Geheugen onder invloed

VergeetachtigheidDe invloed van televisie op jongeren kan, volgens sommigen, kwalijke gevolgen hebben. Als dat al zo is, dan gaat dat probleem nog veel groter worden door de vergrijzing.
Tot nu toe wordt aangenomen dat de vergrijzing maar twee grote problemen met zich mee gaat brengen: geld en vergeetachtigheid. Over de financiering van de grijze golf is het laatste woord nog niet gesproken en echte, effectieve maatregelen blijven vooralsnog uit. De vergeetachtigheid wordt echter breed aangepakt. Van
zelftestjes tot spreekuren, tot tips om je geheugen operationeel te houden.

En wetenschappers zijn driftig op zoek hoe met electronische neurostimulatie het geheugen kan worden verbeterd. Chipje inbouwen en ineens herinner je je alles weer.
Maar nu duikt er een alarmerend voorbeeld van neurosimulatie op. U leest het goed: geen sTimulatie maar simulatie. Scheelt een letter, de t van televisie.
In Almelo is gebleken dat het geheugen van een
81-jarige vrouw prima in orde was. Het bleek vol te zitten met televisiebeelden, waar ze gebruik van maakte bij het zoeken naar een parkeerplek. De vrouw, al sinds haar jeugd liefhebber van crimi's en ander gewelddadig spul, zag in de stadsjungle van Almelo een lege plek. De snelste weg er naar toe bleek een trap en ze aarzelde niet.
Net als in de film stuurde ze haar auto de trap af.

Om de vitaliteit van de grijze generatie hoeven we ons dus geen zorgen te maken. Over de vergeetachtigheid ook niet. Maar het wordt wel de hoogste tijd nader te onderzoeken welke invloed televisie op ouderen kan hebben.
Het is leuk dat het geheugen wordt opgepimpt, maar wat heb je daar aan als het louter uit film- en televisiebeelden bestaat? Straks dendert de hele grijze golf de trappen af en wordt winkelen in het stadscentrum wel een erg risicovolle bezigheid.

Nou moeten we niet meteen alle spannende scenes willen verbieden. Ook zulke scenes vallen onder de vrijheid van meningsuiting en expressie. Wellicht kan, in de traditie van het huidig kabinetsbeleid, elke avontuurlijke actie voorzien worden van een waarschuwend onderschrift. “U wilt zelf eens de trap af rijden? Dat gaat u € 8500,- kosten plus verlies van uw rijbewijs en auto.” Zo is het ook afgelopen met die mevrouw in Almelo. Ze kreeg een fikse boete, mag de wegsleepkosten van het wrak betalen en het vehikel ziet ze niet meer terug, evenals haar rijvaardigheidsbewijs.

Zo'n maatregel willen de meeste mensen ook niet. Een leuke film verpesten met de schoolmeesterachtige overheidsbemoeienis is uit den boze.
Maar ja, je moet toch wat? Als we bepaalde televisiebeelden niet wensen te verbieden, misschien moeten we dan een goed werkend geheugen in de ban doen. Want laten we eerlijk zijn, hoe goed het geheugen ook is, het heeft tot nu toe niet geholpen de wereld veiliger te maken.
Misschien zit dat geheugen wel vreselijk in de weg. Af en toe de boel geheel wissen en blanco en onbevangen naar de situatie om je heen kijken, levert misschien meer op dan een met overbekende beelden beladen geheugen.
Of zit een mens nu eenmaal zo in elkaar dat alleen de meest spectaculaire en spraakmakende beelden blijven hangen?

Gouden tijden

GoldrushMorgen zal het weer 160 jaar geleden zijn dat in Amerika honderdduizenden mensen zich gek lieten maken door een goudvondst in het gehucht Coloma in California. Tijdens de 'goldrush' dachten velen hun amerikaanse droom te kunnen vinden en hun armeluis bestaan in te kunnen ruilen voor die van miljonair. Die droom spatte voor voor velen net zo hard uit elkaar als de druppels water die door hun zeef terugvielen in de modderige stroom der wanhoop.
Het is morgen ook al weer twee dagen geleden dat zeker net zoveel mensen zich gek lieten maken door de amerikaanse kredietcrisis en alsmaar kleiner wordende dollar. In het moeras van aandelen en beleggingen raakten velen het spoor bijster en deden hun papieren amerikaanse droom met flink verlies van de hand. Die droom spatte op de beursvloer aan diggelen.

