Gastlog: Menstruerende monsters.

De Blogparel 2010 publieksprijs bestaat uit het 1x per maand plaatsen van een blog, geschreven door de winnaar. In dit geval een winnares. Tot en met december plaatsen we hier elke maand een artikel dat eerder verscheen op Trudy Schrijft. Wie dacht dat we met het Power Balancepolsbandje alles gehad hebben, moet dit beslist lezen.
Ongesteld
Menstruerende monsters

Na de bedel – , pandora -, en slavenarmband is er reeds een nieuw soort armband in ontwikkeling. Met de ‘the help for husbands’ armband zal een gewaarschuwd (mannelijk) mens voortaan voor twee tellen. De uitvinder Karl Dorn werkt momenteel aan een prototype van dit vernuftige sieraad.Wat een nonsens…

Als u het mij vraagt valt deze armband eerder onder de noemer alarmeringssysteem dan sieraad, want dit ‘systeem’ geeft groot alarm zodra de draagster in haar maandelijkse cyclus belandt is. Op het moment dat uw partner begint te vloeien verandert de armband namelijk van kleur.

Doel van deze armband is om begrip te kweken voor de humeurveranderingen van uw partner. Maar voor wie is deze armband nu een uitvinding? Voor de man? Dat zodra de armband vervaarlijk rood kleurt (althans, dat lijkt mij de meest logische alarmkleur in dit geval) je maar even op je tellen moet passen? Dat je de lippen gesloten houdt als Yolanthe tijdens de gouden harpuitreiking ten tonele verschijnt? Dat je niets zegt over haar platte buik gehesen in een zilvergrijs nauwsluitend jurkje? Dat je ook niet verteld dat het je best leuk had geleken om te kijken hoe ver je had kunnen komen in de serie/wedstrijd ‘Wie kiest Tatjana?’ Dat je zulke uitlatingen niet zult uitspreken zolang je partners polsbandje alarmrood gekleurd is? Uit angst voor het menstruerende monster naast je op de bank. Kan deze armband dus een fikse huwelijkscrisis voorkomen?

Ik vrees van niet…
Ik denk zelfs dat het een averechtse werking zal hebben. Mits er aan het menstruatiepolsbandje geen privileges verbonden zijn, zal een vrouw het nimmer aanschaffen, want ze denkt tenslotte dat er helemaal niets mis is met haar gemoedsgesteldheid. Ik denk daarbij aan een privileges in de trant van gratis chocolade, mogen voordringen bij de kassa, en een flinke arbeidstijdverkorting als ze in haar ‘vloeiende’ periode zit.

Ik denk dat deze bescheiden verzoekjes direct naar de prullenbak verwezen zullen worden. Dus de partner zal de armband haar cadeau moeten geven. Een dappere vent die dat durft.
Want een menstruatiepolsbandje cadeau geven, heeft ongeveer dezelfde gevolgen als dat je de vrouw een huishoudelijk apparaat cadeau geeft: Een maand lang geen vrijerijen, Champions league en pils in huis.

Nee, ik zie beslist geen stijgend aandelenpakket in deze gadget.
Ik denk dat het verstandiger is, als de man zich met een positieve kijk door de maandelijkse periode van zijn partner heen zal worstelen. Al vergt het wat kracht en uithoudingsvermogen, houdt in deze moeilijke periode voor ogen dat wij,- vrouwen – grotendeels van de maand best wel te hachelen zijn.

Dit artikel verscheen eerder hier op Trudy Schrijft.

Rutte's Onrust.

Crap Rutte valt niet te benijden. Vol enthousiasme wil hij het land er bovenop helpen, maar hij komt er maar niet aan toe. Het ene Europese overleg na de andere Eurovergadering kosten hem zijn dure tijd op zijn agenda. Bovenaan die agenda staat nog steeds:“Iedereen zal er iets van voelen”. Daar staat dan wel een beloning tegenover. We krijgen dit prachtige land terug.

Steeds meer mensen maken zich ongerust over de staat waarin dat land zal verkeren, op het moment dat het teruggegeven zal worden. Sterker nog, steeds meer mensen komen in beweging en proberen die zaken te redden, die zij prachtig vinden. Men begint blijkbaar te voelen, wat Rutte’s redding betekent. Het wordt alsmaar onrustiger in de samenleving. Het is nog niet zover dat het Binnenhof volstroomt en wordt omgedoopt tot Neerlands Tahrirplein, zoals Britse demonstranten hun Trafalgar Square
wel een jasmijntintje gaven, toen ze zit weekend te hoop liepen tegen hun bezuinigingen.

In Nederland lijkt een tsunami aan lokale acties aan te zwellen. Toen het kabinet Rutte van start ging, kreeg het meteen al een
hete december voor de kiezen. De maatschappelijke onrust was in de eerste maanden van het nieuwe kabinet al even groot als alle maanden daarvoor. In 2010 manifesteerde de maatschappelijke betrokkenheid van de burgers zich in 34 acties. Een gemiddelde van 2,8 per maand. De meesten betroffen arbeidsconflicten (50%), zoals cao-onderhandelingen en reorganisaties. De bezuinigingsplannen scoorden wel al 47% van alle onrust.

