frans én dialect.
Welke bekende Nederlander aan die voorwaarden zou voldoen weet ik even niet, maar in België won de ook hier bekende Goedele Liekens met vlag en wimpel deze maffe verkiezing.. Goedele was er zeer door verrast. Misschien gaat ze nu serieus nadenken over een overstap naar de politiek.
Waarschijnlijk krijgt de Belgische stembusgang hier minder belangstelling dan de tennisfinale op Roland Garros, waar Justine Henin de jonge Ana Ivanovic van zich af moet zien te slaan. Henin zou ook niet misstaan in de politiek. Met een mentaliteit van volhouden, tegenslagen kunnen verwerken en op het juiste moment toeslaan kan je in de politiek ver komen. Maar goed, ze voldoet nog te weinig aan de vijf voorwaarden die Goedele Liekens wel in huis zou hebben.
Goedele en Justine. Ook bij ons bekende Belgen. Nu kennen ze bij de zuiderburen geen BB''ers, zoals wij BN''''''''ers kennen. Wel kent men BV''ers (bekende Vlamingen) en BW''''''''ers (bekende Walen, ook wel wallons connus genoemd). Het gekke is dat meer vlamingen als ''bekend en beroemd'' gekend worden dan walen. En dat dreigt ook een rol te spelen bij de verkiezingen.
De Walen voelen zich een beetje overschaduwd door de Vlamingen en er zijn nu zelfs politieke partijen die graag zien dat het franstalige gedeelte van België maar overgeheveld moet worden naar Frankrijk. Dat begrijpen wij nederlanders goed. Want hoe ergerlijk is het dat je, na Luik te zijn gepasseeerd, ineens geconfronteerd wordt met belgen die weigeren in het nederlands met je te communiceren? Waarmee maar gezegd is dat ook nederlanders meer aan vlaanderen denken als ze het over belgen hebben.
De landelijke verkiezingen morgen zijn nauwelijks landelijk te noemen, omdat er amper kandidaten zijn die op landelijk niveau populariteit genieten bij zowel het vlaams- als franstalige gedeelte. Er is slechts één partij daarginder die het wel wil opnemen voor “de belg”. De Belgische Unie/Union Belge, is tegen scheiding van de taalgebieden. Vlamingen en Walen werken in dit clubje samen, maar lijken nauwelijks kans op ook maar één zetel te hebben.
Mocht in de toekomst Wallonië haar heil in Frankrijk zoeken, zijn wij dan bereid de Vlamingen op te nemen?
Dat zal lastig zijn. Er is een berucht deel Vlamingen dat meent dat ze ook zonder walen en nederlanders sterk genoeg zijn om op zichzelf te staan. En hier kijken we er wel voor uit belgisch grondgebied in te lijven, want dan is het natuurlijk meteen afgelopen met het belastingvoordelig wonen over de grens. Wat wel een voordeel zou zijn is dat de frieten op die manier ook tot ons erfgoed gerekend kunnen worden. Want, hoewel de patat van waalse origine is, krijgt Brugge het frietmuseum.
We wachten wel tot Goedele Liekens premier is geworden. En hoewel voor menig nederlander franstalige belgen niet bijster populair zijn, gaan we morgen wel hopen dat Justine Henin de tennisfinale wint.

