Tag archieven: politiek

Rutte's Onrust.

Crap Rutte valt niet te benijden. Vol enthousiasme wil hij het land er bovenop helpen, maar hij komt er maar niet aan toe. Het ene Europese overleg na de andere Eurovergadering kosten hem zijn dure tijd op zijn agenda. Bovenaan die agenda staat nog steeds:“Iedereen zal er iets van voelen”. Daar staat dan wel een beloning tegenover. We krijgen dit prachtige land terug.

Steeds meer mensen maken zich ongerust over de staat waarin dat land zal verkeren, op het moment dat het teruggegeven zal worden. Sterker nog, steeds meer mensen komen in beweging en proberen die zaken te redden, die zij prachtig vinden. Men begint blijkbaar te voelen, wat Rutte’s redding betekent. Het wordt alsmaar onrustiger in de samenleving. Het is nog niet zover dat het Binnenhof volstroomt en wordt omgedoopt tot Neerlands Tahrirplein, zoals Britse demonstranten hun Trafalgar Square
wel een jasmijntintje gaven, toen ze zit weekend te hoop liepen tegen hun bezuinigingen.

In Nederland lijkt een tsunami aan lokale acties aan te zwellen. Toen het kabinet Rutte van start ging, kreeg het meteen al een
hete december voor de kiezen. De maatschappelijke onrust was in de eerste maanden van het nieuwe kabinet al even groot als alle maanden daarvoor. In 2010 manifesteerde de maatschappelijke betrokkenheid van de burgers zich in 34 acties. Een gemiddelde van 2,8 per maand. De meesten betroffen arbeidsconflicten (50%), zoals cao-onderhandelingen en reorganisaties. De bezuinigingsplannen scoorden wel al 47% van alle onrust.

Het eerste kwartaal van 2011 zit er bijna op en we zien een fikse opleving van acties tegen de bezuinigingen. In de eerste drie maanden zijn er al 40 acties gevoerd, een gemiddelde van 13,3 per maand.. Daarvan betrof 68% de bezuinigingen. Arbeidsconflicten waren goed voor 25% van de acties.
In januari leek de rust terug te keren. Slechts acht acties, na de tien van december. Maar dat was snel anders. In februari werden er twaalf acties gevoerd en in deze maand staat de teller al op twintig. In drie maanden tijd is de maatschappelijke onrust al 15 procent groter dan heel 2010.

Vooral in het onderwijs is de onrust het grootst. Acties tegen bezuinigingen op het hoger onderwijs blijven elkaar opvolgen. De kabinetsplannen met het speciaal onderwijs brengen ook steeds meer mensen op de been. Maar ook de dreigende sluitingen van bibliotheken, zwembaden en club- en buurthuizen leiden tot tal van lokale acties. De actiebereidheid lijkt alleen maar groter te worden.
In dit exceldocument de laatste stand van zaken.

Wat kan Rutte doen om de onrust te beteugelen? De plannen doorzetten en er een schepje bovenop doen, zoals bij het
speciaal onderwijs is aangekondigd? Of de plannen bijstellen? Ik ben geen regeringsadviseur, maar dat laatste lijkt mij het wijste, wil het rustig blijven in dit prachtige land. Laat ik eerlijk zijn, het gaat mij ook om mijn eigen rust.

Als werkende in de daklozenopvang heb ik met twee zaken te maken. Minder personeel en meer daklozen. Dankzij de bezuinigingen doen we het werk met minder collega’s. Ach, wat harder werken, ook al dreigt er een slechtere cao uit de bus te komen, dat moet een betrokken burger er voor over hebben.
Maar hoe gaan we dat redden, nu het aantal nieuwe daklozen toeneemt? In 2009 hadden we hier gemiddeld twee aanmeldingen per week. In 2010 is dat opgelopen tot gemiddeld vier per week. Nu staat die teller al op gemiddeld zes per week. In nog maar drie maanden tijd. Elke dag komen er meer dan honderd individuen over de vloer, die onze opvang op de een of andere manier nodig hebben.

Ik ben Rutte’s onrust eigenlijk wel zat.

Beter laat dan nooit-code.

Technologie Alle technologie keert zich op enig moment tegen de mens. Dat is niet te voorkomen, omdat in alle technologie het menselijk tekort zit gebakken. Welk menselijk tekort? Onze genialiteit. Die ingenieuze kwaliteit om voor elk probleem een technologische oplossing te kunnen bedenken. Het optimisme daarover gaat zover, dat we minder bij onze fouten stilstaan, dan bij de lonkende perspectieven die de technologie ons biedt.

