Censuur! Censuur!

Censuur Majesteit heeft een benauwde kerst gehad, blijkt nu bekend is geworden dat De Premier haar de mond zou hebben gesnoerd. “Ze heeft allerlei dingen niet kunnen zeggen die ze wou zeggen, omdat de PVV het daar niet mee eens zou zijn”, zo wordt Huub Oosterhuis in diverse media geciteerd, naar aanleiding van een interview met de ‘royalty watchers’ van de EO.

De belhamels van klokkenluidersclub Winiliegt hebben de tape laten lekken van een gesprek tussen de Premier en Majesteit, voorafgaand aan de kersttoespraak. Nee, niet de tape waarmee de mond zou zijn gesnoerd, maar de bandopname waarmee het gesprek is afgeluisterd. Hier een gedeelte uit dat gesprek.

Premier: “Zo mevrouw, is het een beetje gelukt met de tekst?”
Majesteit: “Wil je me aanspreken met Majesteit? Je komt net kijken als premier, dus meer respect!”

Premier: “Excuus. Ik dacht, we kennen elkaar toch langer en….”
Majesteit: “Denken is niet je sterkste kant en ja, we kennen elkaar langer. Dus ik heb je wel door, snotneus. Eerbiedig in ieder geval de constitutionele afstand, wil je?”

Premier:”Juist. Blieft u een kopje thee?”
Majesteit: “Je kent me toch langer, zei je?”

Premier: “Okee, okee, ik zal even voor de jenever bellen. Vertelt u ondertussen eens, wat het gaat worden met kerst?”
Majesteit: “Ik maak me zorgen. En niet de gebruikelijke obligate zorgen. Neen, ik wil Het Volk waarschuwen”.

Premier: “Nou, ik denk niet ….”
Majesteit: “Goed zo! Volhouden!”

Premier: “Ik bedoel, ik zie geen aanleiding voor grote zorgen. Leest u eens voor wat u zo in gedachten had, alstublieft”.
Majesteit (zucht diep): “Lieve onderdanen, zo langzamerhand hebben Wij meer dan genoeg van dat enge kereltje dat in zijn egocentrische hoogmoed….”

Premier: “Ho,ho, Majesteit. U kunt zo niet over Maxime….”
Majesteit: “Maxime? Maxime?! Hoe kom jij erbij dat ik het over Verhagen heb? Lekkere samenwerking hebben jullie, als jij hem een eng kereltje vindt”.

Premier: “Sorry. Begint u nog eens. Die zucht moet u er in houden. Die doet het altijd geweldig”.
Majesteit (zucht nog eens): “Dat stuk onbenullig blond haatzaaiertje, splijt de samenleving…”

Premier: “Wacht eens even…”
Majesteit: “Hoezo? Iets mis met mijn dictie?”

Premier: “Nee, u bent duidelijk. Maar dat kunt u niet zeggen”.
Majesteit: “Twijfelt u aan mijn spraakvermogen?”

Premier (zucht ontzettend diep)
Majesteit: “Hee, da’s plagiaat!”

Premier: “Majesteit, u kunt dat niet zeggen. Daar krijgen we de grootste moeilijkheden mee”.
Majesteit: “Kan zijn, maar ik wil nu eens openhartig de waarheid spreken”.

Premier: “Luister, die etterbak had vorig jaar…”
Majesteit: Ha! Dus jij vind hem ook een minkukel!”

Premier: “Majesteit, ik heb daar niets meer in te vinden. U weet ook wel hoeveel mensen op hem stemmen en we mogen god op onze blote knietjes bedanken dat hij ons gedoogt”.
Majesteit: “Ik ben volkomen op de hoogte. Ik mag dan majesteit zijn, ik ben niet achterlijk. Jullie hebben toch in de regeringsverklaring op laten nemen dat jullie verschillend denken over het bashen van een deel van Het Volk?”

Premier: “Ja, ja, maar dat kunt u toch benoemen met termen als ‘wederzijds respect’ en ‘vrijheid van meningsuiting’?”
Majesteit: “Nou, hij heeft anders geen enkel respect voor mijn meningsuiting. En dat ga ik hem nu eens flink inpeperen!”

Verder op de tape blijkt dat de aangerukte jenever haar uitwerking niet heeft gemist. Majesteit’s standvastigheid wankelt. De premier heeft nog heel wat geschrapt en geschaafd, moest een paar keer dreigen zijn ministeriële verantwoordelijkheid uit te oefenen door bezuinigingen op het vorstendom op te voeren, maar majesteit ging uiteindelijk akkoord met:

“Uiteenlopende opvattingen horen natuurlijk bij een open samenleving. We kunnen de verschillen niet ontkennen maar moeten ze zien als startpunt voor maatschappelijke dialoog. Het is niet nodig elkaar te overtuigen om elkaar te verdragen. Dát is de basis van wederzijds respect”.

De inspanningen van de premier hebben geholpen. In plaats
van woede, wist het gecensureerde onderwerp zich in te houden en volstond met een smalende reactie.