Visch noch vleesch

Nederland is het land van de compromissen. Beetje van dit, beetje van dat. Middle of the road. Visch noch vleesch.
Neem nou Elco Brinkman, ooit een prominent CDA-politicus die het flikte om oppositie te voeren tegen zijn eigen minister-president Ruud Lubbers, die hem vervolgens keihard liet vallen. Brinkman is nu voorzitter van de Nederlandse bouwwereld en heeft een fantastisch plan bedacht. Geïnspireerd door de geniale ideeën die op dit weblog worden gepubliceerd wil hij in Nederland ''leeg asfalt'' zien. Niet wachten tot er schone auto''s zijn en ondertussen lekker vervuild doorijden, nee, laat het asfalt maar leeg.
Bij nader inzien blijkt dan dat Brinkman zo ver niet wil gaan. Het is helemaa niet de bedoeling de wegen te ontruimen. Er moeten zelf wegen bij. Want reken maar dat het vervoer zal blijven toenemen. En wat bedenkt Brinkman dan wel? Nieuwe wegen aanleggen, maar er mag nog niemand op rijden. Leeg asfalt. Het compromis tussen de eisen van autorijdend Nederland, die meer wegen willen en de ambities van de regering om de CO2-uitstoot terug te dringen. Brinkman wil de wegen vast aanleggen en leeg laten tot er auto''s zijn die aan de milieu-eisen voldoen. Dan mag het nieuwe asfalt beschikbaar worden gesteld aan het uitdijende wagenpark. De wegenbouwers hoeven dus niet werkloos af te wachten en de lucht blijft relatief schoon. Aldus Elco Brinkman, neerlands grootste visch-noch-vleeschmeester.
En reken maar dat-ie daar nog aardig wat steun voor zal krijgen. Want Nederlanders kiezen niet voor de uitersten, ze kiezen voor het midden. Dat lijky mooi, maar is niet altijd verstandig. Dat middle-of-the-road-gedrag zie je ook in winkels. Ziet de klant in de supermarkt een duur A-merk naast een goedkoop B-merk staan, dan kiest hij/zij het huismerk, dat er qua prijs net tussenin zit. De heer Rooderkerk, promovendus aan de Tilburgse universiteit, heeft dat onderzocht. Het gevaar van dat gedrag is dat een consument vaak met een duurder product naar huis gaat, dan nodig is. Winkels kennen dat visch-noch-vleesch-gedrag maar al te goed. Ze richten hun schappen daar zelf op in. Mooi staaltje daarvan trof Rooderkerk aan bij de Mediamarkt. ''Er lagen mp3-spelers van 128, 256 en 512 MB. De mp3-spelers met 256 MB kregen veel meer ruimte in het schap en de voorraad was veel groter. Je ziet het ook bij iPod. De variant met 4 GB is in vier kleuren te verkrijgen, terwijl de andere twee, met 2 en 8 GB, maar in één kleur worden geleverd. ‘Consumenten hebben meestal genoeg aan 2 GB, maar fabrikanten hebben er belang bij dat consumenten de grotere opslag kiezen. Ze kunnen een hogere prijs vragen, terwijl de productiekosten nauwelijks hoger zijn en de logistieke kosten gelijk blijven'', aldus Rooderkerk in de Volkskrant.
Mensen die zichzelf zo belazeren, zullen het ideetje van Brinkman lang zo gek nog niet vinden. Het is ook precies de reden, waarom we met een ''van-alles-en-nog-wat''-kabinet zitten opgescheept dat is staat mag worden geacht Brinkman''s idee nog uit te voeren ook. Zitten we straks dus opgescheept met wegen die overal naar toe leiden, behalve naar een schoner milieu.

Grote broer of vriendelijke oom?

Gaat André Rouvoet de vriendelijke oom worden bij wie je als kind altijd terecht kan als je het even moeilijk hebt met je ouders? Of wordt hij de grote broer die altijd maar in de gaten houdt wat je zit uit te spoken en dat natuurlijk gaat verklikken aan je vader en moeder?
Het lijkt er op dat het dat laatste gaat worden. Hij wil een landelijk digitaal dossier invoeren, waarmee elk kind vanaf de geboorte gevolgd kan worden. Daarmee hoopt hij probleemgezinnen eerder te ontdekken om op tijd ook in te kunnen grijpen. Dat mogen de kindercentra doen, die kinderen van 0 tot 19 jaar in de gaten gaan houden. Dat soort centra worden eerst in de vier grote steden opgezet en vervolgens in de 40 probleemwijken van zijn collega Vogelaar.
Briljant! Geloofd en geprezen zij André de kinderbeschermer. Want juist de vier grote steden, die goed zijn voor 50% van de probleemwijken, zijn de Sodoms en Gomorra''s waar de jeugd opgroeit voor galg en rad. De minder grote gemeenten, waar vanaf 2000 zo''n 90% van de gezinsdrama''s plaatsvonden waarbij kinderen het slachtoffer waren, kunnen best later aan de beurt komen. Dat de helft van die gevallen in christelijke gemeenten voorkwamen, hoor je André natuurlijk niet over. (Bronnen o.a. RTL en De Stentor)
Er valt wel wat voor deze aanpak te zeggen. De grote steden hebben al een behoorlijke smak geld gekregen om problemen aan te pakken. Samen met een beetje van Vogelaar''s geld voor moeilijke wijken en Hirsch Ballin''s extraatjes tegen criminele jongeren, hoeft Rouvoet zich dus geen zorgen te maken over de financiering van zijn plannen. Daarnaast is het veel beter kinderen vanaf hun geboorte in de smiezen te houden. Want voor je het weet zijn het moreel ontspoorde volwassenen geworden, die ook wel eens lekker buiten willen wonen omdat het daar nu eenmaal de beste plek is om in alle rust het leven van hun hele gezin te beëindigen.
Het is dus allemaal preventief. Je kan als leuke oom wel de kindertjes een beetje opvrolijken als ze weer eens last van hun ouders hebben, maar dat werkt half zo goed niet als de grote broer. Die is immers altijd in de buurt om je in de gaten te houden.
Rouvoet kreeg als nieuwkomer in de regering van veel mensen het voordeel van de twijfel. Wie zei ook alweer dat elk voordeel ook zijn nadeel heeft?

