Tag archieven: democratie

Geïnformeerd naar de stembus?

Geïnformeerd naar de stembus? Zijn er eigenlijk wel mensen die de moeite nemen de verkiezingsprogramma’s te lezen? Geef je antwoord in de poll, onderaan dit artikel.
Eerst even de poll-opties, met een kleine toelichting.

1. Ja, ik lees ze allemaal.
Ik vermoed dat maar heel weinig mensen alle programma’s helemaal doornemen. Is misschien ook niet nodig, omdat de meeste kiezers liever hun informatie vergaren via een van de volgende opties.

2. Ja, maar alleen bepaalde onderwerpen.
Hoewel sommigen al weten wat ze stemmen, willen ze toch van alle partijen weten, wat die hebben geschreven voor hun beroepsgroep, hobby of persoonlijk interessegebied.

3. Ja, ik lees samenvattingen.
Vlak voor de verkiezingen zul je in diverse kranten overzichtelijke samenvattingen vinden van de programma’s. Wel een aardige service, omdat je dan niet door de propagandistische rimram rond de eigenlijke punten hoeft te ploegen.

4. Ja, alleen van mijn voorkeurspartijen.
Is heel logisch als je toch zeker weet op welke je in ieder geval niet zult stemmen.

5. Nee, ik doe een of meerdere stemwijzers.
Ook al is er wat gedoe over de diverse stemwijzers, ze worden druk bezocht. Zijn er kiezers die vinden dat ze zo voldoende zijn geïnformeerd?

6. Nee, ik lees alleen specifieke thema-sites.
Allerlei belangenorganisaties maken samenvattingen van de programma’s van de thema’s die bij hun sector horen. Lijkt een beetje op optie 2, maar je kan vaak wel de mening lezen die een belangenorganisatie heeft over partijstandpunten.

7. Nee, want ik weet al wat ik stem.
Dat is fijn. Maar zou dat niet tot spijt kunnen leiden,als je er achteraf achterkomt dat jouw partij een aantal zaken in het programma heeft staan, waar je het eigenlijk niet mee eens bent?

8. Nee, ik bedenk wel wat in het stemhokje.
Zijn er twijfelaars en mensen zonder specifieke voorkeur, die zonder enige informatie hun keuze uitstellen tot het moment dat ze het rode potlood oppakken?

9. Nee, want ik ga niet stemmen.
Tja, waarom zou je dan ook die programma’s lezen?

Ben benieuwd naar de antwoorden. Je eigen toelichting en tips over sites die goede informatie over de verkiezingsprogramma's geven, mag je in de reacties kwijt.

Naar de ark van Thorbecke?

Naar de ark van Thorbecke Wie mist u hier links? De beste stuurlui, natuurlijk. Staan aan wal wat te roepen. De roergangers van het schip van staat willen die stuurlui binnenboord te halen. Het schip van staat moet daarom op de helling en verbouwd worden tot de ark van Thorbecke. De burger mag aan boord.

Dat idee wordt gewekt, als je de vele berichten leest over bestuurlijke vernieuwing (lees ook mijn
gastlog op GeenCommentaar, zelfde onderwerp, andere invalshoek). De politiek moet dichter bij de burger en andersom. En de burger zou meer invloed moeten hebben.
De motivatie om aan het bestuurlijk stelsel te gaan sleutelen, ligt in de angst voor opkomend populisme sinds Fortuyn. Vreemd, want democratie betekent van oorsprong een staat gestuurd door het volk. Nu de vox populi zich roert zou je dus denken dat de democratie op haar best functioneert.

Toch is er onder gevestigde politici en bestuurders behoefte dat met regels en wetten te organiseren, De stem des volks is gehoord, nu nog een nieuw reglement van orde. Daarbij valt veelvuldig de naam van Thorbecke, de liberale staatsman die geldt als de architect van onze grondwet en parlementaire democratie, ook wel het Huis van Thorbecke genoemd.
Vanuit de gedachte dat het volk dichterbij dat huis moet staan, soms zelfs toegang tot dat huis moet hebben, willen sommige politici overgaan tot renovatie van het Huis van Thorbecke. Nogmaals: wie daarover meer wil weten, bekijkt de links in mijn gastlog, onder het pseudoniem P.J, Cokema, op GeenCommentaar.

