Categoriearchief: Codes

DNA-matches in de hooiberg

DNA-matches in de hooiberg Het NFI (Nederlands Forensisch Instituut) is natuurlijk blij met elke rake DNA-match, die een dader aan een misdrijf nagelt. Bij de presentatie van het jaarverslag 2008 werd dan ook trots vermeld dat er vorig jaar ruim 20 procent meer landelijke matches waren. De uitwisseling van DNA-gegevens met andere landen leverde 500 internationale matches op.

Gefeliciteerd. Want het is wel zoeken naar de beruchte speld in de bekende hooiberg. De Nederlandse DNA-databank groeide met ruim 59 procent en telt nu bijna 73.000 dna-profielen. Dat daar 78 matches per week uitrollen mag dan ook een prestatie worden genoemd. In 2007 waren er nog 63 goede scores per week, in 2008 groeide dat tot 78. Een toename van ruim 23 procent.

Dan heb je het over 4056 matches per jaar, ofwel 5,6 procent van alle dna-profielen. In 2007 was dat percentage 7,2.
De verhouding loopt terug. Meer dna opslaan betekent dus niet dat er ook meer crimineel dna in de databank zit.

In internationaal verband werden er 23000 dna-profielen ontvangen en stuurde Nederland er 40.000 de deur uit. Het NFI zegt nu 1 match per dag te scoren, dus dat is dan 0,6 procent van alle uitgewisselde dna-profielen.

Het aantal matches staat dus in een zeer kleine verhouding tot het aantal bewaarde dna-profielen. Komt dat nou omdat we nog lang niet elke speld in de hooiberg ligt opgeslagen? Ofwel: moeten we allemaal ons DNA ingeleveren?

Vrijblijvende codes onder toezicht

Vrijblijvende codes onder toezicht

Het is voorbij met vrijblijvende gedragscodes. Wie zich onfatsoenlijk gedraagt kan op een confrontatie met de overheid rekenen.
Dat is menig burger al lang bekend. Drinken op straat, peuken weggooien, een krachtterm naar een ambtenaar in functie gooien, het mag niet en wie het toch doet kan op een boete rekenen. Uiteraard geldt dat ook voor zelfverrijkende onbeschoftheden als de belasting om de tuin leiden, een greep in de kassa van de supermarkt doen of een zak rollen.

Buiten de burger liet de overheid complete bedrijven en organisaties tot nu toe ongemoeid. Het bleef bij een vermanende vinger en een oproep het in een gedragscode onderling wat netter te regelen. Daar lijkt nu een eind aan te komen.
De financiële sector en de woningbouwcorporaties zijn als eerste de klos. De toezichthouders krijgen, op
aandringen van de 2e Kamer, meer bevoegdheden. De waakhond voor de woningbouwcorporaties is de overheid zelf. De corporaties werken aan een voorstel om ongewenst gedrag, zoals buitensporige bonussen, middels zelfregulering uit te bannen. Minister van der Laan vindt dat niet genoeg en wil dit jaar nog met een scherpe wetgeving komen.

De AFM (Autoriteit Financiële Markten) is de waakhond voor de geldsector. Minister Bos heeft in de Kamer toegezegd de bevoegdheden voor de AFM uit te breiden.
Voor 1 mei zal de Nederlandsche Bank (DNB) met een nieuwe regeling voor beloningen en de AFM krijgt juridische middelen om sancties op te leggen als een bank of verzekeraar zich daar niet aan houdt.

Het werd tijd, zullen sommigen zeggen. De wet is tenslotte de ultieme gedragscode, dient voor iedereen gelijke werking te hebben en regelt alles wat een samenleving aan uitwassen aangepakt wenst te zien.
Tegelijkertijd wordt de overheid te vergaande bemoeizucht en betutteling verweten.
Hoewel de overheid de burger ook vooral met oproepen, gedragscodes en voorlichtingscampagnes in het gareel probeert te krijgen, aarzelt de overheid niet met wetgeving te komen als dat allemaal niet zo snel helpt. Dat heeft het nodige geklaag over aantasting de individuele vrijheid tot gevolg en gaf een gevoel van ongelijke behandeling, waar het gaat om graaiende ondernemers.

Welke mensen zullen de volgende groep zijn, die de harde hand van de wetgever zullen treffen?
De
medische specialisten wellicht? Die declareren honderden miljoenen teveel. Tijd dus voor minister Klink in het voetspoor van collega's van der Laan en Bos te treden, zou je zo zeggen.

De vraag is nu: gaat de overheid te ver? Als een gedragscode niet werkt, is aangescherpte wetgeving dan het enige alternatief?
Of gaat de overheid niet ver genoeg? Overal een waakhond met vergaande bevoegdheden neerzetten.
Zegt u het maar.