Steun de roependen in de woestijnen.

NafrMO Gisteren vroeg ik me af waarom het in de Nederlandse blog- en twittersfeer zoveel rustiger is over de protesten in de Noord-Afrikaanse, Midden-Oosten en Aziatische landen, dan tijdens de Egyptische rally’s. Treedt er mediamoeheid op? Zijn er twijfels over de aard en afloop van de protesten? Leeft het minder omdat er geen live televisiebeelden zijn?

Er is minder zichtbaar, maar de ernst is er niet minder om. In Bahrein en Libië heeft het leger mensen doodgeschoten. Toch gaan ook vandaag weer mensen de straat op om meer vrijheid te eisen. Voor morgen staan demonstraties gepland in Algerije en Marokko. In Jemen blijft het onrustig en ondertussen heeft ook Djibouti zich bij de ontwikkelingen aangesloten. Ook in Koeweit waren er protesten. Hier gingen statenlozen de straat op om een einde van hun pariabestaan te eisen.

Misschien wordt het ons teveel? Het is niet mee goed bij te houden. Wat op 17 december 2010 in Tunesië begon, had snel gevolgen in Jordanië, Jemen, Algerije. Egypte, Syrië, Bahrein, Iran, Libië, Irak, Djibouti en Oman (chronologische volgorde, zie
dit NOS-overzicht).
Zowel in Tunesië als in Egypte, de twee inspirerende voorbeelden voor de andere landen, is de onrust nog niet voorbij. De overheid heeft toegezegd de gewenste veranderingen door te zullen voeren. Dat kost natuurlijk tijd. In die tijd is niet iedereen even gerust over de goede afloop.

In Egypte probeert het leger de rust te herstellen, onder andere omdat de economie flink te lijden heeft onder de openbare manifestaties. Er is een stakingsverbod afgekondigd. En dat maakt de mensen opnieuw argwanend. Een staking kunnen houden hoort immers tot een van die vrijheden waar het ze om te doen is? Misschien willen de Egyptenaren wel over tot de orde van de dag, maar zo’n verbod kan wel eens nieuw olie op het vuur zijn.

Maar goed, in Egypte is men een stapje verder dan in de andere landen. Waarom krijgen die niet de massale aandacht en steun, die de Egyptenaren mede heeft geholpen vol te houden? Worden in Libië, Bahrein, Iran en Irak andere eisen gesteld dan in Tunesië en Egypte?
Nee. In alle gevallen gaat het om meer vrijheid. Aan de basis van de onrust lijkt het hier en daar om rivaliteit tussen bevolkingsgroepen te gaan (Libië en Irak bijvoorbeeld), maar in wezen gaat het om protesten tegen de dominantie van regimes, die niet beroerd zijn om de bevolkingsgroep waartoe ze zelf behoren, met corruptie en geweld de overheersende posities en rijkdom toe te bedelen.

Hier voeren we discussies over wat vrijheid in moet houden. Wel of geen scherpe cartoons, wel of geen politieke partijen met een bedenkelijk programma. Die discussie moet ook worden gevoerd. Vrijheid is geen objectieve waarheid. Het is wel zo prettig dat je het daar over kan hebben, zonder van de straat geknald te worden. Dat is de enige reden, waarom de roependen in de woestijnen van Noord-Afrika en Azië onze steun verdienen.

Als we ze wel willen steunen, hoe kan dat dan? Om te beginnen door op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen. Het zal de media en hopelijk ook de mensen in die landen, niet ontgaan dat er massaal wordt afgestemd op de nieuwsgaring uit (onder andere) Bahrein, waar het leger zich heeft teruggetrokken, maar de politie
nog wel optreedt tegen demonstranten. Of uit Algerije, waar de politie vandaag demonstraten van de straat knuppelt. Volg het nieuws over Marokko, waar de regering heeft beloofd rustig te reageren op de aangekondigde demonstraties van morgen. Volg ook de live blogs van Al JAzeera over Libië, Bahrein, Algerije en Egypte.

Verder kun je de sociale media gebruiken om te reageren op berichten die nog wel over de wereld worden gestuurd via Twitter, Facebook of Youtube. Libië heeft die kanalen dichtgegooid, maar dat betekent niet dat er op de vrije kanalen gezwegen moet worden over dat land.
Tot slot: Obama heeft het geweld veroordeelt. Dat kunnen we ook eisen van onze regering. Rutte en Rosenthal hoeven niet te wachten tot de EU-bijeenkomst op maandag. Rutte mag zijn weekendje skiën afbreken, om ambassadeurs van de gewelddadige regimes op het matje te roepen. Rosenthal mag nu al verzinnen welke concrete stappen hij gaat voorstellen. Dat mag, dat moet massaal getwitterd, geblogt en gemaild worden. Zoek de twitteraccounts van Rutte, Rosenthal en het ministerie van Buitenlandse Zaken maar op. Of stuur mails via de websites van Algemene Zaken (Rutte) en Buitenlandse Zaken.