Ik beperk me hier tot wat de politieke partijen in hun verkiezingsprogramma’s hebben staan over democratie en bestuur. Dat heb ik samengevat in
deze excelsheet. Hier is te zien om welke voorstellen het gaat en op welke punten partijen het met elkaar eens of oneens zijn. Links naar de verkiezingsprogramma’s staan in dat exceldocument.
De voorstellen heb ik verdeel in de categorieën democratie en bestuur. In elke categorie zijn ze gerangschikt naar het aantal zetels dat de partijen volgens de laatste peilingen zouden halen. Een voorstel dat veel zetels scoort, zou dus best eens werkelijkheid kunnen worden na 9 juni.

De vraag is echter: zal de kiezer, de burger, warm lopen voor deze voorstellen? Of anders gezegd: wil het ‘populus’, wel meer democratie en wat zal het vinden van de voorgestelde bestuurlijke veranderingen?

Met betrekking tot meer democratie: Er zou na 9 juni een Kamermeerderheid te vinden zijn
voor referenda. Leuk, maar de recente geschiedenis laat zien dat het volk daar niet warm voor loopt. Niet dat we er veel ervaring mee hebben. Er is één referendum over de Europese grondwet geweest. Daarbij was er een opkomst van 63,3%, net iets lager dan de opkomst bij gemeenteraadsverkiezingen (gemiddeld 64%) en stukken lager dan de gemiddelde opkomst bij de landelijke verkiezingen (81%).
Daarnaast zijn er een aantal burgemeestersreferenda gehouden. De respons daarop was nog bedroevender en in 2008 werd besloten dit soort referenda maar af te schaffen.

Het is heel aardig van de zittende politici dat ze de kiezers via referenda vaker naar de stembus willen sturen. Het lijkt er echter op dat het volk daar niet zoveel zin in heeft.
Ligt dat aan de soort en inhoud van de tot nu toe gehouden referenda? Zou het anders liggen als er bijvoorbeeld een referendum wordt gehouden waar voor of tegen de bouw van kerncentrales kan worden gestemd? Of, dichter bij de portemonnee van de kiezer, referenda over ingrijpende wijzigingen in het belastingstelsel.

Met betrekking tot bestuur: De meeste voorstellen gaan over een kleinere overheid. Zo hoopt men natuurlijk tegemoet te komen aan het geklaag over een logge, in efficiënte en peperdure overheid. Minder ambtenaren bijvoorbeeld. De kiezer zal misschien geneigd zijn daarin mee te gaan, hopend op een belastingvoordeeltje. Tot men er achter komt dat allerlei diensten minder toegankelijk worden, omdat diverse loketten minder vaak geopend zijn en procedures langer duren dan we nu zijn gewend.
Het voorstel wat na 9 juni op een fikse Kamermeerderheid kan rekenen is het verminderen van het aantal ministeries. Direkt daaruit volgt de overheid het ook wel met minder ministers, staatssecretarissen en ambtenaren kan doen. Ook dat zal de kiezer wellicht aantrekkelijk overkomen.

Samengevat: aan een kleinere overheid zal met de instemming van de kiezer gewerkt kunnen worden. Maar of de kiezer ook bereid is een actievere democraat te worden?
Ik denk dat de meerderheid der kiezers het wel best vinden om voor de gemeenteraad en de Tweede Kamer naar de stembus te gaan, maar dat verdere participatie alleen door een handjevol enthousiastelingen wordt geambieerd. De kiezer consumeert de democratie alsof het een supermarkt is. Wat er aan produkten in de schappen ligt, heeft de consument nauwelijks een binding mee. Ze worden door anderen gemaakt en de directie van de supermarkt beslist wat er wel of niet te koop is.Is de consument er niet tevreden mee, dan loopt hij naar een andere winkel, in plaats van een actieve stem op te eisen in de leiding.

Dat is jammer, maar verklaarbaar. Het tanende enthousiasme voor deelname aan ondernemingsraden mag als exemplarisch voorbeeld gelden. Wel mee mogen praten over vooral randvoorwaardelijke zaken, maar geen beslissende stem hebben. De invloed is uiterst beperkt. En ja, dan trekt de burger zich dus terug en roept hooguit nog wat als het aan de wal staat.
Voor een meer actieve, democratisch participerende burger zullen er dus veel verdergaande voorstellen moeten komen, waarbij de vox populi niet slechts een adviseur zonder enige status is.