Eigen vermogen burger verdampt

Eigen vermogen burger verdampt Dat Nederlanders een spaarzaam en behoudend volkje zijn, mag zo langzamerhand een mythe heten, die naar het rijk der fabelen verwezen dient te worden.
Er mag dan zo'n 250 miljard euro aan spaargeld op de banken staan, Nederlanders springen toch avontuurlijk om met hun geld. Tegenover al dat spaargeld staat namelijk 721 miljard euro aan schulden. Daarvan is grootste deel (€ 625 miljard) hypotheekschuld (zie
CBS bericht).

Tegelijkertijd begint het vermogen van de burger aardig te verdampen. De waarde van aandelen en obligaties is zo'n 66 miljard euro kleiner geworden. Wie beleggen ook als appeltje voor de dorst zag, kijkt nu tegen verschrompeld ooft aan. Zuur voor de mensen die hopen hun aandelen in te ruilen als hun huishoudbudget daar om vraagt.

Maar dan is er altijd nog dat spaargeld. Dat verdampt niet zomaar, hoewel dat er vorig jaar voor de IceSave-spaartders wel naar uitzag. Het totale spaartegoed van Nederland staat echter in geen verhouding tot de totale schuld. Je kan wel stellen dat de huishoudens een liquiditeitsprobleem hebben. Zeker als je meerekent dat de meeste hypotheekschulden hoger zijn dan de waarde van de gekochte huizen.

Valt de burger nu om? Nee, zo'n vaart loopt dat niet. Hooguit wordt de burger in zijn bewegingsvrijheid beperkt. Wie, om welke reden ook, van 't Woudt wil verhuizen naar Persingen, zou er wel eens voor moeten kiezen wat langer in 't Woudt te blijven wonen. Omdat het huis alleen tegen een veel te lage prijs van de hand is te doen.
Wie blijft zitten waar men zit en een redelijk inkomen heeft, zal niet snel in liquiditeitsproblemen komen. Of je moet ruim voldoende spaargeld in kunnen zetten om de verhuizing en het verlies aan woningwaarde te bekostigen.

Blijkbaar bereiden mensen zich voor op gebruik van hun spaargeld.
De DNB (De Nederlandse Bank) meldt een
opmerkelijke transactie. In februari namen haalden spaarders in totaal 2,9 miljard euro af van hun spaarrekeningen met vaste looptijd. De grootste opname sinds oktober 2001. Het grootste deel daarvan werd gestort op snel toegankelijke spaarrekeningen.
De DNB denkt dat de teruglopende rente op de vaste looptijd-rekeningen daar een oorzaak van is. Maar de DNB vermoedt dat meer mensen nu liever hun geld op liquide vormen van spaargeld zetten. Of de burger voelt nattigheid, òf de burger heeft grootse aankoopplannen.

Ik hou het op het eerste. De burger kiest voor veiligheid. Nog niet van de schok bekomen van vallende banken, lijkt het veiliger snel bij je spaargeld te kunnen. Nu is het spaargeld wel verzekerd. De spaarder kan op het garantiefonds van de banken rekenen. Gaat een bank failliet, dan keert dat fonds nog altijd tot maximaal € 100.000 uit. Vooral kleine spaarders zijn dus niet zomaar de dupe.

De NVB (Nederlandse Vereniging van Banken) wil nu van dat garantiefonds af.
De limiet van € 100.000 moet omlaag en het systeem dat alle banken meebetalen bij problemen, moet vervangen worden door een soort staatsverzekering. De banken betalen daar een premie voor en de staat keert eventuele claims uit. Een voorstel van de Adviescommissie Toekomst Banken. In het leven geroepen om de banken van een beter imago te voorzien.

Fijn imago. Sparend Nederland krijgt een lagere vergoeding en moet de hand ophouden bij de overheid. Die heeft ondertussen al aardig wat in de banken gestoken, waar nog allerminst duidelijk van is, wanneer en hoeveel daar van terugkomt. Zolang er geen bank meer omvalt, zal niemand iets van die gewijzigde regeling merken. Maar als het wel weer gebeurt, is de spaarder de klos.

Ik adviseer de NVB dat voorstel onmiddellijk te verdampen en met een regeling te komen, die de positie sterker maakt, dan die tot nu toe is geweest. Dat zou beter passen in de moreel-ethische verklaring (de Bankierseed), waaraan adviescommissie nog werkt.
Voor zover dat soort codes waarde zullen hebben.

Van regeldruk tot vrijheid

Van regeldruk tot vrijheid

Wat heeft Spinoza te maken met de regeldruk en administratieve lastenverlichting van de overheid? Eén woord, dat naar eigen inzicht geïnterpreteerd kan worden: verlichting.