Aan mensen die waanzinnig worden van economische perpectieven, valt goed te verdienen. De goldsrush van 1848 betekende gouden tijden voor handelaars in transportmiddelen, gereedschappen voor goudzoekers en aannemers die wegen, huizen en scholen konden bouwen.
De huidige beursperikelen betekenen goud voor de media, de deskundige beursorakels en jawel, voor de goudhandelaren. Want ineens bedenken de najagers van gouden dromen, dat die bling-bling veel waardevaster is dan een papieren aandeel. Zelfs waardevaster dan geld zelf. En dus is er temidden van de beurspaniek een
soort goldrush aan de gang.

Nu is ook de goudprijs relatief. In de eerste weken van januari zakte de prijs van 900 naar 860 dollar per ounce, maar de verwachting is dat over een paar maanden de prijs tot over de 1000 dollar per ounce zal stijgen. Dat drijft mensen er toe de trendy gouden tanden uit hun gebit te rukken, het hele huis te doorzoeken naar oma's gouden kettinkje, hun huwelijk te ontdoen van die blinkende symbooltjes van echtelijke trouw en in te leveren bij de goudhandelaar.
Massaal bling-bling kopen is er niet bij. Daarvoor is het veel te duur geworden, hetgeen nare gevolgen heeft voor de juweliers en edelsmeden.

Gek wordt je ervan. Moet je nou je aandelen wel verkopen of juist vasthouden? Moet je overschakelen naar goudaandelen of je eigen goud verkopen?
Wie van al die wisselende berichten en beursschommelingen uiteindelijk helemaal flipt en krankjorem wordt omdat de gouden droom niet realiseerbaar blijkt, valt in handen van de psychiatrie. Die markt is trouwens wel
booming business.

Onze economie laat zich toch het best omschrijven door twee tegeltjeswijsheden: 'Het is niet alles goud wat er blinkt' en 'De een zijn dood, is de ander zijn brood'.
In de zo geprezen vrije markteconomie mag de dromer kiezen aan wiens dood hij meewerkt. Moorddroom. Van welke kan je dat ook bekijkt, het blijft hetzelfde: een illusie dat ons soort economie iedereen rijk kan maken. Zelfs met gebakken lucht lukt dat nooit iedereen. Een lucht waar menig beleggertje vies is ingestonken.

Polder cinema

Hollandhout

Wie gehoord wil worden, moet gezien worden. Wie zijn kop boven het maaiveld wil uitsteken, valt alleen nog maar op als dat breedbeeld gebeurt. Zoals ik gisteren al schreef: to tube or not to tube, that's your question. En nederland gaat op cinematografisch gebied meetellen. De nationale filmindustrie zal het amerikaanse Hollywood zodanig naar de kroon steken, dat ze daar nog een crisis erbij krijgen.
Holland cinema 2008 zal vooral het jaar van de geëngageerde film worden. De polder zal worden overspoeld met meesterwerken die een grote maatschappelijke betrokkenheid projecteren.

De door heer W. aangekondigde film mag volgens 64 procent van het filmpubliek zeker niet verboden worden. Het wordt afwachten of diezelfde 64 procent ook de film van Tofik Dibi zal bezoeken. Twee films over de islam in de polder is wellicht wat veel, maar wil men zich over dit actuele onderwerp een breed beeld vormen, dan mag men beide voorstellingen zeker niet missen.

Wat mogen we het komend jaar nog meer verwachten?

De Shell komt met een alarmerende documentaire over de EU-maatregelen om de CO2-uitstoot te beperken. Er ontvouwt zich een scenario van asielzoekende bedrijven die, geterroriseerd door de EU, hun heil elders zoeken, nederland in armoede achterlatend.
Greenpeace komt met een milieu-crimi, waarin Shell een laffe misdaad pleegt op het welzijn van alles wat groeit en bloeit. Een aangrijpend plot, waar de liefhebbers van complexe intriges van zullen smullen.

Mark Rutte maakt een film waarmee hij wil waarschuwen voor het financiële beleid van het kabinet. Met indrukwekkende sfeerbeelden van de peilloze diepten der economische afgronden, zal Rutte zeker genomineerd worden voor de Gouden Kalf.
Wouter Bos lanceert de tegenhanger. Een typsiche polderfilm met als titel: Het valt allemaal wel mee.

Maxime Verhagen komt straks terug uit het Midden-oosten, alwaar hij opnames heeft gemaakt voor 'Mijn missie', een meeslepend docudrama, waarvan nu al vaststaat dat we het daar nog jaren over zullen hebben. In ieder geval spelen 'onze jongens' een centrale rol in Verhagen's visionaire film.