Krijgen de roependen in de woestijn je steun?

Twitterstilte na de storm in de woestijn?

N-Afrika Er zijn roependen in de woestijn.Dat ongepolijst landschap, waar zoveel ruimte is maar waar weinigen het voor het zeggen hebben.
Tunesiërs wacht de aangekondigde veranderingen af, door in grote getale het land te ontvluchten. Egyptenaren gaan met een nieuwe mars de omwenteling vieren. Ze werden nog gehoord. Hun geroep werd dagelijks gevolgd door miljoen anderen over heel de wereld.
Hoe vergaat het de roependen in Algerije, Jemen, Iran, Bahrein, Libië, Jordanië, Irak, Syrië en Marokko?

In Marokko wil men
aanstaande zondag de straat op te gaan. De overheid zegt naar de demonstraten te zullen luisteren. Een andere aanpak dan in Syrië, waar de eerste protesten meteen de kop in werden gedrukt, door de initiatiefnemer op te pakken. Daar lijkt het nu stil. In andere landen kan de harde hand van de overheid niet voorkomen dat er telkens toch weer mensen de straat op gaan.
In Algerije is voor aanstaande zaterdag een demonstratie gepland, ook al heeft de regering beloofd eind deze maand de jarenlange noodtoestand op te heffen. Vandaag vielen doden en gewonden in Jemen bij hun dag van de woede. Zondag wil de Iraanse oppositie de straat op, terwijl vandaag hun tegenstanders roepen om executie van de oppositieleiders.
In het oliestaatje Bahrein probeert het leger de straten rustig te houden en in Libië hield Kadhafi een rondritje om te tonen dar er niets aan de hand is. In Jordanië laait het protest op en in Irak is een brug bezet, nadat woensdag al mensen de straat op gingen en met geweld er weer van afgejaagd werden.

De eisen van de oproerkraaiers lijken uiten te lopen maar overal klinkt de roep om meer vrijheid en minder armoe. Lang zittende regimes moeten opkrassen, beperkingen van vrijheden moeten worden opgeheven en er moet een einde komen aan corruptie, werkeloosheid en de vaak idiote verschillen tussen arm en rijk.
Het moest er een keer van komen. De mensen in Noord-Afrika en het Midden-Oosten ruiken hun kans, mede door de inspirerende voorbeelden uit Tunesië en Egypte. Met name Egypte moet de mensen een hart onder de riem hebben gestoken. Heel de wereld keek mee, heel de wereld leefde mee. En niet zomaar.

Elders in de wereld, ook in Nederland, hield men elkaar op de hoogte van de ontwikkelingen via internetmedia. Zodra er ook maar een blogger was opgepakt, wisten we het binnen een uur. Daarnaast werd er getwitterd over de soms iets te terughoudende reacties van sommige regeringen in de vrije landen. En daar dreigt het nu mis te gaan. Blijkt de zogenaamde kracht van de sociale media, na Egypte, nu ook een internetzeepbel?

Er lijkt mij geen enkele reden de mensen in de nu onrustige landen geen steun te geven bij hun roep om meer vrijheid en meer welvaart. Het heeft niet zoveel zin de koffers te pakken en massaal af te reizen naar deze doorgaans toeristische paradijsjes.
Bovendien zullen de burgers het zelf moeten doen, er vanuitgaand dat ze zelf wel het beste weet welke kant het met hun land opmoet. Maar moeten ze nu het gevoel krijgen dat alleen Egypte ons interesseert en de rest ons niets kan schelen?

Waarom niet via twitter en mails eisen van onze regering, dat ze de regimes manen geen geweld tegen de demonstraten te gebruiken? Ambassadeurs op het matje roepen. Met spoed een EU-bijeenkomst beleggen om concrete steun aan de roependen in de woestijn te organiseren.
De regimes gaan niet opzij als de burgers niets doen en zeker niet als de rest van de wereld het op zijn beloop laat.

Grote Broer schaamt zich nergens meer voor.

Cybercrime Weet je wat, dacht ergens een ambtenaar, ze willen openbaarheid, dan krijgen ze openbaarheid. Maar toch niet alle openbaarheid, jammerde zijn baas nog. Tuurlijk niet, zei de ambtenaar. Gewoon wat ‘bits and pieces’. Kinderporno en pubers, dat werk.
Denk je dat ze dat pikken, vroeg de baas, toch wat ongerust. Man, zei de ambtenaar, heb je tot nu toe ook maar één klacht gehad?

Niet dus. Ja, een paar verdwaalde idealisten mekkeren wat over de reikwijdte van Grote Broer’s ogen, maar verder lijkt iedereen het wel best te vinden. Men denkt dat het wel meevalt met die Grote Broer. Iets uit spannende tv-thrillers of hooguit iets wat alleen in Amerika of China voorkomt. En de mensen die moeten toegeven dat we wel erg in de gaten worden gehouden, verzuchten dat het toch alleen om anti-terreurmaatregelen gaat en de aanpak van kinderporno. Die pubers, moeten trouwens helemaal niet lopen klieren op internet.