Zo vinden we de uitvinding van het vuur nog steeds geweldig en denken de bijna
50 duizend branden per jaar wel te voorkomen door betere brandmelders, brandblussers en brandwerend materiaal te ontwikkelen. Ergens in een afgezonderd laboratorium zit een doorgedraaide fysicus al jaren te knutselen aan de zelfdovende vlam. Die vlam heeft-ie al, hij kan er alleen nog geen warme chocola van maken, want net voor het pannetje op het vuur gaat, is het al uit. Voorlopig moeten we het doen met de zegeningen en de rampen van vuur.

Ja, hoor eens hier, zul je denken, die branden ontstaan niet door het vuur, maar door menselijke fouten met vuur. Het is een algemeen aanvaard idee dat technologie niet fout kan zijn. Mensen kunnen er wel foute dingen mee doen. Er zijn optimisten zijn, die dat probleem willen oplossen door de mens dan maar door technologie te vervangen. Dat idee is dan weer niet algemeen aanvaard. We gaan onszelf niet opheffen.

Hoe komen we dan uit die pijnlijke spagaat van genialiteit en brokkenmakerij? Door wat meer bij onze fouten stil te staan. Het ‘van je fouten kun te leren’, is meer een wandtegeltjeswijsheid dan een alledaagse bezigheid. Toch ligt daar de oplossing. Jammer alleen dat de brokken soms zo groot moeten zijn, voor de les geleerd is. Maar er is hoop. Een mooi voorbeeldje uit het nieuws van vandaag.
Minister Rosenthal pleit voor restricties op de export van internetfilters naar dictatoriaal geregeerde landen. In Brussel kwam de IDEA (International Digital Economy Accords ) bijeen en de minister mocht de mooie jongen uithangen, door de vrijheid van digitale meningsuiting te verdedigen. Daarbij refererend naar de opstanden in Tunesië, Egypte en Libië (hier
de hele toespraak).

Rosenthal roemt een aantal gedragscodes, die handel met obscure regimes moeten beperken. Zijn collega Bleker overweegt de Kamer te betrekken bij het verlenen van vergunningen voor wapenexport.
Ook op dat gebied is een akelige les geleerd. Nederland had immers al eens technologie, in de vorm van allerhande wapentuig, geëxporteerd naar die landen? Naast internetfilters zijn wapens ook een geliefd middel tegen vrijheid van wat voor uiting dan ook. Nu Nederland meedoet aan het handhaven van de no-fly zone boven Libië, is het natuurlijk oppassen dat die technologie zich niet tegen ons keert. Bleker wil nu de
regels voor wapenexport aanscherpen.

Mooie boodschappen. We gaan onze technologische speeltjes niet in de handen geven van kwajongens. We stoppen echter niet met het maken van dat soort technologie. Je weet maar nooit voor welke goede doelen je het zelf kan gebruiken. De technologie zelf is immers niet fout?
Nee, het is al heel wat dat gedragscodes en regels worden aangescherpt. Beter laat dan nooit, toch? De technologische genieën komen ooit nog wel met een slim stukje software, waarmee verstandige beslissingen eerder vroeg dan ooit worden genomen.

No Intervention Zone?

No-fly zone Gekke Libiërs. Vragen wel om een no-fly zone, maar realiseren zich niet dat er van zo’n maatregel niets terecht komt, als er op de grond ook niet een en ander word geregeld. Een no-fly zone, opgelegd door de VN, is al een militaire maatregel en kan een eerste stap richting militaire interventies op de grond.

De Libische verzetsstrijders hebben de internationale gemeenschap om een no-fly zone gevraagd. De Arabische Liga ondersteunde dat verzoek en nu is het zover. Maar de Libiërs hebben ook altijd duidelijk gemaakt, dat ze de strijd tegen Gadaffi zelf wel opknappen en absoluut geen militaire interventie willen. Het is hun strijd, vinden ze, en niet die van de rest van de wereld. Dat lijkt nu te veranderen, omdat Gadaffi van geen ophouden weet.

Waarom is dit ook voor Nederlandse burgers belangrijk goed te volgen? Omdat we niet zo heel vrolijke herinneringen hebben
aan no-fly zones en andere interventies. Bosnië is op een nationaal trauma uitgelopen (Sebrenica), evenals de Irak-oorlog waar we stiekem ingepiepeld werden.
Een kunstje dat Balkenende ons heeft geflikt en waar hij veel te laat en soort verantwoording over heeft afgelegd. Die bestond uit slecht en goed nieuws. Het slechte nieuws was natuurlijk iets van ‘waar gehakt wordt, vallen spaanders’. Het goede nieuws was dat we er, volgens Balkenende, weer iets moois aan over hebben gehouden: de ‘lessons learned’.