Er gaan geruchten dat hare majesteit hard werkt aan een gefilmde troonrede. Waarschijnlijk geïnspireerd door haar oudste zoon, die de laatste hand legt aan de film 'Waterhoofd, een druppel op een gloeiende plaat', dat laatste vertolkt door zijn vrouw, die daarmee menig filmliefhebber een traantje zal doen wegpinken.

Nu iedereen door heeft dat het gesproken woord lang niet zoveel invloed heeft als het betoverende beeld, mogen we een mooi filmjaar verwachten. Het is prijzenswaardig dat het aanstormend cinematografisch talent het engagement niet uit de weg gaat, al zal dat hier en daar tot het nodige vuurwerk leiden.

En al die kamerleden, ministers en bedrijfsleiders die wegens gebrek aan inspiratie nog over de drempel van Hollandhout geholpen moeten worden, kunnen vast een beroep doen op uw ideetjes voor een paar prachtige secenario's. Roept u maar!

(Update: of ga in op de uitnodiging je eigen film- van-het-jaar te maken).

Peuters en privacy

Creche cameraHet is droevig gesteld met de privacy van peutertjes. Dat is geen nieuws, want dat is altijd al zo geweest.
Niet alleen moet de neo-natus zich laten welgevallen dat hij of zij een paar keer per dag van de luier wordt beroofd en dat zelfs volstrekt vreemden een blik op de inhoud werpen.
Ook kan het jonge wereldburgertje in de wieg verrast worden door binnenglurende hoofden en belaagd worden met onwelvoeglijke taal als 'kiekeboe' en 'toedeloedeloedeloe'.
Je zal het kind maar wezen.

Dankzij de moderne technologie worden de jonge mensjes nu ook blootgesteld aan cameratoezicht. Ouders die continu de digitale camera in de aanslag hebben om de altijd weer verrassende momenten van de prille levensloop vast te leggen, familiebezoek dat ongegeneerd het mobieltje op de zuigelingen richt en zelfs in de crèche is het opgroeiend volkje in beeld.

Dat laatste schijnt een service van de kinderopvang te zijn, om ouders oogcontact met hun kroost te laten houden. Menig ouder stopt toch met enig schuldgevoel het kind in de crèche. Je krijgt tenslotte geen kinderen, om ze de rest van je leven niet meer te zien. Nu kunnen ouders, met hun eigen inlogcode, het wel en wee van hun kind volgen via de webcam van de crèche.
Het is ook een manier om te kunnen controleren of het wel goed gaat op in de crèche. Ouders staan hun kind dan wel af aan professionele opvoeders, maar blijkbaar is men er niet helemaal gerust op dat die het helemaal goed doen. Cameratoezicht in de crèche lijkt dan een aardige oplossing.

Nu zijn er ouders die zich daar weer zorgen over maken. Ouderorganisatie Boink vreest dat de beelden op internet terecht kunnen komen. Het digitale contact tussen ouders en baby-in-beeld kan gehackt worden en voor je het weet kan het wereldwijde web meegenieten van de diarree van jouw kroost.
In België en Frankrijk neemt men
de privacy van de peuter een stuk serieuzer dan in Amerika, Engeland en hier het geval is. Maar los van het idee dat een peuter recht heeft op een ongeregistreerd, eigen leventje, beseft men eigenlijk wel wat al die camera's met zo'n kind kunnen doen?

Ten eerste: al vroeg wennen ze aan cameratoezicht. Niemand moet dan ook gek staan te kijken dat ze later absoluut geen kritiek zullen hebben op nieuwe wetten die verdergaande inperking van de privacy tot gevolg hebben. Ze weten niet beter.
Ten tweede: het fenomeen BN'er wordt verdrongen door de CBN'ers: Camera Bewuste Nederlanders. Als een baby met een doodnormaal boertje al wereldwijd in beeld kan komen, dan lijkt het me logisch dat we straks met een generatie worden geconfronteerd die het ook gewoon vinden dat elke eigen scheet voldoende publiciteitswaarde heeft.
Nou zijn we daar al aan gewend, gezien het gehalte van aardig wat televisie-programma's. Maar kunnen we de toekomstige generatie daar nog wel op aanspreken?

En, ouderwets als ik ben, vrees ik ook voor de ontwikkeling van die nieuwe persoonlijkheden. 'Ik denk, dus ik besta' wordt vervangen door 'ik ben in beeld, dus ik besta'. To tube or not to tube, that's your question. Of eigenlijk is dat de vraag niet meer, maar wordt dat de geldende gedragscode.
Enig idee wat dat voor gevolg heeft voor het eigenbeeld van een toekomstige volwassene?

Pinnen en praten

Pratende pinautomaatDe Rabobank komt blinden en slechtzienden tegemoet met een pratende pinautomaat.