Het eerste kwartaal van 2011 zit er bijna op en we zien een fikse opleving van acties tegen de bezuinigingen. In de eerste drie maanden zijn er al 40 acties gevoerd, een gemiddelde van 13,3 per maand.. Daarvan betrof 68% de bezuinigingen. Arbeidsconflicten waren goed voor 25% van de acties.
In januari leek de rust terug te keren. Slechts acht acties, na de tien van december. Maar dat was snel anders. In februari werden er twaalf acties gevoerd en in deze maand staat de teller al op twintig. In drie maanden tijd is de maatschappelijke onrust al 15 procent groter dan heel 2010.

Vooral in het onderwijs is de onrust het grootst. Acties tegen bezuinigingen op het hoger onderwijs blijven elkaar opvolgen. De kabinetsplannen met het speciaal onderwijs brengen ook steeds meer mensen op de been. Maar ook de dreigende sluitingen van bibliotheken, zwembaden en club- en buurthuizen leiden tot tal van lokale acties. De actiebereidheid lijkt alleen maar groter te worden.
In dit exceldocument de laatste stand van zaken.

Wat kan Rutte doen om de onrust te beteugelen? De plannen doorzetten en er een schepje bovenop doen, zoals bij het
speciaal onderwijs is aangekondigd? Of de plannen bijstellen? Ik ben geen regeringsadviseur, maar dat laatste lijkt mij het wijste, wil het rustig blijven in dit prachtige land. Laat ik eerlijk zijn, het gaat mij ook om mijn eigen rust.

Als werkende in de daklozenopvang heb ik met twee zaken te maken. Minder personeel en meer daklozen. Dankzij de bezuinigingen doen we het werk met minder collega’s. Ach, wat harder werken, ook al dreigt er een slechtere cao uit de bus te komen, dat moet een betrokken burger er voor over hebben.
Maar hoe gaan we dat redden, nu het aantal nieuwe daklozen toeneemt? In 2009 hadden we hier gemiddeld twee aanmeldingen per week. In 2010 is dat opgelopen tot gemiddeld vier per week. Nu staat die teller al op gemiddeld zes per week. In nog maar drie maanden tijd. Elke dag komen er meer dan honderd individuen over de vloer, die onze opvang op de een of andere manier nodig hebben.

Ik ben Rutte’s onrust eigenlijk wel zat.

Dan dooft het licht.

Dan dooft het licht Gisteravond ging een uur het licht uit. Na een golf van duisternis vanuit Australië over de aarde rolde, begon ook hier de actie Earth Hour. Een symbolische milieuactie. Symbolisch, want zoveel stroom zal er niet mee bespaard worden, maar “we willen laten zien wat er kan gebeuren als mensen samenwerken”, zegt één van de organisatoren.

Vandaag, werd het een uur later licht. Vandaag zullen we weten of de samenwerking een succes is geworden. Iets echt weten, doe je altijd later. Er zijn natuurlijk wel van die visionaire zieners, die de mazzel hebben dat sommige dingen verlopen, zoals zij ze hadden voorspeld. Met een parmantig ‘zie je wel, ik wist het wel’, geven ze de twijfelaars het nakijken. Maar zeker weten kun je pas, als een voldongen feit achter de rug is. In de weg naar die ‘voldongenheid’, kan er altijd iets onverwachts gebeuren, die vooraf gestelde zekerheden onderuit schoffelen.

Zo weten we nu zeker dat kernenergie gevaarlijker is dan we misschien willen. We weten nu ook dat er veel meer mensen in de wereld vrijheid en democratie zo belangrijk vinden, dat ze de starten en pleinen er voor opgaan. We weten nog niet wat die maatschappelijke onrust op zal leveren. Maar we weten wel dat we het zo belangrijk vinden, dat we bereid zijn militaire middelen in te zetten om die vrijheidsdrang te beschermen tegen schietgrage dictators.

De jasmijnrevolutie spreekt zo tot de verbeelding dat demonstranten die in Londen tegen de bezuinigingen de straat op gingen, het pittoreske Trafalgar Square omdoopten
tot Tahrirplein. Om dat kracht bij te zetten, meenden een aantal demonstranten ook maar over te gaan tot wat schermutselingen en een bank bestormden. Dat kostte ruim 200 oproerkraaiers tijdelijk hun vrijheid.
Maar wat een melodramatiek. Wat heeft de heldhaftigheid van Egyptenaren op het Tahrirplein nou te maken met onvrede over bezuinigingen? Vrijheid en democratie is toch wat anders het inleveren van een paar rotcenten, die onze economie er weer bovenop moeten helpen?

Laten we er, even melodramatisch, een schepje bovenop doen. “Een volk dat voor tirannen zwicht
zal meer dan lijf en goed verliezen. Dan dooft het licht”.
Dat zinnetje uit een gedicht van
Henk van Randwijk, siert een herdenkingsmonument in Amsterdam. Het gedicht is niet alleen een ‘in memoriam’ voor slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog, het roept ook op verder te kijken dan je neus lang is (maar gun Uw ogen wijder zicht, aanzie het land en alle mens tegader) en samen te werken tegen onrechtvaardigheid (wij staan tesaam voor het gericht, voor goed of kwaad te kiezen).