Die lessen sloegen vooral op de relatie tussen regering en parlement. Maar de lessen die bij eerdere no-fly zones en interventies zijn geleerd, kunnen nu de enige hoop vormen, dat het VN-besluit niet leidt tot onnodig bloedvergieten en ook niet tot een nieuw internationaal drama, waar Nederland misschien opnieuw weer de nodige ongelukken kan maken. Maar wat zouden dan die ‘lessons learned’ moeten zijn?

Premier Rutte en minister van Defensie Hillen hebben een les zeker getrokken: we wachten af en gaan zorgvuldig mogelijkheden van een Nederlandse bijdrage onderzoeken. Ofwel: eerst maar eens zien hoe heet Gadaffi dit soepje verorbert en ondertussen en beetje studeren. Allemaal tactiek om er niet in te hoeven stappen.
Rutte wil eventueel wel wat bijdragen als de NAVO er om vraagt. Dus deze keer niet als er een verzoek van de Amerikaanse regering komt. Maar Frankrijk en Groot-Brittanië zijn wel NAVO-leden en die zijn juist fervente voorstanders van de no-fly zone. Frankrijk wil zelfs verder gaan dan dat.

Kan Nederland niet wat meer initiatief nemen? Want een van de lessen uit het verleden is dat minder initatief en teveel aarzeling, afwachtendheid en volgzaamheid, er mede toe leidde dat de ervaringen in Bosnië, Irak en Afghanistan zo bedroevend waren.
En nog zo’n lesje is, dat met het instellen van een no-fly zone de Libische burgers nog niet hun leven zeker zijn. Gadaffi gaat gewoon met grondtroepen verder. De man heeft nu wel een staakt-het-vuren beloofd en hopelijk houdt hij zich daar ook aan.

Welke initiatieven zou Nederland kunnen nemen? Om te beginnen: zoek contact met de Libische vrijheidsbeweging en zoek uit welke ideeën deze heeft over de praktische uitvoering van de no-fly zone. Nederland als intermediair tussen de vrijheidsstrijders en de internationale gemeenschap.
Dan moet Nederland wel eerst de Libische oppositie erkennen als transitieregering. Frankrijk deed dat al, de rest van de EU is nog niet zover.
Verder: zorg voor levering van hulpgoederen aan de steden die nog niet in Gadaffi’s handen zijn gevallen. Medische hulp en voedsel bijvoorbeeld. Dat kan een gevaarlijk klusje zijn, maar vraag desnoods militaire back-up van de bondgenoten.

En tot slot: als de no-fly zone door Gadaffi wordt genegeerd, biedt de bondgenoten dan op zijn minst Nederlands materiaal aan om de no-fly zone te kunnen handhaven. Dat is weer eens wat anders dan soortgelijk materiaal aan dictators leveren. Maar wel onder de voorwaarde dat er geen verdere militaire interventies plaatsvinden. Zodra de VS, Frankrijk of Groot-Brittanië een stap te ver gaan, bevriest het kabinet al hun tegoeden op Nederlandse banken.
Werk mee aan de bescherming van de Libische oppositie, maar laat die oppositie wel hun democratie verder zelf opbouwen.
No Intervention

Crises-en rampenmanagement.

Rampenmanagement Stel dat Japan kerngezond is en in Borssele ontploft de kernreactor nadat Zeeland is overstroomd. Natuurlijk staat er een harde zuidwestenwind, dus de rest van Nederland loopt het risico radioactief besmet te raken. Wat zou Japan dan doen?
Stel dat Libië al jaren een vreedzame democratie is. Een voorbeeld voor velen. In Nederland is het echter tot barbarij gekomen en een of andere idioot zet het leger in, om demonstranten die genoeg van zijn dictatuur en barbarij hebben af te knallen. Wat zou Libië dan doen?

Een omgekeerde werkelijkheid. Even zo geschetst om proberen in te schatten of Japan en het denkbeeldige Libië dezelfde maatregelen zouden nemen, als Nederland nu in de hedendaagse werkelijkheid onderneemt.
Natuurlijk zouden Japan en Libië zich zeker zorgen maken over hun burgers die in Nederland werkzaam of met vakantie zijn. Nederland heeft wel mensen uit Libië weggehaald. De Nederlanders in Japan moeten vooralsnog zichzelf zien te redden.
De NOS publiceerde een brief van de Nederlandse ambassade in Japan, waarin wordt uitgelegd waarom de regering geen vliegtuigen stuurt om haar burgers weg te halen. De VS, China, Frankrijk en Groot-Brittannië doen dat wel. Nederland niet en adviseert haar burgers wel de rampgebieden te verlaten. Wie terug naar Nederland wil, moet die reis zelf organiseren. “Het is lastig”, stelt de ambassade, “maar het is wel te doen”.