Democratie op afstand

Democratie op afstand

Twee dagen voor het staatshoofd zich onder haar volk mengde om zich te laten bewonderen, kwam Rob vertellen dat de leiding van dit land echt aan verandering toe is.
Rob is de Raad voor Openbaar Bestuur. Het bestuur van dit land is hard aan vernieuwing toe, stelt de Raad.

Na de verkiezingen zal de nieuwe premier daar een sterke rol in moeten spelen (meer in de Volkskrant). Waarmee we vanzelf op de vraag komen: wie is in staat niet alleen een kabinet te leiden, maar ook het openbaar bestuur te reorganiseren?

De Raad heeft in ieder geval ideeën over nieuw leiderschap (
zie ook het advies, pdf!). Maar voor iedereen denkt dat de boel eens flink op zijn kop moet worden gezet, zegt de Raad:
“Vooraf een waarschuwing. De Raad stelt nadrukkelijk dat verticaal georganiseerd bestuur nodig is en blijft. Het is belangrijk dat instituties besluiten nemen, knopen doorhakken, toezicht houden en sancties uitdelen. Wel moeten zij dat doen in voortdurende verbinding met de publieke ruimte. Het politieke bestuur moet zich er bovendien bewust van zijn dat het zélf opereert binnen de horizontale verhoudingen in de samenleving. Het is dus onderdeel van de publieke ruimte. In die ruimte ontwikkelt zich de behoefte aan duiding en richting”.

“Leiderschap blijft nodig” stelt de Raad, “maar er is behoefte aan een nieuwe vorm van leiderschap”.
Het advies is onder andere gebaseerd op de gedachte dat de afstand tussen burgers en politiek verkleind moet worden. Daarover later meer op dit blog, maar nu eerst wat over leiderschap en afstand.

De vraag is of de burger (nog) meer invloed op het bestuur moet hebben. Of hebben we aan een sympathieke, maar krachtige leider genoeg?
Nu kan een minister-president het nog zo goed doen, helemaal naar ieders wensen zal hij of zij het nooit doen. Het parlement mag dat controleren. De volksvertegenwoordiging moet er flink bovenop zitten. Hoe dicht moet de burger op leider’s lip zitten om enige controle over het bestuur te hebben?

De oplossing is er. We kunnen meeregeren vanuit onze luie stoel. In de muziek is er immers al de cyber-dirigent? Gewoon een simpele remote-control, waarmee je zelf de dirigent en de muziek geheel naar eigen wensen aan kunt sturen.
Kijk naar Sebastian, de cyber-dirigent, op Youtube. Het apparaat zal wel eerst getest moeten worden door de deskundigen van “nee tegen de stemcomputer”. En het zal nog wel tot fikse debatten leiden over wie nu de vinger aan de knop moet hebben.

In de serie Leiderschap en dirigenten verscheen eerder
Sax en de democratie en Het stokje overdragen en Rammelende partituur, klinkend resultaat?

De partijen zijn geteld

De partijen zijn geteld Op 9 juni zul je, bijna zeker, 17 tot 18 partijen op je stembiljet zien staan. Naast de elf die nu in de 2e Kamer zitten, nog 6 tot 7 anderen. Waaronder de Partij voor de Mens en alle andere aardbewoners en de Piratenpartij. Na controle van de formaliteiten, valt de Evangelische Partij Nederland waarschijnlijk buiten de boot.

De Kiesraad heeft de partijen
van hun rugnummers voorzien en natuurlijk staat het CDA op één. De nummers worden toebedeeld op grond van het aantal stemmen dat vorige keer is gehaald. De partij met de meeste stemmen krijgt nummer 1. Opvallend is dat van de nieuwkomers de Partij voor de Mens en alle ander aardbewoners en de partij Nieuw Nederland een plaats boven Trots van Verdonk hebben gekregen.

