De AIVD (algemene inlichtingen- en veiligheidsdienst) zorgt voor ons aller veiligheid. Dat doet de dienst door ons inlichtingen te verstrekken. Over je kwetsbaarheid, als je een baantje hebt waar ‘gevoelige’ informatie bij aan te pas komt.
De AIVD waarschuwt onder andere voor digitale spionage. Wel eens een gratis usb-stick gekregen van een zakenrelatie? Zo’n stick kan een paard van troje zijn. Eenmaal op je pc gestoken, zou een of andere veiligheidsdienst ineens toegang tot je digitaliteit kunnen krijgen.
Maar ook zonder allerlei gadgets vinden buitenlandse spionnen je wel. Op het internet, het worldwide web waar zo langzamerhand iedereen in verstrikt is geraakt. Volgens de AIVD zijn digitale netwerken als Hyves, LinkedIn en Facebook sites, waar ze zo personen kunnen vinden die, gezien hun profiel, kandidaten kunnen zijn om nader te bespioneren.
De AIVD waarschuwt nu vooral zakenmensen en wetenschappers voorzichtig te zijn. Ga gerust met je gezicht op Facebook, maar zet er dan niet dat je bij de kerncentrale in Borssele werkt, bijvoorbeeld. En wees achterdochtig als je een gratis laptop krijgt aangeboden.
De AIVD heeft zelf vervelende ervaring genoeg. De waarschuwende brochures heeft de AIVD als pdf-documenten op hun website staan. Volgens Security.nl zijn ze echter een tijdje er van af gehaald, omdat er een foutje in zat, waardoor identiteit en e-mailadressen van AIVD-medewerkers waren te achterhalen. Een foutje waarvan onlangs Google slachtoffer was.
Een AIVD die zelf niet voorzichtig genoeg is, hoe veilig is die voor onze veiligheid?
Dat informatie over het eigen personeel naar buiten kan, is niet handig maar het geeft aan hoe snel en makkelijk een fout is gemaakt. En dus geen garantie gegeven kan worden dat ook informatie van burgers verkeerd terecht kan komen.
In opdracht van het huidige kabinet verzamelt de AIVD wel erg veel informatie van burgers. Die verzamelwoede in combinatie met technologische tekortkomingen, is reden om er juist terughoudend mee te zijn.
De hoogste politieke baas van de AIVD, minister Ter Horst, heeft net de Big Brother-award (initiatief van Bits of Freedom) gewonnen. Wegens een al te gemakzuchtige houding betreffende digitale verzameling en opslag van persoonsgegevens.
Tja, met zo’n baas zou de AIVD zelf gewaarschuwd moeten zijn en eerst eens de veiligheid van haar eigen digitaliteit onder de loep moeten nemen.
Overigens krijg ik zo langzamerhand de indruk dat het world wide web beduidend meer riskanter is, dan de real life open ruimte. Ik zou het jammer vinden, maar misschien is het veiliger het internet te slopen en terug te keren naar de analoge waan van de dag?
Tag archieven: ter Horst
De elite op het Procrustesbed
“We hoeven niet alle studies op een procrustesbed bij te snijden of op te rekken tot één uniform formaat“.
Alzo sprak minister Plasterk bij de opening van het academisch jaar. De aanwezige hooggeleerden kennen hun klassiekers natuurlijk op hun duimpje en begrepen Plasterk's beeldspraak onmiddellijk.
Voor de minder belezenen onder ons: het bed van Procrustes bestaat in meerdere varianten. De kern van het verhaal is echter dat Procrustes, een figuur uit de Griekse mythologie, een bandiet was die mensen naar zij logement lokte. Wie te klein was voor een bed werd op pijnlijke wijze uitgerekt, wie te lang was werd op maar gehakt.
Dat kan je vandaag de dag de studenten niet meer aandoen, vindt Plasterk. Het huidige stelsel, met maar twee soorten hoger onderwijs, HBO en universitair onderwijs, zou veel breder moeten zijn. Om de groeiende en diverse instroom beter te bedienen. Een breder hoger onderwijs, met een scala aan varianten van verschillende duur, zou ook kunnen bijdragen aan minder vervroegde uitval. Daartoe zou het ook beter zijn als het hoger onderwijs met een bredere studie begint en men pas later een specialisatie kiest.