Als bezorgde burger denk ik dan meteen: waarom niet? Vlieg erheen met hulpgoederen. Vlieg terug met wie daar weg wil. Blijkbaar kan dat, want andere landen doen dat wel. Er is geen no-fly zone, hoewel het me raadzaam lijkt niet over de verongelukte kerncentrales te vliegen.
Oh ja, die no-fly zone. Vanavond zal er in de VN Veiligheidsraad gestemd worden over een no-fly zone boven Libië. Als dat al een afdoende middel is om Gadaffi’s slachting van zijn eigen burgers te voorkomen, dan is het wel veel te laat. Van de Europese landen zijn alleen Frankrijk en Groot-Brittannië voor deze maatregel. Nederland sluit zich aan bij de landen die menen dat sancties Gaddafi wel van zijn idiotie af zullen helpen.

De Verenigde Naties aanvaardden in 2005 de “RtoP”, (responsibility to protect). Daarin werd afgesproken dat elk land de plicht heeft haar burgers te beschermen tegen genocide, oorlogsmisdaden, etnische zuiveringen en misdaden tegen de menselijkheid. Als een land daartoe niet in staat is, dan heeft de internationale gemeenschap de plicht dat land daarbij te helpen. Als een land moedwillig haar burgers niet beschermt, dan dient de internationale gemeenschap op te treden. Om te beginnen op diplomatiek niveau en als uiterste middel militaire interventie.

Met andere woorden, niet elk individueel land, maar de hele wereld heeft de verantwoordelijkheid burgers te beschermen tegen geweld en oorlogsmisdaden. Als een enkel land daarin faalt, dan grijpen de andere landen in.
Van zo’n VN-verklaring komt in de praktijk weinig terecht. Diplomatieke druk helpt alleen als een land daar gevoelig voor is. Aan militaire interventie maakt met alleen de handen vuil als er al massa’s slachtingen hebben plaatsgevonden of types als George W. Bush zijn bondgenoten op sleeptouw weet te nemen.

Als bezorgde burger denk ik ook: alsjeblieft geen militaire ingrepen. Dat heeft in de geschiedenis evenzeer tot ellende geleid en lang niet altijd echt geholpen. Dus fantaseer ik er op los en denk: bij natuurrampen gaat de internationale gemeenschap meestal wat sneller tot actie over. Dat heet dan humanitaire hulp. Japan kan daar zeker op rekenen.
Kan grootschalige en internationale humanitaire hulp een middel zijn om de burgers in Libië te redden? Niks no-fly zone, erheen vliegen en om de Libische luchtmacht in verwarring te brengen, bedreigde burgers weg te halen en hulpgoederen droppen voor de ‘opstandelingen’.

Maar ik ben geen geniale crisis- en rampendeskundige. Zowel voor de situatie in Japan als in Libië hoop je dan dat de allerknapste koppen ter wereld een oplossing kunnen bedenken. Zolang die er niet is, moet er wel wat gebeuren. Waarom de Nederlandse regering dan weer de afwachtende en volgzame houding aanneemt, begrijp in niet. Of zou dat zijn omdat dit kabinet geen hoge pet opheeft van haar eigen crisis- en managementvaardigheden?

Wapenexport in naam van Oranje.

Wapen van Oranje Er wordt nogal wat ophef gemaakt over de mogelijke wapenverkoop, die schuilgaat achter het privébezoek van ons staatshoofd aan haar collega van Oman. Onnodige ophef, want wij weten wel beter, wat de ware redenen zijn voor het staatsbezoek dat geen staatsbezoek is.
Bovendien: zou ons staatshoofd zomaar allerlei afspraken schenden, louter omdat de sultan van Oman een lekker diner aanbiedt? Zo is onze Majesteit niet.

Het NRC zette keurig op een rij, wat de Europese afspraken zijn, als er wapentuig uitgevoerd moet worden. De Europese Raad stelde in 1998 een gedragscode op, waarin klip en klaar staat dat we geen militair spul leveren als dat de sociale ontwikkeling van een land belemmert.
Op dit moment is er in Oman een sociale ontwikkeling gaande. Zo mag je de demonstraties wel noemen. De Omani willen meer banen, hogere lonen, lagere voedselprijzen en meer democratie. De sultan beloofde al snel 50.000 banen en een salarisverhoging hier en daar. Hij aarzelt niet ministers te ontslaan, die volgens de demonstraten hervormingen in de weg staan.