Het aantal partijen valt nog mee, want
61 partijen hebben zich voor de 2e Kamerverkiezingen laten registreren. Bijna 30 procent kreeg het niet voor elkaar genoeg steunbetuigingen en inschrijfgeld te verzamelen en die zien we op 9 juni dan ook niet terug.
Er zijn altijd wel meer politieke liefhebbers die zich voor de verkiezingen laten registreren, dan er uiteindelijk op een kieslijst terecht komen, laat staan dat ze ook een zetel in de Kamer halen. Dat er nu 19 partijen op de voorlopige kieslijst staan, is tamelijk laag. Van 1918 tot vandaag stonden er gemiddeld 24 partijen op de kieslijst. Daarvan haalden er, ook weer gemiddeld, 10 tot 11 partijen de 2e Kamer.

De animo om zich in de politieke arena te willen storten is altijd al groot geweest. Er is in zoverre niets mis met Neerlands democratie. Of je kan zeggen: de burgers denken het altijd beter te weten dan de politici en stellen zich in drommen verkiesbaar. Voor de 2e Wereldoorlog was de zeteldrang stukken hoger, dan in de jaren erna. Zoals te zien is in dit plaatje en
in dit overzicht (excelsheet).
Deelnemende partijen
In 1922 en 1933 deden respectievelijk 53 en 54 partijen mee. Dat is nooit meer voorgekomen. In 1922 kregen vrouwen kiesrecht en wellicht was dat een reden dat zoveel politiek ambitieuzen een kans zagen. De verkiezingen van 1933 vonden plaats in de roerige 30’er jaren, waar het oorlogzuchtige gebral van Hitler de sfeer bepaalde en de Beurskrach tot ellende leidde. Reden waarom de Anti-crisis Partij zich meldde. Ook de partij Marktkooplieden deed mee. Geen van beiden haalden de Kamer.

Vlak na de oorlog leek de democratie stil te liggen. In 1946 deden maar zeven partijen mee, die allemaal in de Kamer kwamen. Pas in 1967 kreeg de kiezer weer een volle kieslijst te zien. Pas in de roemruchte jaren van provo’s, ‘geen woning, geen kroning’ en een bouwvakkersoproer, kreeg de kiezer weer een overvolle kieslijst te zien. In 1967 deden 23 partijen mee, waarvan D66 de verrassende nieuwkomer was.

Dat aantal is slechts zeven keer overtroffen. In 1972 deden 29 partijen mee, met kabinet Den Uyl tot gevolg. In 1971 kwam van de 28 meedingende partijen ook een nieuwkomer verrassend uit de bus: DS’70 van de jonge Willem Drees. Ook in 1989 deden er 29 partijen en weer verraste D66, die van 8 naar 17 zetels ging.
Dat is niet elke nieuwe of jonge partij gegeven. De SP deed, naast 26 anderen, in 1994 voor het eerst mee, maar haalde maar 2 zetels.

Hoe dan ook, kijken we naar de geschiedenis dan blijkt dat er toch veel mensen zijn die politieke verantwoordelijkheid op hun schouders willen nemen. Onder klinkende namen als de Anti-stemdwang Partij (1929) en de Rapaille Partij (1925), die
wel gemeenteraadszetels wisten te halen, maar voor wie de Kamer een brug te ver was.
En natuurlijk de vele one-issue belangenpartijen. Zoals de Politiepartij (1918), de Partij voor ongehuwden (1967), de Partij voor de Belastingbetaler (1977) of de 5 (!) bejaardenpartijen, die in 1971 meededen.
Wie denkt dat op de huidige kieslijst namen als de Partij voor de Mens en alle ander aardbewoners en de Piratenpartij bijzonder zijn, is vast vergeten dat er ooit een Wereld Welzijns Bewustwording en een Partij Likwidatie van Nederland meedeed (1981).

Nee, geen gezeur ovr burgers die geen verantwoordelijkheid willen nemen. Nederland kent een zeer levendige democratie.

Bestuurlijke of democratische vernieuwing

In navolging van eerdere artikeltjes hier, verscheen gisteren ook een gastlogje van P.J. Cokema (pseudoniem van uw gastheer hier). Daarin een poging voorstellen los te weken, tot meer inloed van de burgers in de democratie.
Lees hier niet verder, maar op GeenCommentaar.

De eerdere artikeltjes hier: Democratie zonder advies, De democratie is dood, leve de democratie, Countdown en Bestuurlijke vernieling.