Nu had de cyberpolitie akelig snel een stagiaire in de kraag, die wat onzin op twitter gooide. Het meiske plaatste een bommelding en tiwtterde: “en nu maar wachten”. Dat mocht ze in een politiecel doen. Inmiddels is de trots
van HP/DeTijd weer vrij. Deze rebelse meid had tijdens haar snuffelstage bij HP/DeTijd al eens iemand tegen de haren gestreken, maar dat was volkomen terecht, meende de Raad voor Journalistiek. De succesvolle stagiaire is nu in afwachting van een fikse boete.

Justitie had eerder nog zo wat pubers te pakken. Jongens die meenden mee te moeten doen aan het platleggen van websites van bedrijven die het Wikileaks lastig wilden malen. De cyberpolitie had ze
zo te grazen.
Waar ze tijd vandaan halen om uit al dat internetverkeer juist deze gevallen te lichten. Want de cyberpolitie had het al druk om, ook probleemjeugd in de gaten te houden. Kijk eens aan, daar zal niemand moeite mee hebben.

Men had het toch zo druk met echte terroristen en kinderpornografen? Nou, er mag dan geen enkele terrorist gepakt zijn, viezerds hebben ze wel gevonden. Niet door het koekeloeren op internet. Dat dan weer niet. De vunzigerds kwamen boven drijven naar aanleiding tips van
buitenlandse collega’s of bij andere delicten. In de wandelgangen gaat het gerucht dat kinderporno veel moeilijker is te detecteren op internet dan een scheitlollig tweetje van een stagiaire.

Wat in ieder geval duidelijk is: je internetverkeer en je telefoongesprekken worden in de gaten gehouden. En wat men over het hoofd ziet, vraagt de cyberpolitie gewoon op bij je provider. Vorig jaar werd
2,6 miljoen keer ip-adressen, mailadressen en telefoonnummers gecheckt. Niet dat er 2,6 miljoen inbraken waren. Dat waren er ruim 72 duizend. Veel te veel, maar geen miljoenen.
En er waren ook geen 2,6 miljoen bommeldingen. In 2009 waren er op Schiphol alleen al 62! Er worden door heel het land veel vaker valse bommeldingen gedaan, zoals van die HP/DeTijd-stagiaire. Hoeveel precies wil men niet bekend maken, omdat bekendmakingen tot nieuwe, valse bommeldingen leiden. Zieke grappen zijn besmettelijk, maar komen ook geen 2,6 miljoen keer voor.

Ineens besef ik me dat dit artikeltje beter niet op het internet geplempd moet worden. Ik heb nu al vier keer het woord ‘bommelding’ gebruikt (dit was dus de vijfde). Het zal wel nergens toe leiden, omdat ik niemand dood wens, maar al dat gekoekeloer achter de schermen, maakt toch voorzichtig. Het woordje ‘bommelding’ kunnen we missen als kiespijn. Daar wordt de taal niet armer van. De eerste de beste terrorist weet er wel een ander woord voor te verzinnen. Eentje die de cyberpolitie nog niet in verband met een aanslagdreiging brengt.

Ik heb geen idee waarom ik er toch kriegel wordt van het idee dat er nu iemand of een computer mee zit te loeren. Vroeger, toen ik wel eens een echte krant of een echt boek las, vond ik het ook vervelend als,iemand over mijn schouder meelas. Daar zal het wel mee te maken hebben, denk je niet?

Wat zeg je? Je denkt niet? Dat kan ik me nu gloeiend voorstellen. Dat er geen enkele schaamte meer is om jan en alleman in de gaten te houden is één ding. Dat niemand zich daar zorgen over maakt is wat anders. Is het dan zo normaal dat de overheid alles van iedereen wil weten, om een paar wetsovertreders en wat pestende pubers op te snorren?

De stemming zit er goed in.

Boos Het is niet meer bij te houden hoe vaak, maar weer is Wilders boos. Nu om kinderen die in een filmpje uitleggen waarom ze niet op de PVV gaan stemmen.

Wilders wordt er nog wel eens van beschuldigd maar één thema op zijn politieke programma te hebben staan. Het zou hem alleen om de islam te doen zijn. Met die kritiek wordt de man schromelijk tekort gedaan. Zijn tegenstanders zouden zijn programma eens serieus moeten bekijken. Het brede terrein dat Wilders bestrijkt is imposant. Zeker, hij doet wat narrig over de islam. Maar er is meer.

Wilder is boos op
een cartoonist. Wilders is woedend op de koningin. Wilders is furieus op een korpschef. Wilders is kwaad op een ambassadeur. Wilders is woest op een schoolhoofd.
Hij is boos op de Rijksdienst voor het wegverkeer, ziedend op wetenschappers, Boos op de NOS en op boos op Kinderen voor kinderen. Boos op leermiddelen en boos op Verhagen. Boos ook op Ger Leers. En op minister Rosenthal.