Ik kan me voorstellen, dat er nu mensen zijn die een verband zien tussen banken die riante
bonussen blijven uitkeren, investeren in wapenhandel, een wereldwijde kredietcrisis veroorzaken en de bezuinigingen die nodig zouden zijn omdat die banken staatssteun hebben gekregen. Bezuinigingen die iedereen zullen raken, heeft Rutte beloofd. En ja, als er tegen bezuinigingen wordt geprotesteerd en het antwoord is dat er 50 miljoen meer wordt bezuinigd, dan stellen mensen natuurlijk ook vragen over het democratische gehalte, waarmee dit beleid tot stand komt.
Dan zit er een kans in dat het Binnenhof eerdaags ook wordt omgedoopt tot Tahrirplein. Morgen daarover meer op dit weblog.

Beter laat dan nooit-code.

Technologie Alle technologie keert zich op enig moment tegen de mens. Dat is niet te voorkomen, omdat in alle technologie het menselijk tekort zit gebakken. Welk menselijk tekort? Onze genialiteit. Die ingenieuze kwaliteit om voor elk probleem een technologische oplossing te kunnen bedenken. Het optimisme daarover gaat zover, dat we minder bij onze fouten stilstaan, dan bij de lonkende perspectieven die de technologie ons biedt.

Zo vinden we de uitvinding van het vuur nog steeds geweldig en denken de bijna
50 duizend branden per jaar wel te voorkomen door betere brandmelders, brandblussers en brandwerend materiaal te ontwikkelen. Ergens in een afgezonderd laboratorium zit een doorgedraaide fysicus al jaren te knutselen aan de zelfdovende vlam. Die vlam heeft-ie al, hij kan er alleen nog geen warme chocola van maken, want net voor het pannetje op het vuur gaat, is het al uit. Voorlopig moeten we het doen met de zegeningen en de rampen van vuur.

Ja, hoor eens hier, zul je denken, die branden ontstaan niet door het vuur, maar door menselijke fouten met vuur. Het is een algemeen aanvaard idee dat technologie niet fout kan zijn. Mensen kunnen er wel foute dingen mee doen. Er zijn optimisten zijn, die dat probleem willen oplossen door de mens dan maar door technologie te vervangen. Dat idee is dan weer niet algemeen aanvaard. We gaan onszelf niet opheffen.

Hoe komen we dan uit die pijnlijke spagaat van genialiteit en brokkenmakerij? Door wat meer bij onze fouten stil te staan. Het ‘van je fouten kun te leren’, is meer een wandtegeltjeswijsheid dan een alledaagse bezigheid. Toch ligt daar de oplossing. Jammer alleen dat de brokken soms zo groot moeten zijn, voor de les geleerd is. Maar er is hoop. Een mooi voorbeeldje uit het nieuws van vandaag.
Minister Rosenthal pleit voor restricties op de export van internetfilters naar dictatoriaal geregeerde landen. In Brussel kwam de IDEA (International Digital Economy Accords ) bijeen en de minister mocht de mooie jongen uithangen, door de vrijheid van digitale meningsuiting te verdedigen. Daarbij refererend naar de opstanden in Tunesië, Egypte en Libië (hier
de hele toespraak).

Rosenthal roemt een aantal gedragscodes, die handel met obscure regimes moeten beperken. Zijn collega Bleker overweegt de Kamer te betrekken bij het verlenen van vergunningen voor wapenexport.
Ook op dat gebied is een akelige les geleerd. Nederland had immers al eens technologie, in de vorm van allerhande wapentuig, geëxporteerd naar die landen? Naast internetfilters zijn wapens ook een geliefd middel tegen vrijheid van wat voor uiting dan ook. Nu Nederland meedoet aan het handhaven van de no-fly zone boven Libië, is het natuurlijk oppassen dat die technologie zich niet tegen ons keert. Bleker wil nu de
regels voor wapenexport aanscherpen.

Mooie boodschappen. We gaan onze technologische speeltjes niet in de handen geven van kwajongens. We stoppen echter niet met het maken van dat soort technologie. Je weet maar nooit voor welke goede doelen je het zelf kan gebruiken. De technologie zelf is immers niet fout?
Nee, het is al heel wat dat gedragscodes en regels worden aangescherpt. Beter laat dan nooit, toch? De technologische genieën komen ooit nog wel met een slim stukje software, waarmee verstandige beslissingen eerder vroeg dan ooit worden genomen.

We moeten meer naar elkaar (af)luisteren.

Afluisteren Oh oor, o hoor (Lucebert).

Lieverd, ik hoop dat je dit berichtje nog hoort, voor je boodschappen gaat doen. Het wordt wat later want die etterbak van een … (naam verwijderd op last van het College Bescherming Persoonsgegevens) heeft net een spoeddebat aangevraagd om een no-fly zone voor muggen in te stellen, omdat in de Koran staat dat Allah het niet onwaardig vindt, die stekebeestjes als voorbeeld te stellen. Ik eet dus niet mee vanavond, sorry schat.