Stel je eigen regeerakkoord samen

Stel je eigen regeerakkoord samen Hulde voor een initiatief van Sargasso. Dit weblog komt met een actie, die blijkbaar tot inspiratie in Den Haag heeft geleid.

Vijf dagen geleden meldde ik
in dit artikel al dat de partijen die in Den Haag verwikkeld zijn in de collegeonderhandelingen voor een nieuw B&W, de burgers gelegenheid geven punten aan te dragen voor het nieuwe coalitieakkoord.
Sargasso was daar al wat langer mee bezig, maar verzamelde voorstellen waarmee de lijsttrekkers van de landelijke partijen mee aan de slag kunnen. De komende dagen kan er gestemd worden op de longlist. Uiteindelijk moet daar een 25-punten lijst uitrollen, die aan de lijsttrekkers zal worden aangeboden (hier de aankondiging en hier het stemformulier).

Kijk, zo kun je aangeven wat er in een nieuw regeerakkoord in ieder geval zal moeten staan. Een goed idee, want wat er tot nu toe in het stemhokje aan ontbrak, is de mogelijkheid bij je stem ook aan te geven welke richting het beleid moet krijgen.
Sargasso creëert die mogelijkheid nu. En dat verdient massaal steun. Een kans om de invloed van de kiezer te vergroten. Na het stemmen houdt immers de invloed op. De kiezer moet maar afwachten welke onderwerpen in een regeerakkoord terug te vinden zijn en welke prioriteit die issues krijgen.

Zelf ben ik voorstander van meer keuzemogelijkheden in het stemhok. Niet alleen stemmen op de partij en persoon van jouw voorkeur. Ook een voorkeur aangeven voor een coalitie en een aantal punten voor het beleid. Dat zou in de vorm van een adviserend referendum kunnen zijn, misschien zelfs een bindend advies.

Zover is het niet en dus moeten we het doen met het webloginitiatief van Sargasso. Er is één beperking: de voorstellen waar je op kan stemmen, zijn bedoeld voor een progressief kabinet. Een kabinet waarin PvdA, D66, SP, GroenLinks en PvdD in samenwerken.
Een gedroomd kabinetje. Deze combinatie heeft of het CDA, of de VVD nodig om een Kamermeerderheid te halen. Maar ook voor CDA en VVD, zelfs voor alle andere partijen, is het natuurlijk wel goed te weten welke punten jij belangrijk vind voor welk regeerakkoord dan ook.

Allemaal dus stemmen (er volgen meerdere rondes) en reclame maken voor dit initiatief.

Countdown

Countdown In het aftellen naar de verkiezingen van 9 juni, worden de politici nu meer bekeken op hun campagnegehalte, dan op wat ze nu nog voor de waan van de dag betekenen.
Dat weten de politici heel goed en zijn dus niet te beroerd om alvast het nodige vertoon te etaleren in tv-programma’s en bij bijeenkomsten waar hier eens een lintje moet worden doorgeknipt en dar eens wat herdacht of gevoerd moet worden.

Maar, hoor je sommigen roepen, het gaat niet om het vertoon, het gaat om de inhoud. Welja, laten we dat dan eens onder de loep nemen. Een beetje op de manier zoals een collega weblogger het
op GeenCommentaar deed. Hij telde hoe vaak het woordje fraude in verkiezingsprogramma’s voorkwam en wist toen welke partij wie wantrouwde.
Het CDA, de PvdA en de VVD bleken bijstandsgerechtigden en gezinsimmigranten niet te vertrouwen. De CU had bar weinig vertrouwen in studenten.

Laten we die methode eens op een simplistische manier los op het regenteske of democratische gehalte van het verkiezingsgedachtengoed.
Gisteren was hier
een toespraakje te lezen, naar aanleiding van de aandacht voor verbetering van de democratie. De conclusie van de redenaar was, dat er weinig hart was voor een echte democratie en het nog teveel werd gezocht in bestuurlijke veranderingen.