Een dag niet boos geweest, is een dag niet geleefd. Dat moet het motto van Wilders zijn. En hij heeft er succes mee. Wie zijn naam bij google intikt, ziet een indrukwekkende lijst van zaken die Wilders heeft bereikt met zijn
boosheid en woede. Onbegrijpelijk dat de immer blije Rutte zoveel meer stemmen heeft gehaald, dan de boze Wilders.

Zou hij het soms geleerd hebben van Balkenende? Die kon er
ook wat van. Nee, dat zal niet want Wilders was ook boos op Balkenende. Het is waarschijnlijker dat hij het van Rutte heeft geleerd. Rutte was boos op collega’s en op de televisie. Logisch dat Wilders Rutte gedoogd. Inclusief Verhagen, want ook hij kan boos zijn. Op burgemeesters en op de Fifa. Okee, hij is ook wel eens boos geweest op Wilders, maar dat mag geen naam hebben.
Maar wat echte boosheid betreft, moeten Rutte en Verhagen in Wilders toch hun meerdere erkennen.

Vrijheid, blijheid. Een Nederlands gezegde, waar Wilders een verfrissend nieuwe dimensie aan heeft gegeven.

Voor welvaart en vrijheid.

Spandoek Waar in Nederland hebben we nou een mediamiek plein, waar alle maatschappelijke onrust bij elkaar kan komen om Rutte tot de orde te roepen? Het Plein in Den Haag is wekelijks al een plek waar petities worden aangeboden en een enkele demonstratie wordt toegelaten, maar dat plein is veel te klein. Het Malieveld of het Museumplein zijn wat groter en traditioneel ook verzamelpunten van Neerlands onvrede. Beide plekken zijn weer wel geschikt om tenten op te slaan.

Maar zie je het al voor je dat hier duizenden mensen een week of twee elke dag bij elkaar komen om de regering tot andere gedachten te dwingen? Nee? Toch is dat al bijna 3 maanden aan de gang.
Er zijn natuurlijk grote verschillen met Tunesië, Algerije, Egypte, Jemen, Bahrein en Iran. De belangrijkste verschillen zijn dat je hier niet van de straat geknuppeld wordt en dat het hier om behoud van welvaart gaat, in plaats van een gevecht tegen de armoede.

Vrijheid en welvaart. Waarom zouden wij de straat opgaan, als we daar meer dan genoeg van hebben? Het lijkt ver gezocht, maar juist nu zouden we de straat op moeten gaan, om daarmee ook duidelijk te maken aan de Egyptenaren en hun buren dat het de moeite waar is voor vrijheid en welvaart te op te komen. Om te laten zien dat er niet zomaar op vrijheid en welvaart te beknibbelen valt.
Voor alle duidelijkheid: ik vind elke centimeter vrijheid en welvaart die de Noord-Afrikanen nu binnen weten te slepen belangrijker, dan dat mijn seniorenverlof uit de cao wordt gekieperd. Wat ik wel even belangrijk vind, is dat er nooit mensen getroffen moeten worden door maatregelen, die voortkomen uit een toestand waar zij geen debet aan hebben, laat staan iets over te zeggen hebben.

Hier hebben we het over de gevolgen van de kredietcrisis. Toen deze volop “floreerde” hoorde je nog wel eens verzuchten dat het huidige economische stelsel zijn failliet heeft bewezen en eens flink op de schop moest. Daar hoor je nu nauwelijks meer iets over. Dat heeft plaats gemaakt voor de ‘dringende noodzaak tot bezuinigingen’.
Toch lijkt lang niet iedereen overtuigd van de mate waarin en de manier waarop er bezuinigd moet worden. Sinds Rutte verkondigde dat “iedereen er wel iets van zal merken”, lijkt iedereen die boodschap retour te zenden.

Vorig jaar waren er zeker 34 acties die voor maatschappelijke onrust zorgden. Een gemiddelde van 2,8 per maand. Het hoogtepunt lag in december met 10 acties, waarvan er 6 de bezuinigingen betroffen. Over heel 2010 waren er 17 acties die arbeidsconflicten betroffen, 16 die over de bezuinigingen gingen en 1 die over vrijheid ging. Dat was de hackersactie tegen instellingen die het Wikileaks moeilijk probeerde te maken (zie ook
dit artikel).

We zijn anderhalve maand verder in 2011 en met de acties in het openbaar vervoer, lijken januari en februari het hoogtepunt van de hete december te overtreffen. Studentenacties, acties tegen bezuinigingen op natuurbeheer, protesterende militairen, ouders die protesteren tegen de bezuinigingen in het speciaal onderwijs en continu oplopende arbeidsconflicten brengen de teller op 14 manifestaties van maatschappelijke onrust.
Het gemiddelde staat al op 7 per maand. Acht acties tegen de bezuinigingen, vijf arbeidsconflicten en een andere actie. Een actie van varkensboeren tegen de prijsverlagingen die slachterijen en supermarkten doorvoerden.
In deze excelsheet een overzicht. Links de acties van 2011, scroll in het document naar rechts voor het overzicht van 2010.