Pinmasjien: “Ja, zegt u het maar?”
Klant: “Ik wil pinnen.”

Pinmasjien: “Dan bent u hier aan het goede adres. Wat wilt u pinnen?”
Klant: “Nou, wat heeft u zoal?”

Pinmasjien: “Hoe bedoelt u?”
Klant: “Wat kan ik dan allemaal bij u pinnen?”

Pinmasjien: “Eh…. geld natuurlijk!”
Klant: “Ah! Da's aardig.”

Pinmasjien: “We doen wat we kunnen. Hoeveel had u gehad willen hebben?”
Klant: “Nou, doet u mij maar een een veelvoud van vijf.”

Pinmasjien: “Pardon, u hoeft niet beledigend te worden.”
Klant: “Wat zegt u nou?”

Pinmasjien: “Ik ben dan wel een masjien, maar dat wil nog niet zeggen dat ik me voor een heel oud wijf laat uitmaken.”
Klant: “Maar dat heb ik ook niet gezegd!”

Pinmasjien: “Jawel, aan mijn oren mankeert niks. Zegt u nou maar hoeveel geld u wilt. En schiet een beetje op, want de rij achter u wordt steeds groter!”
Klant: “Oh, nou, ik wil gewoon honderd briefjes van vijf, alstublieft.”

Pinmasjien: “Akkoord, wat is uw pincode?”
Klant: “Moet ik dat nu zeggen?”

Pinmasjien: “Jazeker, anders kan ik uw bankrekening niet vinden.”
Klant: “Maar die hele rij staat mee te luisteren!”

Pinmasjien: “Ja, dat is dan uw eigen schuld. Had u meteen duidelijk geweest, dan had er helemaal niet zo'n rij gestaan!”
Klant: “Ja, maar dan nog! Ik ga toch niet mijn pincode de openbare ruimte inslingeren?”

Pinmasjien: “Wilt u nou uw geld of niet?”
Klant: (grote zucht) “Okee dan, even denken, eh……”

Pinmasjien: “U heeft toch wel een pincode?”
Klant: “Jawel, maar ik kan er nou niet zo gauw opkomen….”

Pinmasjien: “Ha, ha, ha, u heeft niet alleen last van uw ogen, hè?”
Klant: “Mwah, gewoon een beetje last van
mahsro…”

Pinmasjien: “Mahsro? Dan staat u hier helemaal verkeerd!”
Klant: “Oh? Waar moet ik dan zijn?”

Pinmasjien: “Gaat u naar mijn collega aan de overkant. Daar kunt u een pleister pinnen.”
Klant: “Dat kan zonder een code?”

Pinmasjien: “Jawel. Gewoon die pleister uit de automaat halen en kom dan weer hier terug.”
Klant: “Ben ik dan meteen weer aan de beurt?”

Pinmasjien: “Nee zeg, wat denkt u wel. We hebben het u al gemakkelijk genoeg gemaakt. U moet uw situatie niet uitbuiten!”
Klant: “Ja, maar ik wist toch ook niet dat….

Pinmasjien: “Wilt u nu de rij verlaten?”
Klant: “Eh… ik, … nou… maar…”

Pinmasjien: “Mankeert u ook wat aan uw oren? Wegwezen!!! Ziet u dan niet wat u allemaal veroorzaakt hier?”
Klant: “Eerlijk gezegd is dat nou de reden waarom ik bij u verzeild ben geraakt.”

In de hemel is geen bier

MonnikenbierHet gaat goed met het christelijk deel der natie. Met slechts 49 zetels in de 2e Kamer en ruim 123.000 leden in hun politieke partijen, sturen ze, blakend van zelfvertrouwen, dit land aan met hun normen en waarden. Vreemd dat ze zich zo sterk voelen want hun niet-christelijke collega's zijn goed voor 101 zetels in de Kamer, gesteund door ruim 178.000 leden. Hetgeen een geflatteerd cijfer is want de PVV en Verdonk hebben geen leden (zie website DNPP).

Maar goed, zeer zelfverzekerd roert men de trom. Zo is men er van overtuigd dat de jeugd veel te veel drinkt. De 2e Kamer is het daar grotendeels mee eens en wil een goede aanpak, om te voorkomen dat straks heel jong nederland in coma ligt. Het kabinet wil het aan de lokale bestuurders zelf overlaten waar men de leeftijdsgrens trekt om alcoholconsumptie toe te staan. De 2e Kamer vindt dat een lafhartige opstelling en eiste een landelijke richtlijn.