Kern van dat betoog was, dat er in de verkiezingsprogramma’s wel werd gerept over aantallen ambtenaren, bestuurslagen erbij of er af en wat goed burgerschap moet inhouden. Geen woord dus over de democratie als ‘volksheerschappij’, de letterlijke betekenis van het woord. Wel aandacht voor het bestuurlijke en een verwijzing naar de verantwoordelijkheid van de burger.
Dat getuigt van een nog immer te grote regenteske mentaliteit, sprak de redenaar.

Een proef op de som. De verkiezingsprogramma’s doorgenomen en de woorden gezag, vernieuwing(en), democratie en bestuurlijk(e) geteld. Daarna het aantal keren dat gezag werd genoemd opgeteld bij het aantal keren bestuurlijk(e). De partij die daarmee hoog scoorde wordt verdacht van regenteske sentimenten, diep in hun politieke hart.
De partijen die na optelling van het aantal keren dat vernieuwing en democratie in hun programma hebben staan, dichten we een oprecht warm gevoel voor een heuse democratie toe.

De top-9 meest regenteske partijen: 1. CU, 2. D66. 3. CDA, 4. TON, 5. VVD, 6. GroenLinks, 7. PvdA, 8. SP en 9. De Partij voor de dieren.
De top-6 meest democratische partijen: Op1: D66. Verder: 2. PvdA, 3. CDA, 4. GroenLinks, SP en de CU, 5. VVD en TON en de hekkensluiter is weer de Partij voor de dieren.
(zie deze excelsheet voor een overzicht).

Natuurlijk is deze simplistische wordcountdown niet representatief voor wat de partijen werkelijk over de democratische veranderingen hebben te zeggen. En logisch dat D66 in beide categorieën hoog scoort. De partij is als vanouds meer bezig met het democratisch stelsel, dan andere partijen.
Dat de PvdD laag scoort ligt ook voor de hand. Dierenwelzijn is het thema. Ze trappen niet in de val om een democratie voor dieren uit te roepen.

Wie de verkiezingsprogramma's doorneemt, zal zien dat het woordje ‘gezag’ in verband met de politie wordt gebracht. Alle partijen gebruiken het woord niet veel.
Het woord ‘vernieuwing’ valt vooral in verband met het thema onderwijs. In verband met democratie komt je het amper tegen.
Van 'democratie' heeft men de mond wat voller en dat wordt dan wel vaak gelinkt met het woord 'bestuurlijk(e)'. Bestuurlijke vernieuwing is bij de meeste partijen synoniem voor een andere, betere democratie.

Zoals de spreker in het artikel van gisteren suggereerde, is dat niet vanzelfsprekend hetzelfde. Je kunt dan wel afspreken hoeveel partijen er in de Kamer zouden moeten, of gemeentes meer of minder moeten fuseren, of een burgemeester al dan niet gekozen dient te worden, daarmee geef je de burger niet meer daadwerkelijk macht dan-ie nu heeft.
Bij het bespreken van de democratie zou dat het kernpunt moeten zijn.

De democratie is dood, leve de democratie

De democratie is dood, leve de democratie Dames en heren,
Wij zijn vandaag bijeen om de te jong gestorven democratie te gedenken. In de knop gebroken, in de bloei van haar leven geknakt. Er hangt een sluier over de ontluikende lente. De eerste zonnestralen van het prille voorjaar, doen ons opleven. De democratie is echter dood verklaard, door hen die smachtend uitzien naar een zinderende zomerdag op 9 juni aanstaande.

Job Cohen wil het huis van Thorbecke renoveren en wil een
Nationaal Akkoord voor de democratie. Jan Marijnissen sprak in zijn Thorbecke-lezing over een problematische democratie. Tjeenk Willink presenteerde het jaarverslag van de Raad van State en mijmerde ook wat over ons politieke stelsel. In elk verkiezingsprogramma staan wel een paar regels over bestuurlijke vernieuwing.

Terecht merkt heer Willink op dat de verkiezingsprogramma’s bestuurlijke vernieuwing vooral in het kader van bezuinigingen plaatsen. Minder overheid, dus minder ambtenaren en bestuurders.
Maar, evenals de heer Cohen, wordt de rol van de burgers niet vergeten. Betrokken moeten ze zijn. Verantwoordelijkheid nemen. De democratie is dood, maar met een vernieuwd burgerschap zouden we er niet om hoeven treuren.