The days after the donorshow

BNN's donorshow heeft dit land voorgoed verandert. Nadenken en diskussiëren over ethiek heeft zo''n hoog peil gekregen dat Balkenende diep van binnen stinkend jaloers is op de omroep, want hij heeft dat met zijn normen en waarden al die jaren niet voor elkaar heeft gekregen.
In de politiek buitelt men over elkaar om, ieder op eigen wijze, een graantje mee te pikken van het publicitaire succes van de show en wat altijd een slapend issue was, is nu politieke prioroteit numero uno.
En: het doel mag de middelen weer heiligen. Shocktherapie voor de samenleving gaat de toonaangevende marketingstrategie worden.
VVD-kamerlid van Miltenburg had de les snel geleerd en ging er schokkendgewijs overheen door voor te stellen de autogordel niet langer verplicht stellen. Dat zou meer verkeersslachtoffers en dus meer organen opleveren. Waarom iedereen daar nou weer schande van roept os een raadsel, maar we zijn natuurlijk nog niet helemaal gewend aan die shocktherapie.
De VVD lijkt er, bij monde van Mark Rutte, toch weinig van te begrijpen. Hij zag de kritiek van het CDA op de donorshow als vergaande overheidsbetutteling. Het CDA moest, wat Rutte betreft, eens ophouden met zulk soort ge-o.h. De regering had trouwens so-wie-so te lang gekletst (de 100 dagen) en Rutte vindt dat men nu de handen maar eens uit de mouwen moet steken. Ik snap dat hij handen met organen verwart. Bij menig VVD-er zijn handen organen met grijp- en graaifuncties. Hij roept de regering dus op dat soort organen weer ter beschikking te stellen.
Mooier zijn de reacties die in de slipstream van de donorshow met prachtige voorstellen komen. Zo lijkt het de minister van financiën een aardig idee voor bereidwillige donors het paspoort goedkoper, misschien wel zelfs gratis, te maken. Typisch de reactie van een zuinige minister van financiën. Wat dat dacht u van levcenslang een gratis ziektekostenverzekering voor donoren?
Zijn collega van Onderwijs vindt dat de regering nu snel met een masterplan moet komen. Tjonge! De minister kan toch gewoon een wetswijziging inbrengen, waardoor iedereen donor wordt tenzij men aangeeft daar geen zin in te hebben?
Dat is wat D66 ook graag ziet. Met steun van GL en SP heeft men een spoeddebat aangevraagd om van de minister van Volksgezondheid te horen met welke plannen die denkt te komen. Mooi initiatief van D66, die op sterven na dood is en dus wel een paar vitaliserende publiciteitsorgaantjes kan gebruiken. Wat let ze om met een initiatiefwet te komen?
De donorshow heeft BNN slechts 190 leden gekost, maar er 650 nieuwe leden, 50.000 aanvragen voor donorformulieren en de steun van minstens twee ministers en zeker 80 Kamerleden erbij gekregen. Mocht het spoeddebat de regering in het hart raken en er geen hartdonor beschikbaar blijken te zijn, dan krijgt Patrick Lodier wellicht de kans iets voor elkaar te krijgen wat Bart de Graaff niet is gelukt: minister-president worden. Hij zou zich in de politieke arena goed thuisvoelen, want daar is men al jaren gewend het publiek te belazeren om stemmenwinst te behalen. Want eerlijkheid? Ach, lama…..