Op de conferentie “Verlichting van regeldruk voor burgers”(2 april) legde staatssecretaris Bijleveld een verband tussen het verlichte vrijheidsdenken van Spinoza en het streven van de overheid regeldruk voor de burgers en de administratieve lasten te verlichten.
De staatssecretaris memoreerde de woorden die onder het Amsterdamse standbeeld van Spinoza staan: “Het doel van de staat is de vrijheid“.
Welnu, “Vrijheid; dat is een zo groot mogelijke verlichting van regels en lasten door de overheid“, hield Bijleveld de conferentie voor.

Er zijn wel wat zuurpruimen die dit kabinet verwijten een gebrek te hebben aan visie en een heldere fundamenteel gedachtegoed. Da's natuurlijk niet waar. Als Balkenende verwijst naar de ondernemende geest van de VOC en Bijleveld teruggrijpt op Spinoza, dan is er toch sprake van een gedegen neerlands post-neoclassisme.

Helaas, het heeft veel nauwelijks iets met Spinoza's opvattingen over vrijheid te maken.
Natuurlijk is het goed dat burgers minder formulieren hoeven in te vullen en niet van het ene naar het andere loket worden gestuurd. En het is minstens net zo goed als de overheid kan esparen op de administratieve lasten.
Bijleveld meent dat de diverse overheden al goed op weg zijn, maar kondigde wel extra maatregelen aan om de
aanpak van de top tien aan knelpunten te versnellen. Want, zo gaf de staatssecretaris de toehoorders nog mee: “Besturen is weten wat mensen willen en nodig hebben, Verlichten geeft vrijheid. En in een crisis toont de overheid of ze aan de kant van de mensen staat“.

Maar vergroot dat de vrijheid van de burger? Zeker wel. Minder formulieren die wel in begrijpelijke taal zijn opgesteld, geen wachttijden aan de loketten, goed functionerende websites en een foutloze afhandeling van aanvragen en verzoeken schelen de burger massa's tijd. En tijd is geld, geld is vrijheid.

Zo steekt het echter niet in elkaar. De overheid bespaart op de administratieve lasten. Het wegwerken van de top10 kan leiden tot een bezuiniging van 40 miljoen euro, zei Bijleveld in haar speech.
Logisch, minder formulieren en meer digitale loketten betekenen minder ambtenaren. De helft van de gemeenten heeft de maandverklaring bij een bijstandsuitkering vereenvoudigd en dat leverde een besparing op van 2,4 miljoen euro.

Goed nieuws voor de burger, die natuurlijk wel wil meeprofiteren van de lastenverlichting. Toch stijgen de lokale lasten dit jaar gemiddeld met 3,2 procent. Per gemeente kan dat behoorlijk verschillen. Je moet het treffen in een plaats te wonen waar de lokale lasten juist omlaag gaan.

Maar zelfs als iedereen minder belasting hoeft te betalen, dankzij een efficiënte overheid, hebben we nog wel een woud aan gedragscodes en betuttelende wetjes. Zijn die in de geest van Spinoza's vrijheid?

Heren en hun akkoorden

Heren en hun akkoorden

Quote: “De regering zal zich inspannen om te voorkomen dat (….), waarbij zij gebruik maakt van het herenakkoord. Op dit moment wordt gezocht naar de juridische instrumenten waarover de overheid in deze complexe materie kan beschikken (…)”

Deze quote zou volgend jaar zo uit de notulen van de Tweede Kamer kunnen komen en onderdeel kunnen zijn van het antwoord dat minister Bos geeft, naar aanleiding van vragen over de aanhoudend hoge bonussen in de financiële sector. De quote stamt echter uit 1999 en komt uit het Algemene Overleg betreffende de geluidszones rond Schiphol. De toenmalige regering meende aan een herenakkoord genoeg te hebben om de geluidsoverlast rond vliegveld Zestienhoven binnen de perken te houden.

Herenakkoorden. Een wat stoffige, belegen term. Tegenwoordig zoeken kabinetten het meer in gedragscodes en convenanten. Er sluipt nog wel eens een enkele beginselverklaring tussen, maar ook die term hoor je niet veel meer in de politieke arena.

Afijn, Wouter Bos heeft nu ook zijn herenakkoord. Of dat voldoende zal zijn als controle-instrument, moeten we afwachten. Soms werkt zoiets, soms niet. Het herenakkoord dat zijn eerste werkgever, Shell, in 1979 sloot met minister Van Aardenne (kabinet Van Agt I), werkte niet, volgens een analyse van de FNV.