Een van de vele berichtjes die zijn uitgelekt, nu iedereen weet hoe je de voicemails van politici
kan afluisteren. Het levert interessante informatie op. Morgen zullen we bijvoorbeeld meer weten over hoe Mark Rutte de luis in de pels denkt aan te pakken. Of niet, want de voicemails zullen nu wel onbereikbaar gemaakt zijn voor de nieuwsgierige burger.

Sinds Balkendende’s normen en waarden is ‘luisteren naar elkaar’ een van de zaken die prioriteit heeft gekregen bij de overheid. Bij Balkenende begon dat met de 100-dagen-luistertour en groeide uit tot het afluisteren van meer dan
2000 telefoongesprekken van burgers. Waaronder een paar Telegraafjournalisten, die dat maar niks vonden. De rechter besloot dat de AIVD het journaille terecht heeft afgeluisterd.

Nu blijkt dat de transparantie van de overheid op slordige beveiliging van de voicemails berust, wil men de boel weer op slot gooien. Dat lijkt een terechte maatregel, maar het zal geen zoden aan de dijk zetten.
Er wordt op een immens grote schaal afgeluisterd. In de openbare ruimte kun je meegenieten van de vele telefoongesprekken, waaronder het inspreken van voicemails. Dat doen de sprekers geheel uit eigen, vrije wil. Het afluisteren van die 2000 telefoongesprekken valt daar niet onder, maar is volstrekt legaal verklaard.

Maar waarom zouden de mogelijkheden van de digitale communicatie alleen door de overheid benut mogen worden? Diezelfde overheid die wil dat we meer naar elkaar luisteren en ondertussen Kamervragen maar half beantwoord. Dat kan beter, sneller en veel openlijker. De
Dagelijkse Standaard sluit zich aan bij het koor dat de voicemail-lek een schande vindt. Maar in een van de reacties staat een voorstel, waar ik me bij aansluit: “Ik stel zelfs voor om het wettelijk te regelen dat ministers en ambtenaren zulke communicatieapparatuur krijgen dat die openlijk via bijvoorbeeld een internetsite, af te luisteren zijn. Zeg maar een uitzending gemist, maar dan voor gesprekken van ambtenaren”.

We moeten meer naar elkaar (af)luisteren.

De Gouden Eeuw van Rutte?

wereldpuzzel Het zal je maar gebeuren. Je staat ambitieus te trappelen om dit prachtige land terug te geven aan haar burgers, komt de rest van de wereld ineens binnendenderen. Dat kun je gerust een uitdaging noemen. Hier ligt immers een kans om Nederland weer een nieuwe Gouden Eeuw in te loodsen. Wat zal Mark Rutte van deze ingewikkelde puzzel maken?

Rutte’s voorganger, Balkenende, had wel wat met die Gouden Eeuw. Hij miste hier die roemruchte VOC-mentaliteit. Een combinatie van economische expansiedrift en slavendrijverij. Nederland was niet meer dan een republiek van
zeven samenwerkende provincies, maar telde wel mee op het wereldtoneel. Nu hebben we vijf provincies meer, zijn we al lang geen republiek meer en de rol op het wereldtoneel bestaat vooral uit politieke volgzaamheid, die Balkenende zijn kop heeft gekost.

De gevolgen van de kredietcrisis en het gemor van het gepeupel, denkt met onder andere te bestrijden met bestuurlijke veranderingen. De monarchie wordt er niet helemaal uitgegooid, maar de macht van het koningshuis wordt wel beperkt. Dat is althans de wens van een aantal politieke partijen. Terug naar een republiek zit er op korte termijn niet in, terug naar zeven provinciën wel. De VVD is voorstander van één Randstadprovincie en fusies van de andere provincies. Ook een manier om de overheid af te slanken. Overigens: D66 wil naar vier landsdelen, GroenLinks naar zeven.

Mark Rutte krijgt echter niet de tijd om in alle rust het land te hervormen. Eerst moet ook hij zich afvragen hoe hij Libië terug kan geven aan de Libiërs en of hij Nederland wel een Gouden Eeuw kan bezorgen zonder kernenergie. De rampzalige toestanden in Japan en de Noord-Afrikaanse en Arabische landen, leiden de premier maar af van de crisis- en herstelplannen, waarmee hij Nederland weer groot denkt te maken.

Nederland is niet alleen op de wereld. Elke premier zag zijn binnenlandse agenda wel doorkruist door buitenlandse perikelen. Standpunten, initiatieven en acties wisselden per coalitie. Vlak na de Tweede Wereldoorlog moest het land ook opgebouwd worden, maar tegelijkertijd wilde Soekarno in Indonesië, het Nederlandse juk van zich afschudden. In die tijd dacht de Nederlandse regering ook met
politie-missies de verworvenheden van de VOC-mentaliteit te behouden. De internationale gemeenschap corrigeerde de Nederlanders en Indonesië moest terug gegeven worden aan de Indonesiërs.