De telefooncentrale van uw keuze.

Regelmatig worden er allerlei consumentenonderzoeken gedaan om er achter te komen wat de consument nu eigenlijk wil. Niet dat het veel helpt. De consumenten krijgen meestal keuzes voorgeschoteld, waar men helemaal niet om heeft gevraagd. Dat onze vrije markteconomie op het principe van vraag en aanbod is gebaseerd is dan ook één van de grootste mythes van de moderne tijd. Het is aanbod en het liefst in een enorme hoeveelheid. Daar mag de consument dan uit kiezen.
Nou is de consument geen makkelijk mens. Is er eenmaal een groot aanbod aan produkten, dan vindt de consument het weer moeilijk om uit te kiezen. De oplossing: consumentenwijzers die vergelijkend warenonderzoek doen, zodat de consument feiten krijgt om een weloverwogen keuze te maken. Eigenlijk wordt de consument daarmee met nog meer informatie overladen en ook dat wordt lastig gevonden.
Daarom is het wel een goed idee om eens te onderzoeken hoe het de consument makkelijker kan worden gemaakt. Zoiets heeft Mtel gedaan. Mtel is een bedrijf dat ''telecombereikbaarheidsoplossingen'' ontwikkelt en heeft de moeite genomen de klanten eens te ondervragen over hun ergernissen en wensen. Dat onderzoek heeft 10 gouden regels opgeleverd waar telefonische helpdeks, klantenservices en telefooncentrales van bedrijven rekening mee zouden moeten houden. Een greep uit die tien gouden regels voor een beter kontakt tussen bedrijf en klant.
1. In ieder keuzemenu moet een escape naar een telefoniste zitten.
Veel mensen hebben liever een mens aan de lijn dan een computer gestuurd keuzemenuutje. Maar weinigen zijn echter bereid op de telefonist(e) te wachten. Wachttijden vormen de één van de grootste ergernissen. Ja zeg, wat wil de consument nou? Als je ze zelf laat kiezen, krijg je dus dit soort onduidelijkheden.
3. Houd de keuzemenu’s kort: drie lagen met ieder drie keuzes, of twee lagen met beide vier keuzes.
Aha! Het wordt al beter. Veel belllers raken geïrriteerd bij te lange keuzemenu''s. Het verhoogt de wachttijd (wanneer komt mijn keuze nu eens langs?) en maakt bellen onnodig duur. Maar is dit niet een inbreuk op de zo geprezen keuzevrijheid? Want als je het aantal keuzes beperkt, dan is de kans groot dat die ene keuze van die ene consument er weer niet bij zit.
5. Laat de beller zelf kiezen tussen wel of geen muziek tijdens het wachten.
Da''s een goeie! Tenslotte kan een bedrijf ook niet weten welke muziek op prijs wordt gesteld en waarmee je de beller dus aan het lijntje kan houden. Eén vraagje wel: hoe gaat de beller die keuze maken? Met een keuzemenu of kan de consument het gewoon aan de telefonist(e) vragen?
10. Hanteer ruime openingstijden en bied selfservice op het moment dat het druk is en buiten openingstijden.
Goed idee. Ook de consument kan het druk hebben en wil natuurlijk bellen op een tijdstip die hem/haar het beste uitkomt. Alleen die selfservice, wat wordt daarmee bedoeld? Dat de beller zelf de antwoorden op de vragen mag verzinnen? Zelf de oplossingen mag aandragen? Zelf eigen keuzes mag maken?
Dat zou dan de ultieme telefonische democratie zijn en de consument komt ook weer in verbinding met zichzelf.
Misschien komt alles toch nog goed. De consument wordt in rap tempo doorverbonden met de bedrijven (niks 100 dagen lange wachttijden) en mag helemaal zelf bepalen welke produkten er geleverd moeten worden.
Op welke gebieden zouden er ook tien van die gouden regels moeten komen?

Stereotypen tegen ontsporing.