Het gaat dus eigenlijk heel goed in Oman. De sultan luistert naar het volk en doet wat beloften. Met de Europese gedragscode in het achterhoofd, weet ons staatshoofd wel wat ze moet zeggen als de sultan tijdens het diner de lucratieve aanbieding
van vier fregatten aan de orde stelt. Luister eens, zal Hare Majesteit zeggen, zet dat maar uit je staatshoofd. Je hebt je geld veel te hard nodig om je beloften waar te maken.

Zo is het maar net. Afspraak is afspraak. Wij hebben afgesproken geen militaire goederen te leveren aan landen waar de sociale ontwikkelingen en mensenrechten niet op orde zijn. Wat dat laatste betreft: in Oman zijn politieke partijen en vakbonden verboden. Misschien dat het onder druk van de demonstranten gaat veranderen, maar dagelijkse praktijk is het nog lang niet.
Laat Hare Majesteit in alle rust van het diner genieten. We mogen verwachten dat een zo integer staatshoofd als het onze, de sultan zal herinneren aan onze en zijn afspraken.

Het enige wapen dat Hare Majesteit exporteert is haar wapen van Oranje. Een wapen, van alle smetten vrij. Want de Oranjes hebben zich nog nooit voor het karretje van Neerlands bedrijfsleven laten spannen, als het ergens in de wereld niet pluis is. Toch?

Van wie is dit land?

Rutteland De verkiezingen hebben bij twee mensen in ieder geval iets duidelijk gemaakt. Nederland is niet van jou en mij, Nederland is van Rutte en Wilders. En de heren zijn zo in hun sas met al die stemmen die ze hebben vergaard, dat we een kadootje krijgen. We krijgen ons land terug!

Rutte was zo slim tot het laatst te wachten met zijn toespraakje. Eerst mocht Wilders. Bij de NOS zagen en hoorden we hem zeggen: “We zullen Limburg teruggeven aan de Limburgers, Friesland teruggeven aan de Friezen en Nederland teruggeven aan de Nederlanders en al die PVV-stemmers” (op ongeveer 3 min.
van dit fragment).

Nou, even later bleek Rutte het daar gedeeltelijk mee eens. Ook voor de NOS-camera’s riep hij: “We gaan er voor zorgen, dames en heren, dat we gewoon dat prachtige land weer teruggeven aan de Nederlanders, want dat is ons project” (op ongeveer 3 min. 15
van dit fragment).
Kijk, Rutte moest natuurlijk een kleine correctie toepassen op de uitspraak van Wilders. Want geloof maar dat het ook Rutte te ver gaat het land terug te geven aan “al die PVV-stemmers”.

Maar wat denken die twee wel? Dat ze het land in hun zak hebben? Dat ze sinterklaas kunnen spelen en als een stel grootgrondbezitters het land onder het volk kunnen uitdelen?
Natuurlijk is het ook hun land. Maar meneer Rutte, meneer Wilders, het is ook mijn land. En van al die mensen die er wonen, werken en leven. Al was het maar omdat we daar belasting voor betalen, Rutte! Wie betaalt, die bepaalt toch?
Hoe halen ze het in hun hoofd iets terug te geven, dat helemaal niet in hun eigendom is?

Het verbaast me enorm, dat niemand hier over valt. Die hoogmoed, die ijdeltuiterij, die grootheidswaanzin kennen we alleen van een paar dictatoriale idioten, waarvan er eentje niet te beroerd is op zijn eigen volk te schieten.
Nou siert het de heren Rutte en Wilders dat ze in ieder geval menen land terug te moeten geven. Had Gadaffi dat meteen gezegd, dan was het niet zo’n puinhoop nu in Libië. Rutte en Wilders denken vast mogelijke volksopstanden te voorkomen.

Rutte zag het verlies van zijn coalitiepartner en sloot zich rap aan bij de retoriek van zijn gedoogpartner. Een partner die geen boodschap leek te hebben aan regentenmentaliteit en daarom zo populair is bij veel mensen. Hoe vaak schoffeerde hij niet ministers en Kamerleden? Daarmee trok hij kiezers aan die de gevestigde orde zat waren. Nu ontpopt hij zich als een minstens even grote regent. Iemand die het beter denkt te weten en ook nog eens meent het land in bezit te hebben.

Zijn wortels liggen bij de VVD. Niet vreemd dat hij het met Rutte goed kan vinden. Zeker niet nu duidelijk is dat ze er dezelfde regenteske mentaliteit op na houden.
Als er iets een spoeddebat waard is, als er iets is waar journalisten om een nadere tekstverklaring mogen vragen, dan is het ons land. Wat bezielt de heren deze uitspraken te doen?

Democratisch experiment.