De plannen van Jos van Kemenade opnieuw op de agenda? In 1975 presenteerde hij de nota Hoger onderwijs in de toekomst, waarin sprake was van vier typen van programma's: voorbereiding van wetenschappelijke onderzoekers, voorbereiding van beroepen waarvoor wetenschappelijke vorming vereist is, voorbereiding voor beroepen die specifieke wetenschappelijke kennis vereisen, en algemeen toepasbare programma's.
Er valt veel te zeggen voor Plasterk's idee. Je hebt nu eenmaal studenten met verschillende talenten en verschillende ambities. Waarom die in de twee bedden (HBO en universiteit) geperst?
Plasterk stelt ook voor de grenzen tussen HBO en universiteit te vervagen. Het HBO zal het toejuichen, want die sector zoekt al jaren naar een statusverhoging. Of de academici er blij mee zullen zijn?
Die zullen misschien teleurgesteld zijn dat minister Ter Horst zichzelf nuanceerde. Ook zij hield een toespraak bij de opening van het academisch jaar.
Ze verwees naar de ophef die ontstond toen ze in een interview opriep tot een tegenbeweging van de intellectuele elite. Die elite zou de versimpeling en de verruwing van het maatschappelijke debat een andere wending moeten geven.
“Dé elite bestaat niet“, zegt zij nu, “dat werd terecht opgemerkt in de reacties op mijn oproep“. Wat ze wel van de hoogopgeleiden vraagt is “dat individuele wetenschappers zich niet terugtrekken uit soms op hoge toon gevoerde publieke discussies, maar er een doordachte en daardoor vaak ook matigende bijdrage aan te geven“.
Een matigende bijdrage? Nee toch? De elite op het Procrustesbed der normen en waarden van dit kabinet? Laat iedereen alsjeblieft op zijn of haar nivo excelleren. Scherp, ad rem, bij de tijd, aan de grenzen rommelen en vastgeroeste kaders loswrikken. Ter Horst geeft gelijk dat er doordachte bijdragen nodig zijn. Ze heeft ook gelijk dat wetenschappers zich ook met het maatschappelijk debat moeten bemoeien.
Maar weldenkers, doordenkers, diepdenkers zijn er al. Alleen wordt niet naar ieder doordacht geluid geluisterd. Behalve als ze “matigend” zijn.
Overigens heb ik niets tegen een “elite” van doordenkers. Ik zelf ben er niet zo goed in en ben blij met iedereen die dat beter kan en het ook nog eens zo kan vertellen dat ik het begrijp.
Was Plasterk's breder hoger onderwijs er maar geweest in mijn studietijd. Misschien had me dat de bagage gegeven nu een veel doordachtere bijdrage aan het maatschappelijk debat te leveren.
Kabinet negeert 2e Kamer voor nieuwe grondwet
Zeer tegen de zin van de gehele oppositie in de 2e Kamer zet het kabinet de procedure voort om een staatscommissie te benoemen die adviezen over een Grondwetsherziening moet formuleren.
De geldende versie van de grondwet bestaat 25 jaar. In 1983 werd de uit 1814 stammende wet, na talrijke eerdere wijzigingen, in zijn geheel op de korrel genomen en flink gewijzigd. Niet genoeg blijkbaar want na 1983 werden er nog vijf keer aanpassingen gedaan. De laatste in 2003.
Die 25e verjaardag was aanleiding voor minister Ter Horst het document eens tegen het licht te houden. En wat zag ze? Te oubollige teksten, weinig toegankelijke passages. Een onderzoek had ook nog eens uitgewezen dat de grondwet amper bekend is bij het volk. Dat was allemaal reden genoeg, vond Ter Horst, om de grondwet eens flink te veranderen. Ideetjes had ze wel: een inleidende tekst die het volk er op kan wijzen welke perspectieven de grondwet biedt, een aantal kenmerkende normen en waarden van onze staatsinrichting, rechtsorde en identiteit en vastleggen dat Amsterdam de hoofstad is en Den Haag de hofstad.
CDA, CU en PvdA zien er wel wat in. Het CDA vindt het een mooie gelegenheid de nederlandse taal in de grondwet op te nemen.
De oppositie wil eerst wel eens stevig debatteren over de kwestie, voor een staatscommissie aan het werk wordt gezet.
In augustus was ook de Raad van State uiterst kritisch over de hervormingsgezindheid van het kabinet. De Raad vond dat het kabinet wel wat duidelijker mocht zijn over wat er nou precies allemaal mis is met de grondwet. Het kabinet had wat problemen aangetroffen, zo stelde de Raad, maar amper aangegeven welke problemen dat precies zijn. Stel dat eerst maar vast, voor er weer een peperdure commissie gaat brainstormen.