Als het een onbeheersbaar rommeltje begint te worden, de boel uit de hand gaat lopen, de hele sameneleving dreigt te ontsporen, ontstaat er bij sommigen een grote behoefte stereotypen van stal te halen. Stereotypen waarvan verwacht wordt dat die de boel weer in het gareel kunnen krijgen. Vaak gaat het om wat stoffige stereotypen die nieuw leven ingeblazen wordt, onder het motto: ''Vroeger was het misschien zo slecht nog niet''.
Groeien de onzekerheden over de toekomst van de maatschappij dan is er behoefte aan sterke en duidelijke leiders. En als die onzekerheden ook zijn weerslag hebben op de vraag ''wie zijn we nou helemaal en waar zijn we eigenlijk mee bezig?'', dan grijpt men weer massaal terug op god. En daar maken tal van obscure types aardig misbruik van.
Obscure types (ook een stereotype) zijn behalve leiders van trendy politieke partijen en geestelijke stromingen, ook de vele deskundigen die overal op moeten draven om ons duidelijkheid te verschaffen. Wij weten niet van het hoe en het wat. Een deskundige heeft er voor geleerd, dus die kan het wel weten. En zo hoort het ook. Als een gewone trein ontspoort, haal je daar ook vaklui bij. Dus een ontspoorde samenleving mag door De Deskundige op de rails worden gezet.
Bijvoorbeeld Ger Groot, docent filosofie aan de Erasmus Universiteit. In het tijdschrift Filosofie Magazine van mei zei hij dat het tijd wordt de traditionele vaderrol weer van stal te halen, als middel tegen de ontspoorde jeugd. De klassieke rolverdeling van de streng doch rechtvaardige vader en de zorgzame en koesterende moeder mag geheel uit de tijd lijken, maar dat is dan een grote vergissing volgens Ger Groot. Tuurlijk, zegt Ger, het is een wat ouderwets en bekrompen beeld, maar zo''n rolverdeling is wel effectief bij de opvoeding. De vader vertegenwoordigt de wet en de moeder de liefde. Ouders moeten niet de beste vriendjes van hun kinderen willen zijn. Dat schiet niet op en voor je het weet krijg je kinderen maar wat rondhangen of ontsporen.
Veel van dat soort kinderen komen uit vaderloze gezinnen. En dat bedoelt-ie niet alleen letterlijk. Met vaderloos bedoelt meneer Groot ook dat veel mannen de klassieke ''streng-doch-rechtvaardige'' rol hebben afgelegd en zijn zelfs een beetje ''de moeder'' gaan uitgangen. Resultaat? “De gevolgen van een vaderloze opvoeding – of de vader nu fysiek afwezig is of zijn symbolische vaderrol naast zich neer heeft gelegd – zijn desastreus. In een dergelijk gezin zal het kind nauwelijks ervaren hoe het is om tegenover de wet te staan, om de wet gesteld te krijgen. Dit is van het grootste belang, omdat dit na de opvoeding in de samenleving hoe dan ook zal gebeuren: tegenover de werkgever, de overheid en de samenleving als geheel. Op het moment dat in de vormende fase van de persoonlijkheid niet is aangeleerd hoe hiermee omgegaan dient te worden, zal de ontzetting die toeslaat op het moment dat die botsing plaatsvindt bijna onoverkomelijk worden. Dan ben je reeds zo ver gevormd – of beter gezegd: misvormd – dat het heel veel moeite zal kosten en met veel pijn gepaard zal gaan om dit herstellen”. (citaat uit Filosofie Magazine).
Nu kunnen we ook de filosoof gaan uithangen en Ger wijzen op de ontspoorde jeugd die opgevoed was door traditionele vaders en moeders, maar wij zijn geen deskundigen. Hij zal dus wel gelijk hebben. Zijn gedachtengoed zal in ieder geval in goede aarde vallen bij het christelijk deel van het huidige kabinet. Misschien kan Ger Groot wel adviseur van de minister voor jeugd worden.
Ik zal niet ontkennen dat er heel wat mankeert aan sommige jongeren. En ongetwijfeld zal bij een deel daarvan de oorzaak bij de ouders gezocht kunnen worden. Maar een beetje filosoof kan weten dat het dan niet volstaat je op de klassieken te beroepen. Zo zit de geschiedenis niet in elkaar. Wie weet had de jeugd van vandaag er veel beter voorgestaan als we die klassieke vader- en moederollen nooit gehad zouden hebben. Okee, da''s een filosofische stelling. En zoiets verwacht je eerder van een deskundig filosoof. Daar verwacht je geen opvoedmodel van.
Ik denk ook niet dat een klassieke ouderverdeling de schade kan herstellen waar Ger Groot het in het begin van het artikel over heeft. Daar verklaart hij de hedendaagse menselijke ellende van allerlei wangedrag. Een prestatiegerichte, competitieve economie vraagt de mensen het beste uit zichzelf te halen. Maar competitie haalt ook uit slechtste uit de mens naar boven. Het leidt tot morele onevenwichtigheid bij mensen.
Juist, en dat leren de kindertjes van hun ouders. Mijn vader was het rolmodel waar filosoof Groot het over heeft. De goeie man moest knalhard werken en ''s avonds mocht hij het disciplinaire gedeelte van de opvoeding van moeders overnemen. Naar dat klassieke eer en geweten hebben mijn ouders gehandeld en zie wat er van me geworden is: een blogger! Ben je dan ontspoort of niet?
Jammer dat alleen stereotypen uit het verleden zo duidelijk zijn, maar klassieke modellen hebben hun nut bewezen in een verleden die op geen enkele manier lijkt op de tijd waarin we nu leven. Dat vraagt dus om nieuwe inzichten en die zullen we nog met elkaar moeten uitvinden. Ger Groot''s opvattingen vallen onder de categorie ''overbodig''.