Stemmen Zin in een experimentje met onze democratie? Kom dan in actie om de hoogste opkomst ooit te bewerkstellingen. Volg ook de updates onderaan dit artikel.

De opkomst bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten is de laatste 20 jaar altijd lager geweest dan bij de landelijke en gemeenteraadsverkiezingen. Tradities moet je in ere houden, dus laten we het vandaag niet te gek maken. Maar nu wordt voorspeld dat deze keer de laagste opkomst ooit zal worden gehaald.
Laten we eens een experimentje uitvoeren: we gaan de opkomst opkrikken.

Doelstelling: een opkomstpercentage van 51 procent.
Dat zou 4,7 procent meer zijn dan bij de vorige PS-verkiezingen. Zo’n stijging kwam slechts twee maal eerder voor. In 1974 was de opkomst 6,2% hoger en in 1978 4,5% hoger dan de PS-verkiezingen daarvoor.
Bij de PS-verkiezingen in 2007 was de opkomst 46,3%. Laten we eens proberen 4,7% hoger uit te komen. Honderd procent is een onrealistisch ideaal, maar zou een ongekend resultaat zijn. De hoogste opkomst ooit, is in 1977 gehaald, bij de Tweede Kamerverkiezingen: 88 procent. Het is realistischer op een opkomst te mikken van rond de 50 procent.

Waarom?
Ach, er zijn redenen genoeg. Die redenen verschillen, afhankelijk van waar je staat. Rutte denkt dat zijn leven er van afhangt, de oppositie denkt Rutte op zijn plaats te kunnen zetten. Als dat redenen zijn die je boeien, ga dan zeker stemmen.
De belangrijkste reden trof ik aan in een weblogje van Stroomopwaarts. “In Arabië vechten ze om te mogen stemmen (…) We stemmen niet, maar zeiken pas als de snelweg voor de deur wordt aangelegd”.
Egyptenaren op het Tahrirplein begrijpen ook niet dat Nederlanders zo achteloos met hun democratische luxe omgaan en roepen ons op wel te gaan stemmen. Nu kun je zo je twijfels hebben over het nut van stemmen, maar zou het niet grappig zijn ‘de politiek’ eens te overvallen met een verrassing? Al was het maar om duidelijk te maken: wij hebben allemaal gestemd, dus nu wel echt luisteren naar het volk, ja?
Het is mooi weer vandaag, dus ga er even uit en maak een ommetje naar het stembureau. Goed voor de beweging, goed voor een eerste kleurtje op het gezicht en goed om deze verkiezingen tot de historische lente-verkiezingen aller tijden te maken.

Hoe?
Het gaat er op de niet-stemmers over te halen. Dus praat in op je collega’s, je familie, kennissen en vrienden. En zet je sociale media in. Als dat een behulpzaam middeltje is in minder democratische landen, waarom dan hier niet? Dus gebruik Twitter, Facebook, Hyves, weblogs om iedereen op te roepoen wel te gaan stemmen. Zorg ervoor dat op Twitter de hashtag #PS2011 vandaag de leidende trend wordt. Retweet oproepen om te gaan stemmen.

De stembussen sluiten om 21:00 uur. Tijd genoeg dus om de laatste twijfelaars over de streep te trekken. Laat eens zien dat wij in enkele uren kunnen bereiken wat politici nog niet is gelukt: kiezers massaal naar de stembus. Aan de slag!

Update 14:40 u.: Aan de opkomstcijfers zal het niets veranderen, wel aan het aantal uitgebrachte stemmen. Als je collega, familie of vrienden echt niet naar de stembus kunnen, vraag dan hun volmacht en breng hun stem uit.

De opkomst lijkt een fractie hoger dan vorige keer. Trek je niets aan van die berichten, maar blijf pr maken. De uren tussen 17:00 en 20:00 uur zijn belangrijker, en toit 21:00 uur zijn de stemlokalen open. Het zou mooi zijn als er, tegen alle verwachtingen in, het stemmen vanaf nu flink op gaat lopen.

Update 16:30 Rond 15:30 twitterde Maurice de Hond dat de opkomst al 4% hoger lag dan vorige keer en stijgende lijkt. Nog 0,7% er bij en we halen onze doelstelling van 51%. Op naar de 52 of hoger? Blijf de boodschap rondzingen en vergeet zelf niet naar de stembus te gaan.

Update 17:00 Een uur later meldde de VK dat de opkomst rond 15:30 nog steeds 4 tot 5% hoger was. Dat moeten we vast zien te houden, nog mooier is door te stomen naar 5 tot 6% meer. De komende uren worden het spannendst omdat nu de meeste mensen gaan stemmen. Heb jij nog niemand overgehaald wel te gaan stemmen. Die het a.u.b. nu dan. Peuter eventueel een volmacht los.
Zelf is het me gelukt 8 mensen over te halen. Meld hier hoeveel mensen jij over de streep hebt getrokken.