Het ging er toen om de aardgaswinsten, die behoorlijk stegen tijdens de oliecrisis, aan te wenden voor investeringen in de Nederlandse economie. De olie- en gasprijzen waren flink gestegen, tegelijkertijd vroeg het kabinet Van Agt de vakbonden mee te werken aan loonmatiging ter versterking van de economie. Een motie van de PvdA om voor die versterking ook een beroep te doen op de winsten van Shell en Esso, haalde het niet omdat Van Aardenne het herenakkoord blijkbaar goed wist te verdedigen. Dat akkoord hield in dat Shell en Esso de winsten ook zouden gebruiken voor het scheppen van hooggekwalificeerde werkgelegenheid en versterking van research.

Een akkoord waar alle sociale partners zich wel goed in konden vinden en tot redelijke successen leidde, was het akkoord van Wassenaar (1982 – kabinet Lubbers I). In ruil voor loonmatiging zou arbeidstijdverkorting worden ingevoerd en de werkloosheid worden bestreden. Ook dit akkoord beoogde de economie te versterken, hetgeen in bescheiden mate lukte. Hoewel de vele bezuinigingen die kabinet Lubbers toepaste, volgens sommige deskundigen, ook sterk tot betere tijden hebben geleid.

Nou was het akkoord van Wassenaar wel iets meer dan een herenakkoordje. Alle sociale partners werkten er aan mee en stonden er achter. Eigenlijk is dat akkoord het rolmodel voor het crisisakkoord dat kabinet Balkenende heeft opgesteld.

In 2001 was er tijdens het Voorjaarsoverleg ook al rumoer over de topinkomens. Aanleiding was onder andere het Akkoord van Garderen (1999). Vakbeweging en werkgeversorganisaties hadden een deal om de toplonen niet teveel te laten stijgen en alleen met zeer goede redenen bonussen uit te keren. Er kwam weinig van terecht.
Zalm , toen minister van Financiën (kabinet Kok) stuurde wel aan op een wet openbaarmaking van de salarissen van topbestuurders, maar samen met even verantwoordelijke bewindslieden Vermeend en Bos verzuimde hij in de herziene belastingwetgeving het een en ander te corrigeren. Verder zocht men het in zelfregulering. Een ander woord voor herenakkoord.

Dat de heren nu akkoord zijn is mooi. Maar als wat voor heren zullen ze zich gedragen? De recente crisisgeschiedenis belooft niet veel goeds. Een enkel excuus, verder vasthouden aan contractuele afspraken en af en toe de mantra herhalen dat we bobo's wellicht naar het buitenland zien vertrekken.
Maar over één ding zijn de heren wel akkoord: een verscherpte wetgeving is taboe. De heren Zalm (ABN), Kok (ING) en Bos (rijksboekhouder) zitten nu toch wel in posities om tot een veel effectiever akkoord te komen?

Doorzichtige zekerheid?

Doorzichtige zekerheid? Wat is de beste crisisverzekering? Sommigen hopen dat de baas via een verzekering een gouden handdruk mee zal geven bij eventueel ontslag. Anderen menen dat het vakbondslidmaatschap de beste crisisverzekering is. Wie zal het zeggen? Misschien komt het nog aan de orde in een debat dat maandag 23 maart wordt gehouden in het Politiek Café te Den Haag.
Nee, da's niet het Binnenhof, maar een kroeg, waar maandelijks onderwerpen ter discussie worden gesteld en politici en deskundigen met elkaar in de clinch gaan. Maandag gaan ze uitzoeken of ooit de verkoop van
verzekeringen transparant wordt.

Transparantie, dat is één van de dingen die voor en tijdens de crisis ernstig wordt gemist. Zo twijfelen sommigen ook over de waarde van hun verzekeringen, terwijl aan alle kanten wordt beweerd dat de crisis alleen met leningen, speculaties en beleggingen van doen heeft.
Het Verbond van Verzekeraars
legt op hun website uit dat onze verzekeringen weinig schade van de crisis zullen ondervinden. Nog afgezien het feit dat als je diverse verzekeringen met elkaar wil vergelijken, de transparantie net zo ondoorzichtig is als bij producten op gebied van telefonie, internetproviding of loterijen, maakt het Verbond van Verzekeraars niet echt duidelijk of jouw verzekeringspolissen waarde zullen houden.

Mede dankzij de staatssteun die ook verzekeringsmaatschappijen krijgen, is er voor de Nederlandse polishouders geen reden tot bezorgdheid, zoals ze bij vraag 5 uitleggen.

De impact van de crisis zal voor de verzekeringssector beperkt zijn, lezen we verder. Uiteraard wordt ook die branche door kredietrisico's geraakt en is de toegang tot de financiële markten voor de verzekeraars een stuk lastiger geworden. Maar de toezichtregels zijn zo streng dat maar een beperkt vermogen is belegd en bovendien die regels voldoende garantie bieden voor de particuliere verzekerde.
En ook al is de solvabiliteitspositie achteruit gegaan, dat mag niet als een teken van zwakte worden gezien. De vermogensbuffers van de verzekeraars hebben hun dienst bewezen, schouderklopt het Verbond.
Het klinkt bekend: het gaat slechter, maar maakt u zich niet ongerust.