En nu willen twee CDA-kamerleden dat de prijs van bier tijdens het carnaval nader wordt onderzocht.
Dat carnaval is, naar goed christelijk-katholieke tradities, een drankfestijn die zijn weerga niet kent. Na het vasten, om berouw van alle zonden te doen, spoelt men de laatste restjes kwaad weg met tonnen bier. Men neemt tijdens het aardse leven alvast een voorschot op het hiernamaals, want hoe zeker men ook is, blijkbaar zijn er ernstige twijfels over de horecavoorzieningen in de hemel.

De hemel? Voor de niet-kenners: dat is de permanent comateuze toestand die intreedt als u uw laatste adem uitblaast. De CDA-kamerleden willen dat het indrinken voor die glorieuze periode voor iedereen bereikbaar blijft en balen als een stekker dat de gezamenlijke bierproducenten juist met carnaval de prijzen verhogen. Dat vinden zij ongehoorde prijsafspraken en nu eist het CDA dat de kartelwaakhond NMa dat eens tot op de bodem uitzoekt.

Dat overal in het land vele burgers, inclusief de jonkies, op zelf bepaalde tijden een drankgelag houden, dient bestreden te worden, maar het alcoholische festijn der katholieken moet natuurlijk beschermd worden.
Ik meen me te herinneren dat Balkenende meermalen dit land geroemd heeft om haar nuchterheid. Binnen eigen gelederen wordt blijkbaar verschillend gedacht over de manieren waarop je die nuchterheid kan afdwingen.
Prijsverhogingen van bier horen daar niet bij. Want stel je toch eens voor: nog even en het carnaval wordt zo duur dat de lol er af is. Nuchter de hemel in, het CDA moet er niet aan denken.

En de boer, hij zocht voort…

Boer met kruiwagen
Toen zij na vijftig jaar, door Toeval's grillige leiding,
zijn stulp weer intrad, aanschoof in het licht

en vroeg of hij nog nieuws had sinds hun scheiding,
dacht hij lang na, en sprak: 'De zeug het weer 'ebigd…”

(Levi Weemoedt, uit 'Geen bloemen', 1978)


Het boerenhuwelijk in de beknopte versie van dichter Weemoedt. Maar goed, dat was in 1978 en nu, dertig jaar later is een relatie met een boer
populairder dan ooit. En je vraagt je af: waarom? Het antwoord moet zijn: de boer zit in het nauw en hij zoekt zich rot naar alternatieven.
Gemiddeld verdwijnen er, volgens
het CBS, meer dan 50 boerenbedrijven. Ze houden het voor gezien. De afgelopen vijftien jaar zijn er zo'n 44 duizend boerenbedrijven verdwenen. Tussen 2000 en 2003 sloten zelfs gemiddeld 80 boeren per week hun stulp, mede dankzij een aktie van de overheid, die flink wat intensieve veehouderijen opkocht.

Maar de nederlandse boer geeft zich niet zomaar gewonnen. Al geeft de meer verstedelijkte burger geen moer om de boer, de agrariër zelf zoekt naar neveninkomsten en alternatieven om zijn bedrijf levend te houden.
Er is nog net voldoende besef dat de boer op zijn minst tot het culturele erfgoed van nederland hoort. Dat ledit tot mooie nota's en subsidieregelingen om de
landbouw te verbreden.
Dat de boer een vrouw zoekt, is leuk voor op televisie, maar daarmee is hij er nog niet. Gaat u even mee op de zoektocht van de boer?

De boer zoekt stroomafnemers: het plaatsen van een windmolen blijkt de meest lucratieve bijverdienste van de boer. Dat kan al gauw € 70.000 extra in het laatje brengen.
De boer zoekt kinderen: een boerderijcrèche, geschikt voor 24 kinderen, of gastouderschap voor 4 kids kan ruim €32.000 opbrengen.
De boer zoekt eters: op de boerderij een restaurant erbij en er kan € 30.000 worden bijverdiend.
De boer zoekt
patiënten: vijf demente bejaarden zijn goed voor € 25.000

De tijd is voorbij dat de boer het onrendabele deel van zijn erf ombouwde tot camping. Komt nog steeds voor, maar er zijn inmiddels betere alternatieven.
En je kunt zeggen wat je wilt, maar de boer zoekt slim. Natuurbeheer, golfbanen,
boerderijwinkels, wijnproeverijen, wandelexcursies, bed-en-ontbijt-kamers, het kan niet breed genoeg. Opvallend is dat biologische boeren veel actiever zijn dan hun traditionele collega's. Ondanks een stijgende verkoop van biologische produkten klussen 86% van de bio-boeren er bij, terwijl slechts 17% van de reguliere boeren een bijbaantje nodig vindt.