Update 19:57 Om 18:50 melden gemeenten nog steeds hogere opkomes. Rond 19:00 verwacht Maurice de Hond 7 tot 9% hogere opkomst. Doelstelling van ons democratisch experiment wordt bijgesteld: geen 4 tot 5% hogere opkomst maar 10%.
Nog 1 uur te gaan om de laatste niet-stemmers over te halen.

Update 20:10 De NOS meldt dat om 19:45 de opkomst rond de 48% ligt. Dat is bijna 2% hoger dan vorige keer. we zijn er dus nog niet. Heeft je buurman al gestemd? Heb je je oma al naar het stemburo gebracht? Zit je in de kroeg met je vrienden? Ga nog even stemmen, gewoon als experiment 😉

Update 21:00 uur. De stembussen zijn gesloten. Nu afwachten wat dit democratische experiment heeft opgelverd. In ieder geval zal de opkomst hoger zijn. Maar hoe hoog precies en heeft deze actie daartoe bijgedragen?
In afwachting van de uitlsag kun je in de reacties melden wat jij vandaag met het democratisch experiment hebt gedaan.

Update 21:08 Op de NOS maakt Van Mingelen net bekend dat opkomst boven de 50% zal uitkomen. Het democratisch experimetn is gelukt?

Update 21:40 Opkomst lijkt boven de 54% te komen. Dat is veel hoger dan de laatste 5 PS-verkiezingen en hoger dan de laatste gemeenteraadsverkiezing.
Het kan bijna niet anders of het democratisch experiment heeft hier aan bijgedragen. Iedereen die heeft meegwerrkt, alvast bedankt!

Update 22:50 Het doel van het democratisch experiment was een opkomst te vewerkstellingen van 50 tot 51 procent. De laatste prognoses wijzen op een opkomst van 54 procent. Meer dan de doelstelling en ruim 7% meer dan bij de vorige PS-verkiezingen.
Zodra de opkomst deifinitief bekend zal zijn, we hier nog even op terug.

Stilte voor het stemmen!

Vangnetje Vanavond doen politieke partijen een laatste poging zwevende kiezers te vangen. Leuke doelgroep. Twijfelaars, zwalkers. Wel een grote groep. De moeite waard om nog een televisiedebatje voor te houden? Waarna meteen een peiling natuurlijk. Wie voor de camera heeft gestotterd verlies een zeteltje, wie een avond lang de lachers op de hand kreeg, wint weer wat.

Verwacht wordt dat na vandaag
een miljoen mensen de Stemwijzer geraadpleegd zullen hebben. Dat doe je puur voor de lol, omdat je nog niet weet wat je zult stemmen of twijfels hebt. Dat zijn zeker zwevers. De grootste zwevers vind je onder 55-plussers en in de zuidelijke provincies, volgens EenVandaag.
Het is geen ramp dat kiezers zweven. Als het een goed recht is elk jaar over te stappen van de ene naar een andere ziektekostenverzekering, dan mag je zeker van partij wisselen. Maar liever op basis van een oordeel over de prestaties van een partij, dan op grond van Stemwijzers, peilingen en tv-debatten.

Politiek partijen moeten eigenlijk campagne voeren, door hun werk te doen. De kiezer moet dat beoordelen en niets anders. Eigenlijk zijn verkiezingscampagnes overbodig. Nou goed, geef de partijen een paar weken de kans hun kandidaten te presenteren en wat tekst en uitleg over de successen en missers te geven. Maar dan moet het over en uit zijn. Zeker een week, liefst twee weken of langer zou een complete verkiezingsstilte ingelast moeten worden.

Als dat geen wet kan worden, dan maar een gedragscode. Geen stilzwijgende afspraak, maar een luid uitgesproken belofte dat politici geen reclamestunts meer uithalen. Het houdt ze maar van hun dagelijkse verplichtingen: het land regeren of de regering controleren. Grappige one-liners, gevatte terechtwijzingen, afspraken, beloftes kunnen ze ook kwijt in de debatten die in ’s lands volksvertegenwoordigende zaaltjes gevoerd worden.

De stilte betreft ook peilingen en stemwijzers. Wat heeft een zwevende kiezer eraan een advies uit de stemwijzer te krijgen en in de peilingen te lezen dat hij er naast zit? Peilingen kunnen het stemmen enigszins beïnvloeden. Wie weet zijn er zwevers er voor kiezen die een partij, die net dat ene zeteltje nodig heeft, hun stem te gunnen. En stemwijzers zijn dodelijk voor het eigen gezonde verstand.