Ter Horst vind dat de in juli geformuleerde uitgangspunten meer dan genoeg zijn:
– een toegangkelijker tekst die vooral inspirerend moet zijn
– de herzieningsprocedure moet onder de loep worden genomen (doel: de grondwet moet niet al te makkelijk gewijzigd kunnen worden)
– er zou wellicht iets over de digitalisering van de samenleving in de grondwet moeten komen en nog wat moderniseringen.
Opvallende wens: de plaats van politieke partijen moet in de grondwet worden geregeld.
Ik ben zeer benieuwd wat het kabinet zich daar bij voorstelt. Begin deze maand vroeg de Kamer (op de regeringspartijen na) aan de ministers Ter Horst en Hirsch Ballin eerst nog eens goed na te denken alvorens die staatscommissie te benoemen. De oppositie ziet liever dat een poging tot grondwetswijziging door het gehele parlement wordt ondersteund en niet alleen door de regeringspartijen.
Nu jaagt Ter Horst dus de kogel door de kerk. Daarmee verklaart de minister indirect dat de staatscommissie het niet in haar hoofd moet halen de rol van politieke partijen al te belangrijk te maken in de nieuwe grondwet. Haar opvolgers zouden dan te veel moeite krijgen de volgende grondwetswijzigingen er door te jassen.
Zelfreinigende overheid
Het heeft even geduurd, maar nu gaat ook de overheid een code goed bestuur ontwikkelen. Een code voor professioneel en betrouwbaar handelen van de overheid.
Tot nu toe werden zulke gedragscodes verlangd van organisaties die van subsidies afhankelijk zijn en aan de overheid leverende bedrijven. Minister Ter Horst (Binnenlandse Zaken) heeft een illuster gezelschap bij elkaar gezocht, die een conceptje in elkaar mogen draaien.
De werkgroep krijgt alvast een paar uitgangspunten mee. Daar vallen voor de hand liggende criteria onder als openheid en integriteit, goede dienstverlening, doelgerichtheid en doelmatigheid en verantwoording.
Eén dingetje valt echter op. In de code moet beschreven worden hoe de overheid haar zelfreinigend en lerend vermogen hanteert. Mooie formulering, vooral dat “zelfreinigend”.
Van je fouten kun je leren, maar dat garandeert nog niet dat de bezem door de stal wordt gehaald. Eerder vervalt men in excuses en beloftes vol goede bedoelingen. Maar er wordt nu toch echt expliciet de term “zelfreinigend” gebruikt. We krijgen niet alleen een transparante overheid, maar ook nog eentje die vanachter zelfreinigend glas werkt.
Opmerkelijk detail: Klara Peijs, die als minister het besluit tot invoering van de OV-chipkaart mocht lanceren, zit nu in deze werkgroep. Daar heeft de werkgroep toch een mooie case om lessen uit te trekken.
Wat zal men onder zelfreinigend verstaan?
Wordt een falende ambtenaar of minister de oren gewassen en vervolgens de functie voortzetten?
Of mag een overheidsdienaar die informatie onder de pet heeft gehouden na excuses met een zogenaamde schone lei verder gaan?
Natuurlijk, niemand hoeft na een foutje meteen uit het overheidsbestand te worden weg gepoetst. Van fouten valt wel degelijk te leren. En als men bereid is in alle openheid heel integer zich te verantwoorden en helder uit te leggen wat men precies heeft geleerd, dan moet dat wel tot de schoonste overheid leiden die we ooit hebben gekend.
De werkgroep gaat ook burgers consulteren. Tot eind november heeft men de tijd. Kunnen wij snel even alle vlekjes verzamelen, die weggewerkt zouden moeten.
Doet u eens wat suggesties…
Keihard burgerschap
De Nationale Ombudsman en Balkenende liggen rollend over straat. De ombudsman had, volgens vele berichten, ongezouten kritiek op de dienstverlening van de overheid.
Balkenende reageerde als de gebeten hond en blafte terug: het valt allemaal wel mee.
Wie even de moeite neemt zich een beetje verder te verdiepen in de kwestie, vindt al snel waar het eigenlijk om gaat. De ombudsman stelde een revolutionaire verandering van ons huidig democratisch stelsel voor. En daar moet je bij Balkenende voorzichtig mee zijn.
Tuurlijk, blakend van ambitie sleutelt hij en zijn kabinet aan een betere samenleving. Maar een betere democratie? Het valt allemaal wel tegen.