De fraaie adviezen en initiatieven voor een verbrede landbouw hebben tot nu toe nog niet de afkalving van het boerenbedrijf kunnen voorkomen. Sterker nog: een aantal van de gevonden neveninkomsten hebben nauwelijk nog iets met het oorsponkelijke boeren te maken. Het is begrijpelijk dat een boer zijn veestapel opruimt om plaats te maken voor een windmolenpark. En natuurlijk zullen de buren blij zijn de stank van varkensstallen kwijt te zijn, als die omgebouwd zijn tot hotel. Maar als dat zo doorgaat, hebben we over een paar jaar geen ene boer meer. De boeren die hun bedrijf niet naar het buitenland hebben verhuisd, zijn overgegaan op andere soorten productie.

De agrarsiche sector is zeker niet de grootste in Nederland en kan amper concurreren met landen die een sterkere boeren-economie hebben. Maar moeten we die sector dan helemaal opgeven om voor ons dagelijks brood en melk totaal afhankelijk te worden van andere landen?
Dat zijn we al, zullen sommigen zeggen. Het meeste nederlandse agrarische goed is bestemd voor buitenlandse consumptie, dus het beetje dat voor binnenlands gebruik overblijft kost alleen maar handenvol subsidie om dat in stand te houden (zie
statistiek CBS).

Het kabinet maakte zich ineens zorgen over de mogelijke afhankelijkheid van het buitenland als het om onze energielevering gaat. Om die veilig te stellen, wil men zelfs de Navo inschakelen. Wel, ons leger heeft, zoals alom bekend, steeds meer opbouwende taken. Die vinden vooral in het buitenland plaats. In het eigen land blijven die taken beperkt tot het slopen van electricteitsmasten in de Bommelerwaard.
Dat we voor ons voedsel ook wel eens volledig afhankelijk worden, baart blijkbaar minder zorgen.

Kan het kabinet niet een 'van zwaarden tot ploegscharen'-beleid ontwikkelen?
In
Ter Apel is een Navo-depot tot asielzoekerscentrum omgebouwd, voormalige oefenterreinen worden natuurgebieden en van leegstaande munitiedepots worden zorglandgoederen gemaakt. Er is dus ruimte om de boer nog een kans te geven. De vraag is wie er op een boerderij wil werken. Maar dat kan opgelost worden met de campagne 'Boer zoekt soldaat'. Beter hard ploegen, dan doodgeschoten worden, lijkt mij.

Wat denkt u? Is de boer reddeloos verloren en missen we helemaal niks als er geen boerderij meer overeind staat? Of moet de agrarische sector met alle mogelijke middelen een nieuwe toekomst krijgen?

Aardappeljaar

AardappeletersNu uitgerekend is dat we in 2008 zo'n € 13,- per maand minder kunnen uitgeven, moet toch echt even gekeken worden hoe we dat gat van drie euro per week kunnen opvangen. Aan de oorzaken van deze armoedeval kunnen we niet zo gek veel doen.
Op de inflatie heeft een simpele burger weinig invloed, maar met de stijgende prijzen van voedsel en benzine valt creatief om te gaan. Zo kan je bijvoorbeeld in plaats van drie keer per week naar de supermarkt, slechts 1x en dan wel een paar mud aardappelen inslaan.

Jawel, de oplossing lag al vanaf 1 januari voor de hand. De VN heeft namelijk 2008 gebombardeerd tot het jaar van de aardappel en die eigenheimer heeft ongekende mogelijkheden!
Een knol met aardig wat voedingswaarde en een hoger rendnement op landbouwgronden dan andere groenten. Dat hebben ze in armere landen inmiddels ook door. China en India
groeien als kool met hun aardappelproductie.
Het is wel een wat arbeidsintensievere teelt, maar dat is in die landen geen probleem. Genoeg betaalbare krachten voorradig die met hun handen in de klei willen werken.

Het is eigenlijk raar gegaan met de aardappel. De van oorsprong zuid-amerikaanse knol, was tot de negentiger jaren vooral populair in Europa, Amerika en Rusland. Maar daarna steeg wereldwijd de vraag en productie snel en produceren zuid-amerikaanse, afrikaanse en aziatische landen 159 miljoen ton meer aardappels dan de industrielanden.

De kunst is wel een fraai ogend bintje te kweken, want er zijn consumenten die van een lelijke pieper absoluut geen pap lusten. Of een vlekje wordt aangezien voor Jezus en dat is natuurlijk niet te vreten.