Stilte voor het stemmen a.u.b!

Stemmen voor rust of voor Rutte?

Protest In het vrije en democratische Nederland is de stembus een zwaar onderschat middel om een beetje rust in de tent te krijgen. De stembusuitslag bij de Tweede Kamerverkiezingen leidde tot een kabinet, dat de maatschappelijke rust niet ten goede komt. In de paar maanden dat Rutte I op gang kwam, werd het ineens ook een stuk drukker op de straten. Bevolkt met mensen die onrustig werden van de crisis- en herstelplannen.

Op de installatie van het kabinet Rutte volgden
drie maanden van maatschappelijk onrust, die culmineerde in een hete december. In heel 2010 waren er 34 tekenen van maatschappelijke onrust. Een groot deel (50%) betrof arbeidsconflicten (cao-onderhandelingen, reorganisaties, etc.), maar een bijna even groot deel (47%) betrof de bezuinigingsplannen van Rutte.
Dit jaar lijkt de onrust over Rutte’s plannen sterk toe te nemen. In twee maanden tijd waren er 19 onrustige momenten op de straten. De meeste arbeidsconflicten lijken opgelost en zijn voor nog maar voor 32% deel van de roering. De acties tegen de bezuinigingen zijn opgelopen tot 58 procent.

Februari is nu de topmaand van maatschappelijke onrust geworden (zie
dit exceldocument met een overzicht van alle onrust in 2010 en 2011). Het lijkt er toch sterk op dat crisismanager Rutte de grootste maatschappelijke onrust over zich heen krijgt. In 2008 schreef ik hier dat van alle premiers na 1945, Willem Drees en Jan Peter Balkenende degenen zijn, die veel volk in beweging kregen. Heeft Rutte soms een verborgen agenda en wil hij Drees en Balkenende naar de loef steken?

Het is iets om over na te denken voor je woensdag naar de stembus gaat. Rutte benadrukt hoe belangrijk deze verkiezingen zijn, om zijn plannen te steunen. Plannen waar steeds meer mensen erg onrustig van worden. De eerste gevolgen zijn voor velen al merkbaar geworden. Banen staan op het spel, groeiende onzekerheid over de financiële gevolgen en het wordt steeds duidelijker welke voorzieningen we gaan missen of meer voor moeten betalen. De onrust zal er alleen maar groter van worden.
Stem je woensdag voor Rutte of voor rust?

Hebben politici wel tijd voor democratie?

PSVerkiezing Wat kost democratie toch een smak tijd! Tijd is geld, dus ik vrees dat de verkiezingen voor de Provinciale Staten een spoedig herstel van de economie behoorlijk in de weg zit.
Al die politici die eigenlijk het land moeten redden, trekken door de provincies om reclame te maken. Dat hoort er bij en zolang dat in het geplande voorjaarsreces gebeurt, zou je nog kunnen zeggen dat ze dat in hun eigen tijd doen.

Maandag is het reces voorbij. Dit weekend gebruikten veel landelijke bestuurders en Kamerleden hun vrije tijd
voor de campagnes van hun partijen. Het mag al opmerkelijk heten, dat het reces niet is onderbroken voor brandende kwesties elders in de wereld. Maar goed, van Rutte weten we dat hij zoveel vertrouwen heeft in zijn ministers, dat hij zelf niet aan het werk hoeft. Dus Rosenthal was de enige die deze week even aan de bak moest om met Kamerleden van gedachten te wisselen over Libië.

Rutte kwam nog wel even naar buiten om te reageren op Wilders. Hij vond Wilders maar
belachelijk. Dat kostte hem de kop niet. Ach, liberalen onder elkaar, nietwaar? Of wat voor liberalen doorgaat. Zodra een CDA’er kritische noten zingt over de PVV, worden ze gemuilkorfd en in de ban gedaan. Daar had Verhagen het maar druk mee.

Na de verkiezingen gaan weer dagen, misschien zelfs weken, verloren aan het formeren van de provinciale besturen. Ik voorspel dat er hier en daar een gekozen Statenlid zal afvallen, omdat ineens bekend wordt dat er op zijn c.v. een knokpartijtje in een kroeg of frauduleuze praktijken staan, die eerder over het hoofd waren gezien. Er is één partij die daarin grossiert en dat houdt de boel ook maar op.

Tel je alle recessen bij elkaar op, reken je campagnes en het reageren op elkaars uitspraken mee, dan vraag je je af: waar halen ze de tijd vandaan om te regeren?
Of is het mooie van onze democratie, dat er juist niet wordt geregeerd?