De crisis kàn de verzekeringsbranche ook niet zo hard treffen als de bankwereld, gaat het Verbond verder. Een bank komt in problemen als spaarders massaal hun tegoeden opnemen. Bij verzekeringen ligt dat anders. Beleggings- en lijfrenteverzekeringen worden alleen in langjarige contracten vastgelegd, dus die klanten is een verzekeraar niet meteen kwijt. En schadeverzekeringen kunnen dan wel opgezegd worden, maar dan hoeft de verzekeraar ook het risico niet meer te dragen.

Wat dat laatste betreft moet het Verbond voor Verzekeraars nog maar afwachten wat de klanten gaan doen. Ten eerste wordt binnenkort het stilzwijgend verlengen van verzekeringen ongedaan gemaakt. Ook zullen de verzekeraars geen contracten meer aanbieden die langer lopen dan een jaar. Een klant krijgt dus elk jaar de gelegenheid eens naar zijn polissen te kijken en zich af te vragen of alles nog wel verzekerd moet blijven.

De premies stijgen wel elk jaar, maar sommige risico's worden beduidend kleiner. Hetzelfde Verbond voor Verzekeraars maakte bekend dat er aardig is verdiend op inboedel-, brand- en autoverzekeringen. Hoewel de risico's voor de verzekeraars kleiner werden, dankzij een daling van inbraken, branden en autoschade, heeft de consument er niet van kunnen profiteren middels lagere premies. Het doorbreken van de langjarige contracten kan daar mogelijk een eind aan maken.
Nu de klant elk jaar de mogelijkheid krijgt over te stappen, of zelfs het risico zelf maar te nemen, zullen de verzekeraars wat aan de hoogte van de premies moeten doen. Hoe sterk zal de verzekeraar nog zijn als de premie-inkomsten dalen?

De consument is ondertussen veel minder gerust de kracht van de verzekeraars. Reden voor het Verbond het imago van de branche op te poetsen. Dat imago heeft deuken opgelopen naar aanleiding van de woekerpolis-affaire, waarbij gedupeerden vaak te lage compensaties kregen en negatieve berichten in Zembla over trage en inadequate afhandeling van schadeclaims.
Het Verbond
verweert zich tegen die aantijgingen, door te stellen dat, in belang van de polishouders, schadeclaims wel heel zorgvuldig moeten worden bekeken op de werkelijke omvang en mogelijke fraude. Het Verbond vindt wel dat als er directe banden bestaan tussen een verzekeraar en een schade-expertisebureau, dit aan de consument expliciet duidelijk moet worden gemaakt. Transparantie dus.

Samengevat: een lagere solvabiliteit (hoe laag weten we niet), lagere premies dus kleinere inkomsten en meer duidelijkheid aan de klanten. Hoe zeker is de verzekeraar nog? Kan dat eens volledig transparant gemaakt worden?

Het museum en de resten van de mens

Het museum en de resten van de mens

(lees ook mijn gastlog op GeenCommentaar, die een andere kant van dit onderwerp aan de orde stelt)
De Universele verklaring van de rechten van de mens zou een museumstuk moeten zijn. Helaas is het nog niet zover. Maar mocht het ooit zover komen, dan zijn de musea inmiddels hopelijk een toonbeeld van rechtsschapen instituten.

Een beginnetje is gemaakt door het hoofd van een Ghanese koning terug te sturen naar zijn geboorteland, zodat die fatsoenlijk en naar Ghanese normen kan worden begraven. Een en ander is het gevolg van langlopende discussie over hoe erfgoedinstellingen dienen om te gaan met menselijke resten en materiaal met een religieuze betekenis. Het tentoonstellen en bewaren van gevoelig materiaal, noemt men dat.

De gevoeligheid voor de resten van de mens in musea is de laatste jaren toegenomen. Enerzijds omdat voormalige koloniën hun voorouders beginnen op te eisen, anderzijds omdat sommige musea steeds meer prijsgaven van hun dode schatten.

In 1998 liet de Kunsthal Rotterdam, met de expositie Botje bij botje“, zien wat er aan veenlijken, scalpen en menselijke resten op sterk water in de Nederlandse collecties voorkomen. De Kunsthal startte met een symposium de discussie over de zinnigheid van het bewaren en tentoonstellen van zulk materiaal.
In 2007 was er enige ophef over de reizende expositie “Bodies“, hier te zien in de Beurs van Berlage. Een deel van het publiek vond het exposeren van geplastificeerde Chinese lijken te ver gaan en van weinig respect voor overledenen getuigen. De exposanten werden beschuldigd van sensatiezucht.
Ook in 2007 reageerden sommige bezoekers geschokt bij het zien van een uitgepakte mummie. Het
Rijksmuseum van Oudheden in Leiden liet een goed geconserveerd jongetje zien, afkomstig uit een Egyptische sarcofaag.