Behalve gezond eten en terugdringing van armoede en honger, blijken eigenheimer en bintje meer talenten te hebben. En dan hebben we het niet over de huishoudelijke kwaliteiten alleen. Het is natuurlijk mooi dat je ketelsteen uit de fluitketel kan verwijderen door aardappelschillen mee te koken, brakke soep er mee kan opwaarderen of je open haard-schoorsteen er mee schoon kan branden. Veel aardiger is dat je er een hele aardappelfabriek van energie mee kan voorzien.

De aardappel staat natuurlijk ook op de lijst van biobrandstoffen. Er valt ethanol en waterstof van te maken. Je hebt wel erg veel aardappels nodig voor een beetje brandstof, maar zelfs al eten we alles op, de achtergebleven schillen bieden toch mogelijkheden voor een goedkopere en schonere energielevering.

En wat te denken van plastic? Van het zetmeel kan een afbreekbaar kunststofje worden gemaakt. Zowel de zak waar je aardappels in zaten als de plastic tas van de supermarkt kan terug de natuur in. En de patat natuurlijk opdienen op een afbreekbaar bordje. Scheelt afwas, dus ook energie. Gemaakt van natuurlijke stof, breekt het ook tot natuurlijke stof af.

Van stof tot stof. De aardappel heeft religieuze allure. Nu wil niet iedereen meteen in de heer, maar kom, eet eens een aardappeltje meer. Goed voor je huishoudbudget, goed voor je gezondheid, goed voor het miieu en goed voor de ontwikkelingslanden. Bestaat er ergens een eigenheimer die daar wat aan kan afdoen?

Donkey Shocking Award: De uitslag

Banner

De stembox is gesloten, de winnaar bekend. Met 23% van de stermmen gaat de Donkey Shocking Award 2007 naar Midas Dekkers. Blijkbaar vinden de meeste stemmers dat zijn goede bedoelingen en ideeën de moeite waard zijn en dat meer mensen naar hem serieus zouden moeten nemen.
Uit de oorkonde die bij de award hoort:

Uw uiterst creatieve en humorvolle wijze van “informatieverstrekking” wordt zeer gewaardeerd. U heeft ook menigmaal orginele oplossingen aangedragen. Wij menen echter dat teveel mensen deze uitstekende ideeën niet overnemen, gehinderd als zij worden door hun egoïsme en hebzucht“.
Het artikel waarin hij werd genomineerd kun je hier nog eens herlezen.

Op enige afstand volgden de overige genomineerden:

Op de 2e plaaats met 16% van de stemmen: Ronald Plasterk. Verder:

3. Neelie Kroes – 14%

4. Frits van Oostrom – 12%

5. Pieter van Vollenhoven – 9%

6. (gedeelde plaats) Jet Bussemaker, Paul Frissen – 7%

7. Marlies Rohmer – 5%

en de 8e plaats wordt gedeeld door het CPNB, de ETV en het Kadaster.

Blijkbaar gaat de voorkeur meer uit naar personen dan naar organisaties, hoewel zeker 6 genomineerden een organisatie vertegenwoordigden.

Het stemverloop was redelijk constant. Vlak na opening van de stembox stonden Ronald Plasterk en Frits van Oostrom enige tijd bovenaan, maar na twee dagen werden zij al gepasseerd door Midas Dekkers, die daarna de 1e plaats stevig vast wist te houden. De drie organisaties haalden van begin af aan weinig stemmen.

Hoe nu verder?
Alle genomineerden zijn vlak voor de verkiezing per mail op de hoogte gesteld van hun nominaties. Slechts drie hebben gereageerd. De beide hoogleraren (van Oostrom en Frissen) zagen de lol van deze award wel in en verklaarden zich bereid die ook in ontvangst te willen nemen.
De ETV (Educatieve Televisie) gaf te kennen er helemaal niets in te zien. De overige genomineerden hebben niets laten weten.
Allen worden, weer per mail, van de uitslag op de hoogte gesteld. Midas Dekkers is alleen via zijn uitgever te benaderen. Die uitgever wordt ook geÎnformeerd, met het dringende verzoek Midas Dekkers op de hoogte te stellen en het contact tussen hem en dit weblog tot stand te brengen.
Van die ontwikkelingen hou ik jullie op de hoogte, want het is zeker de bedoeling dat de award wordt overhandigd. Dat gebeuren wordt, als alles meezit, op film vastgelegd en zal dan hier te zien zijn.