Dames en heren, wat zojuist ten grave is gedragen, is het resultaat van een democratie dat een leven is gaan leiden, die niet naar ieders idealistische zin is. Met name zij die het over bestuurlijke vernieuwing hebben, mogen we verdenken van een aanslag op onze jonge democratie.
Je kunt het hebben over een groot of een klein bestuur, over de wijze waarop een bestuur kan worden gekozen of benoemd, over wie dat bestuur mag kiezen of benoemen, over wat en bestuur mag kosten en wie afgevaardigd mag worden om het bestuur te controleren. Maar dan heb je het nog altijd over het bestuur en niet over de democratie.

Was democratie bij haar geboorte niet bedoeld als een staat geregeerd door velen? Een volksheerschappij? Wel, dat betekent dat de democratie de laatste eeuwen alleen nog in naam levend was. De ‘velen’ zijn vervangen door selecte groepjes bestuurders. Daar waar ‘het volk’ een poging deed haar heerschappij terug te vorderen, werd het afgestraft met bloedige repressie of met de meer humane repressieve tolerantie. Het ontmoedigde en terneergeslagen 'volk' kreeg tenslotte de laatste slagen toegediend. Het kreeg normen en waarden en verantwoordelijk burgerschap gedicteerd. De democratische ruimte is er niet groter op geworden.

Wat als volksheerschappij geboren was, is van regentendom tot bestuurderschap verworden. Als men die democratie dood wenst te verklaren, dan kan men toch alleen nog roepen: de democratie is dood, leve de democratie?
Wat is er zo verschrikkelijk aan 'het volk', dat haar zeggenschap wordt verbannen naar dialoogtafels en de vierjaarlijkse stembusgang? Waarom is 'het volk' nu 'de burger' en niet de verzameling stratenmakers, verplegenden, rijwielhandelaren, boeren, wetenschappers, ouders, studenten, schoonmakers, boekhouders en al wat een individu kan zijn?

Waarom hebben al die individuen niet meer zeggenschap en heerschappij, dan nu het geval is? Moet dat niet de vraag zijn, als we de democratie willen reanimeren?

Democratie zonder advies

Democratie zonder advies De PvdA presenteerde het verkiezingsprogramma en vooral de vernieuwing van de belastingen trekken de aandacht. Maar Job Cohen kondigde ook aan de democratie te willen vernieuwen.

In het verkiezingsprogramma staan, behalve bekende retoriek over het vertrouwen winnen van de burger, weinig concrete voorstellen voor die nieuwe democratie. Het meest expliciete voorbeeld is het inperken van hare majesteit’s invloed op de regering.
Zo staat het niet letterlijk in het programma (zie pagina 48 en 49 van het conceptstuk). Maar de PvdA wil het adviesrecht van de Raad van State afschaffen. De voorzitter van die Raad is de koningin.

Het kan ook een poging zijn de adviserende invloed van CDA-huize om zeep te helpen. Die partij heeft 5 leden in de raad. De PvdA heeft er 2, de VVD en D66 elk één. De overige acht leden zijn niet partijgebonden. En dan heb je Beatrix en Willem-Alexander nog.

De motivering die de PvdA aandraagt: de Kamer moet een sterkere rol krijgen. In dit geval moet de Eerste Kamer de rol van de Raad van State overnemen.
Nu zal niemand er erg rouwig om zijn een als dit relikwie uit 1531 wordt afgeslankt. Vooral ook omdat de adviezen van de Raad van State lang niet altijd serieus worden genomen door de regering. Menig advies gaat de prullenbak in. Daarnaast krijgt de regering er soms een tik op de vingers van de eerbiedwaardige raadsleden.

Zo maakte de Raad vandaag bekend dat het
kappen van het Schinveldse bos onterecht was. De NAVO had last van de bomen en in 2006 besloot het kabinet het bos te rooien. De Raad van State vindt nu dat de argumenten daartoe onvoldoende waren en er dus niet gehakt had mogen worden.
Een flutuitspraak, want van weinig praktische betekenis. Tenzij het huidige kabinet wordt verplicht een nieuw bos aan te planten. Maar zover gaat de Raad niet.