Dat had nog rechtstreeks met Nederland zelf te maken. De rol die Nederland speelde op het altijd onrustige wereldtoneel, heeft onder elk kabinet wel gevolgen gehad. Denk aan de
oliecrisis in 1973, toen landen als Saoedi-Arabië, Koeweit, Algerije en Libië de olie-export staakten als antwoord op het pro-Israëlische standpunt in de Jom Kipoeroorlog. De Vietnamoorlog leidde tot onrust op straat, waar een ‘bevriend staatshoofd’ tot moordenaar werd uitgeroepen. Verser in het geheugen liggen Kosovo, Bosnië en Afghanistan.
Als het geen oorlogen of opstanden zijn, dan is er wel een kerncentrale die tot nadenken stemt. De ramp in Tsjernobyl leidde hier tot een graasverbod in de noordelijke provincies en mocht er tijdelijk geen bladgroente worden verkocht.

Ga er maar aan staan als premier van Nederland. Waar kan een klein land dan nog groot in zijn? Misschien door eens een andere koers te volgen? Bijvoorbeeld door eigen voorwaarden te verbinden aan de acties tegen Gadaffi. Militaire steun zou onlosmakelijk gepaard kunnen gaan met humanitaire steun. Aan de Libische vluchtelingen, aan alle Libiërs die op de een of andere manier nu slachtoffer worden van de situatie.
En wat de kernenergie betreft: zet de plannen voor de nieuwe kerncentrale maar even in kast. Eerst afkoelen voor die nieuwe centrale in verhitte debatten moet worden verdedigd. Als we al een Gouden Eeuw willen, dan liever een Gouden Eeuw van net iets beter nadenken.

Even rust.

Uitgeblust Ik ga er even een paar dagen uit. Uitgeblust van de drukte ronde Blogparel, wordt het tijd bij te tanken. Een hele weelde dat ik die mogelijkheid heb. Tot woensdag is het hier dus even stil. Ik ben blij dat ik Mark Rutte niet ben. Hij moet naar Parijs om met zijn EU-collega’s knopen door te hakken over Libië. Hij mag blij zijn dat het in Borssele rustig is.

Op zijn wekelijkse persconferentie na de ministerraad stond hij uiteraard stil bij Japan. In dat kader verklaarde hij voorstander te zijn van een
stress test voor kerncentrales. Mocht die test vervelende zaken aantonen, dan wordt Borssele gesloten. Nu nog niet. Dat zij Duitse collega wel kerncentrales stil wil leggen, vindt hij merkwaardig.

Afijn, laten we eens zien of
Mark’s lach stressbestendig is. De test is gedaan en er blijken bekende conclusies uit voort te komen.
Mark: “Ha, ha, ha, ja, dat wisten we al”.
Stresstestdeskundige: “Dus nu gaat de zaak dicht?”

Mark: “Hi,hi, hi, je bent een leuk mannetje!”
Stresstestdeskundige: “Maar gaat-ie nou dicht of niet?”

Mark (wordt even bloedserieus): “Eh… waarom dan?”
Stresstestdeskundige: “Nou, als er iets misgaat, dan gaat het ook goed mis”.

Mark (grijnst): “Maar dat wisten we toch al?”
Stresstestdeskundige: “Ja, ik verbaas me er dan ook over dat je doodleuk nog een nieuwe kerncentrale erbij wilt”.

Mark: “Jaha, ha, ha, werkgelegenheid en zo, hè?”
Stresstestdeskundige: “Ja, voor de begrafenisondernemers”.

Mark (gniffelt): “Ook dat, ja, ook dat”
Stresstestdeskundige: “Dus?”

Mark: “Hm, ha, ha, niks dus. Je zegt zelf, ALS er iets misgaat. Maar er gaat niets mis, hè?”
Stresstestdeskundige: “Nou, die stresst test wijst uit dat…”

Mark (buldert hilarisch): “Maar man, neem jezelf toch niet zo serieus! Een stress test, la-me-nie-lachen! Dat is een volstrekt fictief gebeuren. Je rekent uit wat er kan gebeuren als er wat mis gaat en ja, dan krijg je uitkomsten die alleen aan de orde zijn als er echt iets misgaat”.
Stresstestdeskundige: “Dat wil je toch ook voorkomen?”

Mark: “Ha,ha, ha, man! A. Wij hebben geen aardbevingen. Ja, af en toe
in het noorden, maar daar gaan we alleen maar CO2 en kernafval opslaan. B. Wij hebben geen tsunami’s, wat welke gek daar ook over zegt en C. Als er dan toch iets misgaat, hebben wij een prima rampenplan”.
Stresstestdeskundige: “Je bedoelt die crisisvoorbereiding van de bevolking?”

Mark: “Juist, ja!”
Stresstestdeskundige: “Waarin staat dat de bevolking de instructies van de overheid moet opvolgen?“

Mark: “Jahaaa! Dat zouden ze so-wie-so altijd moeten doen, maar bij een ramp helemaal”.
Stresstestdeskundige: “Stel dat tv, radio, mobieltjes en al dat spul nog werken, wat ga jij dan zeggen, als het misgaat?”

