Terwijl de coalitie het onderling al lastig genoeg heeft met straaljagers, eist het CDA Tweede Kamerlid Henk Jan Ormel een verbod op een kookboekje met vegetarische recepten. Hij zal minister Gerda Verburg vragen het boekje terug te trekken en het geld te besteden aan voorlichtingscampagne over het maatschappelijk nut van dierproeven.
Meneer Ormel durft wel. Een verbod op een boek valt slecht in tijden waarin velen, onder de vlag van de vrijheid van meningsuiting, bijna alles voor publicatie toegestaan achten. Recepten zijn ook een vorm van meningsuiting. Zou dat niet zo zijn, dan valt er over smaak natuurlijk niet te twisten.
Het boekje bestaat al tien jaar, zegt Verburg, dus waarom maakt Ormel zich zo dik? Ormel vindt het propaganda en dat dient de overheid niet te subsidiëren.
Het Voedingscentrum, de uitgever van het kookboekje, propagandeert ook al jaren de schijf van vijf en daar staan wel degelijk vlees en dierproducten op. Meneer Ormel hoeft dus niet bang te zijn dat het Voedingscentrum voornemens is de vleesindustrie om zeep te helpen.
Misschien kan hij beter eens navragen waarom Artis 5 miljoen euro van Verburg krijgt voor natuur- en milieueducatie.
Altijd goed om kinderen te leren dat een olifant eigenlijk in een groter leefgebied thuishoort, dan op een paar vierkante meter dierentuin. En zeker, het is prima als je met gedegen educatie voorkomt dat mensen hun kop in het zand steken als ze een struisvogelbiefstukje eten. Het is immers slecht gesteld met de verbinding tussen natuur en consumptie. Het is alom bekend dat de missing link tussen een pak melk en de koe, tot een erg nauw natuurbewustzijn bij kinderen heeft geleid.
Maar waarom zou juist Artis die 5 miljoen krijgen? Elke dierentuin verkoopt zichzelf tegenwoordig als schoolvoorbeeld van educatie. Met deze subsidieshot haalt Verburg de zo geroemde principes van de marktwerking aardig onderuit. Maar hoor je daar heer Ormel over?