Wat de adviezen betreft herinnert u zich misschien nog wel hoe de Raad de
AOW-plannnen afkeurde en de regering die afkeuring naast zich neerlegde. Ook vond de Raad de inmiddels aangenomen crisis- en herstelwet onvoldoende en kreeg de kilometerheffing een negatief advies.
Maar de PvdA wil om een nog begrijpelijker reden van het gezeur van de Raad van State af.

De huidige demissionaire regering wilde, onderleiding van PvdA-minister Ter Horst, een nieuwe grondwet. De Raad van State oordeelde echter dat er eigenlijk geen goede redenen zijn tot een drastische wijziging van de grondwet.
Desondanks installeerde Ter Horst een staatscommissie, die de veranderingen moet voorbereiden. Daarbij passeerde ze ook nog eens de Tweede kamer, die liever eerst met de minister van gedachten wilde wisselen voordat er een voorstel op tafel komt. Logisch want Ter Horst stelde zich een nieuwe grondwet voor waarin geregeld zou worden dat grondwetswijzigingen voortaan niet zo makkelijk kunnen worden ingevoerd (lees meer in wat er op dit blog over werd geschreven).

Hier negeerde het kabinet, inclusief de PvdA, de Raad van State èn de Tweede Kamer. Nu stelt de PvdA een Nationaal Democratisch Akkoord voor. Want “we moeten wegen vinden om het vertrouwen van de burger in het proces van de democratie terug te winnen. We moeten nieuwe wegen vinden om de burger in het proces van de democratie serieus te nemen”, aldus het concept verkiezingsprogramma.
Dat Nationaal Democratisch Akkoord moet door behoedzaam en zorgvuldig overleg tot stand komen, omdat voor een nieuwe democratie ook grondwetswijzigingen nodig zijn.

Heeft de PvdA ineens ook “lessons learned” en heeft het spijt van de spoed waarmee Ter Horst een nieuwe grondwet wilde?
En dan wel de Raad van State afschaffen en geen duidelijke voorstellen noemen voor een nieuwe, sterke democratie? Gooi geen oude schoenen weg, voor je een paar goede nieuwe hebt, lijkt mij.

Rammelende partituur, klinkend resultaat?

Rammelende partituur, klinkend resultaat Twee weken geleden het land in de chaos achtergelaten, die is ontstaan na de val van het kabinet en de gemeenteraadsverkiezingen. Prachtige vakantie gehad en met een hoofd vol rust teruggekeerd. Geen krant gelezen, geen nieuws gezien, dus wel benieuwd of de boel hier weer een beetje op orde zou zijn.

Dat was snel bekeken. Niet dus. Wel een bericht gevonden, die tot een hilarische lachbui leidde. De 1 aprilgrap van de ambtenaren. Ik bedoel de ambtenaren die tot taak hadden een paar miljard aan bezuinigingen bij elkaar te verzinnen. Zij hadden hun werk volbracht en de demissionaire regering bracht de resultaten op 1 april naar buiten.

Wie de lijst met voorstellen heeft gelezen, zal toch ook sterk het gevoel hebben gekregen dat de ambtenaren een fikse grap hebben uitgehaald. Alleen al de voorstellen havoscholieren een jaar korter op te leiden en voor het bezoek aan de huisarts voortaan een toegangskaartje van 5 euro in te voeren, zijn zo hilarisch, dat het geheel nauwelijks serieus te nemen valt.

Nog hilarischer is, dat het wel serieus wordt genomen. Maar door wie? Dat zal het volgende kabinet zijn, dat na 9 juni bedacht moet worden. De chaotische brei aan voorstellen, is de partituur waar een nieuw kabinet mee aan de slag moet.
Onder leiding van een premier die met beide voeten stevig op de bok zal moeten staan, om als een ware maestro de rammelende partituur terzijde te schuiven en zich lenig door de materie zal worstelen.

Of krijgen we weer een clown als dirigent? En zal het publiek het klinkend resultaat uit eigen zak moeten betalen?
Zoals Denis Lacombe in een voorstelling van Cirque du Soleil uit 1990. Kijk op Youtube eens naar Denis Lacombe en voorspel dan eens welke politici kandidaat kunnen zijn voor de meest hilarische premier, na 9 juni.

In de serie Leiderschap en dirigenten verscheen eerder
Sax en de democratie en Het stokje overdragen.