Het spook van Marx bij AH.

In 1848 opende Karl Marx zijn Communistisch Manifest met: ''Een spook waart door Europa – het spook van het communisme''. Hij wilde ermee zeggen dat het door ''de kapitalisten'' zo gevreesde communisme in korte tijd gemeengoed zou worden.
Op een klein groepje dromers na, wil niemand hier een communistische heilstaat. Bij het woord communisme denken velen aan een verregaande beperking van vrijheden. Daar valt nog mee leven, want de vrijheden die hier zo hoog in de vaandels staan, kennen ook zo hun beperkingen. Het grootste gruwelbeeld dat mensen op hun netvlies hebben als ze het woord horen is wellicht het beeld van de lege schappen in de winkels. In voormalige communistische landen had je bij de bakker de keus uit slechts één soort staatsbrood en bij de slager hingen hooguit twee worsten achter de toonbank. Toen de Berlijnse muur eindelijk bezweek, gingen Oostduitsers dan ook eerst massaal shoppen in de volbeladen westberlijnse winkels, om terug te keren met de zo noodzakelijke eerste levensbehoeften als ghettoblasters en playstations. Wij, rijke westerlingen, gunden ze het van harte. Wij wisten immers hoe vrij en gelukkig je was als je gehoor verloren ging aan bonkende blasterbeats en en je je kon opsluiten in de virtuele wereld van gewelddadige games.
Karl Marx, één van de godfathers van het communisme, had ooit voorspeld dat het kapitalisme aan zichzelf ten onder zou gaan. De arbeiders zouden alsmaar armer worden door lagere lonen. Steeds meer mensen zouden werkloos worden door automatisering van arbeidsprocessen. Grote bedrijven zouden nog meer groeien en onder andere de kleine middenstand wegconcurreren. Uiteindelijk zou er zoveel ellende onder de midden- en lage klassen der maatschappij zijn, dat die het niet langer meer pikten en op revolutionaire wijze het communisme zouden vestigen. Op de een of andere merkwaardige wijze hebben juist de door hem verguisde kapitalisten de waarschuwingen goed in hun oren geknoopt. Met een mengeling van vrije markteconomie en staatscontrole weet men tot nu toe de boel aardig in evenwicht te houden en menig crisis het hoofd te bieden. Geen communisme dus, geen lege schappen in de winkels.
Hoewel? Bij Albert Heijn waart het spook van Marx rond! Want de grootgrutter kampt met lege schappen. En die leegheid is op bijna Marxistische wijze ontstaan.
Volgens een woordvoerder van AH is de snelle groei van het bedrijf de oorzaak van de ellende. De transportbedrijven die voor de aanvoer van produkten moeten zorgen, hebben te weinig vrachtwagens en personeel om alle planken van alle AH''s vol te krijgen. Tja, daar had Marx ook al vooor gewaarschuwd: verdergaande arbeidsdeling (het ene bedrijf doet dit, het andere weer dat) zou er toe leiden dat iedereen zich op de eerste plaats gaat richten op de winst van zijn eigen toko. De samenhang zou verloren gaan, met alle problemen vandien.
En ja hoor, zoals die eigenwijze Karl had gezegd, worden door dit soort crisissen mensen boos. De franchisenemers van AH beginnen te morren en hebben een boze brief aan Appie gestuurd. Nu de klanten nog. Want nou zijn we rijk en kunnen we niet eens alle boodschappen doen die op ons lijstje staan. Hier wordt het welzijnsgevoel van de consument ernstig aangetast! Straks verenigen franchisehouders en consumenten aller provinciën zich nog en nemen deze hordes de macht over.
Gaat die studentikoze communist nou posthuum gelijk krijgen? Nee hoor, want die problemen liggen niet aan de transportbedrijven, maar aan irritante overheidsbemoeienis. Aldus de EVO, belangenclub van de gezamenlijke verladers. Gemeenten maken het met allerlei regels erg lastig voor de transporteurs om overal goed hun vrachtjes af te leveren. Ze stellen tijden vast waarop de vrachtwagens binnen mogen rijden, ze schrijven voor hoe lang een truck mag zijn en dat verschilt ook nog eens per gemeente. Ja, zo valt er niet te werken! Dus weg met die naar communisme riekende staatsingrepen.
En volgens AH zelf hoeven we ook niet bang te zijn dat het communisme nu wel een kans zou krijgen. Met de boze franchisehouders worden gesprekken gevoerd en het tranportprobleem zal binnen 6 weken worden opgelost. Zes weken. Da''s 58 dagen korter dan de regering met de samenleving gesprekken heeft gevoerd en beduidend korter dan dat diezelfe regering met effectieve maatregelen komt.
Opgelucht kunnen we ademhalen. Marx is en blijft een curieus relikwie op de schappen van bibliotheken.