Al bijna drie maanden lang is er volk in beweging. Hoe lang moet dat duren voor Rutte buigt? Het volk is nog niet verzameld op het Binnenhof, dat trouwens bij een beetje demonstratie al wordt afgegrendeld. Ook hier zijn grenzen aan bepaalde vrijheden. Zoals ook de internetactivisten merkten, toen ze meededen aan de Anonymousacties voor Wikileaks. Minister Opstelten kondigde meteen
beperking van internetvrijheden aan.
We krijgen de vrijheid om ons met een vaartje van 130 km per uur voort te snellen naar de eerstvolgende file. Een vrijheid die scherp in de gaten wordt gehouden, als het aan het kabinet ligt. Gewoon, omdat ook u een crimineel kan zijn.

Of op weg naar het Binnenhof?

Luxe massaal gerecyled.

Afval Vol trots complimenteert de stichting die afgedankte huishoudelijke apparaten inzamelt, ons met onze properheid. In 2010 hebben we meer dan 100 miljoen kilo’s ingeleverd bij het recyclebedrijf. Ruim 22 miljoen kilo’s meer dan in 2009.

Da’s mooi, want je moet er niet aan denken als we dat allemaal in de sloten achter de huizen hadden geflikkerd. We zijn dus een keurig volk. Nog niet netjes genoeg, want kleine elektrische apparaten verdwijnen na gebruik nog teveel tussen het gewone afval. Niet meer doen, jongens en meisjes! Help dat bedrijf nou een beetje en lever ook de koffiezetapparaten, de staafmixers en het elektrisch broodmes in.

De grootste stijging is behaald met witgoedapparaten. De wasmachines en de drogers. Ruim 31 miljoen kilo van dat spul is weggedaan. Een gemiddelde wasmachine weegt 83,5 kilo, dus dan hebben het over ruim 375 duizend witwassers.
De bijna 25 miljoen kilo aan koel- en vrieskasten staan gelijk aan een dikke 663 duizend koelkasten. Gooien we echt meer dan 1 miljoen van die apparaten weg?

In 2010 is er in totaal 27 procent meer aan diverse apparaten naar de recycling gegaan. Volgens
inzamelaar Wecyle is dat te danken aan de moeite die winkeliers en gemeenten doen om de spullen bij de burgers weg te krijgen.
Nou moet die burger wel afstand doen van de apparatuur en dat doet hij alleen als hij een nieuwe koopt. Mij maak je niet wijs dat er in 2010 ruim een miljoen wasmachines en koelkasten kapot zijn gegaan. Dus we recyclen niet alleen ons afval, we recyclen ook doodleuk onze luxe.

De crisis zal wel voorbij zijn.

Tijd is een ogenblik.

Drosteblik Het moment dat je het leven in een ogenblik aan je voorbij ziet trekken, is misschien het enige moment waarop tijd het meest waarheidsgetrouw in beeld is. Hetzelfde moment omvat verleden en heden. De toekomst(verwachting) is op dat bijzondere moment ook duidelijk.

Tijd stellen we ons voor als een continu proces, waar de zon de dagen markeert en de draaiing van de aarde de seizoenen regelt. Daar hebben we wat kunstmatige zaken aan toegevoegd om een eigen orde daarin te scheppen. De kalender en de klok.
Wat er binnen die natuurlijke en kunstmatige tijd gebeurt, wordt beschreven en zo ontstaan verhalen van verleden en heden. De toekomst zou gedeeltelijk voorspeld kunnen worden, door verleden en heden grondig te analyseren. We gaan er wel van uit dat er een toekomst is.

Van het verleden wordt gedacht dat die niet van deze tijd is. Het kan gewoon niet in het heden plaatsvinden. Net zoals het heden morgen geschiedenis is en vandaag dus niet in de toekomst kan bestaan.
Het grappige is, dat niemand tijd als een onafhankelijk, op zichzelf staand verschijnsel ziet. Voor gelovigen begint de tijd bij de schepping. Maya-adepten menen dat tijd uit kosmische cycli bestaat. En wie niet zo spiritueel is ingesteld, hangt gewoon het heden-verleden-toekomst-lijntje aan, zonder toeters en bellen.

Het komt er op neer dat er a). zonder tijd geen leven is en b). zonder kunstmatige duiding van de tijd geen zin van het leven.
Toelichting bij a).: Al de zon alsmaar aan de hemel staat, zonder op- of onder te gaan, zouden wij zeker niet bestaan. Zoveel heeft de wetenschap wel bewezen.
Toelichting bij b).: Zonder menselijke ingrepen in de tijd, zouden we geen glorieuze of dramatische geschiedenissen kennen, geen heden hebben om geschiedenis van te maken en geen toekomst kennen om naar onze hand te zetten. Dan valt eigenlijk alle zingeving weg.