De ombudsman zegt in de inleiding van zijn jaarverslag: “In Nederland heerst een cultuur waar de burger niet wordt gezien als de bron van het gezag van de staat”.
Maar man, hoor je Balkenende denken, zeker vergeten dat minster ter Horst vorig jaar bij de begrotingsbehandelingen nog zei dat “Vertrouwen aan de basis ligt van een goed functionerende samenleving. (…) Een waardevolle democratie, een verbindend bestuur en een dienende overheid zij hierbij voorwaarden. Altijd staat de burger centraal”.
En er wordt keihard gewerkt om iedereen enthousiast voor de democratie te krijgen. Ter Horst noemde toen ook de ambitie van het kabinet om een Huis van de Democratie op te richten. Dat huis gaat bijdragen aan de democratische opvoeding. Dat is niet het enige.
Afgelopen week vroeg de Eerste Kamer meer aandacht voor goed bestuur en de minister herinnerde de senatoren er aan dat er een Handvest Burgerschap zit aan te komen. “Het idee is om vast te leggen wat de rechten en de plichten zijn van mensen die in Nederland dat burgerschap daadwerkelijk vorm kunnen geven”, aldus ter Horst.
Een opmerkelijke formulering. Want welke mensen zijn dat dan? We gaan toch niet naar een samenleving waar weer een scheiding tussen burgers, boeren en buitenlui bestaat?
De invulling van het handvest laat zich raden. Ter Horst wil blijkbaar terug naar de gezagsverhoudingen van de jaren vijftig. In een recent interview in het NRC zei ze: “Anno 2008 hebben mensen die in naam een gezagspositie hebben, dat bij het volk niet meer (…) Daar kun je blij mee zijn, je kunt zeggen: mooi dat dat is afgebroken. Maar ik denk: daar zou Nederland wel eens van een koude kermis thuis kunnen komen. (…)”.
In datzelfde interview beschuldigt ze de burger ervan een veel te kort lontje te hebben. De ombudsman weet wel waar dat aan ligt: “Ondertussen mist de overheid een prikkel om dienstbaar te zijn aan de burger. De afgelopen jaren heeft de overheid gekozen voor bedrijfsmatig werken en voor de introductie van de marktwerking. Dit werkt echter niet goed en leidt tot een ongewenste verharding van de samenleving”.
Die keuzes van de overheid zijn te veel tot stand gekomen zonder daar de burger voldoende bij te betrekken, beweert de ombudsman. Maar gezien Balkenende's opvatting dat veel burgers hufters zijn, kun je je wel voorstellen dat-ie ze niet te dicht in de buurt wil hebben.
De burger staat zeker centraal. Als mikpunt van opgelegde normen en waarden. Niet als “bron van het gezag van de staat”.
De ombudsman legt de vinger op de zere plek: de arrogantie van de macht. De overheid is nauwelijks dienstbaar aan de burgers. Niet alleen de jaarlijkse opsomming van klachten in het jaarverslag van de ombudsman zijn er telkens weer een bewijs van. Ook zo'n handvest burgerschap, bedoeld voor een nog nader te bepalen select gezelschap toont aan dat de overheid “zijn oren natuurlijk niet naar de samenleving laat hangen” (Wouter Bos tijdens de presentatie van het regeerakkoord in 2007).
De vergaande privacybeperkingen en de weigering om vijf jaar oorlog in Irak eens openlijk te bespreken zijn eveneens symptomatisch voor de opvattingen van de huidige gezagsdragers. In het eerder genoemde NRC-interview werd minister ter Horst gevraagd of het volk de maatschappij krijgt die ze verdient. “Dat is waar, het zijn de mensen zelf die het doen”, zei ze.
Weer die burgers dus. Het kabinet, toch grotendeels van christelijke signatuur, zou het paasreces goed kunnen benutten om eens stil te staan bij het bijbelse “wie hufterigheid zaait, zal hufterigheid oogsten”.
Privacy statement bescherming persoonsgegevens
Gisteren werd de 25ste verjaardag van de grondwet gevierd. Geen nationale vrije dag, geen vreugdevolle theaterprogramma's waar de koningin naar mocht kijken, geen zinderende documentaires op tv, nergens koekhappen, zaklopen en volksdansen. Wel een minister van binnenlandse zaken die de grondwet graag een beetje afgestoft wil zien.
Guusje ter Horst vindt de inhoud van de grondwet niet lekker bekken. Moeizame zinnen en ouderwets taalgebruik. Ze zou graag zien dat de grondwet wat populairder werd en met wat hedendaagse taal moet dat lukken.