Ezeltjes in de polder.

We gaan hier toch niet het ''Wim Kan-effect'' krijgen, hè? Voor de jonge bezoekers van dit weblog: Wim Kan was een cabaretier die lang geleden het nieuwe jaar over de drempel mocht helpen met zijn oudejaarsconferences. Daarin gaf hij altijd een soort jaaroverzicht van de haagse politiek. Op beschaafde wijze dreef hij de spot met menig politicus. Dat had uiteindelijk tot gevolg dat als een politicus ernstig aan zijn/haar imago twijfelde, als hij/zij niet door Wim Kan genoemd werd.
Het lijkt er op dat dit verschijnsel nu ook optreedt bij de Donkey Shocking Award. Gisteren heb ik staatssecretaris Jet Bussemaker daarvoor genomineerd. En meteen de volgende dag doen een aantal politici hun uiterste best ook voor een nominatie in aanmerking te komen. Leest u zelf maar.
Bos: “Ja, sorry. Ik wilde alleen maar mijn positieve bijdrage leveren. Als ik even nagedacht had. zou ik natuurlijk ook wel kunnen weten dat dit absoluut niet help. Iedereen gaat nu zitten wachten tot het gratis paspoort is ingevoerd. Daar hebben mensen die nu een nier nodig hebben helemaal niks aan. Sorry. Maar wel een goeie voor die Donkey Shocking Award, toch?”

Plasterk: “Ik wist het wel, ik wist het echt wel. Ik heb vooraf alleen maar geroepen dat ik tegen was, om de kijkcijfers omhoog te helpen. Mijn idee om nu tot een masterplan te komen is half zo leuk niet als deze stunt. dat geef ik toe. Maar het past wel prima in het soort maakbaarheid waarmee op dit weblog de spot wordt gedreven. En zo krijg ik over de rug van BNN toch mooi mij naam weer eens genoemd.”
Eurlings: “Wat? Is dit idee een kanshebber voor de Donkey Shocking Award? Dat vind ik uitermate beledigend. Ik ben er heilig van overtuigd dat gedragskursussen een excellent instrument zijn om van verkeershufters voorbeeldige automobilisten te maken. Steekt u die award maar in uw eigen zak en de draak maar met al die snerende bloggers. Als u zoiets nog een keer presteert dan sleep ik u voor de rechter en laat u veroordelen tot een gedragskursus voor webloggers. Misschien dat het dan met uw blogje nog eens wat wordt.”