Onze alledaagse perceptie van tijd geeft heel wat houvast. Dus moeten we die maar laten voor wat het is. Bovendien: als iemand met een totaal andere perceptie komt, kun je de klok er op gelijk zetten dat-ie naar de GGZ wordt doorverwezen. U snapt het al: ik ga dat risico nemen.
Waarom? Omdat perceptie en werkelijkheid zelden hetzelfde zijn. Iemands perceptie is op zijn minst de onwerkelijkheid van iemand anders zijn perceptie. Hoewel we een mensengeschiedenis lang er niet zijn uitgekomen, blijf ik de vraag interessant vinden of er buiten ieders perceptie nog een werkelijkheid op zich is.

Zou er buiten onze perceptie van tijd, ook een werkelijke tijd bestaan? Ik waag een gokje. Ja, die is er.
Tijd is een blik. Een ruimte waarbinnen alles zich herhaalt. Het wiel wordt telkens opnieuw uitgevonden, tal van processen voltrekken zich in cyclische herhaling, ofwel: de geschiedenis vertoont gedaantewisselingen, maar is in de kern zijn eigen replicatie. Tijd lijkt meer op een Drosteblikje, dan op een door de eeuwigheid snellende lijn.
Tijd is een opeenstapeling van gebeurtenissen, geen lineair continuüm van oorzaak en gevolg.

Tijd is niet meer dan hier en nu. Eén ogenblik. Dat maakt het mogelijk naar een verleden te kijken en naar een toekomst uit te zien. Dat gebeurt allemaal wel in dat hier en nu. En omdat tijd niet meer is dan dat, herhaalt alles zich ook.
Deze opvatting van tijd kan alleen maar waar zijn, als het ook echt waar is dat alles zich inderdaad herhaalt. Daar heb ik wel een mening over, maar geen keiharde bewijzen. Dat is dus iets om nog over na te denken, als ik daar de tijd voor heb.

Daar komt de nieuwe kerncentrale.

Borssele De bouw van een nieuwe kerncentrale kan in 2015 beginnen, zo maakte de ministerraad afgelopen vrijdag bekend. Veiligheid en zorgvuldigheid staan hoog in het vaandel, volgens minister Verhagen in een brief aan de Tweede Kamer.

De kans is groot dat die kerncentrale in Borssele wordt gebouwd. De bewoners in de omgeving van dit nucleaire plaatsje zijn al gewend aan een kerncentrale. Hun vertrouwen in de veiligheid en zorgvuldigheid is zo groot, dat ze in december nog massaal
jodiumtabletten insloegen. Zo’n tabletje helpt als de kerncentrale gaat lekken. En tegenwoordig lekt er van alles, dus waarom zo’n centrale niet, moeten de Zeelanders hebben gedacht.
Delta, een van de bedrijven die graag de nieuwe kerncentrale wil bouwen, is uiterst tevreden met de plannen van het kabinet.

In
zijn brief (pdf!) aan de Tweede Kamer schrijft Verhagen dat hij deze kabinetsperiode de vergunningen rond wil hebben. Uiteraard zo zorgvuldig mogelijk, maar “aangezien hetongewenst is om gedurende het proces de spelregels te veranderen, wil ik op dit moment duidelijkheid verschaffen over hoofdlijnen van de randvoorwaarden van het kabinet”. Ofwel: ik leg nu de spelregels vast en daar heeft u het maar mee te doen.

De duidelijkheid die vervolgens wordt geboden, is dat er nog veel onduidelijk is. Om te beginnen de financiering. Verhagen stelt dat het de overheid geen cent gaat kosten. Dan heeft hij het over de Rijkskas. Het Rijk bezuinigt er flink op los, dus een mogelijk omstreden financiering van een kerncentrale is lastig te verkopen. Dat geldt ook voor provincies en gemeenten. En daar zit een addertje onder het gras.
Delta, mede-eigenaar van de huidige kerncentrale in Borssele, moet op zoek naar geld voor de tweede kerncentrale. Essent, ook aandeelhouder in Borssele, wilde haar aandelen verpatsen aan een Duitse firma. Dat had een leuke som geld op kunnen leveren, maar Delta stapte naar de Hoge Raad om de verkoop te verbieden. Met succes. De Raad oordeelde dat de aandelen geheel in overheidshanden mochten blijven.
Hoe de nieuwe kerncentrale dan wel aan het nodige geld moet komen, zonder dat welke overheid dan ook er in investeert, is nu dus een raadsel.

En dan de eindeloze discussie over de veiligheid. Die spitst zich vooral toe op de berging van het radioactieve afval. Verhagen wijst op het nog lopende onderzoek OPERA (Onderzoeksprogramma Eindberging Radioactief Afval). Een onderzoek dat conclusies van 10 tot 20 jaar geleden, opnieuw onder de loep neemt.
Verhagen is zich bewust van de maatschappelijke gevoeligheid ten aanzien van radioactief afval en belooft dat “de resultaten van OPERA zullen worden meegenomen bij de totstandkoming van mijn standpunt over de stappen om te komen tot een eindbestemming voor het radioactieve afval”.
Wat nu als in 2014 (wanneer het onderzoek klaar moet zijn) blijkt dat berging problematisch blijft? Wordt dan het hele proces afgeblazen?