Nu trekken musea die de menselijke geschiedenis willen vertonen, nauwelijks bezoekers met saaie prenten en foto's. Hoe realistischer, hoe beter. En laten we eerlijk zijn: willen we niet allemaal een foetus met drie neuzen, of een indiaan van 600 jaar oud van dichtbij zien? En wat maakt het uit dat er doden uit ons en andermans verre verleden in een museum liggen?

Het Teylinger Museum in Haarlem houdt maandag 23 maart de discussie levend met een symposium. Overigens in het kader van een tentoonstelling die wellicht ook wat discussie losmaakt. De musea hebben zichzelf een ethische code (pdf!) opgelegd, waarin in vrij algemene bewoordingen respectvol omgaan met menselijke resten is geregeld. Ook zijn er, vrij vage, richtlijnen over wat te doen als nazaten de resten opeisen. Dat gebeurt vaker, evenals het opeisen van kunstschatten die door archeologen uit diverse landen zijn weggeroofd.

Op de website museumethiek.nl worden vier cases tegen het licht van die ethische code gehouden en kun je zelf meedoen aan een discussie hierover.
Interessant in verband met het terugsturen van het Ghanese hoofd, is de vierde case. Dat houdt verband met artikel 4 uit de ethische code: “art. 4.4 Verwijdering uit een openbare tentoonstelling
Verzoeken tot verwijdering van menselijke resten of objecten met een religieuze betekenis uit een openbare tentoonstelling, komende uit de betrokken gemeenschappen, worden met respect en gevoel behandeld. Voor verzoeken tot teruggave geldt hetzelfde. Voor de behandeling van dergelijke verzoeken worden heldere richtlijnen opgesteld”.

Wie deze case leest, ziet dat niet alleen voormalige koloniën hun dierbaren opeisen. Ook in eigen land speelt een zaak, waarin een Urker comité een aantal voorvaderen overgebracht wenst te hebben naar de Urker begraafplaats.
In het Utrechts Universiteitsmuseum liggen een paar Urker schedels, die in de 19e eeuw voor rassenonderzoek van de Urker begraafplaats zijn gehaald. Zonder toestemming. Het comité stelt dat de geloofsprincipes van hun voorouders hiermee danig zijn geschonden, want die gingen ten grave, in de verwachting van de wederopstanding. Dat wordt een beetje lastig zonder hoofd.

De Universiteit wil de schedels niet teruggeven. De Ethische Commissie van de Museumvereniging mag zich nu over de kwestie buigen. Beide partijen hebben verklaard zich bij een uitspraak van die commissie neer te zullen leggen.

Hopelijk kan de Museumvereniging-commissie zich onpartijdig genoeg opstellen. Voor het geval men daar wat moeite mee heeft: lees de case van de Urker schedels en vel zelf uw oordeel. Moeten de hoofden terug, net als het hoofd van de Ghanese koning?

Moeten eigenlijk alle stoffelijke resten naar de begraafplaatsen van oorden van herkomst? De mummies terug naar Egypte, de veenlijken terug naar Drenthe? Of vind je dat juist je opa zo'n bijzonder exemplaar is, dat hij na overlijden een plaatsje in het Rijksmuseum verdient?

Verwante verdachten

Verwante verdachten Een zwart schaap in de familie is meestal niet zo leuk. Rampzalig wordt het, als dat bij de AIVD bekend is. Daar weet de Amsterdammer die “familie-van…” is, nu alles van. Hopelijk is het verkeerd interpreteren van familieverbanden een uitzondering. Te vrezen valt echter dat het in de toekomst vaker voor zal komen. Als het kabinet haar zin krijgt, wordt DNA-verwantschapsonderzoek stukken makkelijker. Wordt het tijd de familiestamboom na te pluizen op verdachte takken om te kijken of er een kans bestaat dat je ook ooit als “familie-van…” het nieuws zal halen?

DNA wordt bij verwantschapsonderzoek alleen gebruikt om ouderschap aan te tonen en bij gezinshereniging in asielprocedures. Het kabinet wil het ook inzetten bij onderzoek naar strafbare feiten. Wel onder strikte voorwaarden. De DNA-databanken mogen alleen geraadpleegd worden als het gevonden DNA een volledig of vrijwel volledig profiel heeft en het verwantschapsonderzoek mag alleen als laatste middel worden gebruikt bij gewelds- en zedendelicten.