De grondwet is inderdaad aan wat aanpassingen toe. Niet zozeer wegens het taalgebruik, maar meer omdat de inhoud steeds minder wordt nageleefd. In haar feestelijke toespraak heeft de minister verzuimd op te sommen hoe de overheid bepaalde zinnetjes steeds minder waarde toedicht en andere steeds meer.
Artikel 10 tot en met 13 gaat over onze privacy. Kortweg staat daar:
Ieder heeft recht op eerbiediging van zijn persoonlijke levenssfeer, recht op onaantastbaarheid van zijn lichaam. Het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner is niet toegestaan en het brief-, telefoon- en telegraafgeheim zijn onschendbaar.
De grondwet biedt wel mogelijkheden om af te wijken van deze principes. Van die rechten kan worden afgeweken 'behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen'.
Nou, van die laatste mogelijkheid maakt de overheid de inmiddels flink gebruik. Wat er al niet is ingeleverd aan het recht op privacy kun je lezen in dit overzicht dat op Sargasso is gepubliceerd.
Het lijkt er op dat maar weinig mensen zich daar druk om maken. Minister ter Horst constateerde ook al dat bedroevend wenig mensen in de grondwet lijken geïnteresseerd. Nu is dat uit haar mond een gotspe. Wie meewerkt aan wetten die de essentie van de grondwet reduceren tot een zo goed als dode letter, moet niet verwachten dat mensen de eigenlijke tekst nog serieus nemen.
Misschien raken meer mensen weer wel geïnteresseerd als het initiatief van GeenCommentaar wordt gevolgd. Met Democreatie 2.0 hoopt het weblog dat niet alleen de overheid sleutelt aan de herwaardering van grondwettelijke rechten, maar dat iedereen zich daar druk over maakt. Bij deze dus.
Mijn privacy statement is: ik heb helemaal niks met privacy. Maar ik heb wel alles met de bescherming van persoonsgegegevens.
Ik heb niks met privacy omdat ik vind dat het niet uit moet maken wat ik zoal uitspook, thuis of op straat. Wat ik lees, schrijf, kijk, zeg, het zou niet tot verdachtmakingen, stigmatiseringen of commerciële pesterijtjes moeten leiden. Helaas gebeurt dat wel en in steeds grotere mate. Privacy is steeds minder een instrument voor grotere persoonlijke vrijheid, steeds meer is het een middel tot allerlei misbruik. En dan wordt bescherming van je persoonlijke ditjes en datjes ineens enorm belangrijk.
Dat zo weinig mensen zich hierom druk maken, komt wellicht omdat we al zo lang bepaalde privacyschendingen heel gewoon vinden.
De kerkklokken op zondagmorgen, de ongevraagde reclame in de brievenbussen, de opdringerige telefoontjes van telemarketerers en het gewauwel van lui die de hele dag overal in hun mobieltjes lopen te lullen zijn daar voorbeelden van.
En zelfs als je op de wc je gemak wilt hebben, kun je gestoord worden door gerommel aan de deurklink, ook al staat duidelijk aangegeven dat de wc bezet is. Nou ben ik geen wetenschapper, maar ik denk wel dat een gestoorde stoelgang tot een hoop chagrijn leidt, dat uiteindelijk de dood voor de democratie zal zijn.
Een hele ernstige inbreuk op de privacy zijn de opiniepeilingen: vragen naar iemands privé opvattingen en daar dan conclusies aan verbinden om diezelfde privé opvattingen naar eigen inzicht om te vormen. De opiniepeiling ontfutselt op slinkse wijze je eigen gedachten. Vervolgens worden ze misbruikt voor de meest uiteenlopende doelstellingen.
Het eerste lid uit artikel 10 van de grondwet, het
recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer, wordt dagelijks geschonden. Nu de overheid op dit punt ernstig dwalende is, wordt het misschien tijd zelf het goede voorbeeld te geven.
Blijf dus met je handen van de deurklink af , als de wc bezet is. Zet alleen de ghettoblaster op je balkon voluit aan, als het hele flatgebouw er explicitet om gevraagd heeft. Onderbreek me niet met de vraag of het spannend is, als ik verdiept zit in een mooi boek. En ga ook niet ineens roepen: 'Een cent voor je gedachten!', als ik eens wat stil zit te mijmeren.
Als je zelf toch niks te doen hebt en verlegen zit om wat actie, ga je dan eens druk maken om de de overheid die zo vreselijk graag ons aller Grote Broer wil zijn.