Of gaat het kabinet dan weer de oppositiepartijen zodanig bewerken, dat er net zo’n meerderheid te halen valt als bij de Afghanistanmissie?
In Verhagen’s brief staat in ieder geval al een handreiking naar GroenLinks. De berging van radioactief afval moet voldoen aan de eis van terugneembare eindverwerking. Anders gezegd: het moet diep de grond in, maar ook zo weer naar boven te halen, als er iets mis gaat.

Deze keer heeft GroenLinks wel een poot om stijf te houden. Overheden en bedrijven investeren zo de nodige miljoenen in kernenergie. Miljoenen die niet benut kunnen worden voor veiliger energieopwekking. Daar gaat GroenLinks de minister eens
over ondervagen.
Wat zal Verhagen die partij bieden, om ze over de streep te trekken?

Het museum is dood. Leve het museum.

Museum Als musea niet dichtgaan wegens bezuinigingen, zijn ze wel dicht wegens verbouwingen of sluiten ze de deuren wegens gebrek aan bezoekers. Zoals elke patatkraam, moet ook een museum het van de bezoekers hebben. En hoewel ik het vaak veel te druk vind in ’s lands kunstbewaarinstellingen, trekken de musea zich niets aan van zonderlingen, die graag in alle rust en stilte, een kunstzinnig contemplatief moment zoeken.

Er zijn genoeg redenen om aan te nemen dat het niet lang meer duurt, of het is gedaan met musea. Het is ook niet van deze tijd om een kunstwerkje op te hangen en dat te verwachten dat hele drommen mensen daar een uurtje naar gaan staren. Dat beseffen de musea ook wel en ze zijn daarom al jaren bezig het museum interactief te maken. Het publiek mag ook iets doen in of met het museum. Daar zit ook de oplossing om te ontsnappen aan de poging van Rutte I de kunst om zeep te brengen.

De Bankgiroloterij
snelt de musea te hulp. Tientallen miljoenen zijn gestort (pdf!) op diverse kunstzinnige bankrekeningen en stelt musea in de gelegenheid hun organisatie met eigentijdse middelen op te pimpen en zo het contact met het publiek te behouden.
Okee, museumbussen mogen nog wat rondtouren om 50-plussers de musea in te rijden. Met 500 duizend euro kan er zelfs een tweede Museum Plus Bus worden gekocht en “wordt een kwetsbare doelgroep bereikt en spelen musea zich op deze manier op een creatieve, vernieuwende en effectieve manier in de kijker”.

Vijftigplussers, daar zijn er 5 miljoen van volgens de Bankgiroloterij. En een groot deel daarvan is ook nog eens nietwerkend! Hup, die bus in en vooral op maandag het museum in gestuurd. Op maandag zijn veel musea gesloten. Daar gaat, met ruim 546 duizend euro, de Bankgiroloterij wat aan doen.
“De BankGiro Loterij MuseumMaandag wordt een merk met de ambitie dat de maandag de kwalitatiefbeste bezoekdag van de week wordt. Het getuigt van durf om van een zwakte – op maandaggesloten – een sterkte te maken’, staat er in het toekenningsbesluit. Maandag wordt een dag “om in alle rust op een exclusieve manier het museum te bezoeken. Om te leren, om te reflecteren, om vermaakt te worden”.

Zonde van het geld, want dat is allemaal nog veel te veel oude school publieksbenadering. Het Rijksmuseum krijgt uit de gokpot ruim 1 miljoen euro om “op een grootse manier de collectie en het grote publiek bij elkaar brengen”.
RijksXL wordt een project, waar de collectie digitaal beschikbaar komt en het publiek mag er mee doen wat het wil! Op een tasje drukken, als logo op het weblog zetten of het rondtwitteren. De Bankgiroloterij verwacht dat er straks “ongetwijfeld de creatieve vruchten terug te vinden zullen zijn in het landschap van de sociale media waar mensen uitdrukking geven aan wie ze zijn en wat ze doen”. Ter promotie lanceert het museum een pixelloterij, waarmee je een echte Rembrand kunt winnen.

Het Rijksmuseum is al hard op weg alleen nog digitaal toegankelijk te worden. Het museum maakt ook deel uit van het
Google Art Project. Vanachter je pc kun je door een deel van het Rijksmuseum struinen. De kunstredacteur van Sargasso was er zo enthousiast over, dat hij ook meteen een megapixel Rembrand op het weblog knalde.
Het museum ouder stijl is dood. Leve het nieuwe museum. Maar laat mij alsjeblieft op maandag dan nog even binnen om op een bankje voor een schilderij wat weg te kunnen mijmeren. Mijn hersens hebben daar behoefte aan. Al was het alleen maar om te kunnen ontsnappen aan de digitale snelheid en overload.