Dit jaar weer?
Zeker wel. De belangstelling was groot. Helaas was het aantal lezers (1327) veel groter dan het aantal stemmers (slechts 44!). Dat moet volgend keer anders of ben ik nou een shocking donkey?
Het zal voor veel lezers die hier de eerste keer op bezoek kwamen, een hele kluif zijn geweest alle 11 artikelen door te nemen. Wellicht heeft dat ze van het stemmen afgehouden. Om dat makkelijker te maken, kan er bij elke volgende genomineerden meteen een waardering worden gegeven. Diegene met de hoogste waardering zal de winnaar zijn van de Donkey Shocking Award 2008.

Hoeveel genomineerden zullen er komen? Hopelijk hangt dat deze keer niet alleen van de redactie hier af. Net als vorig jaar kan ook jij iemand voordragen. Noem een geschikte kandidaat, voorzie dat van een aardige motivering en stuur het op naar postmaster@peterspagina.nl
en jouw voordracht wordt hier gepubliceerd. Voor de kriteria waar een kandidaat aan moet voldoen: lees de oorspronkelijke oorkonde nog eens door.

Iedereen bedankt die deze week de Donkey Shocking Award heeft gevolg, zeker diegenen die hebben gestemd en ook de weblogs die de verkiezing hebben gesteund.

Hymnesterie

Zingende vogelHet gaat wel vaker mis als er woorden aan te pas komen. Wat er met taal al niet van wordt gemaakt! Zou de geschiedenis anders gelopen zijn, als we helemaal geen taal zouden hebben ontwikkeld?
Neem bijvoorbeeld het gedoe rond het
spaanse volkslied. Al jarenlang was dat een louter instrumentaal dingetje. Ineens vond het spaanse olympisch comité het nodig tekst toe te voegen. Je weet tenslotte maar nooit of een atleet meer medailles met zingen binnnhaalt dan met hardlopen.

Dus een wedstrijdje uitgeschreven, tekst gekozen en nu wil het comité dat toevoegen aan de spaanse nationale hymne. Gevolkg? Ruzie in Spanje. De regering ziet niks in de aangeboden tekst. Te oubollig en verdacht veel associaties met stukjes geschiedenis waar men liever niet meer aan wordt herinnerd.

Waarom toch overal die moeite om bestaande volksliederen te vervangen door updates? Vorig jaar werd in ons land ook al gezocht naar een vers lied. De publieke omroepen hielden in oktober de week van de democratie, met daarin ook een verkiezing voor een nieuw volkslied. Gewonnen door Frans Bauer (Mijn vaderland). Gelukkig stelde de omroepen geen wetswijziging voor, zoals in Spanje wel het geval is. Daarom hier geen gekrakeel over een liedje.

Nu zijn de meeste volksliederen erg gedateerd. Oude muziek en teksten uit een lang vervlogen geschiedenis, die soms onrecht doen aan de ontwikkelingen die een land heeft meegemaakt, na de invoering van de hymne.
Er is alleen geen update te bedenken, waar je weer eeuwen mee vooruit kan, zonder in algemene, nietzeggende strofen te vervallen. Teksten dus, waar niemand zich echt in vertegenwoordigd zou kunnen zien.

Het idee om alle europese hymnen te vervangen door de nu geldende euro-hymne, zou een oplossing kunnen zijn. Ware het niet dat er nog teveel nationale trots in de weg zit en de keuze nobel maar verkeerd is.
Beethoven's 9e Symfonie is voor 95% instrumentaal. Ook de finale, het vierde deel is voor het grootste deel louter violen, trompetten en pauken. Pas helemaal op het eind verpest Beethoven het door er een tekstje van de duitse dichter von Schiller tegenaan te gooien. De tot dan toe prachtige symfonie eindigt in een geblèr, die de goedbedoelde boodschap in een kakafonie van stemmen ten onder doet gaan. En juist dat fragment is gekozen als het europese volkslied.

Als ik een spanjaard was, zou ik het lied laten zoals het nu is: geen tekst. De muziek zou wel anders kunnen, het klinkt iets te militairistisch, maar het zijn slechts abstracte noten. En abstractie kan door iedereen worden op eigen wijze worden ingevuld. De diskussie over foute of goede noten hebben we lang achter ons. Een noot kan van zichzelf niet goed of fout zijn. Het gebruik ervan wel. Bijvoorbeeld door er teksten aan te plakken.

Woorden. Het zijn er al gauw teveel. Ik zou hier dus eigenlijk moeten stoppen. Toch kan ik het niet laten eens uit te zoeken of er niet een wetsvoorstel haalbaar is, die de tekst van ons volkslied kan verwijderen. Blijven we met een antiek deuntje zitten, maar we zijn verlost van die spaanse koning en dat duitse bloed.
Weet iemand hoeveel handtekeningen een burger nodig heeft voor zo'n wetsvoorstel?