Mark: “Ha, ha, ha,, ha, ha, dat weet ik heus wel, hoor! Eens even kijken, wat staat er ook alweer in mijn rampspeech…, hier. Ik zeg gewoon dat ze het met een korreltje zout moeten nemen. Dat schijnt goed
tegen de straling te zijn”.
Stresstestdeskundige: “Ik heb genoeg gehoord”.

U snapt, een ramp is één ding, een wereldleider (zo werd Rutte hier in de Volkskrant genoemd) is een andere.
Tot woensdag!

No Intervention Zone?

No-fly zone Gekke Libiërs. Vragen wel om een no-fly zone, maar realiseren zich niet dat er van zo’n maatregel niets terecht komt, als er op de grond ook niet een en ander word geregeld. Een no-fly zone, opgelegd door de VN, is al een militaire maatregel en kan een eerste stap richting militaire interventies op de grond.

De Libische verzetsstrijders hebben de internationale gemeenschap om een no-fly zone gevraagd. De Arabische Liga ondersteunde dat verzoek en nu is het zover. Maar de Libiërs hebben ook altijd duidelijk gemaakt, dat ze de strijd tegen Gadaffi zelf wel opknappen en absoluut geen militaire interventie willen. Het is hun strijd, vinden ze, en niet die van de rest van de wereld. Dat lijkt nu te veranderen, omdat Gadaffi van geen ophouden weet.

Waarom is dit ook voor Nederlandse burgers belangrijk goed te volgen? Omdat we niet zo heel vrolijke herinneringen hebben
aan no-fly zones en andere interventies. Bosnië is op een nationaal trauma uitgelopen (Sebrenica), evenals de Irak-oorlog waar we stiekem ingepiepeld werden.
Een kunstje dat Balkenende ons heeft geflikt en waar hij veel te laat en soort verantwoording over heeft afgelegd. Die bestond uit slecht en goed nieuws. Het slechte nieuws was natuurlijk iets van ‘waar gehakt wordt, vallen spaanders’. Het goede nieuws was dat we er, volgens Balkenende, weer iets moois aan over hebben gehouden: de ‘lessons learned’.

Die lessen sloegen vooral op de relatie tussen regering en parlement. Maar de lessen die bij eerdere no-fly zones en interventies zijn geleerd, kunnen nu de enige hoop vormen, dat het VN-besluit niet leidt tot onnodig bloedvergieten en ook niet tot een nieuw internationaal drama, waar Nederland misschien opnieuw weer de nodige ongelukken kan maken. Maar wat zouden dan die ‘lessons learned’ moeten zijn?

Premier Rutte en minister van Defensie Hillen hebben een les zeker getrokken: we wachten af en gaan zorgvuldig mogelijkheden van een Nederlandse bijdrage onderzoeken. Ofwel: eerst maar eens zien hoe heet Gadaffi dit soepje verorbert en ondertussen en beetje studeren. Allemaal tactiek om er niet in te hoeven stappen.
Rutte wil eventueel wel wat bijdragen als de NAVO er om vraagt. Dus deze keer niet als er een verzoek van de Amerikaanse regering komt. Maar Frankrijk en Groot-Brittanië zijn wel NAVO-leden en die zijn juist fervente voorstanders van de no-fly zone. Frankrijk wil zelfs verder gaan dan dat.

Kan Nederland niet wat meer initiatief nemen? Want een van de lessen uit het verleden is dat minder initatief en teveel aarzeling, afwachtendheid en volgzaamheid, er mede toe leidde dat de ervaringen in Bosnië, Irak en Afghanistan zo bedroevend waren.
En nog zo’n lesje is, dat met het instellen van een no-fly zone de Libische burgers nog niet hun leven zeker zijn. Gadaffi gaat gewoon met grondtroepen verder. De man heeft nu wel een staakt-het-vuren beloofd en hopelijk houdt hij zich daar ook aan.

Welke initiatieven zou Nederland kunnen nemen? Om te beginnen: zoek contact met de Libische vrijheidsbeweging en zoek uit welke ideeën deze heeft over de praktische uitvoering van de no-fly zone. Nederland als intermediair tussen de vrijheidsstrijders en de internationale gemeenschap.
Dan moet Nederland wel eerst de Libische oppositie erkennen als transitieregering. Frankrijk deed dat al, de rest van de EU is nog niet zover.
Verder: zorg voor levering van hulpgoederen aan de steden die nog niet in Gadaffi’s handen zijn gevallen. Medische hulp en voedsel bijvoorbeeld. Dat kan een gevaarlijk klusje zijn, maar vraag desnoods militaire back-up van de bondgenoten.

En tot slot: als de no-fly zone door Gadaffi wordt genegeerd, biedt de bondgenoten dan op zijn minst Nederlands materiaal aan om de no-fly zone te kunnen handhaven. Dat is weer eens wat anders dan soortgelijk materiaal aan dictators leveren. Maar wel onder de voorwaarde dat er geen verdere militaire interventies plaatsvinden. Zodra de VS, Frankrijk of Groot-Brittanië een stap te ver gaan, bevriest het kabinet al hun tegoeden op Nederlandse banken.
Werk mee aan de bescherming van de Libische oppositie, maar laat die oppositie wel hun democratie verder zelf opbouwen.
No Intervention

Crises-en rampenmanagement.