Het voorstel van het kabinet is voor advies naar de Raad van State gestuurd. Als er wijze adviseurs bestaan, mogen we verwachten dat de Raad gehakt maakt van het wetsvoorstel. En wel om de volgende redenen:

1. Tot nu toe wordt bij DNA-onderzoek bij delicten gebruik gemaakt van een database waarin alleen de DNA-gegevens zijn opgeslagen van verdachten en veroordeelden van zware delicten (sinds 2005 mogelijk gemaakt). De niet veroordeelde en verdachte verwanten zitten daar dus niet in. Dat schiet zo niet op. Ongetwijfeld zijn er criminelen, die in de familie collega's in het metier hebben. Dat wil overigens niet zeggen dat die zich vergrijpen aan hetzelfde soort delicten.

2. Dus moet op de een of andere manier van meer mensen DNA worden vastgelegd. Dat zou kunnen door voortaan bij elk delict om iedereen die in de buurt was, te verplichten DNA af te staan. Een idee dat CDA en VVD vorig jaar al opperden. Dat zou tot de burgerplichten gerekend moeten worden, vond ook minister Hirsch Ballin.
Als zo de databases worden uitgebreid en bovendien justitie toegang krijgt tot bewaard materiaal van ouderschapsonderzoeken, je al een veel grotere familie. Daarmee zadel je de recherche wel met aanzienlijk meer werk op, terwijl het niet is gegarandeerd dat men dan ook maar een millimeter dichter bij een mogelijke dader komt.

3. Je zou natuurlijk van iedere hier geboren burger het DNA kunnen opslaan. Bijvoorbeeld door dat te verkrijgen uit het bloed dat van de hielprik afkomstig is. Elke pasgeborene krijgt zo'n hielprik, bedoeld om vroegtijdig kwalijke ziektes op te sporen.
De databases worden dan zo groot, dat het een vlot recherche-onderzoek ernstig frustreert. Het kost niet alleen veel meer tijd, de kans wordt ook veel groter dat men bij mensen aan moet bellen die echt helemaal niets met de zaak te maken hebben. Zo bezien leidt het wetsvoorstel van het kabinet eerder tot belemmering van de rechtsgang en dat is strafbaar.

Het zou mooi zijn als de DNA-technologie zo werkt dat elke dader vlot kan worden opgepakt. Maar je ziet het al voor je: een ver en vergeten zwart schaap der familie pleegt ergens een heel vervelend delict en binnen een week heb jij bezoek van de recherche of, als men heel voortvarend te werk gaat, zit je een nachtje in de cel.
Een kans die er nu ook bestaat als er
een foutje in de huidige DNA-databases zit. In Australië werd een man beschuldigd van moord omdat zijn DNA per ongeluk tussen het onderzoeksmateriaal was terecht gekomen.

Hopelijk stuurt de Raad van State het wetsvoorstel terug met de opmerking dat de rechtsgang er absoluut niet mee wordt geholpen.

Boodschappenliedjes

Boodschappenliedjes

Zo, terug van vakantie. Een onhebbelijke gewoonte waar ik eens van af moet, is bij terugkomst het nieuws van de afgelopen tijd lezen. Veel nieuws was er onder de zon niet. Op vakantie negeer ik het nieuws zoveel mogelijk. Waarom dan wel als een idioot het nieuws van 11 dagen proberen bij te spijkeren?

Geen idee. Wellicht een onderbewuste falsificatie dat een mens er weer helemaal bij hoort na een update van het nieuws.
Of het is een poging aan te haken bij de werkelijkheid van het hier en nu, omdat zo'n vakantie toch het idee geeft een tijdje in een onwerkelijke situatie te zijn verbleven. Ook een valse voorstelling van zaken, waarschijnlijk het gevolg van de verstrekkende invloeden van een calvinistische cultuur: vakantie is ledigheid en dus een duivelse zonde die ongedaan kan worden gemaakt door zo snel mogelijk weer over te gaan tot de orde van de dag.

Laat ik een poging doen de overgang van vakantie naar waan van de dag te maken, met hulp van de lezers hier.

1. Op vakantie geen krant gelezen, wel een boekje dat te lang is blijven liggen. Ik las “Alles over Tristan” van Tommy Wieringa (bekend van Joe Speedboot) en had regelmatig het idee dat het boekje een verwijzing was naar “Walging”, het eerste romannetje van Jean-Paul Sartre.

Vraag: Wie van de lezers kent beide boeken en kan vertellen of dat idee juist is?