Rampenmanagement Stel dat Japan kerngezond is en in Borssele ontploft de kernreactor nadat Zeeland is overstroomd. Natuurlijk staat er een harde zuidwestenwind, dus de rest van Nederland loopt het risico radioactief besmet te raken. Wat zou Japan dan doen?
Stel dat Libië al jaren een vreedzame democratie is. Een voorbeeld voor velen. In Nederland is het echter tot barbarij gekomen en een of andere idioot zet het leger in, om demonstranten die genoeg van zijn dictatuur en barbarij hebben af te knallen. Wat zou Libië dan doen?

Een omgekeerde werkelijkheid. Even zo geschetst om proberen in te schatten of Japan en het denkbeeldige Libië dezelfde maatregelen zouden nemen, als Nederland nu in de hedendaagse werkelijkheid onderneemt.
Natuurlijk zouden Japan en Libië zich zeker zorgen maken over hun burgers die in Nederland werkzaam of met vakantie zijn. Nederland heeft wel mensen uit Libië weggehaald. De Nederlanders in Japan moeten vooralsnog zichzelf zien te redden.
De NOS publiceerde een brief van de Nederlandse ambassade in Japan, waarin wordt uitgelegd waarom de regering geen vliegtuigen stuurt om haar burgers weg te halen. De VS, China, Frankrijk en Groot-Brittannië doen dat wel. Nederland niet en adviseert haar burgers wel de rampgebieden te verlaten. Wie terug naar Nederland wil, moet die reis zelf organiseren. “Het is lastig”, stelt de ambassade, “maar het is wel te doen”.

Als bezorgde burger denk ik dan meteen: waarom niet? Vlieg erheen met hulpgoederen. Vlieg terug met wie daar weg wil. Blijkbaar kan dat, want andere landen doen dat wel. Er is geen no-fly zone, hoewel het me raadzaam lijkt niet over de verongelukte kerncentrales te vliegen.
Oh ja, die no-fly zone. Vanavond zal er in de VN Veiligheidsraad gestemd worden over een no-fly zone boven Libië. Als dat al een afdoende middel is om Gadaffi’s slachting van zijn eigen burgers te voorkomen, dan is het wel veel te laat. Van de Europese landen zijn alleen Frankrijk en Groot-Brittannië voor deze maatregel. Nederland sluit zich aan bij de landen die menen dat sancties Gaddafi wel van zijn idiotie af zullen helpen.

De Verenigde Naties aanvaardden in 2005 de “RtoP”, (responsibility to protect). Daarin werd afgesproken dat elk land de plicht heeft haar burgers te beschermen tegen genocide, oorlogsmisdaden, etnische zuiveringen en misdaden tegen de menselijkheid. Als een land daartoe niet in staat is, dan heeft de internationale gemeenschap de plicht dat land daarbij te helpen. Als een land moedwillig haar burgers niet beschermt, dan dient de internationale gemeenschap op te treden. Om te beginnen op diplomatiek niveau en als uiterste middel militaire interventie.

Met andere woorden, niet elk individueel land, maar de hele wereld heeft de verantwoordelijkheid burgers te beschermen tegen geweld en oorlogsmisdaden. Als een enkel land daarin faalt, dan grijpen de andere landen in.
Van zo’n VN-verklaring komt in de praktijk weinig terecht. Diplomatieke druk helpt alleen als een land daar gevoelig voor is. Aan militaire interventie maakt met alleen de handen vuil als er al massa’s slachtingen hebben plaatsgevonden of types als George W. Bush zijn bondgenoten op sleeptouw weet te nemen.

Als bezorgde burger denk ik ook: alsjeblieft geen militaire ingrepen. Dat heeft in de geschiedenis evenzeer tot ellende geleid en lang niet altijd echt geholpen. Dus fantaseer ik er op los en denk: bij natuurrampen gaat de internationale gemeenschap meestal wat sneller tot actie over. Dat heet dan humanitaire hulp. Japan kan daar zeker op rekenen.
Kan grootschalige en internationale humanitaire hulp een middel zijn om de burgers in Libië te redden? Niks no-fly zone, erheen vliegen en om de Libische luchtmacht in verwarring te brengen, bedreigde burgers weg te halen en hulpgoederen droppen voor de ‘opstandelingen’.

Maar ik ben geen geniale crisis- en rampendeskundige. Zowel voor de situatie in Japan als in Libië hoop je dan dat de allerknapste koppen ter wereld een oplossing kunnen bedenken. Zolang die er niet is, moet er wel wat gebeuren. Waarom de Nederlandse regering dan weer de afwachtende en volgzame houding aanneemt, begrijp in niet. Of zou dat zijn omdat dit kabinet geen hoge pet opheeft van haar eigen crisis- en managementvaardigheden?

En hoe was het Blogbal nou?