2. Kom ik net uit een land waar de gemiddelde taxirit € 1,40 kost, lees ik hier dat de prijs in Nederland gezakt is naar € 13,48. Nou ga ik hier nooit met de taxi. Op de fiets kost dat ritje me niets en met de tram kost het me slechts € 0,92. Op de vakantielocatie bestaat geen openbaar vervoer. Dat wordt verzorgd door taxi's. Het openbaar vervoer is daar dus € 0,48 duurder dan hier.

Vraag: Kan de prijs van het openbaar vervoer bijdragen aan mondiale welvaartsspreiding?

3. Na een snelle, oppervlakkige scan van het nieuws, viel mijn oog op het bericht dat de Georgische inzending voor het Eurovisie Songfestival door de organisatie is geweigerd. Het liedje zou als boodschap aan Rusland gehoord kunnen worden. De titel, We don't wanna put in, kan opgevat worden als een belediging aan Poetin.

Tja, liedjes met een gecodeerde boodschap. Altijd lastig. Zouden wij het leuk vinden als de Belgen met een liedje komen, getiteld “Bal can end ev'ry e-word”? Vrij te vertalen als dat onze minister-president het vrije woord op internet aan banden wil leggen.

Vraag: Weet u nog meer creatieve titels voor songfestivalliedjes met een fraaie boodschap? Inzendingen tot en met zaterdag. Waarna hier gestemd kan worden op wat u het fraaiste boodschappenliedje van de lezers vindt.

Traceerbaarheid-codes

Traceerbaarheid-codes Op de website voor aardappelen, groente en fruit (AGF) staat het alarmerende bericht dat meloenen hun privacy verliezen. Je wist dat niet of je wist niet dat meloenen ook gehecht zijn aan hun privacy of het zal je een biet zijn.

Nou zal het mij ook worst wezen. Meloenen ken ik als het fruit in de schappen dat bekeken en bepoteld wordt op hun rijpheid. Verder bestudeer ik die dingen eigenlijk niet. Dat zou wel moeten, want meloenen gaan een Harvestmark dragen. Een brandmerk, een code die individuele watermeloenen een unieke identiteit geven, die linken naar teelt, oogst, verpakking, en afzet keten informatie.

Hoe? Staat er niet bij, maar het zal wel een etiketje zijn met een code die je thuis op bepaalde websites kunt intikken. Bij Super de Boer bijvoorbeeld kun je zo via Google Earth de herkomst van een scharrelei vinden. Da's leuk. Inzoomen op een kippenfarm. Maar kan meer.
Op de website Nature&More kun je de code die je op biologisch fruit hebt gevonden intikken en zelfs in contact met de teler komen.

Overbodige service? Met name de biologische agf-producenten vinden van niet. Op deze manier kan de consument zelf controleren hoe eerlijk het produkt is. Transparantie heet dat. Hopelijk zal in de nabije toekomst de service verbeteren. Want wat heb je eraan als je pas thuis op je pc de informatie op kan halen? Het scharrelei is al gekocht en mocht je zo je bedenkingen hebben bij de vindplaats op Google Earth zit je mooi met de gebakken peren.

Voor consumenten die er serieus mee aan de slag willen, zou het aardiger zijn als bij de groente-en fruitafdeling een pc staat, waar eerst de code nageplozen kan worden voor het ooft bij de kassa wordt afgerekend. Het zou ook met je mobieltje kunnen. Tegenwoordig kan je allerlei codes scannen om de meest uiteenlopende informatie op je gsm te krijgen. Maar dat kost je zelf wat geld, dus een pc van de supermarkt is wel zo klantvriendelijk

Het allerbeste is natuurlijk dat je op de productinformatie bij de schappen kunt vertrouwen. Maakt het jou wat uit waar een scharrelei vandaan komt? Het belangrijkste is dat het inderdaad een scharrelei is. Net zo als biologisch voer echt biologisch moet zijn omdat er biologisch op staat. Voor het klant-zoekt-boer contact kan je beter de datingsites afstruinen.

De traceerbaarheid van meloenen via codes en websites is leuk. Ik ga liever zelf naar de meloenen toe en trek er de komende 11 dagen op uit. Vakantie. Nee, ik laat geen code achter zodat je kunt traceren waar dat zal zijn. Rond 11 of 12 maart keer ik hier terug. Tot die tijd kun je de elke dag rondneuzen of klik elke dag een van de volgende elf codes aan en lees de artikelen die ik graag nog eens onder je aandacht breng.

Ik ga uitrusten en opladen. Ik hoop alle lezers op 11 maart weer hier te zien.

Je codes voor de komende 11 dagen:

1.CDS280208 2.KZSooo 3.MBHgege 4.Dtidp1603 5.Bwe?bs 6.Zadl-hoera 7.div2miljardnodig? 8.OVBgod 9.G&H6dgn 10.Gkv-kr&kr 11.dihhHymne