Blogbal Gisteren, 15 maart, mocht ik de prijswinnaars van de Blogparel 2010 bekend maken. Op het Blogbal. Dat Blogbal werd voor de eerste keer gehouden en is een alternatief voor het Boekenbal.
Het Boekenbal is voor schrijvers, het Blogbal is dat ook. Er zijn wel bloggers die ook boeken schrijven. Zouden die naar de Amsterdamse Stadschouwburg zijn gegaan? Ik heb ze niet gezien in De Balie, dat er pal tegenover ligt en waar het Blogbal werd gehouden.

Het initiatief voor
het Blogbal is genomen door een blogster die de geuzennaam Oud Zeikwijf draagt. Samen met sterke hulptroepen heeft ze dit evenement van de grond gekregen. Op het programma stonden diverse acts en natuurlijk de prijsuitreiking van de Blogparel 2010.
Dikke hulde voor dit initiatief. Niet alleen voor het keiharde werk. Dat hoort erbij als je iets dergelijks organiseert. Het moet gezegd: de organisatie heeft alles uit de kast gehaald om er een bijzondere avond van te maken. Staat zoiets eenmaal in de steigers, zijn de laatste versieringen aan gebracht, zijn de act de weg gewezen, liggen gastenlijst en een aantal verrassingen klaar en staat de prosecco gereed om aan de gasten te overhandigen, dan kan een organisatie verder niet veel meer doen.

Dan is het aan de gasten om de avond compleet en geslaagd te maken. Nou, dat kun je wel aan bloggers overlaten. Wat doen bloggers als ze bij elkaar zijn? Twitteren! Het scherm waarop livestream tweets zichtbaar werden gemaakt, nodigde daartoe uit, natuurlijk. Handig als je even meldt dat je er bent en medebloggers zoekt. Niet elke blogger kent zij of haar collega’s van gezicht, maar wil ze graag ontmoeten. Toch?
Wat jammer dat de tweets door sommigen ook werden gebruikt om de acts af te serveren. Het kan best zijn dat je niet van bepaalde zang, muziek of theatrale acts houdt. De organisatie heeft de gasten wel de gelegenheid gegeven een andere ruimte te bezoeken. Over één van die acts schreef Blogparel-jurylid op zijn blog een recensie. Zowel over de act zelf als over het daarbij aanwezige publiek. Lees meer op Stroomopwaarts.

Wat opvalt is dat de eerste publikaties over het Blogbal vrij negatief van aard zijn. Rianne Meijer meent het Blogbal
op DeJaap.nl volledig de grond in te moeten schrijven. Het lijkt wel een kwaadaardig stukje en doet het Blogbal absoluut geen recht. Dat zeg ik niet omdat ze ook de Blogparel een veeg uit de pan geeft, of dat ik belang bij het Blogbal had. Goede kritiek is altijd prima. Maar dit stukje is ronduit zwartgallig.

De dames van Pinkbullets waren wat positiever. Maar
één van hen was blijkbaar zo onder de indruk van de negatieve tweets, dat ze veel van het binnengebeuren heeft gemist. Een collega van haar had het ook niet zo op de acts en telde 50 aanwezigen, maar is wel van plan volgend jaar het Blogbal weer te bezoeken.
Gelukkig is er ook een positiever verslag. Jeroen Mirck, die wel wat negativiteit gewend is bij zijn Dutch Bloggies-avondturen, vind het Blogbal het herhalen waard. Ook hij was niet onder de indruk van de acts, maar deelde nog wel een sneer uit naar de zeikerige twitteraars.

Er waren natuurlijk meer dan 50 mensen. Ik telde er ruim honderd. Waarvan een aardig deel buiten stond te roken of het café van De Balie opzocht. Waamee ik even een heikel punt van dit soort evenementen aan wil roeren.
Ook bij de Dutch Bloggies kon je waarnemen dat het publiek maar bijster weinig aandacht had voor het programma en meer voor elkaar. Het is natuurlijk ook leuk collega-bloggers eens te ontmoeten en over elkaar ervaringen te praten. Ik ben er zelf weinig aan toegekomen, omdat ik toch ook het programma wilde volgen.

Maar zou het genoeg zijn een zaaltje af te huren, de uitnodigingen rond te sturen, de drank klaar te zetten en dan ook ruim honderd bloggers over de vloer te hebben? Die dan blijkbaar meer dan genoeg hebben aan elkaar? Wat later op de avond leek de grote zaal steeds leger, maar dat kwam vooral omdat velen dus dat café of de stoep voor De Balie hadden opgezocht.
Als er wel een programma nodig is om gasten te lokken, wat moet er dan op staan om het publiek bij de les te houden? Dat wil ik graag eens weten. Want als ik zo’n evenement zou organiseren, dan zou ik alle tijd, energie en geld er natuurlijk alleen in steken, als ik zeker weet dat de zaal gevuld zal zijn en mijn gasten het naar hun zin hebben.

Gelukkig waren er vandaag ook veel tweets te zien, waarin mensen melden dat ze het uitstekend naar hun zin hebben gehad. Het Blogbal heeft voor hen dus de voorwaarden gecreërd, voor een prima avond.
Dat vond ik ook. Ik wens het Blogbal volgende keer meer publiek, meer belangstelling van media en meer positieve recensies.